Raad Bedrijfsontwikkeling Zeeland
diskussieerde over positie vrouw op
bedrijf
Landbouwschap nog niet
eens over financiering
mestproblematiek
Europese Kommissie
gaat optreden tegen
steun aan
varkenshouderij
in Frankrijk
Overbruggingsregeling melkveehouders
van start
Voorlichter J. Franssen
met V.U.T.
Praktijkproef met vriendelijker
huisvesting leghennen
Melkprijs in 1983 6% beneden richtprijs
Duitsland na Nederland grootste kaas-eksportland
In zijn openingswoord wees voorzitter A.J.G. Doeleman op de slechte
weersomstandigheden van de laatste weken, hetgeen de oogst ernstig
heeft bemoeilijkt. In de gezinnen heeft dit ook veel spanningen gegeven.
Alhoewel nu nog niet alles geoogst is, zijn de werkzaamheden nu
gelukkig toch ver gevorderd. De superheffing is nog steeds de grote
zorg van de veehouders. In Zeeland zijn relatief veel aanvragen inge
diend voor de opkoopregefing. Dit versterkt de eenzijdige struktuur van
de Zeeuwse landbouw. Medegedeeld werd dat de eerste uitspraak van
het College van Beroep inzake de bezwarenprocedure m.b.t. de Super
heffing negatief is uitgevallen. De aanvraagtermijn voor de opkoopre
geling is verlengd.
Positie boerin
In de vergadering waren vertegen
woordigers aanwezig van de 3 plat
telandsvrouwenorganisaties. Zij
hielden een inleiding die zij hebben
gemaakt n.a.v. het rapport "Met het
bedrijf getrouwd" van ir. G.J.M.
Loeffen. Dit rapport handelt over de
positie van de vrouw op het agrarisch
gezinsbedrijf. In de inleiding werd
dit onderwerp toegespitst op de
Zeeuwse situatie. Hieruit blijkt, dat
de positie van de boerin langzaam in
positieve zin aan het veranderen is.
Het wordt anderzijds niet meer zo
vanzelfsprekend geacht dat, wanneer
een vrouw met een boer trouwt, dit
automatisch inhoudt dat zij op het
bedrijf gaat meewerken. Overigens
wordt het acceptabel gevonden dat
de vrouw tijdens de arbeidspieken
haar steentje bijdraagt. Wanneer
meehelpen echter altijd een nood
zaak is omdat uit de onderneming
geen arbeidskracht betaald kan wor
den, dan fungeert de boerin als on
betaalde arbeidskracht! Zij heeft dan
een dubbele funktie: gebleken is dat
de man nog steeds heel weinig mee
helpt in de huishouding.
Men zou graag willen dat de mee
werkende vrouw ook als medeon
derneemster zou kunnen worden
aangemerkt. Zij moet ook een grote
re keuzevrijheid kunnen krijgen als
het gaat om werken buitenshuis en
het volgen van een opleiding.
Na de inleiding volgde een uitge
breide diskussie. De geschetste pro
blemen werden nog eens onder
streept, terwijl dieper werd ingegaan
op de positie van de vrouw in de
stands-organisaties en vakorganisa
ties. Veel vrouwen zijn geen lid van
een dergelijke organisatie en de be-
stuurlijkeverantwoordelijkheidervan
wordt voor het leeuwedeel >door
mannen gedragen. Als een reden
hiervoor wordt aangegeven dat
vrouwen vaak niet vaktechnisch ge
schoold zijn terwijl daarvoor wel
sprake is van een groeiende belang
stelling. Ook staat men er gewoon
nog vreemd tegenover, dat een
vrouw deel uitmaakt van een kring-
bestuur of afdelingsbestuur van een
standsorganisatie. Dat dit moet ver
anderen wordt volledig beaamd.
De vrouw zal door zich daarin waar
te maken vanzelf in het organisatie
leven worden betrokken. Niet
emancipatoire overwegingen moeten
de duurzame basis vormen voor de
acceptatie, maar haar daadwerke
lijke inbreng en betrokkenheid.
