Herstel beplanting rond de
Bushoeve te Driewegen
Projektgroep van de Landbouwhogeschool:
minder reservaten en meer beheersgebieden nodig
Boeren en natuurbeschermers moeten zelf beslissingen nemen
Kleine landschapselementen
Een projektgroep van de Landbouwhogeschool heeft na uitvoerig on
derzoek vastgesteld dat bij de instelling van natuurreservaten en be
heersgebieden de plaatselijke belanghebbenden - boeren en natuurbe
schermers - veel meer de kans moeten krijgen om zelf beslissingen te
nemen dan nu het geval is. Ook vindt de projektgroep dat de tendens
van de laatste jaren - meer reservaten en minder beheersgebieden -
omgebogen moet worden. De projektgroep bestond uit gevorderde
studenten uit drie studierichtingen van de hogeschool. Het onderzoek
werd verricht in zes gebieden: Haren (Gr.), Reestdal, Giethoorn-Wan-
neperveen, Waterland, Vijfherenlanden en St. Oedenrode.
Plaatselijke belanghebbenden dienen meer kans te krijgen om zelf beslissingen
te nemen bij de instelling van natuurreservaten en beheersgebieden.
Met de instelling van natuurreserva
ten en beheersgebieden werd in 1975
begonnen, toen de overheid de zo
genaamde relatienota uitbracht.
Volgens die nota moest ongeveer
100.000 ha aangekocht worden voor
reservaatsvorming en evenveel hek-
tares zouden tot beheersgebied bes
temd worden. Twee jaar laten kwam
er een nota waarin aangegeven werd
welke gebieden met voorrang be
handeld zouden worden, voor ieder
van beide doeleinden ongeveer
43.000 ha. De relatienota was een
poging om een kompromis te berei
ken tussen landbouw- en natuurbe-
langen. Het daarna gevoerde beleid
leverde veel kritiek op van de kant
van de boeren, maar ook natuurbe
schermers waren zeer kritisch. De
belangrijkste kritiekpunten van de
boeren waren: boeren worden ten
onrechte verdreven uit reservaten, de
begrenzing is gebaseerd op onvol
doende onderzoek en houdt te wei
nig rekening met de landbouw, de
beheersbepalingen houden te weinig
rekening met een moderne bedrijfs
voering, de vergoedingen zijn te laag
en de boeren en andere belangheb
benden worden te weinig bij de
planvorming betrokken.
De kritische natuurbescherming
maakte bezwaar tegen de scheiding
van gangbare landbouw en beheer-
slandbouw. Zij pleitte vooral voor
een samengaan van landbouw en
natuur binnen het gangbare bedrijf.
Ze drongen aan op meer zeggen
schap voor streekbewoners.
Ondertussen is van de genoemde
86.000 ha voorrangsgebieden nog
maar 9500 ha beheersgebied en
16.000 ha reservaat korikreet be
grensd.
Beleid
De projektgroep komt tot de kon-
klusie dat, zoals het er nu uitziet, van
de oorspronkelijke voornemens van
de overheid zeer weinig terecht zal
komen. Het beleid zal niet leiden tot
integratie van landbouw en natuur
beheer op langere termijn en ook
niet tot een andere productiewijze in
de landbouw die sociaal aanvaard
baar en milieu-vriendelijk is. Voor
die integratie is een verandering van
het totale landbouwbeleid nodig in
de richting van een middenbedrij-
ven-beleid met kontingentering en
hogere prijzen voor de konsument.
Ook moet de algemene milieuwet
geving zich richten op het op een
aanvaardbaar peil houden van de
kwaliteit van water, bodem en lucht.
Als aan deze lange-termijnvoor-
waarden niet wordt voldaan heeft
het geen zin om op korte termijn iets
te doen aan bescherming van na
tuurelementen in het agrarisch kul-
tuurlandschap.
Aanwijzingsprocedure
Er is ook veel kritiek op de aanwij
zingsprocedure. De boeren zeggen
dat de mensen uit de streek er niet bij
betrokken worden en dat ook weinig
informatie wordt verstrekt over wat
er gaande is. Plaatselijke natuurbe-
schermingsgroepen onderstrepen die
kritiek, maar de landelijke organen
zijn tevreden omdat ze een belang
rijke stem hebben in de aanwijzing
van gebieden. Ook de projektgroep
van de Landbouwhogeschool kon-
stateert dat er volstrekt onvoldoende
inbreng is vanuit de streek zelf en dat
er daardoor geen inhoudelijke dis-
kussie tot stand komt tussen boeren
en natuurbeschermers.
