Nogmaals standplaatsen Parasitaire infekties bij jongvee op het proefbedrijf Cranendonck Aan superheffing nog steeds veel onduidelijkheden Superheffing in de praktijk In 1982 heb ik een nieuwe ligboxen- stal gebouwd. Gezien de gestelde voorwaarden kan ik een beroep doen op een extra quantum in het kader van de investeerdersregeling. Ik vind het begrip standplaats maar moeilijk hanteerbaar. In de nieuwe stal kan ik 54 melk- en kalfkoeien plaatsen, in de oude stal is nog ruimte voor 17. In de nieuwe situatie zijn er dus 71 stand plaatsen. De regeling stelt dat de standplaatsen in gebruik genomen moeten zijn. Volgens mijn berekenin gen komt mijn quotum, gebaseerd op de regeling van de groeiers, op onge veer 300.000 kg uit. Uitgaande van een gemiddelde produktie van 6000 kg op mijn bedrijf zal ik uiteindelijk dus uitkomen op iets meer dan 50 melk koeien. Er zullen dan standplaatsen onbezet blijven, mag dat? Eén van de vorige keren hebben we al gesteld wat onder daadwerkelijke ingebruikname wordt verstaan, n.l. het gerealiseerd hebben van investe ringen in standplaatsen, zodanig dat er vee in gehouden kan worden en een feitelijk begin met het houden van vee is gemaakt. Dat er in de nieuwe situatie standplaatsen onbe zet blijven is een logisch gevolg van de regeling die geldt voor investeer ders in 1982, '83 en '84. Op de uit breiding wordt immers 20% niet meegeteld. Bovendien wordt uitge gaan van een vrij lage gemiddelde produktie van 5500 kg per koe, ter wijl het geheel nog eens gekort wordt met 8,65 procent. Uiteindelijk komt hierdoor de toe te wijzen produktie per standplaats slechts op 4019 kg! Als uw bedrijf een gemiddelde pro duktie haalt van 6000 per koe dan betekent dit dus dat ongeveer een derde van uw uitbreiding in stand plaatsen onbezet zal blijven. De kontrolerende instantie kan dus nooit bezwaar maken tegen een on bezet blijven van standplaatsen. Het is een logisch gevolg van de geldende regeling. Uw situatie toont nog eens duidelijk aan hoe onevenredig zwaar de investeerders van de laatste jaren worden getroffen. N iet-groeier? Uit de berekeningen die ik opgevraagd heb bij de zuivelfabriek blijkt dat de melkproduktie in 1983 wel iets ge groeid is t.o.v. 1981. Het ligt in de buurt van de drie procent. Kan ik nu toch een aanvrage voor de niet-groei ers regeling indienen of verstrekt de bureauhouder mij geen formulier als uit de voorlopige berekeningen blijkt dat ik net boven de drie procent zit? U kunt altijd aanvragen. De DBH zal u altijd een formulier geven voor de regeling want u beslist zelf om al of niet aan te vragen. Of u voor een verlaagde algemene aftrek in aan merking komt wordt beoordeeld door de Direkteur van Landbouw en Voedselvoorziening in de provincie. Deze doet dit pas nadat de definitie ve berekening van het Produktschap Zuivel is binnengekomen en er ad vies is gegeven door een daartoe aangewezen provinciale commissie waarin het bedrijfsleven vertegen woordigd is. De DBH beoordeelt de aanvrage dus niet. Dit geldt overi gens voor alle regelingen. Gevolgen stoppen met melkproduktie Mijn man is begin mei overleden. Op ons bedrijf van ongeveer 30 hektare worden 80 melkkoeien gehouden. Het ons toegewezen melkquotum bedraagt ruim 430.000 kg melk. Een bedrijfs- verzorger en een werknemer doen nu het werk. A angezien ik geen opvolger heb, heb ik toch maar besloten het be drijf te verkopen. Omdat deze herfst een geweldige uitstoot van vee wordt verwacht ben ik van plan, ondanks de nu al lage prijs, het melkvee nu weg te doen. Het grasgewas wil ik nu op snee verkopen en dit najaar of volgend voorjaar het bedrijf. Is dit verstandig nu de superheffing er is? Gezien de regeling die is aangegeven in de u toegezonden brochure (met de brief van minister Braks voorop) is uw plan beslist af te raden. Wat is nl. het geval? Bedrijven die tussen 1 januari 1983 en 1 april 1984 zijn ge stopt met het leveren van melk krij gen geen heffingsvrije hoeveelheden toegewezen. Daaraan wordt toege voegd en dat geldt voor uw situatie: "Een soortgelijke regel geldt ook voor het tijdvak 1 april 1984 tot 1 april 1985. Van bedrijven die in deze periode de melkleveringen staken, zullen de heffingvrije hoeveelheden vervallen. Dat geldt ook indien de gronden, die ten behoeve van de melkveehouderij werden aange wend, niet worden overgedragen." Als u dus b.v. in juli uw melkvee zou verkopen en in oktober de grond dan vervalt uw melkquotum aan de Mi nister en rust op uw grond geen quotum meer. Dat zal zeer zeker waardedrukkend werken, temeer, zoals u schreef, er op het bedrijf ook een nieuwe ligboxenstal staat. U doet