Dat een vrouw ook als D.B.H., tech
nisch voorlichtster of specialist geac
cepteerd zou moeten kunnen wor
den, staat buiten kijf.
De voorzitter konkludeerde dat de
vrouw steeds meer in het bedrijf be
trokken wordt. Dit is een goede zaak
wanneer dit ook in het inkomen en in
het fiskale beleid tot uitdrukking
komt.
In de vergadering kwamen verder de
voorlichtingsprogramma's van de
konsulentschappen en van de So
ciaal Ekonomische Voorlichtings
diensten van de organisaties aan de
orde. Het belang van een strukturele
procedure voor de onderlinge af
stemming en evaluatie werd onder
streept. Gewezen werd op de lang
zaam verdwijnende bloementeelt
onder glas in Kapelle e.o. (oorzaak is
o.m. een veel voorkomende vaat
ziekte). Verder werd geattendeerd op
het belang van de bestrijding van de
perebladvlo in de fruitteelt en de
knolcyperus, een onkruid waar men
zeer beducht voor moet zijn.
Mestproblematiek
Er werd tenslotte nog ingegaan op
een rapport van de Landelijke Raad
voor B.O. inzake mestproblematiek.
Hoewel in Zeeland deze problema
tiek niet zo groot is, zal onze provin
cie toch in de belangstelling komen te
staan als afzetgebied voor een deel
van de mestoverschotten van andere
provincies. Gezien het belang van dit
onderwerp, zal hieraan in een aparte
vergadering van de Provinciale Raad
aandacht worden besteed.
De Europese Kommissie heeft
aangekondigd dat zij tegen
Frankrijk een procedure zal in
leiden tegen niet toegestane steun
aan de varkenshouderij in dat
land. Bedoeld is de steun die bes
taat uit het verstrekken door
Unigrains aan de Solidariteitskas
voor de varkenshouderij van een
lening van Fr. 50 miljoen, met
een lage rente van 7,5% en een
looptijd van 6 jaar. Deze kas
funktioneert met terugwerkende
kracht tot 1 januari 1984. De kas
geeft het voordeel van de lage
rente door aan de producenten
groeperingen, waaraan leningen
worden verstrekt waarvoor even
eens een lage rente (9%) wordt
aangerekend.
De Kommissie brengt in herin
nering dat de procedure (art. 93,
lid 2 van het Verdrag) opschor
tende werking heeft en dat ten
aanzien van alle steun die wordt
toegekend voordat de eindbeslis
sing in de procedure is genomen
om terugvordering kan worden
verzocht.
Termijn opkoopregeling melk
verlengd tot 1 februari 1985
Het bestuur van de Stichting Ont-
wikkelings- en Saneringsfonds voor
de landbouw heeft besloten de ter
mijn voor het indienen van een aan
vrage in het kader van de opkoopre
geling heffingvrije melk, te verlen
gen tot 1 februari 1985.
De sluitingsdatum was bij het ingaan
van de regeling bepaald op 1 de
cember 1984. Via deze verlenging
beoogt men alsnog melkveehouders
in de gelegenheid te stellen van deze
regeling gebruik te maken.
De Stichting Borgstellingsfonds voor
de landbouw zal vanaf 8 december
ook gaantie gaan verlenen voor
gezonde perspektiefbiedende melk
veehouderijen, die als recht
streeks gevolg van de superheffing in
liquiditeitsmoeilijkheden geraken en
niet meer aan de rente- en aflos
singsverplichtingen van banklenin
gen kunnen voldoen.
De banken kunnen nu bij de stichting
garanties vragen voor de verstrekking
van een liquiditeitsoverbruggingsfi-
nanciering tot ten hoogste drie maal
de in het jaar van aanvraag te betalen
rente van de bankfinancieringen.
De ondernemer moet' aanvragen
voor een borgstelling op het normale
aanvraagformulier van het Borgstel
lingsfonds via de bank indienen bij
de provinciaal direkteur Landbouw
en Voedselvoorziening van het mi
nisterie van landbouw en visserij. De
aanvragen kunnen tot 31 december
1985 worden ingediend.