Over de vraag of een bepaald gebied
nu reservaat of beheersgebied moet
worden lopen de meningen vaak
uiteen. Landelijke natuurnescher-
mingsorganisaties willen vergroting
van het reservaatsgebied. De land
bouw geeft vooral in ruilverkave-
lingsgebieden de voorkeur aan re
servaatsgebied, maar wil het totale
oppervlak van reservaats- en be
heersgebieden verkleinen. Door dit
alles zijn de beheersgebieden, die
veelal als buffer rond reservaten lig
gen, kleiner geworden ten gunste van
de reservaten. De projektgroep vindt
dat boeren en natuurbeschermers
zouden moeten kiezen voor beheers
gebied boven reservaatsgebied om
dat dan gekozen wordt voor een op
lossing die de verweving van land
bouw en natuur bevordert en die
uitstraling kan hebben op de land
bouw buiten deze gebieden.
Inpasbaarheid beheersplannen
Hoewel de regeling soepeler is ge
worden blijft de inpasbaarheid van
de beheersplannen in het agrarisch
Door de Stichting Landschaps
verzorging Zeeland en de Na-
tuurbeschermingswacht voor
Noord- en Zuid-Beveland is op
zaterdag 1 december gestart met
de uitvoering van een restaura-
tieprojekt op het erf van de Bus
hoeve aan de Schoondijksedijk te
Driewegen (Zuid-Beveland). Het
projekt bestaat uit het herstel van
een karakteristiek Zeeuws boeren
erf. Verschillende doelen wor
den gediend. Ten eerste kan op
deze wijze een interessant stukje
landschap voorlopig in stand ge
houden worden. Ten tweede kan
het erf van de Bushoeve een
voorbeeldfunktie vervullen.
Streekbewoners en anderen kun
nen hier zien hoe vele erven van
grote Zeeuwse boerderijen er tot
voor kort hebben uitgezien en ze
kunnen één en ander vergelijken
met moderne boerderijen en erf-
beplantingen. Mogelijk kan me
nige boer er zelfs ideeën uit pui
ten voor zijn eigen erfbeplanting.
Diverse elementen uit oude erf-
beplantingen zijn zeker inpas
baar op modern ingerichte erven.
Hoe zag een erf van een oudere
Zeeuwse boerderij in een bouw-
polder er uit? Zo'n erf was over
het algemeen ruim opgezet en
omvatte diverse onderdelen. In
de eerste plaats bevonden zich
vanzelfsprekend allerlei gebou
wen op het erf, zoals woonhuis,
schuur, wagenschuur, bakhuis,
varkenskot.
Daarnaast beschikte men bij de
boerderij over enige hektaren
grasland voor met name de paar
den, maar ook voor het houden
bedrijf een probleem. Er wordt een
bepaalde minimum-oppervlakte van
het bedrijf aangewezen waar een
zwaar beperkte vorm van landbouw
moet plaatsvinden. Tegelijk willen
veel boeren dat veestapel en ruw-
voederpositie konstant blijven. Veel
boeren vinden het dan moeilijk om
de gewenste maatregelen, zoals
maai- en weidebeperkingen, verbod
op chemische bestrijdingsmiddelen
en herinzaai van grasland, geen
drijfmest mogen uitrijden in de win
ter en geen kunstmest strooien, in te
passen. De projektgroep pleit ervoor
De schuur van de Bushoeve
van rundvee en dergelijke.
In deze graslanden bevonden
zich enige drinkputten. Meestal
bevond zich zo'n put dicht bij de
gebouwen. Hierin konden wa
gens gewassen worden en hieruit
kon water gehaald worden b.v.
wanneer er een brandje geblust
moest worden.
Verder werden diverse typen be
planting op het erf aangetroffen.
De graslanden waren over het al
gemeen omzoomd door goed on
derhouden meidoornheggen, die
in vroeger jaren dienst deden als
"prikkeldraad" versperring. Men
beschikte over een hoogstam-
boomgaard waaruit allerlei fruit
gehaald kon worden voor eigen
de minimum oppervlakte met zware
beperkingen af te schaffen en boeren
meer vrijheid te geven in het kiezen
van beheersmaatregelen die passen
bij hun bedrijf.
