Rassenkeuze zomerqerst 1985
Rassenkeuze zomertarwe 1985
Rassenkeuze bruine bonen 1985
Rassenkeuze haver 1985
Tabel 1. Korrelopbrengst zomergerstrassen 1984 en meerjarig gemiddelde in verhoudingsgetallen op de Zuidwestelijke
zeeklei
Ras
proefveld
Westmaas
Colijnsplaat
Halsteren
Z.W.
zeeklei
zaaidatum
19 maart
1 maart
1 maart
gemiddeld
N-min/ha
100
56
117
1984
1979 t/m
kg N/ha
40*
O
O
55
55*
20
1984
Trumpf
97
97
100
101
99
99
101
Menuet
88
85
89
89
93
89
98
Grit
97
100
102
101
100
100
101
Apex
98
103
96
94
102
99
105
Efron
96
95
98
95
99
97
104
Havila
93
94
102
101
95
97
104
Bellona
97
95
-
96
106
gemiddelde:
7230
6455
100 kg/ha
7230
7260
7010
7020
7630
fungiciden
Tabel 2. Waardering van enkele raseigenschappen* volgens de 60e Rasseniijst 1985
ras
geschiktheid
voor
dekvrucht
stevig
heid
stro
veer
kracht
brouw
kwali
teit
doorwas
resistent tegen
gele roest
meeldauw
Trumpf
8
9
6,5
8,5
8
7
6
Menuet
7
7
6,5
7,5
7
6
5
Grit
8
8,5
6,5
8,5
7,5
7,5
6
Apex
6
7
6
7
7
8
Efron
7,5
7,5
7
5
7
6
6
Havila
7
6
7
5
7
5
5
Bellona
7
7,5
7
5
6
4,5
6
Een hoog cijfer duidt op een gunstige waardering.
In 1984 is in het Zuidwestelijk klei
gebied een einde gekomen aan de af
name van het areaal zomergerst. Er
was zelfs een aanzienlijk grotere op
pervlakte dan in 1983. Het areaal in
het zuidwesten was in 1984 9400
ha, tegen 8000 ha in 1983.
Landelijk gezien was er nog sprake
van een daling van de oppervlakte
zomergerst met 3500 ha, waardoor
het areaal voor heel Nederland op
23.500 ha kwam. Trumpf was ook in
1984 met meer dan 90% van het -
areaal het meest geteelde ras. In het
zuidwesten is in de praktijk meer dan
80% van het areaal gezaaid tussen 19
en 24 maart. De groei en ontwikke
ling verliepen aanvankelijk traag. Op
de meeste percelen zomergerst wa
ren vrij veel planten aanwezig. De
vroeggezaaide gerst had later een
gulle bladontwikkeling en was alge
meen het hele groeiseizoen aan de
zware kant. Dankzij betere weer
somstandigheden tijdens de korrel-
vulling was er weinig legering.
De later - in april - gezaaide zomer
gerst gaf een minder goede stand te
zien. In de zware gejvassen kwam
nogal meeldauw voor. Hiertegen is
vrij algemeen een bespuiting uitge
voerd.
De korrelopbrengst van de meeste
vroeggezaaide zomergerst was zeer
goed tot hoog en varieerde van 6000
tot 7000 kg per ha.
Er hebben in 1984 in het zuidwesten
3 proefvelden met zomergerstrassen
gelegen. De uitkomsten daarvan zijn
in tabel 1 weergegeven.
Beschrijving van de rassen
Voor de brouwerij
Trumpf geeft goede opbrengsten en
heeft een 'goede tot zeer goede
brouwkwaliteit. Het stro is vrij kort
en zeer stevig. Heeft een trage begi-
nontwikkeling en een matige grond-
bedekking. Rijpt vrij laat tot laat. Is
middelmatig gevoelig voor meel
dauw en vrij weinig voor gele roest.
Weinig gevoelig voor doorwas. Ver
draagt laat zaaien en minder goede
omstandigheden slecht.
Menuet gaf in 1984 matige, maar
gemiddeld over de laatste 5 jaar vrij
goede tot goede opbrengsten. De
korrel heeft een vrij goede tot goede
brouwkwaliteit. Heeft e wat trage
beginontwikkeling en vrij stevig stro.
Is# middelmatig vatbaar voor gele
roest en vrij sterk vatbaar voor
meeldauw. Rijpt vrij laat. De
brouwkwaliteit is vrij goed tot goed.
Grit geeft goede opbrengsten. De
brouwkwaliteit is goed tot zeer goed.
Het stro is vrij kort en stevig tot zeer
stevig. De beginontwikkeling is traag
en de grondbedekking matig. Werd
weinig door gele roest en middelma
tig door meeldauw aangetast. Rijpt
vrij laat tot laat. Verdraagt laat zaai
en en minder goede omstandigheden
matig.
In beproeving voor de brouwerij
Apex geeft zeer goede opbrengsten.
Heeft een vlotte beginontwikkeling.
