Kwaliteit en kwantiteit fokschapen in
Zuid-Nederland in vlot stijgende lijn
Zomerkuilen iets beter
maar beduidend minder
dan voorgaande jaren
Tweede centrale schapenfokdag voor certifikaatwaardige bedrijven te 's Hertogenbosch
k
Op zaterdag 8 september 1984 organiseerde het N.T.S., afdeling Lim
burg en Noord-Brabant, voor het tweede jaar een centrale keuring voor
fokschapen voor hun leden. Evenals vorig jaar konden leden van de
afdeling Zeeland hieraan deelnemen. Een gunstige situatie van kombi-
neren. Tevens gaf de kwaliteit van de aangevoerde Zeeuwse dieren een
bijdrage tot de zeer gunstige totale indruk van de fokdag. De katalogus
vermeldde in totaal ruim 530 dieren, die door ruim 70 inzenders bijeen
werden gebracht.
Hierdoor werd het aantal dieren ruimschoots groter dan voor de fokdag
van niet zwoegervrije bedrijven. Wanneer een vergelijking met vorig
jaar getrokken wordt, dan blijkt een ruime vooruitgang in kwaliteit te
bespeuren. De aanloopperiode wordt langer en de selektie mogelijkheid
groter. Een grote schare met belangstellenden volgden met interesse de
keuringen, 's Hertogenbosch, met zijn goede akkomodatie, blijft echt
een trekpleister.
Het mannelijk fokmateriaal
De twee jaar en oudere rammen wa
ren nog niet in grote getalen aanwe
zig. Het moeilijk aankoopbeleid van
de eerste jaren zal hieraan wel debet
zijn. De gemiddelde kwaliteit was
goed. Eerste prijzen waren voor
4030-0142, een goed ontwikkelde,
best gespierde, solide, iets gerekte
ram van C. Holtermans te Horst. Als
enige aanwezige premie ram afzon
derlijk gekeurd. In de volgende ru
briek werd la ram 3383-0314, fok
ker-eigenaar gebr. Peijnenburg te
Oirschot; vlot ontwikkeld en vlot van
type, solide van bouw met goede
vacht en iets grove staart. Bij de
kampioenschapskeuring moest hij
genoegen nemen met ae reservetitel
en zijn meerdere erkennen in ram
0299-0168 van W. Moonen en A. van
Iersel te Nederweert. Eveneens een
ram van goed type, een harde best
gespierde vleesram met zeer goede
vacht, doch even te weinig van om
vang en wat weinig beweeglijk in de
voorhand. Verdere eerste prijzen
waren voor de vastgebouwde solide
3283-0144 van W. Vermeulen te Den
Hout; de diepe, niet te vast gebouw
de, ruim bespierde 3379-0187 van
gebr. Peijnenburg te Oirschot; diep
en solide met wat weinig adel en.de
wat klein soortige best gespierde
3701-0095 van R.J. van Doorn te
Axel.
Een vijftigtalrammen geboren in
1983 werd over 6 rubrieken verspreid
gekeurd. In het geheel zeer redelijke
tot goede dieren, waarbij de unifor
miteit niet het sterkste punt was. Va
riatie in ontwikkeling viel wel het
meest op. Niet tegenstaande werden
alle rubrieken goede tot zeer goede
rammen voorop geplaatst.
Na een eerste selektie van de 15
kampioenskandidaten bleven over
3400-0183 van G. Michels te IJssel-
stein, solide harde ram met goede
vacht; 2034-0362 van J. Caron te
Dongen, vastgebouwde met goede
diepte, bespiering en huid;
3316-0064 van gebr. Peijnenburg te
Oirschot. Niet te massaal maar vlot
van type; 3297-0037 van R. Persers te
Waalwijk, best ontwikkelde, ruim en
diep met goede vacht; 3135-0337 van
J. Vaessen te Simpelveld, gelijnd en
soortig met goede vacht. Van dezelf
de eigenaar 3135-0300, een ram die
rondom de ring in veel gevallen de
titel was toegedacht.
Een eksemplaar dat bewijst dat
massa, macht en kracht toch samen
kan gaan met goed type en voldoen
de adel. De werkelijke kampioen
werd 3286-0374, fokker-eigenaar P.
Martens te Elshout. Evenredig van
bouw, met goede kop en vacht en
voldoende bespiering. Reserve-kam
pioen werd 3700-0537 van A. Vriens
te Beugen. Mooi type, niet te massaal
met goede vacht en benen.
Ramlammeren
Een groot aantal ramlammeren, ver
deeld over de rubrieken enkelingen,
twee-, drie- en viertallen vertoonden
gemiddeld een vrij goed beeld. Spe
ciaal de drie- en viertallen voldeden
goed. De gemiddelde kwaliteit kwam
vooral tot uiting bij de keuze van de
10 beste ramlammeren van de fok
dag. Een zwerm van 50 ramlamme
ren vertoonde een in doorsnee goed
Vrijdag 5 oktober 1984
type met een goede bespiering en
goede vachten.
