over geld
en goed
Een pluim voor Braks
Ondernemersvrijstelling in de
vermogensbelasting
Onderzoek naar de
nationaal-ekonomische waarde
van landbouwgrond in de
Markerwaard
Reglements
wijziging
aardappel-
termijnmarkt
Amsterdam
ingezonden
SEV-thema "Relatie tussen gezinsbestedingen en
bedrijfsinkomsten" schot in de roos II
Duidelijkheid over
gelegenheidsarbeid
Vorige week heeft u de meningen kunnen lezen van de deelnemers aan
de bijeenkomsten over het onderwerp "Relatie Gezinsbestedingen en
Bedrijfsinkomsten". Hoe de besturen van de Z.L.M.-afdelingen denken
over dit S.E.V.-projekt kunt u in dit artikel lezen.
Vragenlijst
Aan alle 84 afdelingen van de Z.L.M.
is een brief gestuurd met het verzoek
om een vragenlijst in te vullen en te
rug te sturen. 55 afdelingen hebben
dat ook gedaan.
Van die 55 afdelingen waren er 30
die een bijeenkomst hebben georga
niseerd en 25 niet.
Uit de teruggestuurde antwoorden
blijkt dat bijna 90% de introduktie
van dit projekt en de informatie ero
ver goed vonden.
Niet-deelnemers
De vragenlijst was gesplitst voor af
delingen die niet hebben meegedaan
en die wel meegedaan hebben. Op de
vraag waarom de afdeling niet heeft
deelgenomen, antwoordde 30% dat
hun leden onvoldoende belangstel
ling toonden. Bij 32% past het pro
jekt niet in het winterprogramma.
19% van de besturen achtte het on
derwerp en/of de opzet en aanpak
van de behandeling ervan, niet ge
schikt. Enkele besturen vónden hun
afdeling te klein voor zo'n aktiviteit.
Twee afdelingsbesturen vonden dat
het in feite een privé-aangelegenheid
is, waarmee men niet in publiek naar
buiten komt. Tenslotte willen 9 af
delingen dit thema alsnog op hun
nieuwe winterprogramma zetten.
Wei-deelnemers
Van de 30 afdelingen die wel mee
gedaan hebben achtte 37% het on
derwerp geschikt. Men was geïnte
resseerd geraakt door de vele aan
dacht die er aan besteed is via arti
kelen, rondgang langs de kringen en
de rundgestuurde brieven en folders
(28%). De nieuwe aanpak van be
handeling van een onderwerp sprak
23% van de besturen zo aan dat ze
niet wilden proberen.
Slechts 4 afdelingen organiseerden
een bijeenkomst omdat de leden be
langstelling toonden.
Voorbereiding
Om een dergelijke nieuwe opzet te
laten slagen is een goede voorberei
ding nodig. Bij 90% van de organise
rende afdelingen is vooraf een be
spreking geweest met de S.E.V. over
de invulling en opzet van het pro
gramma. Uit de antwoorden op de
vragenlijst blijkt dat de werving op
zeer uiteenlopende wijze heeft
plaatsgevonden. Alle bekende ma
nieren zijn gebruikt. Ze variëren van
het sturen van koqyokaties met de
door de S.E.V. opgestelde folder tot
het persoonlijk opbellen van alle le
den of een deel daarvan.
Opkomst
Ongeveer de helft van de afdelingen
heeft dit onderwerp op hun algeme
ne jaarvergadering behandeld. De
andere helft organiseerde een aparte
bijeenkomst. Vaak werd die keuze
beïnvloed door de vraag of het een
gezinsavond moest worden of omdat
men de aanwezigheid van de vrou
wen op de jaarvergadering wilde sti
muleren. Ook speelde de beschik
baarheid van voldoende tijd voor de
behandeling vaak mee.
13% van de bestuursleden vond de
opkomst tegenvallen, 16% meevallen
en 71% had deze opkomst wel ver
wacht. Op de ene afdeling waren
meer vrouwen aanwezig dan op de
andere. Dat vond 40% meevallen,
20% tegenvallen en voor de overigen
Vanuit nationaal-ekonomisch gezichtspunt kan aan agrarische grond
in de Markerwaard een belangrijke waarde worden toegekend indien
tenminste dc agrarische produktie van de polder tegen de huidige
prijzen in de EG kan worden afgezet. Wanneer echter rekening wordt
gehouden met de overschottensituatie in de EG bij de marktorde-
ningsprodukten en met de druk op de afzetprijzen door het aanbod van
de Markerwaard bij de vrije produkten dan wordt inpoldering ten be
hoeve van de landbouw voor de volkshuisvesting al gauw minder inte
ressant. Deze konklusies kunnen worden getrokken uit een onlangs bij
het Landbouw-Ekonomisch Instituut gereedgekomen studie.