Een ondernemer komt onder de vol
gende voorwaarden in aanmerking
voor deze regeling:
De ondernemer heeft zijn hoofd
beroep in de landbouw, is vol
doende vakbekwaam en beschikt
tevens over voldoende onderne-
merskwaliteiten.
Het bedrijf heeft voldoende in-
komenskapaciteit.
De liquiditeitsmoeilijkheden
brengen de voortzetting van het
bedrijf ernstig in gevaar.
De mogelijkheden tot versoepe
ling van de aflossingsverplichtin
gen zijn voldoende benut en er
kan niet op andêre wijze in de
financiering worden voorzien.
J. Franssen
Jan Franssen is op 15 april 1953 als
bedrijfsvoorlichter in dienst getreden
bij het Konsulentschap te Tilburg.
Op 1 januari 1955 is hij als bedrijfs
voorlichter overgeplaatst naar de ge
meente Nieuw-Ginneken.
De bedrijfsontwikkelingsvoorlich
ting lag hem goed. Mede door zijn
toedoen zijn er in zijn rayon inmid
dels ca. 180 ligboxenstallen ge
bouwd. Voor veel van deze bedrijven
heeft hij, voordat tot de grote stap
werd besloten, een komplete be-
drijfsbegroting opgesteld. Meerma
len was zijn advies: "Zet het niet te
krap op, want de ontwikkelingen
gaan snel".
Ook binnen de dienst was zijn
voortvarendheid en vakbekwaam
heid bekend; de dienst heeft hiervan
veel voordeel gehad en vaak was hij
een voorbeeld voor anderen.
Jan was in de dienst een harde wer
ker, die gestaag de boodschap op de
bedrijven bracht en die daarbij
hoofdzaken en bijzaken wist te
scheiden. Zijn grote kennis was in de
praktijk goed bekend. Hij wist goed
samen te werken met de studieklubs
en had daarbij veel inbreng in het
programma. Hij is 'n man waar je van
op aan kunt, zijn werk en adminis
tratie was steeds goed verzorgd en op
tijd klaar.
Per 1 januari 1985 maakt hij gebruik
van de mogelijkheid van de Ver
vroegde Uittreding. Hij vindt dat hij
al heel wat voor de voorlichting heeft
gedaan en hij wil ook nog tijd over
houden voor zichzelf en zijn gezin.
Bovendien vindt hij dat er ook plaats
gemaakt moet worden voor de jon
geren om die een kans te geven. Wij
kunnen dit begrijpen en wensen Jan
Franssen met zijn gezin, onder dank
voor het vele dat hij voor de dienst en
de boeren gedaan heeft, nog vele
goede jaren toe.
Konsulentschap v.d. Rundveehoude
rij te Tilburg,
De konsulent, Ir. W.D. Ogink
Het bestuur van het Landbouwschap is er woensdag niet in geslaagd tot
eensluidende konklusies te komen over de aanpak van de mestproble
matiek. Belangrijkste struikelblok was de vraag in hoeverre het land
bouwbedrijfsleven zelf financieel moet opdraaien voor het wegwerken
van mestoverschotten. Het onderwerp komt in januari opnieuw op de
bestuursagenda van het Landbouwschap.
Aanleiding voor de diskussie over
het mestvraagstuk was het in sep
tember door de zogenaamde Kom
missie Latijnhouwers uitgebrachte
rapport over de omvang, de gevolgen
en de aanpak van de mestoverschot
ten. Voor de afzet van overtollige
mest via een centrale mestbank wil
de kommissie drie heffingen instel
len, te weten een lage algemene ba
sisheffing voor elke veehouder, een
aanvullende heffing voor bedrijven
met een berekend mestoverschot en
een ekstra heffing voor bedrijven die
mest inleveren bij de mestbank.
Het bestuur van het Landboèwschap
was unaniem van oordeel dat de
mestproblematiek ernstige gevolgen
kan hebben voor de rentabiliteit en
de konkurrentiepositie van de vee
houderij. De vertegenwoordigers
van de centrale landbouworganisa
ties pleitten dan ook voor ruime
overheidsfondsen, niet alleen voor
voorlichting en onderzoek, maar ook
voor konkrete maatregelen op het
gebied van mestopslag, -verwerking
en transport. De beide voedingsbon
den stelden zich echter op het stand
punt dat ten aanzien van dit laatste
net als in de- industrie het principe
"de vervuiler betaalt" moet worden
gehanteerd. "Bedrijven die het mi
lieu vervuilen moeten snel tot oplos
singen komen of ze moeten worden
gesloten", aldus woordvoerder
Nieuwenhuize van de Voedingsbond
FNV.
