Kweker J. de Jager: "Meeste oculaties
zijn stuk"
Luchtverontreiniging centraal bij 2e
presentatie Landbouw Hogeschool in Zeeland
Strenge vorst dupeert boomkwekers
"Diepbruin tot roodbruin", fruitteler en boomkweker J. de Jager (36)
uit fruisland bij Roosendaal snijdt met een klein mesje de oculaties
bij de 1-jarige appelonderstammen weg. "De meeste komen van 't
voorjaar niet uit en als ze al uitkomen dan is het slecht", voorspelt hij
met een gelaten toon waaruit valt op te maken dat hij dergelijke risiko's
gewoon accepteert. Het hoort erbij. Je kunt er niets aan doen. Dui
zenden jonge bomen letterlijk naar de knoppen", verzucht hij.
de verzekering moesten blijven staan van der Locht was eigenlijk altijd
omdat de schade moest worden aardbeienteler. De laatste jaren werd
vastgesteld die de koeien van de die teelt om allerlei redenen steeds
buurman in de frisse struiken had- moeilijker. Zo zijn er enige goede
den aangericht zijn volledig kapot- bestrijdingsmiddelen uit de handel
gevioren. genomen, terwijl de moeilijkheden
Van de Ligustrum Ovalifolium zijn met de seizoenarbeid steeds groter
gelukkig de meeste nog voor de inval werden. In de loop van de jaren heeft
van de vorst gerooid en afgeleverd de aardbeienteelt plaats gemaakt
maar van de 25.000 die er nog staan voor die van bomen en struiken voor
is het bovengrondse deel stuk. Ze zijn bos en haag. In hun assortiment zit-
daardoor onverkoopbaar geworden, ten o.m. rozen, berberis, vlierbes, eik
Van der Locht sr.: "Ze hebben nu en tamme kastanje,
een waarde van 3 cent terwijl ze bij Vader en zoon van der Locht zien het
verkoop per stuk 17 cent opgebracht in de kwekerij van deze struiken en
zouden hebben. We gaan ze wel op- bomen wel zitten,
nieuw planten maar het kost ons wel
een jaar renteverlies en veel extra
arbeid." J. WIERENGA
Vader en zoon van der Locht bij de stuk gevroren Azalea's. Bij de één-en tweejarige boompjes laat de vorstschade zich vrij ernstig aanzien.
De Jager heeft een fruitteeltbedrijf
dat 7 ha groot is en waarvan de op
stand voornamelijk bestaat uit peren.
Naast deze teelt kweekt hij ook jonge
bomen voor zowel zichzelf als voor
de handel. Vooral zijn kwekerij heeft
ernstig te lijden van de strenge vorst
maar ook de onderstammen van zijn
fruitopstand zijn niet schadevrij
gebleven!
Maar dat is nog niet alles. De onder
nemende fruitteler uit Kruisland is
ook zwaar getroffen in de Flevopol-
der. In het kader van de ruilverka
veling Kruisland/Wouw kreeg hij
daar een nieuw bedrijf van 16 ha
toegewezen en met goede moed
plantte hij er vorig jaar oktober en
november zo'n 12.000 nieuwe appel
boompjes. Eén- en tweejarige
boompjes van voornamelijk de ras
sen Elstar, Jonagold en Cox's. Deze
hebben nu zwaar te lijden en er moet
nog maar af worden gewacht wat er
van overblijft. Eigen kweek allemaal.
Een geluk bij een ongeluk is dat hij
daar nog geen peren heeft neergezet
want die zouden zeker kapot zijn ge
gaan.
Bredere basis
De Kruislandse fruitteler is pas en
kelejaren geleden begonnen met het
kweken van fruitbomen. Een nieuwe
aktiviteit die zijn bedrijf een bredere
basis geeft en waarvan de afzet tot nu
toe goed verloopt. Nu deze tegen
slag. Een groot deel van de bescha
digde geoculeerde onderstammen
in Kruisland was ook bestemd voor
de polder maar moet als verloren
worden beschouwd.
Opnieuw oculeren betekent twee
jaar produktieverlies. Hij denkt er
daarom sterk over om te enten op
onderstam zodat in ieder geval een
jaar wordt gewonnen.
Schaarste
De schade bij de oculaties in ons
land is in het algemeen zo groot dat
er een schaarste is ontstaan. Veel
kwekers en handelaren zoeken in de
reeds gesnoeide boomgaarden naar
snoeihout dat onder de sneeuw heeft
gelegen en nog ongeschonden is en
als enthout kan worden gebruikt. De
sektor is duidelijk nerveus zo heeft
de Jager kunnen konstateren.
Het is hem overigens opgevallen dat
niet alle rassen evenzeer door de kou
zijn aangetast. Zo hebben de Gloster
en de Idared zich goed gehouden
terwijl de bevindingen met Elstar en
Jonagold minder goed tot slecht zijn
te noemen.