Martens te Elshout. Kampioene
werd 3700-0197 (V. 1504-0015), ster
ke, harde, vast gebouwde, best ont
wikkelde ooi van zeer goed type en
beste kop.
Reserve kampioene was 3700-0367
(V. 4300-0056), iets minder vast, zeer
typisch en goed bespierd, beide ooi
en van F. Goedhals te Westdorpe.
Bedrijfsgroepen
Drietallen
la. Voor de uniform, best typische
groep van A. Vriens te Beugen.
lb.De groep van R.J. van Doorn te
Axel, gevulde goed bespierde,
voldoende ontwikkelde, solide
ooien.
lc. De wat forsere en iets minder
uniforme groep van J. v. Rijns-
bergen te Zaltbommel.
ld.Voor de groep lammeren van A.
de Graaf te Wijk en Aalburg.
Viertallen
In totaal 3 goede groepen met on
derling geringe verschillen.
la. Voor de vlot ontwikkelde, diepe,
ruime ooien van G. Muskens te
Cromvoirt.
lb.De voldoende uniforme groep,
voldoende ontwikkelde ooien
met goede koppen van A. Buys te
Herpt.
lc. De uniforme groep, goed ont
wikkelde, solide ooien met goede
vachten, doch iets eenvoudiger in
de koppen van de kombinatie
Zantboer-v. Vlimmeren te Din-
teloord.
Vijftallen
In totaal 5 groepen. Mooie kollekties
waarbij de
la.prijs ging naar de groep van F.
Goedhals te Westdorpe. Uni
form, geheel ruime en goed bes
pierde ooien met goede koppen,
maar niet te korrekt beenwerk.
Gevolgd door de groep 1 xh jarige
ooien van dezelfde eigenaar. Zeer
uniform en vlot van type.
lc. De groep edele, fraaie ooien van
G. Ferket te Sluis,
ld.De groep van J. Vaessen te Sim
pelveld, waarbij enkele ooien wat
vaster van bouw konden zijn.
Ie. P. Martens te Elshout.
Een goed geslaagde en druk bezoch
te fokdag.
P. Bastiaansen
(L) ooi 3700-0197 kampioen bij de oudere ooien (R) ooi 3700-0367 Res. Kam
pioene
De 10 beste ramlammeren
Tot de 10 beste ramlammeren van de
fokdag behoorden er 7 van de stal
van F. Goedhals te Westdorpe. Rui
me, best ontwikkelde, geblokte lam
meren met goede bespiering en vrij
goede vachten. 3337-0043 van gebr.
Augustijn te Etten-Leur, niet te
massaal, maar zeer korrekt en best
van type. 3238-0205 van J. Geurts te
Leunen en Janssen te IJsselstein en
gefokt door M. v.d. Broek te Boekei,
evenredig en vlot typisch. 3701-0161
van R.J. van Doorn te Axel.
Het vrouwelijk fokmateriaal
Vlot beter dan voorgaande jaren.
Zowel de oudere als de 1 jarige
ooien waren best van kwaliteit. In het
algemeen een vlotte ontwikkeling,
goede bespiering, ruim en diep. Spe
ciaal de drie- en viertallen steelden
de show, waarbij door de jury prak
tisch aan alle groepen een eerste prijs
werd toegekend. Hoewel bij de ooi
lammeren wat meer variatie in ont
wikkeling voorkwam, was ook hier
het type in doorsnee vlot goed, ter
wijl de soms (door de regen) de wol
kwaliteit wat minder leek.
Bij de kampioenskeuring voor de
eenjarige ooien werden niet minder
dan ruim 30 kandidaten opgesteld.
Geen gemakkelijke taak voor de ju
ry. Bij de laatste 6 kandidaten waren
er 5 uit de provincie Zeeland; drie
typische ruime ooien van F. Goed
hals te Westdorpe, de niet te zware
doch vlot typische ooi van R. v.
Doorn te Axel, de ruime en solide,
goed typische ooi van A. Vriens te
Beugen. Kampioene werd 3700-0471
van F. Goedhals te Westdorpe (V.
3700-0212). Ruime diepe vlot ges
pierde ooi met goede vacht en goede
kop. Reserve werd de best typische,
fraai typische, edele ooi 3715-0440
(V. 3715-0300) van G. Ferkel te
Sluis.
Bij de wat oudere ooien waren wat
minder kandidaten, doch evenzeer
van goede kwaliteit. Tot de laatste 6
behoorden de solide en evenredig
gebouwde ooi van W. Vermeulen te
Den Hout, die mogelijk iets Fijner
van wol kon zijn. Ruim en diepe de
ooi van Kemmeren te Diessen met
niet te sterke benen. De best typi
sche, solide en goed bespierde ooi
van M. v.d. Broek te Boekei; de zeer
evenredig, niet overzware ooi van P.
