ZLM zeer geïrriteerd over gebrek aan
duidelijkheid en souplesse bij uitvoering
superheffing
Rivier de Waal ver buiten haar oevers
zuidelijke landbouw maatschappij
VRIJDAG 8 JUNI 1984
I 69e JAARGANG NO. 3735
land- en
tuinbouwblad
Ver zekeri ngsn ieuws
O.V.M. betaalt weer premierestitutie van 8%!
Financieel ziet 1983 er voor de O.V.M. weer best uit. Voor
de vierde achtereenvolgende maal zal aan de Algemene
Ledenvergadering een premierestitutie worden voorge
steld, nl. van 8% over de bruto W.A.- en kaskopremie met
uitzondering van de traktoren. Dit komt neer op gemid
deld 14,5% van de nettopremie. Tevens zal worden voor
gesteld over de na-eerstejaars A.O.V.-premie een restitutie
van liefst 20% te verlenen. Dit meldt het jaarverslag van de
Onderlinge Verzekerings Maatschappij van de Z.L.M.
Groei was er in alle branches en met name bij brand, w.a.,
partikulier en Ongevallen Inzittenden Verzekering. Bij
dp motorvoertuigenbranche was de groei zelfs groter dan
in 1982, n.l. 4.919 objekten teg.en 4.833 in 1982. Een
groeipercentage van 5 '/2% (v.j. 5,7%). Vooral de gelijk
matige ontwikkeling is ook in het verleden uiterst be
langrijk gebleken. Intussen is het totaal aantal verzekerde
voertuigen gestegen tot 94.864 en gaan we in 1984 op weg
naar de 100.000.
Kritiek
Direktie en bestuur van de O.V.M. uiten in het jaarver
slag kritiek op de handelswijze van de landelijke verze
keraars die de premieverlaging of verhoging niet baseren
op risiko's maar op konkurrentieverhoudingen. "Eind
1983", zo schrijft de O.V.M., "achtte de markt een pie-
mieverhoging noodzakelijk voor personenauto's, dit na
een periode waarin miljoenen guldens waren weggege
ven via het zgn. bonus-malussysteem. Een marktverga-
dering werd belegd om te polsen of alle maatschappijen
dan wel mee zouden doen. Daar bleek dat o.m. de 5
O.V.M.'s (onze vier kollega's en wij) op grond van de te
verwachten resultaten over 1983 niet voornemens waren
met een premieverhoging per 1 december 1983 mee te
doen.
Prompt werd door de landelijke verzekeraars besloten in
bedoelde regio's geen premieverhoging door te voeren.
Wel werd in het Westen de premie verhoogd. Als men de
premies gaat vaststellen op basis van konkurrentie in
plaats van risiko's, zit men duidelijk op het verkeerde pad.
Het komt er dan op neer dat men de verzekerde in het
Westen een qua risiko, te hoge premie laat betalen om met
die extra premie de tarieven in het Oosten en Zuid-Wes
ten van het land te dumpen.
Door overvloedige regnval is de rivier de Waal buiten haar oevers getreden en de uiterwaarden geheel blank
gezet. Voor de boeren die hier hun vee hebben lopen is dit een grote schadepost. De meeste boeren hebben hun
vee naar binnen gehaald of elders weten onder te brengen maar veel gemaaaid gras moet als verloren wórden
beschouwd.
De scheepvaart en vooral de kleine motorvaaruigen ondervinden veel last van het gras dat op het water drijft.
De schroef loopt er door vast. Bijgaande fotoos werden gemaakt tussen de plaatsen Slijk-Êwijk en Herveld.
Water tot aan de dijk en koeien op het talud.
(foto Ab Westerbeek)
De voorzitter van de ZLM de heer A.J.G. Doeleman heeft
zich op de Algemene vergadering van de Ledenraad, die
maandag 4 juni jl. plaatsvond in Hotel "De Eenhoorn" in
Oostburg, zeer kritisch uitgelaten over het gebrek aan
duidelijkheid en soeplesse rond de uitvoering van de su
perheffing die veehouders moeten betalen op elke liter
melk die zij meer produceren dan volgens een voor hen
vastgestelde hoeveelheid. Er heerst bij de melkveehou
ders nog steeds grote onzekerheid over deze heffing om
dat de uitwerking ervan in de praktijk veel vragen oproept
die door de bevoegde instanties niet kunnen worden
beantwoord. Die onzekerheid, zo zei Doeleman, brengt
een ernstige stagnatie mee bij de bedrijfsvoering en drukt
psychisch zwaar op de veehouderijgezinnen. Hij zei dit
onaanvaardbaar te vinden en dreigde zelfs met het voor
leggen van een paar duidelijke probleemgevallen aan de
Raad van State om het Ministerie van Landbouw op die
wijze te dwingen tot het doen van uitspraken. "Wij zullen
de ontwikkelingen rond de verdere uitvoering van het
Superheffingsbesluit zeer kritisch blijven volgen, zo liet
hij de volle zaal weten. De Ledenraad ondersteunde de
woorden van de voorzitter en schaarde zich achter de
aangekondigde aktie wanneer de ontwikkelingen daarom
vragen.