Fruitteelt
In Kruisland teelde de Jager hoofd
zakelijk peren. Voorzover hij kan
beoordelen valt de schade bij de
Conference, de Doyenne du Cornice
en de Triomphe wel mee. Laatstge
noemde heeft zich tot nu toe het
beste gehouden. In het algemeen is
het zo dat daar waar de onderstam
men in de sneeuw hebben gestaan
van schade nauwelijks sprake is
maar waar de koude wind met de
scherpe zon vrij spel hebben gehad is
de schade beduidend. "Maar wat de
fruitbomen betreft nog geen paniek,
want je hebt maar 5% van de knop
pen nodig; aldus de Jager en die zit
ten er kerngezond en wel aan, zelfs
na de tweede vorstperiode die volgde
na de snoei. Alleen bij Elstar en Jo
nagold is dat twijfelachtig. De James
Grieve en de Summerred hebben
zich betrekkelijk goed gehouden.
Het typische is, konstateert hij, dat
de zwakke onderstam M 27 het beste
uit de bus komt. Voorts hebben de
viruszieke bomen minder schade dan
de virusvrije. De snelle groeiers zijn
Vrijdag 22 februari 1985
kwetsbaarder gebleken. Wat de pe
ren betreft moet volgens de Jager re
kening worden gehouden met niet
geringe schade aan de Kwee C on
derstam. Er zijn zelfs al telers die
erover denken om een soort koker te
maken teneinde deze kwetsbare bo
men zo te beschermen tegen even
tuele felle koudegolven de komende
jaren.
"Er is in Zeeland grote behoefte aan
een vast adres voor gekoördineerde
kennisoverdracht tussen bedrijfs
leven en wetenschap. Daarom moe
ten er op korte termijn initiatieven
worden genomen om te komen tot
een goede kennis infrastruktuur voor
Zeeland". Dit onder meer zei drs.
J.C. de Jong aan het begin van de
tweede presentatie van de Wage-
ningse Landbouw Hogeschool (LH)
in Zeeland op woensdag 30 januari
j.l. in het gebouw van de Provinciale
Waterstaat in Middelburg. Zoals be
kend is deze presentatie van de
Landbouw Hogeschool tot stand ge
komen op initiatief van de Commis
sie Universitaire Contacten (CUC)
van het Koninklijk Zeeuws Genoot
schap der Wetenschappen. Doel van
dit initiatief is het bevorderen van de
wisselwerking tussen personen, be
drijven, diensten en instellingen in
Zeeland enerzijds en de LH ander
zijds. De laatste presentatie in dit
kader vindt plaats op woensdag 20
maart. De goed bezochte bijeen
komst stond wederom onder leiding
van de vice-voorzitter van de CUC,
drs. J.C. de Jong, die in het dagelijks
leven direkteur is van het Econo
misch Technologisch Instituut voor
Zeeland. De bijeenkomsten .zijn
voorbereid door een werkgroep uit
de CUC bestaande uit: drs. J.C. de
Jong (ETI); ir. Ch.B. Landré (Pro
vinciale Waterstaat) en mr. J. Oggel
(ZLM).
Centraal thema bij deze tweede pre
sentatie was het college van professor
dr. E.H. Adema van de Vakgroep
Luchthygiëne en -Verontreiniging
van de LH over het onderwerp "In
vloed van luchtverontreiniging op
gewassen". Daaraan voorafgaand
werden korte inleidingen gehouden
door respektievelijk het hoofd voor
lichting van de LH de heer P. Aben
over koncentratiepunten van de LH
en door de heer G.S. Brabander over
het zogenaamde transferpunt aan de
Landbouw Hogeschool. Een en an
der had de bedoeling aandacht te
besteden aan de kennis en de maat-
De Jager konkluderend: "Het wordt
voor onze sektor een moeilijk jaar.
Noch over de totale appel- en pere-
produktie - noch over de prijzen valt
iets te zeggen. Dat geeft allemaal
nogal wat spanning. Maar de natuur,
zo hebben we geleerd, kan veel her
stellen. Geen paniek daarom", zo
zegt de toekomstige polderbewoner
optimistisch.
Onverkoopbaar
Vader J. van der Locht (49) en zijn
zoon L.M.M. van der Locht (24) uit
het Nederlands-Belgisch grensge
bied bij Wernhout hebben hun ge
wassen ook niet uit de vernietigende
groep van Koning Winter kunnen
houden. Ca. 1000 Azalea's die voor
schappelijke dienstverlening die de
Landbouw Hogeschool aan Zeeland
kan bieden.
Koncentratiepunten
De heer Aben gaf in het kort aan op
welke punten de LH zich voorname
lijk koncentreert. Deze punten zijn:
plantenveredeling, visveredeling,
milieu, biotechnologie en levens
middelentechnologie/humane voe
ding. De heer Aben vertelde dat de
Landbouw Hogeschool in Neder
land de enige instelling is die een
volledige opleiding milieuhygiëne
heeft, dat wil zeggen op het gebied
van water, bodem en lucht. Op di
verse punten zijn aan de LH opmer
kelijke resultaten bereikt.
