KORTE WENKEN
C.A.R. Zevenbergen
Alles voor Pasen in de grond lukt niet meer!
Oppassen met mengen van
bestrijdingsmiddelen!
Hoe belangrijk is het eigen vermogen:
Vlugge Jan en Jan kom achteran
Wachten en geduld hebben!!
De laatste weken is er op THOLEN
EN ST. PHILIPSLAND weinig op
de akkers gebeurd. Vorige week leek
het er op dat we volgens het K.N.M.I.
weerbericht weer aan de slag konden.
Dit (komputergestuurde) instituut
bleek echter "behoorlijk van slag te
zijn, want inplaats van dagen zon en
wind, kregen wij bijna een hele dag
regen met aanhoudend somber weer.
Waar zo op het zicht, ook volgens het
KNMI, deze week nog niet veel ver
andering in komt.
Wanneer u dit leest is het weer al half
april en hebben we nog een week
voor de Pasen. Veelal lukt het niet
om voor Pasen alles in de,grond te
hebben.
Nu hebben we een wat latere Pasen,
lukt het nu niet, dan wordt het toch
weer bijna mei.
Partikuliere weersvoorspellers heb
ben al weken geleden voorspeld dat
het tot de langste dag koud zal blij
ven. Op dit moment lijken ze al een
heel eind gelijk te krijgen. Vooral in
de grond is de temperatuur erg laag,
zodat de gezaaide bieten nog maar
weinig hebben gedaan. De vraag is
ook of ze op alle percelen wel boven
zullen komen, want zo hier en daar
heeft er nog al wat verslemping
plaats gevonden. Bij straf drogend
weer zal dat wel een flinke korst ge
ven, waar de bieten na een week of
vier in de koude grond gezeten te
hebben, best moeite mee zullen heb
ben om daar doorheen te komen.
Op St. Philipsland zijn praktisch alle
bieten gezaaid. Op Tholen is dat
voor de oostkant 85% en voor de
westkant 50%. Een aantal telers
heeft daar nog geen enkele biet ge
zaaid. Over enkele weken zullen zij
het weten of ze er goed aan gedaan
hebben om hun zaad in de zak te
laten. De uien zijn voor het overgrote
deel gezaaid. In de oppervlakte hier
van lijkt wel duidelijk groei te zitten.
De in februari gepote aardappelen
onder plastik, laten zich boven de
grond zien. Het effekt van het plastik
is dus ook bij koud weer nog be
hoorlijk groot. De doré's die niet on
der plastik zijn gepoot, doen nog
maar weinig. Het kiemen verliep in
de winter ook al wat traag en onge
lijk, zodat de opkomst waarschijnlijk
ook wat onregelmatiger zal zijn dan
normaal.
Diegene die nog geen bintje pootgoed
had gekocht, lijkt goed gegokt te
hebben. Is dat dure pootgoed veelal
naar het buitenland verkocht? Dat
zou dan weer een versterking van on
ze konkurrentie positie zijn. Want
een gulden prijsverschil op een kg
pootgoed is toch weer mooi meege
nomen!
En als daarbij de zon ook nog eens
een keer doorbreekt, wordt het toch
nog een vrolijke lente.
gen vermogen steeds verder toe
neemt.
Wanneer u deze bijdrage leest is het
alweer half april en begint het voor
jaar in WEST ZEEUWS-VLAAN-
DEREN steeds meer te lijken op dat
van 1983. Er mag dan wel meer ge
zaaid en geplant zijn op het moment
dat dit wordt geschreven, maar het is
nog altijd veel te koud en momenteel
is de grond ook niet geschikt om de
zaai- en pootwerkzaamheden voort te
zetten. Hopelijk verandert dit in de
tweede week van april.
Globaal gezien moet er nog 20% van
de bieten worden gezaaid. 30% van
de konservenerwten en alle percelen
teunisbloem. Ook van andere ge
wassen is nog niet alles gezaaid. Het
poten van aardappelen was nog
maar nauwelijks gestart. Dat het veel
te koud is voor de tijd van het jaar is
goed te zien aan de wintergewassen
en het grasland. Er zit weinig groei
in. Bij de reeds gezaaide zomerge
wassen is de periode tussen zaai en
opkomst erg lang. Wederom een trage
start dus. Maar we hebben ervaren
dat een zomer met veel zonuren veel
kan goedmaken. Misschien ligt die
wel in het verschiet.