Het bestuur van het Landbouwschap
is het er over eens, dat er in het hef
fingensysteem voor de bedrijven
prikkels moeten worden ingebouwd
om zelf oplossingen te zoeken voor
eventuele mestoverschotten. Bedrij
ven die uit milieu-oogpunt geen pro
bleem veroorzaken mogen behalve de
basisheffing geen aanvullende heffin
gen worden opgelegd.
Op het Spelderholt, het centrum voor
onderzoek en voorlichting voor de
pluimveehouderij in Beekbergen, zal
een proefstal worden gebouwd waar
in de praktijk kan worden gewerkt
met een vriendelijker huisvestingsys
teem voor leghennen. De kosten van
de stal bedragen drie kwart miljoen
gulden. Dit heeft het Ministerie van
Landbouw en Visserij donderdag
meegedeeld.
In het nieuwe, zogenoemde etage-
huisvestingssysteem, kunnen de die
ren vrij rondlopen. Boven de stal-
vloer met strooisel zijn enkele ver
diepingen met zitstokken, voerbak
ken en drinknippels aangebracht.
Voor de hennen zijn er verder spe
ciale legnesten waarin zij hun ei
kunnen leggen. Het systeem is ont-
f
Duitsland heeft zich, na Nederland,
de laatste jaren ontwikkeld tot de
grootste kaaseksporteur ter wereld.
Sinds 1970 is de Duitse kaasproduk-
tie verdubbeld tot 967.500 ton. Dat
betekent dat Duitsland op de
wereldranglijst, wat de produktie
betreft, de vierde plaats inneemt, na
de Ver. Staten, de Sovjet-Unie en
Frankrijk.
Sinds 1970 is de kaaseksport uit
Duitsland vervijfvoudigd.
Het Produktschap voor Zuivel heeft
de gemiddelde netto-opbrengst van de
melk in 1983 becijferd op 72,83 per
100 kg melk met 4,127% vet ofwel
wikkeld bij de Landbouwhogeschool
in Wageningen en in Beekbergen.
Volgens het ministerie hebben proe
ven met proto-typen van dit systeem
zowel ten aanzien van het gedrag van
de dieren als ekonomisch een der
mate gunstig resultaat opgeleverd
dat verdere uitbouw op semi-prak-
tijkschaal verantwoord is. Proeven
met een aangepaste kooi, voorzien
van zitstokken en een leg- en een
zandbak blijken voor de dieren wel
een verbetering, maar leveren voor
de pluimveehouders problemen op.
Er moet nog een beslissing worden
genomen of het onderzoek naar
nieuwe huisvestingsvormen in deze
richting wordt voortgezet.
68,29 per 100 kg melk met 3,70%
vet, beide af-boerderij.
De netto-opbrengst is daarmee
4,39 of 6% beneden de voor 1983
geldende gemiddelde richtprijs geb
leven. De aan veehouders uitbe
taalde melkprijs bedroeg bij werke
lijke gehalten ƒ72,66 bij 4,127% vet
en 3,341% eiwit. De melkprijzen in
de verschillende regio's liepen
uiteen. Bij 3,70% was er ten opzichte
van de regio Noord sprake van een
daling met 1,3%, in de regio Oost een
plus van 2,7%, in West van 1,9% en
in.Zuid 4,0%.
Voor Nederland was er sprake van
een plus van 1,6%. In absolute cijfers
komen de melkprijzen van de vier
regio's bij 4% vet en 3,35% eiwit uit
op 70,83 voor de regio Noord;
70,80 voor Oost; 71,60 voor West
en ƒ72,73 voor de regio Zuid, met
een gemiddelde voor Nederland van
ƒ71,35.
Vrijdag 14 december 1984