De resultaten van het ruwvoederonderzoek van de zomerkuilen zijn
gemiddeld weliswaar beter dan die van de voorjaarskuilen, doch in het
algemeen blijven ook hierbij de resultaten beduidend achter bij die van
voorgaande jaren. Dit is de kern van een tweede publikatie van de
resultaten van het ruwvoederonderzoek van het Bedrijfslaboratorium
te Oosterbeek.
In navolging van de voorjaarskuilen
vallen dit jaar ook dp zomerkuilen
gemiddeld op, door lagere droge
stof- en VEM-cijfers. Deze cijfers
steken dan ook wat schril af bij die
van de zomerkuilen van afgelopen
jaren die werden gemaakt bij gunstig
zomerweer.
Gemiddeld is het verschil een halve
kg krachtvoer per grootveestaldag.
Mogelijk worden deze gemiddelde
resultaten nog wat opgetrokken door
de kuilen die in de droge maand au
gustus zijn gemaakt.
De resultaten van de voorjaarskuilen
blijven onveranderd laag met een
gemiddelde VEM van 718.
Hoezeer deze resultaten per gebied
kunnen verschillen blijkt uit het feit
dat de gemiddelde VEM van de
voorjaarskuilen zonder toevoeging
in Twente 683 is, in Limburg 740 en
in Zeeland 756.
Deze verschillen zijn zonder twijfel
terug te voeren tot een verschil in
weersomstandigheden en de gevol
gen daarvan op de voederwinning.
Belangstelling blijft groot
Per 21 september waren ruim 40.000
ruwvoedermonsters ontvangen, wat
ruim 2000 boven het topjaar 1983
ligt. Gezien de grote verschillen in
stand en afrij pingsstadia waarin
moet worden geoogst, wordt even
eens een grote belangstelling voor
het onderzoek van snijmais ver
wacht.
De cijfers
De voederwaardecijfers in onder
staande tabellen zijn weergegeven in
de droge stof van het produkt
Zomergraskuil zonder toevoeging
(maaidatum 16 juni t/m31 augustus)
Oogstjaar 1984; Peildatum 21 sept.;
Aantal monsters 3328; Droge stof
519; VEM-waarde 788; Vre in g/kg
121; Ruwe celstof in g/kg 264; Ruw
as in g/kg 137; Ammoniakfraktie 9;
Veldperiode 4.
Zomergraskuil met toevoeging
(maaidatum 16 juni t/m31 augustus)
Oogstjaar 1984; Peildatum 21 sept.;
Aantal monsters 342; Droge stof460;
VEM-waarde 768; Vre in g/kg 114;
Ruwe celstof in g/kg 264; Ruw as in
g/kg 143; Ammoniakfraktie 4;
Veldperiode 4.
De grote spreiding in gehalten wordt duidelijk weergegeven in onderstaande
tabel die betrekking heeft op de VEM in de droge stof.
Spreidingsgrenzen
[400
400/549 550/699
700/849
850/999
1 999
Voorjaarsgraskuil '84
zonder toevoeging
0,3
4,2
34,9
54,-
6,5
0,1
Voorjaarsgraskuil'83
zonder toevoeging
0,2
2,1
19,3
73,9
4,5
Voorjaarsgraskuil '82
zonder toevoeging
0,4
4,9
60,2
343
0,2
Spreidingsgrenzen
[400
400/549 550/699
700/849
850/999
)999
Zomergraskuil '84
zonder toevoeging
0,7
11,2
66,1
22,-
Zomergraskuil '83
zonder toevoeging
0,4
4,7
53,4
41,4
0,1
Zomergraskuil'82
zonder toevoeging
0,2
0,6
6,4
52,6
403
Toepassing toevoeging kuilen
Aantal
zonder tv
met tv
Totaal
onderzocht
met
toevoeging
Voorjaar 1984
16458
6020
22478
26,8
Voorjaar 1983
15561
4152
19713
21,0
Voorjaar 1982
14396
848
15244
5,6
Zomer 1984
3328
342
3670
9,3
Zomer 1983
3203
205
3408
6,0
Zomer 1982
4230
239
4469
5,3
Spreiding in ammoniakfraktie (kuilen zonder toev.)
|9
9/15
16/25 26/35
35
Voorjaar 1984
18,5
48,3
23,7 6,8
2,7
Voorjaar 1983
41,4
45,-
10,4 2,4
0,8
Voorjaar 1982
54,6
39,6
5,1 0,5
0,2
Zomer 1984
59,2
35,3
4,8 0,5
0,2
Zomer 1983
84,0
14,3
1,6 0,1
Zomer 1982
66,3
26,5
6,2 0,8
0,2
17