We zijn benieuwd naar de gevolgen
voor het gewas en de resultaten op
het onkruid van de toepassing van
diverse bodemherbiciden. In een
tijdsbestek van 14 dagen hebben we
maar liefst 63 mm regen afgetapt. In
de wintertarwe moeten noodzake
lijke bespuitingen steeds maar wor
den uitgesteld. Het ligt dan voor de
hand dat men zal trachten meerdere
teelthandelingen te kombineren. Of
dit allemaal kan is nog de vraag. Ook
al zijn bepaalde middelen technisch
gezien mengbaar, dan wil dit nog
niet zeggen dat het beoogde doel
wordt bereikt. Het is mogelijk dat de
werking van één of meer middelen in
zo'n kombinatie terugloopt, maar
het kan ook zijn dat de kans op
schade aan het gewas toeneemt.
Naar dergelijke effekten wordt wei
nig of geen onderzoek gedaan. Is
haast ook niet doenlijk wegens de
vele "wensen" op dit gebied.
Het zou kostbaar onderzoek zijn voor
de overheidsinstanties en eigenlijk
van weinig belang voor de producen
ten van gewasbeschermingsmiddelen.
Beter dus nog maar niet te veel ex
perimenteren met het bij elkaar
gooien in de spuittank.
kevertjes 1 mm langwelke in
de grond aan het stengeltje van de
plant vreet. Meestal zijn ze te vin
den op, of naast, percelen waar
vorig jaar suikerbieten gestaan
hebben. Bij temperaturen boven
15 graden C gaan ze vliegen en
kunnen dan op alle bietenpercelen
op klei- en zavelgrond voorkomen.
DE BIETENKEVERTJES KO
MEN alleen boven de grond als
het donker is. Spuit dus 's avonds
laat. Kijk eerst even met een zak
lamp of ze te zien zijn en spuit dan
met 2 liter parathion in minstens
600 liter water per hektare. A Is de
kevertjes niet te zien zijn, is spui
ten zinloos.
VEEHOUDERIJ
HET IS NIET ALLEEN VOOR
de koeien, maar ook in uw eigen
belang om op tijd te profiteren van
het voorjaarsgras. Maar dan moet
wel de afrastering in orde zijn. Stel
dit werk dus niet langer uit. Want
bedenk: het eerste eiwitrijke gras
is gunstig voor het vee en dus ook
voor uw portemonnee.
K WEEKGRA S OP PERCELEN
bestemd voor snijmais is funest,
maar kan alsnog met sukses wor
den bestreden. Als dit lastige on
kruid een lengte heeft van 10 ca 15
cm en in volle groei is, kan het
worden bestreden met 4 liter gly-
fosfaat per ha. U moet wel wach
ten met de grondbewerking totdat
het gras is verkleurd.
ER ZIJN STALLEN WAAR in
deze tijd van het jaar de melkgift
zelfs bij ekstra krachtvoer, nau
welijks op peil te houden is. Vooral
bij warm weer met weinig wind
kan de temperatuur en de lucht
vochtigheid in de stal sterk oplo
pen. De koeien nemen hierdoor
minder voer op, zodat de melk-
produktie daalt. Besteedt onder
zulke omstandigheden ekstra
aandacht aan de ventilatie.
ling op koel-technisch gebied.
Het snoeiseizoen loopt ten einde en
vele boomgaarden zijn tot in de
puntjes opgemaakt om de bloesem
pracht ten toon te spreiden. Dat ieder
jaar weer een fleurig begin is. Mag
kleur en jong groen in verschillende
schakering onze polders een mooie
aanblik gegeven en tevens de hoop
geven op een goede oogst.
Het is deze keer weinig zinvol om
over de stand van de werkzaamheden
te praten. In ons gebied, SCHOU-
WEN-DUIVELAND, is er de afgelo
pen twee a drie weken weinig gedaan.
De grond was steeds te nat om goed
te kunnen zaaien of planten. Onge
rust hoeven we ons nog niet te maken,
want naar schatting zijn er op het
moment dat ik dit artikeltje schrijf 50
60% van de bieten gezaaid, 70 80%
van de uien en ook circa 80% van de
erwten.
Wel is het zo dat de gezaaide opper
vlakten slecht over het eiland ver
deeld liggen. In Duiveland is reeds
enorm veel gezaaid, terwijl er bij
voorbeeld in de streek Kerkwerve-
Scharendijke nog maar weinig is ge
daan. De boeren in ons gebied zitten
echter niet stil; nieuwe landbouw-
schuren komen als paddestoelen uit
de grond. Op zich is het een goede
zaak dat er weer eens geinvesteerd
kan worden in gebouwen. Velen on
der ons hebben namelijk te kampen
met achterstallig onderhoud en/of
ruimtegebrek. Wel is het belangrijk
dat we bij het doen van grote inves
teringen dé vinger aan de pols hou
den. Het is namelijk erg belangrijk
goed voor ogen te houden dat het
eigen vermogen op een landbouw
bedrijf van kapitaal belang is. Het
totale vermogen in de landbouw be
staat uit verschillende delen: het
verpachters vermogen, het vreemd
vermogen en het eigen vermogen.
