TUINBOL! WKL ANKEN
de
nar
kas
Tijm voor zaadteelt
Teelt van witlofwortel weer
uitgebreid
weekstaat energieverbruik
Temperatuurafwijkingen hebben bij
tomaten produktieverlies tot gevolg
Subsidie: maak er gebruik van
De Pluk zit er weer op
Rabobank ziet goede kansen voor export
bloemkwekerijprodukten
Na alle sombere geluiden in het vo
rige nummer van dit blad is er nu
toch ook een voor ons verheugend
bericht, namelijk de mededeling dat
de gemeenschappelijke drainage op
Tholen en Zuid-Beveland met een
flinke subsidie vernieuwd kan wor
den.
Het is alleen jammer dat het zoveel
jaren geduurd heeft voor men dit er
door kon krijgen, we kunnen de heer
J. Markusse wel bedanken dat hij de
moed niet heeft laten zakken om het
zover te krijgen.
De problemen met de drainage, die
soms als een spinneweb de percelen
doorkruist, zijn er van begin af aan
geweest en de gevolgen, dus schade,
door te natte plekken worden elk jaar
groter doordat er geen onderhoud of
kontrole aan gedaan kan worden.
Daarom hebben verscheidene boe
ren en tuinders in deze streek de
laatste jaren al behoorlijk wat ge
draineerd. Hier komt de subsidie
wellicht te laat, want met terugwer
kende kracht zal deze regeling wel
niet werken.
Maar niet tegenstaande dat alles
moet er nog heel wat gebeuren en
kunnen er velen gebruik van maken,
want degenen, die tot nog toe niet
bereid waren om deze grote uitgave
te doen zullen er nu zeker gemakke
lijker toe besluiten. En dat betekent
dat een en ander er in belangrijke
mate aan kan bijdragen om de ren
tabiliteit van onze bedrijven te ver
beteren.
Hoewel de meeste bedrijven dankzij
de vroege aardappelen, zaadteelt,
witlof e.d. zeker de laatste jaren een
goed inkomen konden behalen, zal
het streven naar vroege en hoge op
brengsten van goede kwaliteit alleen
op gezonde en goed ontwaterde
grond plaats kunnen vinden. Thans
is het dikwijls zo dat de beste grond
verzuipt.
Dat wil niet zeggen dat de drainage
hier alleen verantwoordelijk vöor is.
Een goede organische stofvoorzie-
ning is net zo belangrijk. Dat wordt
door sommigen vergeten als men b.v.
het gedorsen stro van een of ander
zaadgewas in brand steekt, want
daarbij vernietigd men organisch
materiaal dat even veel waarde heeft
als een groenbemester in dezelfde
hoeveelheid droge organische stof.
Onze gronden hebben in principe
een laag humusgehalte en dat is al
leen met zeer grote hoeveelheden
organisch materiaal van welke aard
dan ook omhoog te krijgen. Daarom
zal men voor het op peil houden alles
moeten benutten. De aanschaf en
verwerking van b.v. stalmest of kip-
pemest is vrij duur, maar dat de kos
ten terugkomen met hoge rente is
zeker. Dat wist men vroeger al toen
zei men: een wieder en een mester
worden nooit uitgespannen. Het
vergaderseizoen is weer bezig. Er
worden weer voorlichtingsavonden
en kursussen gegeven, hopelijk met
een goede belangstelling van telers
zijde. Het goed op de hoogte zijn en
blijven is een noodzaak.
De Rabobank verwacht dat de uitvoer
van bloemkwekerijprodukten die dit
jaar voor het eerst boven de drie mil
jard gulden komt, zich in de komende
jaren voorspoedig zal ontwikkelen.
Wel zal de verschuiving in de bes
temming van de bloemenexport zich
in de komende jaren in belangrijke
mate voortzetten. Dit blijkt uit een
dinsdag verschenen bedrijfstakstudie
van de bank over de exporterende
groothandel in bloemkwekerijpro
dukten.
Uit een onderzoek van de Amro-
bank, dat net als dat van de Rabo is
verschenen ter gelegenheid van de
nationale bloemenvaktentoonstel-
ling die van woensdag 7 tot en met
zondag 11 november in Aalsmeer
werd gehouden, blijkt dat Neder
landse glastuinders niet al te opti
mistisch zijn over de toekomst van
hun bedrijfstak. De hoge energielas-
ten worden als de grootste oorzaak
van de ekonomische verslechtering
in de tak aangewezen. De groei van
de export van bloemkwekerijpro
dukten, met een waarde vorig jaar
van 2,8 miljard gulden, is relatief het
grootst geweest bij de potplanten. In
de laatste tien jaar is de export hier
van verzevenvoudigd. De snijbloe
menexport werd 2,5 maal zo groot.