er waarschijnlijk verstandig aan uw bedrijf terwijl het nog volop in pro duktie is te verkopen. Omdat dit "op afstand" moeilijk is te bekijken doet u er verstandig aan uw situatie met Uitwendige infekties Bij de schimmelinfektie of ringworm ontstaan kleinere en grotere ronde plekken vooral op kop en hals maar ook elders op het lichaam. Bij het rundvee ontwikkelt zich immuniteit bij het doormaken van de infektie en krijgt daarna in zijn leven deze één malige infektie niet meer. We zien daarom deze ziekte na enige tijd al leen bij de jongste kategorie dieren nl. de kalveren. Op het proefbedrijf Cranendonck is deze infektie een reeks van jaren een ernstig probleem geweest. Ook bij het personeel is de ze infektie meerdere malen opgetre den. Meerdere geneesmiddelen zijn aangewend bij de dieren die infektie hadden opgelopen, doch voortdu rend kwamen nieuwe infekties voor bij de kalveren die nadien waren ge boren. Een vaccinatie echter van alle kalve ren van 2-3 weken oud heeft de uit braak van de schimmelinfektie tot staan gebracht en dit probleem op een S.E.V.'er van uw organisatie te bekijken. Dit geldt trouwens voor al diegenen die van plan zijn met de melkproduktie te stoppen of deze aanzienlijk te verminderen. Voorlopig geen quotum Per 1 mei 1983 heb ik het melkvee houderijbedrijf van mijn vader over genomen en ongewijzigd voortgezet. Van het Produktschap voor Zuivel hebben zowel vader als ik bericht ge kregen dat ons geen voorlopige hef fingvrije hoeveelheid wordt toegekend omdat de levering onderbroken is ge weest. Het lijkt mij volstrekt redelijk dat ik een heffingvrije hoeveelheid toegewezen krijg gelijk aan de pro duktie op ons bedrijf in 1983 minus 8,65%. Hoe kan ik die toewijzing krijgen? In geval van onderbroken of afne-% mende melkproduktie waardoor voorlopig geen heffingvrije hoeveel heid kan worden toegekend moet een speciaal formulier bij de DBH worden ingediend waarop de rede- het proefbedrijf Cranendonck opge lost. Luizen- en schurftinfekties Door de runderen in het najaar en ook later, wanneer zij een lang haar- kleed hebben te scheren, past men reeds goede bestrijdingsmaatregelen toe. De eventuele luizen kunnen zich moeilijk handhaven en laten zich bij het voorkomen beter zien. Schurft- injekties gaan vaak gepaard met jeuk en schuren. Indien dit wordt opgemerkt en er volgt snel een be handeling met een milieu vriendelijk schurftmiddel met behulp van hoge drukspuit dan is deze infektie binnen de perken te houden. Vliegenbestrijding Om wrang en eenzijdige oogontste king te voorkomen zijn op het proefbedrijf Cranendonck in juni 1983 drie verschillende oorflappen n.l. Flectron, Debantic en Atroban bij de kalveren aangebracht. nen valt het onderbroken zijn wor den aangegeven. Deze formulieren zijn ook'te verkrijgen bij de DBH. De exakte procedure bij de toewijzing is op dit moment nog niet bekend. Wel is het in uw geval zeer waarschijnlijk dat u het quotum zijnde de produktie van het bedrijf in 1983 minus 8,65% krijgt toegewezen, omdat het bedrijf ongewijzigd is voortgezet. In eerste kwartaal '84 minder melk, geen quotum? Door ziekte van mijn vee en het slechte ruwvoer van de afgelopen win ter heb ik in het eerste kwartaal van 1984 meer dan 15% minder afgeleverd dan in het eerste kwartaal van 1983. Uiteraard is het niet de bedoeling ge weest de melkproduktie te verminde ren. Het Produktschap voor Zuivel heeft mij nu geen heffingvrije hoe veelheid toegekend. Krijg ik nu een lager quotum dan 1983 - 8,65% toege wezen? Ook u moet een formulier bij de DBH inleveren waarop de redenen van het onderbroken zijn aangege ven worden. De 15% produktieda- ling wil niet zonder meer zeggen dat u een lager quotum zult krijgen. Er zal nader onderzoek worden ver richt. Indien blijkt dat u geen grond heeft overgedragen en de produktie- daling door veeziekte of andere toe- Zeer opvallend is de rust in de kop pels. De dieren worden niet geplaagd door stekende vliegen. In een onbe handeld koppel worden de die ren voortdurend geplaagd en gesto ken dus honderdtallen van vliegen, in een behandelde koppel echter kan men soms een of enkele vliegen tel len op de dieren. Bij de dieren zijn geen gevallen van wrang gekonstateerd. Longwormziekte Om longwormziekte te voorkomen worden in het voorjaar (het vaccin is slechts te koop tussen half februari en half juli) de kalveren die voor de eerste keer naar de weide gaan ge vaccineerd. Belangrijkste punten die ophelde ring behoeven zijn volgens het be stuur de relatie tussen quota en grond en de manier waarop inves teerders en jongeren die een bedrijf overnemen tegemoet zullen