Transferpunt
De heer Brabander legde uit wat de
funktie is van het transferpunt van de
Landbouw Hogeschool. Het trans
ferpunt is in het leven geroepen om
de doorstroom van kennis naar het
bedrijfsleven te stimuleren. Het gaat
om hoogwaardige kennis die leidt tot
vernieuwingen, verbeteringen of ge
woon tot oplossingen van vraagstuk
ken in een bedrijf. Via het transfer
punt wordt die kennis bereikbaar
gemaakt. Met een bedrijf dat kontakt
op neemt met het transferpunt wordt
eerst een oriënterend gesprek ge
houden. Daarna kan de vraag in een
projekt omgezet worden zodat des
kundigen aan het werk kunnen. De
bemiddeling van het transferpunt is
gratis. Voor de uitvoering van het
projekt moet betaald worden; Daar
over worden tevoren afspraken ge
maakt, evenals over de loopduur van
het projekt en de exklusiviteit daar
van. Het transferpunt is te bereiken
onder telefoonnummer 08370-84481
Luchtverontreiniging
Professor Adema ging nader in op 3
aspekten van luchtverontreiniging,
te weten: direkte inwerking van
luchtverontreiniging op planten, in-
direkte inwerking op planten en zure
regen.
Wat de direkte inwerking op planten
betreft is vooral van belang de hoge
fluorbelasting in zuidwest Neder
land. Professor Adema maakte aan
de hand van dia's duidelijk op welke
wijze planten door diverse compo
nenten van luchtverontreiniging
worden aangetast. Een van de ge
volgen kan bijvoorbeeld zijn knop-
uitval bij fruitbomen. Mengsels van
bepaalde componenten kunnen in
bepaalde kombinaties nog versterkt
op de planten inwerken. De indirek-
te werking van luchtverontreiniging
op planten ontstaat vooral via het
opnemen van de diverse componen
ten via de bodem en/of het water.
Gevolg hiervan is een verzurende
werking. Het is erg moeilijk om dit
proces tegen te gaan. Geprobeerd
wordt via kalkgiften de schade te
beperken. Overigens hebben niet al
leen planten te lijden van deze ver
zurende werking, maar ook meren,
bossen en gebouwen. Over de zure
regen vertelde professor Adema dat
daaruit zeer nare gevolgen kunnen
ontstaan voor flora en fauna. De
sterke verzuring van het milieu is
vooral de laatste decennia opgetre
den. Vanaf 12.500 jaar voor Christus
tot in het midden van deze eeuw is
nauwelijks verzuring van het milieu
gekonstateerd. Daarna is het zeer
snel gegaan. Het zoeken naar oorza
ken van zure regen is een zeer lastige
en moeilijke opgave. Gedacht moet
daarbij vooral worden aan fossiele
brandstoffen en overbevolking. Ook
dë natuur zelf zorgt voor enorme
emissies. Deze vinden echter ver
spreid plaats. Met name de mens is
veroorzaker van gekoncentreerde
emissies. Zure regen is een interna
tionaal probleem. Zo is de depositie
in Nederland geringer dan de emis
sie, dat wil zeggen dat Nederland
zure regen exporteert. Er is echter
ook import: zwaveldioxyde bijvoor
beeld wordt voor 11% uit het buiten
land geïmporteerd. Bij kleigronden
is de bufferende kapaciteit van de
bodem vrij groot. Toch moet op de
langere duur rekening gehouden
worden met de verarming van de
bodem met alle gevolgen van dien.
Ook is er een positieve relatie tussen
de zuurgraad en de cadmiumkon-
centratie. In de marge van zijn kol
lege maakte professor Adema ook
nog opmerkingen over de gevolgen
van fosfaten in het water; (dicht
groeien met algen) en over de Mar
kerwaard (niet inpolderen). Interes
sant was ook een dia waarop duide
lijk werd gemaakt hoe met infra-
rooddetektie problemen in gewassen
met behulp van computerprogram
ma's kunnen worden opgespoord. In
de diskussie gaf professor Adema toe
dat er in principe oplossingen denk
baar en mogelijk zijn voor de pro
blemen voor luchtverontreiniging.
Men moet dan echter wel bereid zijn
de problematiek serieus te nemen.
Vanuit de zaal kwamen er ook kriti
sche kanttekeningen ten aanzien van
zijn standpunt dat de Markerwaard
niet ingepolderd moet worden. Ge
steld werd dat daarbij meerdere as-
pekten tegen elkaar afgewogen
moeten worden en dat het niet aan
gaat uitsluitend het milieuhygiënisch
aspekt te wegen.
Laatste bijeenkomst
De derde en laatste bijeenkomst in
deze cyclus vindt plaats op woensdag
20 maart a.s. om 14.00 uur in de
nieuwe provinciale Zeeuwse biblio
theek te Middelburg, Kousteense-
dijk 7, (vlakbij het station). Het the
ma van deze bijeenkomst is "agrari
sche industrie". Het is de bedoeling
om daarbij ook de onlangs versche
nen diskussienota "Zeeuwse pro-
duktstromen" te betrekken. Via de
persmedia zal deze bijeenkomst nog
nader aangekondigd worden.
Belangstellenden dienen zich om or
ganisatorische redenen vooraf aan te
melden via het ETI (tel.
01180-14155) of via de ZLM (tel.
01100-21010, toestel 40).
Mr. J. Oggel
13