Groeit gemakkelijk en is vrij weinig
gevoelig voor doorwas.
Het stro is van gemiddelde lengte en
vrij stevig. Werd weinig door meel
dauw aangetast. Rijpt vroeg. De
brouwkwaliteit lijkt vrij goed tot
goed.
Èfron heeft goede tot zeer goede op
brengsten gegeven. De brouwkwali
teit lijkt vrij goed. Heeft vrij stevig tot
stevig stro.
Werd middelmatig door meeldauw
aangetast.
Voergerstrassen
Havila geeft zeer goede opbrengsten.
Het stro is van gemiddelde lengte en
middelmatig stevig. Lijkt vrij sterk
vatbaar voor gele roest e'n wordt vrij
sterk door meeldauw aangetast. Vrij
weinig gevoelig voor doorwas.
Konsulentschappen voor de Ak
kerbouw en de Tuinbouw in het
Zuidwestelijk kleigebied
Proefstation voor de Akkerbouw
en de Groenteteelt in de volle-
grond te Lelystad
Rijksinstituut voor het rassenon-
derzoek van cultuurgewassen te
Wageningen
Proefboerderijen "Rusthoeve" en
"Westmaas"
Ing.J.M. v.d. Wee le
Bellona heeft zeer goede opbreng
sten gegeven. Het stro is van gemid
delde lengte en vrij stevig tot stevig.
Werd middelmatig door meeldauw
aangetast en lijkt vrij sterk tot sterk
vatbaar voor gele"roest. Middelmatig
gevoelig voor doorwas.
Advies
Voor de teelt van brouwgerst worden
Trumpf en Grit aanbevolen op
grond van brouwkwaliteit en stros
tevigheid.
Apex heeft zeer goede opbrengsten
gegeven. Het voergerstras Bellona
gaf eveneens zeer goede opbreng
sten.
- Aanvullende informatie is te vin
den in de 60e beschrijvende Ras
seniijst voor Landbouwgewassen
1985.
Ing. J.M. v.d. Weele
C.A.T. Goes
In 1984 is de met zomertarwe beteelde oppervlakte in het Zuidwestelijk
kleigebied verder afgenomen. Het areaal was in 1984 1100 ha, in
1983 nog 2000 ha. Als belangrijke oorzaak van het sterk verminderde
areaal kan worden genoemd het grote verschil in korrelopbrengst tus
sen zomer- en wintertarwe. Daarnaast is er geen wintertarwe door
uitwinteren verloren gegaan. Het verschil in zaadopbrengst tussen zo
mer- en wintertarwe bedraagt 1500-2000 kg per ha in het voordeel van
de wintertarwe. De korrelopbrengst van zomertarwe in het Zuidwesten
bedroeg dit jaar 6900 kg per ha. In het Zuidwesten werd bijna
uitsluitend het ras Stratos geteeld.
Bijna alle zomertarwe is in de praktijk gezaaid tussen 19 en 24 maart;
het rassenproefveld is op 1 maart gezaaid.
De rassenproef zomertarwe heeft in
1984 gelegen op het bedrijf van M.
Potters te Halsteren.
In tabel 1 zijn de uitkomsten van dit
proefveld en de 'meerjarig gemiddel
de korrelopbrengst vermeld.
De stikstofvoorraad in de grond was
117 kg N/ha. De stikstof is in 3 maal
gegeven, respektievelijk 20, 30 en 40
kg N/ha.
Beschrijving van de rassen
Stratos geeft zeer goede opbreng
sten. Heeft vrij lang en vrij stevig tot
stevig stro. Is in het voorjaar vrij
traag. Wordt middelmatig door gele
roest, nogal door meeldauw en mid
delmatig tot vrij weinig door afrij-
pingsziekten aangetast. Is vrij sterk
vatbaar voor bruine roest. Rijpt vrij
laat. Is gevoelig voor de bodemher
biciden metoxuron, chloortoluron en
isoproturon.
Melchior geeft in het Zuidwesten vrij
goede tot goede opbrengsten. Door
de grootte van de korrel en de matige
uitstoeling is vrij veel zaaizaad nodig.
Het stro is vrij stevig tot stevig. Is
middelmatig vatbaar voor gele roest,
vrij weinig voor meeldauw en mid
delmatig tot vrij weinig voor afrij-
pingsziekten en weinig vatbaar voor
bruine roest. Rijpt laat. Is gevoelig
voor de bodemherbiciden metoxu
ron en chloortokiron.
Bastion geeft matige opbrengsten.
Heeft vrij kort en stevig stro. Is sterk
vatbaar voor gele roest en afrij-
Vrijdag 18 januari 1985
pingsziekten. Middelmatig vatbaar
voor meeldauw en bruine roest. Rijpt
vrij vroeg tot vroeg. Is gevoelig voor
het bodemherbicide isoproturon.
Adonis geeft vrij goede tot goede op
brengsten. De uitstoeling is matig.