De groei is vooral gerealiseerd op
niet-traditionele bestemmingen. De
Verenigde Staten zijn sterk in op
komst en zijn met een kleine 200
miljoen gulden dit jaar Nederlands
vierde exportbestemming.
Algemeen
Thymus vulgaris is een laag-
groeiend halfheestertje met ei
ronde blaadjes en lilakleurige
bloemen.
De hoogte varieert tussen 20 en
30 cm.
Komt in Zuid-Europa met name
rond de Middellandsezee maar
ook in de Alpen algemeen in het
wild voor.
Tijm stelt 'weinig eisen aan de
grond. Groeit op alle gronden,
zelfs op zeer magere zandgron
den en op gesteenten. Gebleken
is, dat dit aromatische kruid ster
ker geurt naarmate de grond ar
mer aan voedingsstoffen is. Tijm
is een echt zonnekind en moet
derhalve in de volle zon staan.
Het is een. meerjarig gewas dat
strenge vorst kan verdragen. Het
kan derhalve ook in ons klimaat
goed overwinteren.
Gebruik
a. De jonge aromatische blaad
jes al of niet met stengel, wor
den gebruikt als keukenkruid
bij de bereiding van diverse
vleesgerechten, soepen en
sauzen. Maar ook voor de ge
neeskunde zoals de bekende
Tijm-hoestsiroop, benevens
likeur-, konserven- en kosme-
tische industrie.
b. Als bodembedekker in de
siertuin. Echter niet onder
bomen en struiken, maar in
het volle licht. Hiervoor wor
den dan vaak andere rassen
gebruikt met rose of rode
bloempjes. Deze groeien lager
en zijn daardoor ook zeer ge
schikt voor in de rotstuin.
c. Door de imkers als bijenplant.
Trekt, waarschijnlijk door z'n
fijne geur, erg veel bijen aan
hetgeen ook erg belangrijk is
voor de zaadteelt.
Zaadteelt
Tijm is een meerjarig gewas en
kan gedurende een reeks van ja
ren blijven staan. Een rustge-
vendgewasje dus voor de zaadte
ler. Daar Tijm meestal in kleine
percelen wordt geteeld, leent het
zich goed voor kleinschalige be
drijven en zelfs voor partikulie-
ren met een te grote volkstuin.
Maar dit geldt uiteraard voor
meerdere kruiden en bloemzaad
gewassen.
De hierna volgende teeltgegevens
zijn opgetekend uit de mond van
de eigenaresse van een klein
schalig zaadteeltbedrijf, onder
steund door een nauwkeurig bij
gehouden teeltadministratie.
De verzorging
De verzorging van het gewas in-
klusief onkruidbestrijding vindt
uitsluitend plaats met handge
reedschap.
Onkruidbestrijding bij Tijm is ei
genlijk een lastig karwei. Het is
zoals reeds eerder vermeld, een
kruipend gewas. Het onkruid
moet dus met de hand of schrepel
vanonder en tussen de planten
worden verwijderd. Het is dan
ook een eerste vereiste om met de
aanleg van een perceel Tijm, op
schoon land te beginnen. Er mag
gelet op het meerjarig karakter
van dit gewas, in ieder geval geen
wortelonkruid zoals kweekgras
en akkerwinde in voor komen.
T eeltbijzonderheden
De grond waarop de teelt plaats
vindt kan tot een lichte zavel
worden gerekend.
Het plantgoed werd verkregen
van de zaadteelt-kontraktfirma.
Het betreffende perceel dat op 4
september 1976 werd geplant en
na enkele jaren werd uitgebreid
tot een wat groter geheel, ligt er
heden (1983) nog.
De gemiddelde plantafstand is 50
bij 35 cm.
Het is een gewas dat nauwelijks
ziekten kent. Ziektebestrijding
bleek dan ook nimmer nodig.
De bemesting bestaat jaarlijks uit
7 kg. mengmeststof 12+10+18
per are en werd gedurende alle
jaren toegediend in de maanden
oktober/november. Indien nodig
(afhankelijk van de stand van het
gewas en de hergroei na de win
ter), wordt in het voorjaar een
overbemesting gegeven van 3'A
kg. 12+ 10+ 18 per are.
