A.J.G. Doeleman: "1984 was
voor alle sektoren een bijzonder jaar"
Nysingh en Blokland: "Adder
volgt tot in slaapkamer"
"EEG absolute
noodzaak...."
Zware taak in landelijke kommissie superheffing
Breuk en aanvaring
Onder één hoedje
Taxatiefouten
In zijn openingswoord tijdens het huishoudelijk gedeelte van de Alge
mene Ledenvergadering van de Z.L.M., vrijdag 7 december jl. te Et-
ten-Leur, heeft voorzitter A.J.G. Doeleman 1984 omschreven als een
bijzonder jaar voor alle sektoren. Een jaar dat gekenmerkt wordt door
een afwijkend weertype met als gevolg daarvan een afgelasting van de
Ledenraad voor het eerst in de geschiedenis van de Z.L.M., vanwege
het vele werk dat nog moest worden gedaan op de bedrijven.
Een teken van veranderingen in met name de akkerbouwsektor waar
van een sterk toenemende gebondenheid aan het bedrijf kan worden
gesproken.
1984 is ook het jaar van de superheffing, de beperking in de intensieve
veehouderij en de problemen met de gasprijs in de glastuinbouw.
Op deze terreinen en nog.veel meer
heeft de ZLM, zo stelde de heer
Doeleman met voldoening vast, als
organisatie goed gefunctioneerd.
Met name ook de SEV heeft de be
drijven die door de diverse maatre
gelen in moeilijkheden zijn geko
men. goed begeleid.
Ook op landelijk nivo wordt er aan
de knelpunten bij de superheffing
gewerkt. De ZLM-voorzitter vertel
de dat de Landelijke Kommissie bij
de beoordeling van de artikel 19 ge
vallen opnieuw in moeilijkheden is
gekomen mede als gevolg van het feit
dat het ministerie de regeling te let
terlijk uitvoert. Veel waardering had
de heer Doeleman voor de funktie
inzet van de kommissie en met name
voor de heren Blokland en Nysingh.
Een opname van een deel van de zaal in De Nobelaer" waar de aanwezigen
belangstellend zitten te wachten op wat algemeen voorzitter de heer A.J.G.
Doeleman in zijn jaarrede zal zeggen.
Er werd tijdens depauze's druk gediskussieerd over in dit geval de superheffing.
Rechts op de foto het hoofd van de SEV van de ZLM de heerJ. Markusse.
Over de problemen in de intensieve
veehouderij zei hij dat de voorlich
ting zo snel mogelijk oplossingen aan
moet dragen om de knelpunten in de
konsentratiegebieden op te lossen.
De heer Doeleman sprak ook zijn
waardering uit voor de Gewestelijke
sekretariaten van het Landbouw
schap in Zeeland en Noord-Brabant.
Veel waardering past, volgens de
heer Doeleman, voor de wijze waar
op de organisaties het 100-jarig
KNLC-jubileum op 7 november
hebben gevierd. Er heerste een pret
tige sfeer. De voorzitter wees ten
slotte ook op het belang van de Ac
countantunie Gropatax en de OVM
die goed funktioneren en daarom
voor de agrarische sektor in het
werkgebied niet gemist kunnen wor
den.
Tijdens de algemene vergadering
vroeg oud-ZLM-voorzitter <le
heer MA. Geuze aan inleider drs.
Wijffels van de Rabobank naar
diens opinie omtrent de snelheid
waarmee Europa zich de komen
de jaren zal gaan ontwikkelen.
"Wordt het, zo vroeg hij. een Eu
ropa met twee snelheden of mo
gelijk zelfs met drie nu Spanje en
Portugal er ook bij komen?"
In zijn reaktie liet de heer Wijffels,
over het nut van de EEG voor ons
land geen enkele twijfel bestaan:
"De EEG is voor ons land een
absolute noodzaak". Over een
uiteenvallen van de gemeenschap
was hij kort: Dat is alleen al uit
politieke oogpunt niet mogelijk.
Ten aanzien van de snelheid
waarmee de leden van de ge
meenschap zich zullen ontwikke
len zei hij dat er formeel nauwe
lijks verschil zal zijn tussen de
lidstaten maar de feitelijke ont
wikkeling zal wel zo zijn dat het
Europa van de "oude zes" het
voortouw zal nemen en de oude
krachtige kern gaat vormen. De
overige landen zullen op sleep
touw worden genomen en zich op
een lager tempo ontwikkelen".
De hoofdrolspelers tijdens de middagvergadering: links de heer H.H.F. Wijffels,
midden algemeen sekretaris mr. J. Oggel en rechts voorzitter A.J.G. Doeleman.
De landelijke kommissie superheffing, die minister Braks van Land
bouw adviseert, heeft er inmiddels vijf maanden opzitten. Tropenjaren,
zo zeggen de heren Piet Blokland en Jan Nysingh. Samen met ir. Abele
Kuipers, sekretaris van de afdeling melkveehouderij van het Land
bouwschap vormen zij de delegatie van het bedrijfsleven in deze lande
lijke kommissie. Die heeft tot taak aan de minister advies uit te brengen
over de verzoekschriften die zijn ingediend naar aanleiding van artikel
19 van de Beschikking Superheffing.
Een allesbehalve gemakkelijke be
zigheid, beamen Blokland en Ny
singh in een gesprek ten behoeve van
de weekbladen van de standsorgani
saties. De beide landbouwvoorman-
nen zijn gewend met moeilijke pro
blemen om te springen. Het werk in
de landelijke kommissie spant echter
de kroon: tot in hun slaapkamer toe
voelen ze zich door de immense pro
blemen van hun bedrijfsgenoten
achtervolgd.