Heeft middenlang, vrij stevig,
veerkrachtig stro. Rijpt vrij vroeg tot
vroeg. Is weinig vatbaar voor gele
roest, vrij sterk vatbaar voor bruine
roest, middelmatig voor afrijpings-
ziekten en middelmatig tot vrij wei
nig voor meeldauw.
Minaret heeft zeer goede opbreng
sten gegeven. Heeft vrij kort en vrij
stevig stro. Wordt vrij weinig door
meeldauw, middelmatig door bruine
roest en nogal door afrijpingsziekten
aangetast. Wordt vrij sterk door gele
roest aangetast. Rijpt vroeg. Is ge
voelig voor de bodemherbiciden
metoxuron, chloortoluron en isopro
turon.
Tabel 1. Körrelopbrengst zomertarwerassen 1984 en meerjarig gemiddelde in
verhoudingsgetallen op de Zuidwestelijke zeeklei
ras
Halsteren
zuidw. zeeklei
1984
1979 t/m 1984
Stratos
108
104
Melchior
98
Bastion
92
94
Adonis
97
99
Minaret
107
105
Heros
104
100
gemiddelde:
5880
100 kg/ha
6820
Tabel 2. Enkele raseigenschappen van zomertarwe volgens de 60e Rasseniijst
1985
tijdstip zaaien
resistentie tegen
ras
gele
bruine
afrijpings
vroeg
laat
roest
roest
ziekten
Stratos
7
6
6/5
5
6,5
Melchior
8
6
6/5
8
6,5
Bastion
6
6
4/4
6
4
Adonis
7
7
8/7
5
6
Minaret
6
6
5/5
6
5,5
Heros
6
6
6/5
5,5
5
Een hoog cijfer duidt op een gunstige waardering.
Heros heeft op de Zuidwestelijke
zeeklei goede opbrengsten gegeven.
Heeft middenlang en middelmatig
tot vrij stevig stro. Wordt middelma
tig door gele roest, nogal door bruine
roest en vrij sterk door meeldauw en
afrijpingsziekten aangetast. Rijpt
vroeg. Is gevoelig voor de bodem
herbiciden metoxuron, chloortolu
ron en isoproturon.
Advies
Gelet op zaadopbrengst komen in
aanmerking de rassen Minaret en
Stratos. Minaret heeft een gunstige
waardering voor de broodbereiding.
Verschillen in vatbaarheid voor ziek
ten moeten mede in de keuze worden
betrokken.
Voor doorzaak - in wintertarwe - zijn
de vroegrijpende rassen Minaret en
Heros het meest geschikt.
Aanvullende informatie is te vinden
in de 60e Beschrijvende Rasseniijst
voor Landbouwgewassen 1985.
De verbouw van bruine bonen is ty
pisch een Zeeuwse aangelegenheid
en dan nog voornamelijk in Zeeuws-
Vlaanderen. De oppervlakte is vrij
konstant 3000 a 3500 ha. Van de hui
dige twee rassen heeft Berna de
grootste verbreiding 90%. In 1984
is er voor het eerst sinds 1978 weer
een rassenproef geweest voor de be
proeving van een nieuw ras.
Opbrengstgegevens proef 1984
(voorlopige cijfers) in verhoudings
getallen:
Berna 99
Narda 106
100 kg/ha
2895
Korte beschrijving van de rassen:
Berna
Vrij vroeg rijpend ras met een vrij
goede resistentie tegen de meeste
ziekten. Vlot ontwikkeld, goed dek
kend gewas. Matig stevig stro. Hoge
peulvrucht. De boon is licht van
kleur met een goede konsumptiek-
waliteit. Goed opbrengend.
Narda
Rijpt vroeg en heeft een goede resis
tentie tegen de meeste ziekten. Iets
trage beginontwikkeling. Kort stevig
stro met een korte bloeitijd en ge
lijkmatige afrijping. De boon is iets
korter en gevulder dan die van Berna
en ook iets donkerder van kleur.
Goede konsumptiekwaliteit. Heeft
zeer goede opbrengsten gegeven.
Aanvullende informatie is te vinden
in de 60e Beschrijvende Rasseniijst
voor Landbouwgewassen 1985.
W. Maljaars
De met haver beteelde oppervlakte
bedroeg in 1984 in het Zuidwesten
550 ha; in 1983 werd 850 ha en in
1982 werd nog 1600 ha verbouwd.
Daardoor is de betekenis van haver
erg klein geworden. Dula en Alfred
waren de meest verbouwde rassen.
In 1984 heeft in het Zuidwesten geen
rassenproef met haver gelegen.
Volstaan wordt met het geven van de
gemiddelde korrelopbrengst van de
haverrassen op kleigrond over de
periode 1979 t/m 1984, in verhou
dingsgetallen.
Ras
gemiddelde,
kleigrond
1979 t/m 1984
Dula
Alfred
Leanda
Perona
Pluco
100
kg/ha
101
100
97
100
103
6690
Voor meer informatie wordt verwe
zen naar de 60e Beschrijvende Ras
seniijst voor Landbouwgewassen
1985.
11