Oogst
Er wordt in gedeelten geoogst
door telkens de rijpe planten er
uit te snijden. Het voordeel van
deze methode is, dat er weinig
zaad verloren gaat, dit in tegen
stelling, tot het in één keer oog
sten.
Gedurende alle jaren dat van dit
perceel is geoogst, lag de einddata
tussen 27 augustus en 12 septem
ber.
Vier maal werd op ruiters ge
droogd. De gemiddelde tijdsduur
hiervan is vier weken. De overige
keren werd kunstmatig gedroogd.
Het dorsen vindt plaats met een
kleine voor dit doel geschikte
dorsmachine,
De kiemkracht ligt elk jaar ruim
boven de 80%.
De gemiddelde netto opbrengst
van het gedroogde en geschoonde
zaad is 3,6 kg per are. Een hoog
gemiddelde dankzij de goede
verzorging.
Tenslotte
Ook een meerjarig gewas heeft
geen eeuwig leven en kan dus niet
eindeloos blijven staan. Door het
wegvallen van planten ontstaan
op den duur dunne plekken en
vermindert de produktie. Zodra
deze slijtage zich aankondigt, is
het beter het perceel te ruimen en
eventueel door een nieuwe aan
plant te vervangen.
D.L. Koppenhol
De fruittelers op SCHOUWEN
DUIVELAND hebben de oogst var
'84 weer binnen. Het is een seizoen
waar telers en plukkers niet veel goe
de herinneringen aan overhouden. De
plukkers hebben vele uren in regen
kleding gewerkt. De telers moesten
hun programma zo vaak veranderen
dat er maar weinig van heel bleef.
Door gebrek aan zon en koude nach
ten kwam de kleuring bij veel rassen
slecht op gang. Ondanks dat de pluk-
datum enkele weken uitgesteld is, zijn
er toch veel partijen met te weinig
rode blos geplukt. De hoeveelheid
klasse I zal hierdoor bij de gekleurde
rassen lager uitvallen dan vorig jaar.
Bij nakontróle van de vruchtanalyse
bleek dat het kalkgehalte rond de
pluk vrij sterk was gedaald ten op
zichte van de eerste monsters. In het
algemeen houdt dit in dat we ekstra
op moeten letten bij de bewaring,
vooral bij grove partijen, zonder ook
weer al te paniekerig te reageren.
De maat van de Golden heeft het
onvoldoende gehaald, veel partijen
hebben een te groot percentage be
neden 70 mm terwijl de grove boven
de 80 mm dit seizoen schaars zullen
zijn.
Na de pluk is de motorzaag weer te
voorschijn gehaald en wordt er door
veel telers weer een gedeelte ver
nieuwd. Winston en oudere percelen
Golden leggen hierbij het loodje. Bij
het vernieuwen staat Elstar voorin de
belangstelling, de grootste beperking
vormt het gebrek aan beschikbaar
plantmateriaal van dit ras.
Volgend seizoen zal dit makkelijker
gaan als we zien hoeveel occulaties
hiervan zijn weggezet.
In het Zuidwesten hebben we de
laatste 5 jaren onze kaarten meer op
de Jonagold gezet, dit in tegenstel
ling tot het Noorden waar Elstar en
Karmijn meer favoriet waren. Door
de goede prijsvorming van de Elstar
proberen veel telers nu een forse
hoeveelheid Elstar aan te planten.
Een uitstekende appel die echter
even goed zijn bezwaren heeft. Waar
bij de forse groei waarschijnlijk de
meeste moeilijkheden kan geven.
Zodra het blad van de bomen is zul
len de boomkwekers hun bomen
weer afleveren. Van diverse boom-
kwekershoordenwedat de vertakking
dit seizoen nogal eens te wensen
overlaat, vooral kwekerijen in Lim
burg en de IJsselmeerpolders, heb
ben hier moeite mee. Tweejarige
bomen met tussenstam die vrijwel
niet vertakt zijn is geen goed uit
gangsmateriaal.
Met het vallen van het blad is de
kankerbestrijding aktueel. Hoewel
preventieve bespuitingen zeker niet
zullen nalaten, is het uitfraisen of
-zagen van de bestaande kanker
wonden om deze tijd minstens zo ef-
fektief.
