Nederland eksportland 8q* vanuit de Z.L.M. gezien zuidelijke landbouw maatschappij Landbouworganisaties vragen ruilverkaveling aan voor Tholen St. Philipsland mil VRIJDAG 25 JANUARI 1985 65e JAARGANG NO. 3766 land- en tuinbouwblad De wildschade neemt in het Zuidwesten van ons land de laatste jaren sterk toe. De hoofdschuldigen zijn-de ganzen die zich in oris werkgebied vaak massaal te goed doen aan o.m. de jonge wintertarweplantjes. Op velerlei wijze wordt getracht de vraat - 'en trapschade zoveel mogelijk te voorkomen. Deze agrariër probeert het op een ludieke manier: een poppenechtpaar en een baby in de wieg moeten de vogels de stuipen op het lijf jagen. Het aantal schademeldingen is na de dooi aanzienlijk toegenomen. Vooral op Tholen en N oord-Beveland. De Jachtraad overweegt dan ook de minister te adviseren de jacht op een aantal vogelsoorten weer open te stellen. Het gaat weer beter met onze ekonomie. Een van.de belangrijkste gevolgen daarvan is dat de stijging van de werkloosheid tot staan is gebracht met een lichte verbe tering van de werkgelegenheid. Wij mogen daar verheugd over zijn aangezien de wer kloosheid wel een van de meest schrijnende problemen is waar wij mee te maken hebben. Maar tegelijkertijd zien wij de spanningen toenemen bij de onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden. Vooral de arbeidstijdver korting is een belangrijke doelstelling van de vakbonden. De vraag is of ieder wel zo gelukkig is met een arbeids tijdverkorting met de onzekerheid of hierdoor voldoende arbeidsplaatsen gecreeerd worden. Nederland, sterk af hankelijk van de eksport, verkeert daarbij in een kwets bare positie. Eksport is alleen mogelijk met lage prijzen en goede kwaliteit van onze produkten. De land- en tuinbouw heeft dat duidelijk ingezien getuige de grote eksport. In de land- en tuinbouw is men bereid geweest investe ringen te doen op individuele bedrijven. Maar er is ook positief ingespeeld op de ontwikkelingen bij de indus triële verwerking en de konsentratie van het aanbod. Kortom, investeringen te doen en deze prioriteit te geven boven konsumptieve bestedingen. Grote verschillen bestaan er in de land- en tuinbouw tussen het bedrijfsekonomisch en fiskaal inkomen en het besteedbaar inkomen. Daarmee dient rekening gehou den te worden als het gaat om een inkomensvergelijking in de landbouw tussen de lidstaten van de EEG zoals deze vorige week zijn gepubliceerd. Om een redelijke vergelijking te kunnen maken dienen daarbij ook de verschillen in levensstandaard betrokken te worden. Nederland behoort tot de landen met de hoogste levensstandaard. Deze hoge levensstandaard kan niet voorkomen dat er in onze samenleving een spanningsveld bestaat tussen de bereidheid ontwikkelin gen en maatregelen te aksepteren die in het belang zijn van onze ekonomie en de werkgelegenheid maar vanuit bepaalde groeperingen of beschouwingen als minder gewenst beoordeeld worden. Voorbeelden liggen er voor het grijpen. Op dit moment is de bouw van twee kerncentrales ak- tueel. De gevaren van kernenergie en de opslag of ver werking van radio-aktief afval dient zwaar gewogen te worden. Van groot belang is het echter ook de ontwikke lingen in de landen om ons heen te volgen. Wanneer wij daar geen rekening mee houden is het ge vaar groot dat wij in de jaren negentig - want daar praten wij nu over - moeten ervaren dat onze energieprijzen niet meer konkurrérend zijn. Een andere belangrijke overweging dient te zijn het op treden van 'smog'' bij andere vormen van energieop wekking. Het afgelopen weekend hebben wij gezien hoe hoog deze problemen kunnen oplopen. Het standpunt van de ZLM, ingenomen tijdens de Brede Maatschappelijke Diskussie over de kernenergie kan naar mijn mening ongewijzigd positief blijven vóór kernener gie. Een andere aktuele zaak is de inpoldering van de Mar kerwaard. Ernstige kritiek hebben wij op de berekeningen van het LEI. De berekeningen zijn zeer kortzichtig. Onze belangrijkste bezwaren zijn dat men uitgaat van de hui dige situatie terwijl de grond na inpoldering pas in de negentiger jaren in kuituur gebracht kan worden. Verder is men teveel uitgegaan van de gegarandeerde produkten. Juist deze nieuwe gronden zijn zeer geschikt