De ZLM-voorzitter zei te hopen dat de pas ingestelde
provinciale commissie, die de aanvragen moet beoorde
len van melkveehouders of ze wel of niet een extra quo
tum heffingvrije melk krijgen toegewezen, daarbij vol
doende ruimte krijgt, en dat bedrijven niet in hun bestaan
bedreigd worden als gevolg van de normen, die bij de
uitvoering van de superheffing worden gehanteerd.
Doeleman: "De minister heeft verantwoordelijkheid en
initiatieven willen nemen de melkproduktie in de E.E.G.
terug te dringen, maar evenzo is er in Nederland een
beleid gevoerd waardoor individuele bedrijven zijn aan
gemoedigd hun produktie uit te breiden. Wij vinden.dat
dezelfde overheid die deze ontwikkeling gestimuleerd
heeft daarvoor nu ook de verantwoordelijkheid dient te
dragen", en hij voegt daaraan toe dat wanneer blijkt dat
de vrij gemaakte extra hoeveelheid melk voor de "hard-
heidsgevallen" niet toereikend is er extra melk beschik
baar zal moeten komen. Hetzij direkt gefinancierd door de
overheid dan wel via het stimuleren van een beëindi
gingsregeling voor de veehouderij.
De voorzitter sprak zijn teleurstelling ook uit over de aan
gekondigde regeling voor de niet-groeiers die voor veel
bedrijven van geen betekenis blijkt te zijn.
Immers 3% uitbreiding in drie jaar is ook met een gelijk
blijvend aantal stuks melkvee erg gering, terwijl bedrij
ven die met meer dan 10% hebben ingekrompen even
eens buiten de regeling vallen. Daardoor wordt onvol
doende recht gedaan aan die bedrijven, die in de kate-
gorie niet-groeiers vallen.
De heer Doeleman wees ook op problemen in andere
sektoren. In de pluimveehouderij worden na een korte
opleving opnieuw slechte prijzen voor eieren gemaakt.
Dat wordt veroorzaakt door import van eierprodukten uit
Oost-Europese landen. In de varkenshouderij blijven de
problemen met de varkenspest zorgelijk. De vraag staat
daarbij centraal of toch niet tot een algemene enting moet
worden overgegaan. Volgens de heer Doeleman was dat
achteraf bezien 2 jaar geleden een betere oplossing ge
weest. Verder kijkt men in varkenshouderijkringen arg
wanend naar wat Duitsland gaat doen in het kader van de
M.C.B. compensatie. "De Duitse overheid blijkt meer
begrip te hebben voor zijn boeren dan de Nederlandse
overheid. Vanuit Nederland blijft men wel erg hard voor
op lopen de financieringsproblemen te beteugelen".
Veel bedrijven in de land- en tuinbouw sluiten het boek
jaar af per 1 mei. Zonder de verschillende sektoren af
zonderlijk na te gaan meende de voorzitter vast te mogen
stellen dat het oogstjaar '83/'84 een overwegend gun
stig beeld te zien geeft. In het jaar 1 983 is opnieuw zeer
duidelijk bevestigd hoe faktoren, waar de boer en tuinder
geen direkte invloed op heeft, kunnen bijdragen aan een
positief of negatief resultaat. Leken deze faktoren aan
vankelijk negatief, zowel de weersomstandigheden, als
de markt hebben zich in de loop van 1 983 zeer positief
ontwikkeld." En al zal de fiscus via het nog steeds te
rigoureuze progressieve belastingstelsel een belangrijk
deel van het positieve resultaat opeisen, toch zullen veel
bedrijven door dit gunstige resultaat aangemoedigd
worden achterstallig onderhoud in te halen of nieuwe
investeringen te doen die nodig zijn om niet achter te
raken bij ontwikkelingen van anderen.
(vervolg verslag Ledenraad zie elders in dit blad)
Vrijdag 8 juni 1984