Verbeteringsvoorstellen
Boeren-standsorganisaties en lande
lijke natuurbeschermingsorganisa
ties tónen tot nu toe weinig behoefte
aan diskussie met andere belangen
groepen. De projektgroep heeft voor
beide groeperingen bruikbare ideeën
aangedragen. Daarbij heeft men als
uitgangspunt genomen:
gebruik (zoete en zure appelen,
handperen, stoofperen, pruimen,
kersen en noten) en over een
moestuin. Ook een siertuin was
meestal aanwezig.
Voor het huis staan dikwijls lei
linden of andere leibomen welke
's zomers het huis beschutten
tegen de felle zon, terwijl ze 's
winters weinig of geen schaduw
werpen wanneer ze goe onder
houden worden.
Verder staan dikwijls enkele hoge
oude bomen dicht bij de gebou
wen. Men zegt wel eens dat ze
dienst deden als bliksemafleider.
Bij het toegangshek tot het erf
stonden ook vaak enkele bijzon
dere bomen, zoals linden. Op het
- dat het mogelijk moet zijn in alle
kultuurlandschappen natuurele
menten in stand te houden,
- dat de overheidsplanning meer
gedecentraliseerd moet worden,
- dat er eksperimenten komen met
een andere bedrijfsvoering die
goed is voor boeren, natuur en
milieu en
- dat aan bedrijven in beheersge
bieden een redelijk vooruitzicht
op voortzetting van het bedrijf
wordt geboden.
Tien voorstellen
De projektgroep doet tien voorstel
len voor verbetering van het relatie-
notabeleid. Enkele van die voorstel
len zijn: meer beheersgebied en
minder reservaat, aanwijzing van die
gebieden door de provincie, beheers
overeenkomsten mogelijk maken
voor grotere gebieden (ruilverkave-
lirigsblokken en nationale land
schappen) en een andere procedure
zodat streekoverlegkommissies zelf
standig bepaalde beslissingen kun
nen nemen. Er moet volgens de pro
jektgroep ook een stimuleringspre
mie komen die allereerst een ver
goeding moet zijn voor de risiko's die
verbonden zijn aan het afsluiten van
een beheersovereenkomst. In be
heersgebieden moeten ontwikkelin
gen in de bedrijfsvoering mogelijk
blijven. Gewone investeringsregelin
gen zijn daarom in beheersgebieden
niet toereikend, er moeten aange
paste regelingen komen.
Daarnaast vindt de projektgroep dat
er ook een landelijke regeling moet
komen die het de boeren financieel
mogelijk maakt om hun bedrijfsvoe
ring meer milieu- en natuurvriende
lijk in te richten: een investerings
subsidie voor aanpassing van het be
drijf (een gescheiden mestopslag of
een windmolen bijvoorbeeld) en een
jaarlijkse vergoeding voor steeds te
rugkerende kosten.
bijgevoegde tekeningetje zijn di
verse van de genoemde elemen
ten te zien.
Hiervoor is in feite globaal aan
gegeven welke elementen op zo'n
oud erf aangetroffen konden
worden. Wanneer we nu naar de
oude zeeuwse boerderijen in de
bouwpolders kijken dan zien we
nog veel van de hiervoor ge
noemde elementen terug, vaak
slechts gedeeltelijk. Bij de Bus
hoeve zijn nog vrijwel alle ele
menten terug te vinden, soms wel
in een verwaarloosde staat.
Enkele konkrete onderdelen van
het projekt Bushoeve zijn:
- snoeien van bestaande mei
doornhagen; alle hagen wor
den de komende winter ge
snoeid in verbanf met de on
derhoudsplicht van mei
doorns die in groot deel van
Zuid-Beveland sinds kort van
kracht is vanwege de bakte-
rievuurbestrijding
- gaten in bestaande hagen
worden opgevuld door middel
van aanplant van sleedoorn
en hondsroos
- gesnoeide hagen worden daar
waar nodig beschermd tegen
veevraat.
- uitvoeren achterstallig onder
houd aan oude tot zeer oude
hoogstamfruitbomen en te
vens het bijplanten van hoog
stamfruitbomen.
- knotten van aanwezige knot-
bomen
Het werk wordt gedaan door
weekendvrijwilligers. Zij zijn.op
hun vrije zaterdag aktief bezig
met het onderhoud. Voorlopig
wordt om de veertien dagen ge
werkt. Volgende data: 15 en 29
december. Iedereen die mee wil
helpen is welkom omstreeks half
tien bij de boerderij de Bushoeve.
Inlichtingen: Stichting Land
schapsverzorging Zeeland, Grote
Markt 28, Postbus 286, 4460 AR
te Goes, tel. 01100 - 30936.
Vrijdag 14 december 1984
11