In de miljoenennota zijn fiskale maat
regelen aangekondigd in het kader
van de lastenverlichting voor het be
drijfsleven. Een onderdeel hiervan
betreft de uitbreiding van de onder
nemingsvrijstelling in de vermogens
belasting. De ministerraad heeft de
Minister en de Staatssekretaris van
Financiën gëmachtigd te bevorderen
dat het wetsvoorstel voor advies aan
de Raad van State wordt gezonden.
Dit wetsvoorstel beoogt een oplos
sing te vinden voor het knelpunt dat
zich met name voordoet bij bedrijfs
opvolging binnen de familiekring in
de agrarische sektor. Als voorbeeld
wordt in dit voorstel genoemd het
geval, waarbij het bedrijf wordt
overgenomen door een zoon die niet
over voldoende eigen middelen be
schikt om de overnamesom voor het
bedrijf te betalen en daarom het te
betalen bedrag geheel of gedeeltelijk
aan zijn vader schuldig blijft. Hoewel
het vermogen van de vader voor een
groot gedeelte in het bedrijf van zijn
zoon blijft zitten, verliest de vader
volgens de huidige wet zijn onder
nemingsvrijstelling, niettegenstaan
de hij in feite niet over besteedbaar
vermogen beschikt.
Voorgesteld wordt met ingang van
het kalenderjaar 1985 de onderne
mingsvrijstelling in de vermogens
belasting ook toe te passen op het
vermogen van de belastingplichtige
dat betrekking heeft op:
- een vordering of rechten op pe
riodieke uitkeringen en verstrek
kingen of een winstrecht op de
gene aan wie de belastingplichti
ge zijn onderneming heeft over
gedragen.
- een onderneming die op grond
van een voorovereenkomst in een
vennootschap met een in aande
len verdeeld kapitaal zal worden
ingebracht.
- tot een aanmerkelijk belang be
horende aandelen in een in Ne
derland gevestigde Vennoot
schap met in aandelen verdeeld
kapitaal.
Gelijke behandeling van zowel de
persoonlijke ondernemer als de on
dernemer die zijn bedrijf uitoefent in
de vorm van een B.V. is tevens het
doel wat deze maatregel beoogt.
De ondernemersvrijstelling houdt in
dat bij de heffing van vermogensbe
lasting een ondernemingsvermogen
van 112.000,- of minder geheel
wordt vrijgesteld.
Bij een ondernemingsvermogen van
112.000,- tot en met ƒ224.000,-
wordt 112.000,- vrijgesteld. Bij een
ondernemingsvermogen van meer
dan 224.000,- wordt de helft vrij
gesteld tot ten hoogste 310.000,-.
De besparing aan vermogensbelas
ting zal dus ten hoogste 2.480,-
kunnen bedragen.
A. Michaël
was het volgens verwachting. Dat
vrouwen maar moeilijk op een ver
gadering van de afdeling komen
vindt 37% van de besturen. Dat moet
voortaan meer gestimuleerd worden.
De vrouwen moeten bij dergelijke
zaken betrokken worden vindt 21%.
Totale indruk
Ruim 93% geeft te kennen dat ze het
een goed projekt vinden en is zeer
positief over de wijze waarop het ge
heel gebracht wordt. Iedereen komt
aan zijn trekken, zowel de mannen
als de vrouwen. Er wordt geadvi
seerd om door te gaan met dergelijke
projekten omdat het zo goed aan
spreekt. De presentatie en het spele
lement zijn zeer positief ontvangen.
Het in groepsverband werken wordt
prettig gevonden omdat jong en oud,
man en vrouw, door elkaar komt te
zitten. Soumigen vonden het af en
toe wat moeilijk voor oudere leden.
Vervolg
Reeds 17 afdelingen hebben positief
gereageerd op de vraag of ze een
vervolgbijeenkomst in het komende
winterseizoen willen organiseren.