In het funktioneren van de landelijke
kommissie kan men een breuk en een
aanvaring onderscheiden. De breuk
heeft de minister aangespoord om
sneller dan hij van plan was een op
koopregeling in het leven te roepen en
bovendien om een aantal broodnodige
wijzigingen aan te brengen in de Be
schikking. De aanvaring had als aan
leiding dat de minister niet snel ge
noeg naar jullie zin nakwam wat hij
had toegezegd. Hoe funktioneert de
kommissie na al die strubbelingen?
Wat de Beschikking zelf betreft is er
veel in gunstige zin bijgebogen, ech
ter niet in overeenstemming met de
14
ontzaglijke problemen, die de super
heffing heeft aangericht. Maar dat'
kon moeilijk anders. We merken
duidelijk dat ons optreden in de
kommissie het ministerie tot andere
gedachten heeft gebracht. Ze hebben
er nu goed begrepen, dat na de breuk
én de aanvaring bij ons de rek eruit
is. Daarmee zijn de spanningen niet
minder geworden. Maar we merken
wel dat het ministerie ervan door
drongen is, dat een nieuwe aanvaring
niet meer mogelijk is. Want dan
stappen we op, en voorgoed. Van
ambtelijke zijde is dat goed begre
pen. In het begin was niets mogelijk.
Van de begrippen redelijkheid en
billijkheid was in de opstelling van
het ministerie niets terug te vinden.
Je liep als het ware tegen een muur
op. In die opstelling is gelukkig ve
randering gekomen. We erkennen
overigens wel, dat we door in de
kommissie mee te draaien, de minis
ter politiek beschermd hebben. Om
dat we namelijk precies wisten,
waaraan het in de Beschikking
schortte - ook lieten doorklinken dat
er meer melk moest komen dan de
2,05% - hebben we de minister op het
juiste spoor gezet. Door de proble
men vroegtijdig te signaleren hebben
wij de Tweede Kamer niet de moge
lijkheid gegeven om de minister aan
te pakken. Minister Braks heeft na
melijk heel verstandig in belangrijke
mate gehoor gegeven aan onze op
merkingen. Daardoor bleef de mi
nister de kritiek van de Kamer be
spaard. Als hij met ons niet tot over
eenstemming was gekomen, had het
Landbouwschap voor de minister
minder prettige wegen bewandeld.
Een probleem waarmee wij voort
durend werden gekonfronteerd was,
dat de bewindsman op het podium
meer beloofde dan later in de lande
lijke kommissie in Den Haag moge
lijk bleek.
Kan jullie optreden nu niet worden
uitgelegd als het samen onder één
hoedje spelen met de minister
Hiertegen verzetten we ons ten
sterkste, want er is sprake van het
omgekeerde. Ons optreden heeft er
rechtstreeks toe bijgedragen, dat de
opkoopregeling sneller ging werken.
Bovendien zijn 5.000 veehouders, die
geen uitzicht hadden op meer melk,
nu terugverwezen naar de provin
ciale kommissies. Daarmee is overi
gens niet gezegd dat hun kansen
100% zijn geworden. Als we echter
niet hadden bijgestuurd, zou de af
wijzingsbrief al bij veel boeren in de
bus hebben gelegen. Het ministeriële
stempel "afgewezen" zou dan in
middels versleten'in de la liggen.
P. Blokland
We hadden het over de breuk tussen de
overheid en het bedrijfsleven in de
landelijke kommissie superheffing.
Was dat een echte breuk?
Jazeker, als wij de zaak niet zo hoog
hadden gespeeld, zou de opkoopre
geling nu nog niet werken. De mi
nister had in mei al toegezegd, dat
die regeling er binnen veertien
werkdagen zou zijn. Maar hij be
doelde waarschijnlijk veertien
"Haagse werkdagen". We kregen
bovendien het gevoel, dat de minis
ter absoluut niet naar ons wilde luis
teren. Een laatste poging om minister
Braks tot andere gedachten te bren
gen, leed schipbreuk en de breuk was
toen een feit.
We vinden in zijn algemeenheid, dat
er geweldige taxatiefouten gemaakt
zijn rond de superheffing. Zonder
onszelf boven anderen te verheffen,
konstateren we dat precies is uitge
komen wat we altijd hebben voor
speld. Nu hoor je ook de mensen niet
meer, die stonden te juichen, toen de
superheffing werd afgekondigd. Bij
de start dachten ze, dat de superhef-
J. Nijsingh
Gng het begin was van de hemel op
aarde, maar het bleek het begin van
het einde van menig bedrijf.
Hoe gaat het nu verder in de lande
lijke kommissie superheffing?
We zijn volop bezig met de vraag hoe
je veehouders, die door problemen in
het gezin in 1983 weinig melk heb
ben geleverd, tegemoet kunt komen.
Daar moet een oplossing voor ko
men. Je mag mensen, die door pro
blemen in hun gezin zijn getroffen,
niet jarenlang met de gevolgen
daarvan achtervolgen door toewij
zing van een te laag quotum. We
hebben de plicht te oordelen op basis
van recht en billijkheid; hoe moeilijk
dat ook is.
Ook over het begrip bedrijfskonti-
nuïteit woTdt nu nog behoorlijk ge
snoeid. We vinden dat voor een beoor
deling daarvan de procedure gevolgd
moet worden, die ook geldt voor het
Borgstellingsfonds. Bedrijfskonti-
nuïteit kun je niet vanuit Den Haag
beoordelen, vinden Blokland en Ny
singh.
Tiny Brouwers en Adriaan van Ooyen
Vrijdag 14 december 1984