voor gespecialiseerde teelten zoals pootgoed. Geen re kening is er gehouden met de mogelijkheden om deze nieuwe gronden ten dienste te stellen van het oude land Op initiatief van de kring Tholen en Sint Philipsland van de Zuidelijke Landbouwmaatschappij (ZLM) en de kring Tholen van de Christelijke Boeren- en Tuindersbond (CBTB) is door het overlegorgaan 3 Zeeuwse Landbouw Organisaties (3 ZLO) bij Gedeputeerde Staten van Zee land een aanvraag tot ruilverkaveling ingediend voor het gebied van het voormalige eiland Tholen. De Thoolse landbouworganisaties hebben met dit initia tief uiting gegeven aan de bij velen in het gebied levende wens om verbetering aan te brengen in de verkavelings situatie. Omdat de ontsluiting en de afwatering niet of nauwelijks verbetering behoeven gaan de gedachten van de Thoolse landbouworganisaties zeer bepaald uit naar een ruilverkaveling met een overwegend administratief karakter. Dit betreft een wijze van verkavelen volgens de in het kader van het struktuurschema landinrichting geopende mogelijkheid om buiten de beleidskaan jaar lijks voor gemiddeld vijfduizend hektaren ruilverkave lingen uit te voeren met een overwegend administratief karakter. In dat geval kan in hoofdlijnen volstaan worden met de uitvoering van kavelinrichtingswerken. Een en ander is beduidend goedkoper dan een volledige ruil verkaveling. De landbouworganisaties op Tholen hebben er de aan dacht op gevestigd dat nog dient te worden bezien in hoeverre het gevraagde landinrichtingsprojekt in samen hang met de zoetwatervoorziening kan worden ontwik keld. Het 3 ZLO heeft inmiddels het initiatief van de Thoolse organisaties vertaald via een verzoek aan het kollege van Gedeputeerde Staten van Zeeland om de nodige stappen te ondernemen om de gevraagde ruilverkaveling te rea liseren. De eerste stap daartoe is opneming van het ge bied op het voorbereidingsschema voor ruilverkavelin gen. Overigens is reeds in 1980 ook voor Sint-Philipsland een ruilverkaveling aangevraagd. Tot nu toe heeft de Centrale Kuituur Technische Kommissie (CCC) opname van Sint Philipsland op het voorbereidingsschema aan gehouden in verband met de uitvoering van projekten in het kader van de Deltawerken. Vanuit het gebied heeft men inmiddels laten weten dat het de bedoeling is om in te spelen op de in de nieuwe Landinrichtingswet geboden mogelijkheid voor een ruilverkaveling met overwegend administratief karakter. Gehoopt wordt nu dat beide projekten binnen afzienbare tijd in voorbereiding kun nen worden genomen. om daar knelpunten op te lossen. Onder andere via ruil verkavelingen en onteigeningen. Terecht heeft het Land bouwschap kritisch gereageerd op de berekeningen van het LEI. Wij vinden dat het LEI zich buiten politieke dis kussie dient te houden dan wel pogingen te doen deze te beïnvloeden. Hierover dienen duidelijke afspraken gemaakt te worden willen wij in de toekomst onze medewerking aan het LEI kunnen blijven geven. Zoals gezegd, de land- en tuinbouw durft investeringen te doen die mede van groot belang zijn voor onze ekonomie. Ontwikkelingen in verschillende sektoren op individuele bedrijven die respekt afdwingen. Ontwikkelingen in de veredelingssektor hebben tot gevolg gehad dat wij nu met problemen van mestoverschotten te maken hebben. Door de georganiseerde landbouw is dit probleem reeds geruime tijd onderkend. Druk is uitgeoefend om te komen tot wettelijke maatre gelen o.a. via de meststoffenwet. Deze wet is dringend gewenst aangezien de interimwet naar onze mening de problemen niet oplost en de bedrijfsontwikkeling ongun stig beïnvloedt. Het is voor de land- en tuinbouw van algemeen belang dat er oplossingen komen om op verantwoorde wijze mest af te zetten of te verwerken voor de veredelingssek tor in de konsentratiegebieden. De kans van slagen binnen redelijke termijn zal afhangen van een brede medewerking van de ondernemers zelf maar ook van de verschillende instanties die bij deze problematiek betrokken zijn. De land- én tuinbouw is bereid initiatieven te nemen en verantwoordelijkheid te dragen, ervan uitgaande dat on ze konkurrentiepositie niet in gevaar mag komen. Doeleman

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1985 | | pagina 1