Enkele afdelingen bespreken het nog
eens en bij 10 afdelingen was verder
geen belangstelling meer.
Konklusie
Het Projekt "Relatie Gezinsbeste
dingen en Bedrijfsresultaten" is zeer
goed ontvangen bij de leden en af
delingsbesturen van de Z.L.M. Naar
aanleiding van deze vragenlijst zijn
er komende winter al 26 afdelingen
die dit projekt op hun programma
hebben staan.
In volgende artikelen zal verder wor
den ingegaan op de inhoud van dit
projekt en op de uitslag van een en-
quete die de S.E.V. afgelopen zomer
heeft gehouden tijdens bijna 150 in
dividuele bedrijfsbezoeken.
Jaap van Wijck
Volgens mededeling van de Stichting
Aardappeltermijnmarkt wordt artikel
21 van het reglement m.b.t. de leve
ring van aardappelen gewijzigd. De
tekst luidt:
Indien eert kontrakt afgewikkeld
wordt door effektieve levering, zal
deze levering moeten voldoen aan de
navolgende voorwaarden:
konsumptie-aardappelen:
Elke levering moet bestaan uit de
gehele kontrakthoeveelheid van
15.000 kg netto en voldoen aan de
omschrijving van het kontrakt, zoals
deze door de Kas bij de registratie
van het desbetreffende kontrakt in
haar boeken is vermeld, alsmede aan
de kwaliteitseisen, konform Artikel 7
onder a, sub 3; verpakt in 600 voor
verpakking van aardappelen gang
bare nieuwe kunststof zakken met
een inhoud van minstens 25 kg netto
per zak die voldoet aan de ten tijde
van de stichting vastgestelde en door
de Kas ter beurze bekendgemaakte
richtlijnen; opgeslagen in een van de
bewaarplaatsen welke door de stich
ting zijn aangewezen en dienove
reenkomstig door de Kas zijn toege
laten. Het nettogewicht wordt ver
kregen door het bruto gewicht te
verminderen met het daartoe strek
kende in bovenbedoelde richtlijnen
vermelde gewicht dat de verpakking
wordt geacht te hebben.
(Deze wijziging is van kracht met in
gang van 6 december 1984 en zak
werking hebben t.a.v. kontrakten
betreffende konsumptie-aardappe
len van oogst 1985 en volgende oog
sten).
In de studie is een berekening ge
maakt van de nationaal-ekonomi
sche waarde van grond in de Mar
kerwaard voor verschillende vormen
van agrarisch grondgebruik. Hierbij
is rekening gehouden met alle extra
baten en extra lasten die agrarische
exploitatie van de nieuwe grond met
zich meebrengt voor de Nederlandse
volkshuishouding. Dit betekent dat
ook rekening is gehouden met de ef-
fekten van de inpoldering voor de
agrarische producenten op het oude
land en voor de Nederlandse konsu-
ment, voor zover de produktie van de
Markerwaard leidt tot daling van de
opbrengstprijzen.
De uitkomsten van de berekeningen
zijn sterk afhankelijk van de veron
derstellingen die worden gehanteerd
met betrekking tot de ontwikkeling
van de prijzen. Wanneer de extra
produktie van marktordeningspro-
dukten tegen wereldmarktprijzen
moet worden afgezet dan is het ge
bruik van de Markerwaard door de
landbouw nationaal-ekonomisch ge
zien over het algemeen niet verant
woord. Dit wordt pas anders wan
neer de agrarische produktie van de
Pluim op de Hoed van landbouwmi
nister Braks. Veel instellingen en or
ganisaties zijn het nog steeds niet
eens met de Wet van Braks, maar
volgens mij juichen veel pluimvee
houders en varkenshouders dit be
sluit zeer toe. Ik als pluimveehouder
met een bedrijf met 60.000 dieren
weet erover-mee te praten. De laatste
3 jaar heb ik een groot verlies gele
den. Het aanbod van eieren is enorm
en overtreft vele malen de vraag, zo
dat de handel de pluimveehouder de
hoek in drukt. En als je dan ziet wat
de konsument hiervoor betaalt, dan
word ik onweLvoor een eitje 27 a 28
cent. De handel verdient er goed aan
en investeert nauwelijks, terwijl de
pluimveehouder met zijn enorme
investering de kostprijs niet eens kan
beuren, zodat zijn bedrijf sterk in
waarde daalt. Vele kollega's hebben
het loodje al moeten leggen en velen
zullen volgen vrees ik, want de prij
zen kunnen best nog verder gaan
dalen.