Het verpachters vermogen vertegen
woordigt de waarde van de gepachte
grond en gebouwen. Hiervan moet
de pachter geen financieringsmidde
len aantrekken zoals bij eigendom
wel het geval is. Daarom is de ver
mogensbehoefte van een eigenaar-
boer veel groter dan die van een
pachter. Dat boerenland niet in boe
renhand is kan zo dus aanzienlijke
voordelen opleveren; dat geldt voor
al bij bedrijfsovername. Maar het
gaat snel bergafwaarts met het areaal
verpachte grond. Er wordt wel eens
gezegd dat het rendement van ver
pachte grond circa 10% bedraagt en
voornamelijk komt door vermogens
stijging. Wil men dit rendement rea
liseren dan dient men te verkopen.
Een direkt gevolg van het teruglopen
van het verpachters vermogen is de
toename van het vreemd vermogen.
Het aandeel van het vreemd vermo
gen groeit naarmate een bedrijf gro
ter is. De financiers van vreemd ver
mogen zijn familie, banken en over
heid. Het percentage leningen af
komstig uit familiekring is de laatste
jaren bijzonder sterk teruggelopen.
Tegelijkertijd nam het aantal lenin
gen via banken zeer sterk toe. Circa
75% van het totale vreemd vermogen
bestaat vandaag aan de dag uit ban
caire leningen. Het Nederlandse
rijksaandeel met betrekking tot de
leningen bestaat overwegend uit
ruilverkavelingsschuld. De boeren
kunnen dit afbetalen via de zoge
naamde ruilverkavelingsrente. Ver
dere overheidsgelden vloeien voort
uit de WIR, Borgstellingsfonds,
Rentesubsidie, Grondbank en
Rijksgroepsregeling Zelfstandigen.
Maar de belangrijkheid van deze fi
nancieringsbron (de overheid) zal
steeds verder afnemen. Uit alles
blijkt dus dat de boer steeds meer
afhankelijk wordt van de dure
bankkredieten; en dat is juist de re-
De mate van zelffinanciering is zelfs
bepalend voor de kontinuïteit van het
landbouwbedrijf. Daarvoor is het
(volgens economen) nodig dat de
vermogensbehoefte voor minstens de
helft wordt gedekt door eigen midde
len. De grote betekenis van het eigen
vermogen in de landbouw vloeit onder
meer voort uit het ontbreken van
aandelen in deze sektor. Het risiko
van de bedrijfsvoering wordt dus
niet verspreid over diverse aan
deelhouders, zoals bij NV's, maar
komt geheel voor eigen rekening van
de boer. En dat is nu juist waar ik met
dit artikeltje naar toe wH: het doen
van omvangrijke investeringen in be
drijfsgebouwen met het doel het be
drijf in lengte van jaren te kunnen
kontinueren valt en staat net de ou-
vang van het eigen vermogen.
BIJ DE RASSEN ARM IN DA
EN Citadel is êén bespuiting vol
doende. Okapi moet 2 keer be
handeld worden met een tussentijd
van twee weken. Marksman kunt
u beter niet behandelen met CCC.
Dit ras heeft al een korte stevige
halm en nog verder verkorten van
dit gewas brengt meestal een gro
tere ziektedruk met zich mee.
TIJDENS DE OPKOMST VAN
de suikerbieten kunnen bietenke
vers veel schade aanrichten in het
gewas. Het zijn kleine bruinzwarte
In onze polders in de WESTHOEK
wonen vlugge Jan en Jan kom
achteran. Vlugge Jan ligt half fe
bruari al niet meer rustig in z'n bed.
Hij zet de wekker, gaat rond een uur
of vier in de vroege morgen uit z'n bed
en kijkt of het hard genoeg gevroren
heeft om kunstmest te strooien. Jan
kom achteran zegt "Het moet eerst
goed wezen, al dat vroege gedoe, als
er veel regen komt spoelt al die kunst
mest er weer uit".