Als we dit pas in het voorjaar na de
snoei ter hand nemen zitten we een
hele winter met dit besmettingsge
vaar.
In smeren van de wonden met een
pasta is het puntje van de i.
In 1984 bedroeg het areaal witlof
wortel bijna 4.750 ha, waarvan 2.100
ha op ko'ntrakt werd geteeld.
In 1982 en 1983 werd in totaal resp.
3.800 en ruim 4.250 ha beteeld met dit
gewas.
Van stamsperziebonen werd dit jaar
bijna 4.650 ha geteeld, waarvan 3.800
ha op kontrakt.
Dit blijkt uit de resultaten van de
steekproef Groenten in de open
grond, augustus/september 1984,
van het Centraal Buro voor de Sta
tistiek.
De oppervlakte bloemkool nam toe
van 2.500 ha in 1983 tot 2.650 ha in
1984. De teelt van waspeen werd
uitgebreid met ongeveer 250 ha en
bedroeg in 1984 bijna 1.800 ha. Ook
het areaal prei nam toe t.o.v. 1983 en
kwam dit jaar uit op ruim 2.450 ha.
De met sla beteelde oppervlakte
verminderde met bijna 200 ha,
waardoor de totaal in 1984 beteelde
oppervlakte iets minder dan 1.100 ha
bedroeg. Bij spinazie was de opper
vlakte ruim 250 ha groter dan in 1983
wat resulteerde in een oppervlakte
van 2.450 ha in 1984..
Van winterpeen werd in 1984 ruim
2.000 ha geteeld, wat eveneens een
uitbreiding betekende t.o.v. 1983.
Van de ruim 2.100 ha bewaarsluit-
kool werd in 1984 bijna 1.350 ha in
genomen door wittekool. De opper
vlakte knolselderij bedroeg in 1984
1.300 ha; een uitbreiding met meer
dan 100 ha.
Meting van de gemiddelde kasluchttemperatuur bij Denarkas, die nu 16
gr.C. is, geeft aan dat in de zes afdelingen de gemiddelde etmaaltemperatuur
vrijwel gelijk is; het verschil is niet groter dan 0,25 gr.C. Binnen de afdelingen,
die 1700 m2 groot zijn, vinden we vrijwel steeds temperatuurafwijkingen van
1,5 gr.C., waarbij 4 van de 6 meetboxen een halve graad lager aangeven dan
de werkelijke temperatuur. Bij tomaten was het duidelijk dat temperatuuraf
wijkingen tot op tienden van graden een produktieverlies te zien geven (één
graad afwijking 15% produktieverlies) maar bij gerbera's vinden we dit nog
niet; wellicht zijn er nog teveel andere invloeden werkzaam bij de planten. De
gemiddelde mattemperatuur én de grondtemperatuur liggen 0,5 gr.C. onder
de ruimtetemperatuur. Op 90 cm diepte is de grond nu 0,4 gr.C. warmer dan
op 30 cm diepte. De grondverwarming die op 55 cm diep ligt is 20-25 gr.C. De
grondtemperatuur is vrij stabiel; de mattemperatuur hinkt steeds achter de
ruimtetemperatuur aan.
De stooktemperatuur is 18 gr.C. op de dag en 14 gr. C. in de nacht. De
vochtregeling werkt en bij een RV van 87-89% is er een minimumbuis van 45
gr.C.
Het energieverbruik bedroeg deze week 7361 m3 gas bij een bedrijfsomvang van 10.000 m2. Het gasverbruik is alsvolgt te
verdelen
GRONDTEELT
STEENWOLTEELT
SDP
LW-kas'
Kontrole
SDP
LW-kas'
Kontrole
Week no. 46 d.d. 9/11-16/11
acryl pl.
LW.
Aanvul.
m.scherm
acrylpl.
LW. Aanvul.
m .scherm
verbruik in m3 deze week
55
79
6
75
53
79 6
80
energieverbruik in m3/!00 m2
vanaf 1-8-1984
313
470
34
578
308
470 34
639
oogst in stuks/m2
24,H
19,5
19,6
25,4
20,5
20,0
De buitenomstandigheden waren deze week:
- gemiddelde buitentemperatuur 9,9 gr.C.
Eemiddelöe windsnelheid 2,1 m/sek.
W laagwaardige warmte, 55 gr. C. (primair)
Aanvul. - Aanvullende warmte, maximum 100 gr.C. (sekundair).
Vrijdag 23 november 1984