Veel pluimveehouders zitten nog
met achterstand in betalingen. Komt
dit ooit nog goed daar geloof ik niet
meer in.
Joris Schouten van het Landbouw
schap zag de Wet van Braks als een
klap in het gezicht van de landbouw.
Hij had misschien graag gezien dat
vele landbouwers ook nog in de
pluimveehouderij stapten? Maar
meneer Schouten weet toch wel dat
de regering geen eieren op slaat?
Al jarenlang zijn wij gewaarschuwd
door het Produktschap en de NOP
voor te grote uitbreiding. We zouden
daarmee ons eigen graf graven en dat
is gebeurd. Ik kan me dan ook zéér
ergeren aan die organisaties en han
delaren in Bouwmaterialen die pro
beren de minister terug te fluiten. Hij
had dit voor mij 2 jaar eerder mogen
doen, dan hadden we misschien nog
een paar centen kunnen verdienen.
De organisaties hoeven niet te vrezen
dat ze in de ons omringende landen
massaal pluimveebedrijven zullen
gaan bouwen wegens het verbod in
Nederland. Elders is de situatie niet
Markerwaard:
a. kan worden afgezet binnen de
EG tegen de huidige relatief hoge
gegarandeerde prijzen voor
marktordeningsprodukten;
b. bij een hoge dollarkoers op de
wereldmarkt kan worden ver
kocht (graan);
c. of, voor zover het vrije produkten
betreft, kan worden afgezet zon
der dat dit tot prijsdaling leidt
(pootaardappelenj.
Voor een belangrijk deel zijn de ge
noemde afzetmogelijkheden echter
beperkt of theoretisch van aard.
Verhoudingsgewijs het meest aan
trekkelijk is nog de uitbreiding van
de produktie van graan en pootaard-
appelen eventueel aangevuld met
een beperkte oppervlakte tuinbouw-
produkten.
In de studie is verondersteld dat de
huidige werkloosheidsproblemen
over 15 jaar, wanneer de Marker
waard in gebruik zou zijn genomen,
zullen zijn opgelost. Wanneer daarbij
de "prijs" voor arbeid (verder) zou
dalen dan zou dit de aantrekkelijk
heid van inpoldering vergroten.
veel beter. Komt Braks terug op zijn
besluit dan is het mijns inziens ge
daan met de pluimveehouderij en
zullen we heel snel in de bijstand te
recht komen.
Een pluimveehouder in Brabant.
Naam en adres bij de redaktie be
kend.
Het bestuur van het A.S.F. heeft
nieuwe administratievoorschriften
voor gelegenheidsarbeid vastgesteld.
Daarbij is aan de onduidelijkheid
over dit vraagstuk 'n einde gekomen.
Besloten is met ingang van 1 januari
1985 een nieuw meldingsformulier te
hanteren.
In een speciaal nummer van ASF-
Informatie, dat binnenkort ver
schijnt, zal uitgebreid informatiie
worden verschaft.
Het nieuwe formulier is vanaf ja
nuari 1985 bij de regionale kantoren
te verkrijgen.
Ministerraad akkoord met
wetsvoorstel wijziging
plantenziektenwet
De ministerraad is op 16 november
j.l. akkoord gegaan met het wets
voorstel inzake de wijziging van de
Plantenziektewet. Het voorstel zal nu
om advies naar de Raad van State
worden gezonden.
De oorspronkelijke wet stamt uit
1951. Met de gewijzigde Planten
ziektenwet beoogt staatssekretaris A.
Ploeg (landbouw en visserij) een
meer adekwaat stelsel van möatre-
gelen te scheppen om het optreden
en verbreiden van.plantenziekten en
-plagen te voorkómen. Door de in
trekking van de-Bloembollenziekte
wet, die nu onderdeel van de gewij
zigde wet uitmaakt, wordt bereikt,
dat alle fytosanitaire voorschriften
voor planten en plantaardige pro
dukten in één wettelijk kader zijn
verenigd.
Vrijdag 7 december 1984
5