Dat ze allebei wel eens gelijk hebben
met hun werkwijze is iets wat zeker
is. Dit jaar lijkt vroege Jan het te ra
den. Wat drie weken onder gunstige
omstandigheden in de grond is ge
stopt, maakt door het koude weer
van de laatste weken nog niet veel
vorderingen. De gerst begint er uit te
piepen. Het is echt piepen, want de
fijne groene sprietjes steken heel
voorzichtig hun kopje boven de
grond. De erwten staan ervoor. En
bij stijging van de temperatuur zul
len ook zij de aarde doen scheuren en
naar boven worstelen. Die stijging
van de temperatuur is ons al dagen
beloofd. Maar het is tot nu toe een
loze belofte. De nieuwslezer van het
journaal en weerbericht werd er
haast verlegen mee, als maar zeggen
het wordt droog en warmer, de wer
kelijkheid is echter koud en nat. Te
nat voor Jan kom achteran. Zijn land
ligt nog steeds te wachten. Nog in de
snede of klaargemaakt. Hopelijk als
dit praktijkschrijven gelezen wordt,
is overal het bietenzaad gezaaid en
staan de in het vroeg gezaaide bieten
eruit. Want al zitten deze laatste er al
drie weken in, op dit moment heb
ben ze nog niet veel gedaan. Een
klein pinnetje is uit het omhulsel van
het zaadje gekomen, meer niet. Ook
hier kunnen een paar dagen met
warmer weer wonderen doen. De
laatste dagen van maart heeft heel
wat millimeters water in het meetglas
gebracht. Door een paar plensbuien
zijn er plakkerige plekken ontstaan,
waar als het flink aandroogt toch wel
eens een behoorlijke korst op kan
komen. Ik verwacht dan ook het
beeld van de boer op z'n knieën over
de velden, op zoek naar z'n bieten
plantjes. En maar tellen!
Wat wel goed groeit is het gras.
Vooral de vroege soorten zijn gul
omhoog geschoven. Maar ook de
vele dijken rond onze polders tonen
een groene gordel. Hier en daar
worden ze al bevolkt door moeder en
kind schaap. Moeder is druk bezig
voor grasmaaier te spelen, terwijl de
kinderen er rondom huppelen. Je
ontdekt dan ook dat het helemaal
soms mis is met het onderhoud van
onze in deze hoek onbebouwde dij
ken. Dat daar een hoop met mest
zomaar weg gekwakt wordt, soms
voor een bord van hier mag niets ge
stort worden. Je ontdekt dat vuil, vuil
aantrekt. Want ligt er iets, dan denkt
een ander dat hij er nog wel wat hij
kan gooien en is het mooie van de
dijken zo een puinhoop.
Het onkruid laat dit jaar langer op
zich wachten. Wij behoeven ons daar
geen zorgen over te maken, want het
onkruidzaad zit wel in de grond.
Met het kiemen van het zaad zal ook
dit onkruid naar boven komen, hoe
wel wij een goede öoop hebben voor
de al gespoten bietenvelden.
Het LAND VAN ALTENA EN
BIESBOS is wachtende op een pe
riode van zonnig en droog weer, om
verder te gaan met zaaien en poten en
ook om het vee naar buiten te doen.
Na een prachtige en droge periode
waarin veel werd gezaaid en gepoot
loopt het nu wel wat uit.
Veel boeren vonden het toen nog wat
vroeg, maar door het heel goede
zaaibed hebben vele toch daarvan ge
bruik gemaakt, vooral op de wat ho
gere percelen.
Het vroeg gezaaide koren staat al
mooi boven, de licht groene kleur
geeft weer een extra cachet aan onze
polders. De bieten wel welke gezaaid
zijn, zullen wel wat warmte kunnen
gebruiken. De wintertarwe welke de
stikstof vroeg heeft gehad staat er
heel goed voor. Pootaardappelen
schieten dit jaar niet zo best, het
koude weer zal daar wel aan debet
zijn. Die gepoot zijn zullen ook wel
lang onder weg zijn. In de "prijzen
van consumptie- en pootaardappe
len zit nogal wat variatie. Maar dat is
handel, soms onberekenbaar. In de
veehouderij hebben de maatregelen
die ons door de E.E.G. opgedragen
wordt, dat door de veehouders veel
geld gaat kosten. De ontwikkeling
steeds meer ingeleverde melkpro-
dukten die normaal onverkoopbaar
zijn, en schatten met geld kosten, dat
wel een keer om maatregelen vraagt.
Hoe zal de veehouder op dit alles
reageren, minder koeien melken of
minder krachtvoer. De meningen
zijn daarover verdeeld.
Door deze maatregelen worden in de
eerste jaren de ontwikkelingen op
bouw voor onze jorïge boeren bijna
onmogelijk gemaakt.
Maar de veehouderij is wel eerst de
dupe om de E.E.G. politiek intact te
houden door deze beperkingen ter
wijl andere bedrijfstakken daar nog
geen moeite mee hebben. Toch is ons
land wel gebaat bij het voortbestaan
van de E.E.G.
De fruitteler zit dit jaar goed in de
prijzen, vooral zij die een redelijke
oogst hadden. Vooral peren en de
nieuwe appelrassen doen het heel
goed ook de kwaliteit van het be-
waarfruit wordt steeds beter. Ook
mede door onderzoek en ontwikke-
13 april 1984
7