worden gekomen. Woordvoerder van Leeu wen van het KNLC maakte zich ook zorgen over de "paniekerige uit stoot" van vee, de dreigende one venwichtigheid in de melkaanvoer en de onderbezettingsverliezen die op zullen treden in de zuivelindus trie. Hij pleitte er voor de gang van zaken rond de superheffing regel matig voor de bestuursvergaderin gen van het Landbouwschap te agenderen, om de ontwikkelingen op de voet te kunnen volgen. Beëindiging De verschillende woordvoerders be treurden unaniem, dat de Neder landse overheid nog steeds geen beëindigingsregeling in het vooruit zicht heeft gesteld, waardoor een vallige omstandigheden veroorzaakt werd kunt u alsnog aanspraak maken op het quotum 1983 - 8,65%. Niet-groeiers: voor 1 juli aanvragen! In de brochure die wij ontvangen neb ben staat bij de niet-groeiers niet aan gegeven voor welke datum ik dit moet aanvragen. Kan dit het gehele jaar nog? Bovendien is mij niet duidelijk waarom bij de vermindering van het voor ons als niet-groeiers geldende kortingspercentage van 8,65 procent naar 5,65 procent een voorbehoud wordt gemaakt, n.l. de nationale som van de heffingvrije hoeveelheden mag niet overschreden worden. In de eerste plaats de aanvraagda- tum. Ook voor niet-groeiers geldt 1 juli! Dit staat niet in de brochure, maar wel in de officiële beschikking. Vraag dus zo snel mogelijk aan en wacht niet tot het laatste moment. Het voorbehoud op de vermindering van 3 procent heeft betrekking op de totale hoeveelheid melk die voor de niet-groeiers extra beschikbaar is, n.l. ruim 36 miljoen kg. Komen er veel aanvragen van niet-groeiers en het totaal aan aanspraken dat wordt toegekend stijgt boven deze hoe veelheid dan wordt het percentage verlaagd. Andersom kan ook het ge val zijn. Op het proefbedrijf hebben zich geen gevallen van longwormziekte voorgedaan. Maagdarmwormen Op perceel 2T is in 1983 een proef- plan uitgevoerd om.na te gaan wat de gevolgen zijn in de groei van de die ren bij preventie en eventueel be strijding van maagdarmwormen. Uit een oogpunt van preventie zouden het omweiden naar de gemaaide percelen en het paratectbolussys- teem worden vergeleken. Daarnaast lag het in de bedoeling om bij een groep dieren de pour-on methode toe te passen. Door de droogte is hooi en brok bij gevoerd moeten worden en heeft geen bestrijding van maagdarmwor men plaats gevonden. Een evaluatie van dit proefplan is niet te geven met de opgedane erva ringen. Bij het systeem van pinken en droogstaande koeien, achter of na de melkgevende koeien laten weiden, wordt een kuratieven bestrijding van het jongvee uitgevoerd. Drs. A. Westenbroek, Prov. Gezondheidsdienst voor Dieren in Noord-Brabant hoeveelheid melk zou vrijkomen voor bedrijven in bijzondere om standigheden. Het Landbouwschap heeft dit punt weer hoog op de agenda gezet voor het eerstkomende gesprek met minister Braks van Landbouw. De minister zal dan ook opheldering moeten verschaffen over de vraag, waarom eigen arbeid van melkveehouders niet tot de in vesteringen is gerekend. Het sekretariaat van het Landbouw schap heeft het bestuur geïnfor meerd over de manier waarop de superheffing in andere EG-landen is uitgewerkt. De heer Van der Veen (CBTB) konkludeerde daaruit, dat de melkveehouderij in Europa te maken krijgt met 10 verschillende vormen van beleid. Hij pleitte er voor zo snel mogelijk weer naar har monisatie te streven. De heer Schopman (KNBTB) vroeg in dit verband ook om behoorlijk toezicht op de uitvoering van de beheers maatregelen in de hele EG. Zoals overal in het zuidelijk weidegebied kunnen er ook op het proef bedrijf Cranendonck te Maarheeze parasitaire infekties voorkomen. Een globaal onderscheid is te maken in uitwendige parasitaire infek ties. Bij de uitwendige parasitaire infekties horen de schimmel infektie of ringworm en de luizen- en schurftinfekties. Mogelijk kunnen we hierbij ook als tussenkategorie de vliegen noemen die een rol spelen bij het optreden van wrang in de uier. Als inwendige parasitaire infekties zijn op het proefbedrijf Cranendonck de longwormen en de maag darmwormen van belang. Aan de uitvoering van de superheffing zitten nog steeds veel onduide lijkheden. Dit ondanks uitvoerige voorlichtingscampagnes en een voorlichtingsbrief van het ministerie van Landbouw aan alle veehou ders. Deze konklusie heeft het bestuur van het Landbouwschap op 6 juni j.l. getrokken na een diskussie over de stand van zaken tot nu toe. Ook voor de jongsten een groeizaam weideseizoen door parasietenbestrijding 14 Vrijdag 15 juni 1984

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1984 | | pagina 14