De bedrijfswaarde van uw grond
Ontginners trekken
laatste sporen in Flevoland
i r
I Uit de geschetste situatie kan men
afleiden dat 1 ha goede grond (100)
hier net zoveel opbrengst als ha
slechte grond (60). Hiermee is nog
I eens geïllustreerd dat op het indivi-
i duele bedrijf de bedrijfswaarde van
de grond van perceel tot perceel sterk
j- kan uiteenlopen.
I Door toepassing van een goede
teelttechniek en het verantwoord
elimineren van de tekortkomingen in
de bodem wordt de bedrijfswaarde
van de betreffende grond hoger en
op deze wijze kan de boer zijn bedrijf
(bedrijfsomvang) vergroten.
Het
"poriënstelsel"
De gewassen en uiteraard ook het
grasland moeten het voor hun
groei benodigde water en de voe
dingselementen via de wortels uit
de grond opnemen. Voor een goede
en regelmatige groei van het gewas
dienen de bodemomstandigheden
dus zodanig te zijn dat de wor
tels steeds de beschikking heb
ben over voldoende water en voe
dingselementen. Tevens moet er
voor de opnamekapaciteit en de
ademhaling van het wortelstelsel
voldoende lucht c.q. zuurstof in de
bodem aanwezig zijn.
Ofschoon een betere perceelsontwa
tering, bemesting, gewasbescher
ming, beregening e.d. de boeren
meer vrijheid van beweging dan
vroeger hebben gegeven, is de bo
demvruchtbaarheid met betrekking
tot het behalen van optimale gewa
sopbrengsten nog steeds van eminent
belang.
Het gewas
De tekortkomingen van de grond
met betrekking tot de bodemstruk-
tuur en de waterhuishouding bestaan
grotendeels uit afwijkingen in de
ondergrond, de bouwvoor en/of het
zaaibed. Deze bodemafwijkingen
komen ook tot uitdrukking in het
groeiende gewas. Met andere woor
den het gewas karteert zelf de bo
dem. Blijf de gewassen met Uw ogen
volgen en onderzoek op afwijkende
plekken de bouwvoor met de schop
en de grond daaronder met de pro-
fielboor.
Afwijkingen in de ondergrond
Op plaatsen, waar de perceelsont
watering niet in orde is en/of de bo
dem onder de bouwvoor verdicht is,
komen de gewassen niet aan hun
trekken. Alvorens maatregelen ter
verbetering uit te voeren, moet de
boeren weten waardoor de "pijn" in
het gewas is veroorzaakt.
Bij kapotte of versleten drainreeksen
geeft verbetering van de betreffende
drainreeksen uitkomst en in deze si
tuatie heeft het losmaken van de on
dergrond geen zin. Het bewerken
van de ondergrond is alleen nodig
wanneer voorafgaand onderzoek de
wenselijkheid daarvan heeft aange
toond.
Wat de drainage betreft is het wel
licht nuttig hier nog op te merken dat
voor een goed funktioneren van de
perceelsontwatering de drainreeksen
evenals de sloten regelmatig moeten
worden onderhouden.
Afwijkingen in de bouwvoor en het
zaaibed
Het ploegen en alle overige grond
bewerkingen dienen onder droge
omstandigheden van grond en weer
te geschieden. Bij iedere grondbe
werking moet gelet worden op de
bewerkbaarheid van de grond en op
de bewerkingsdiepte.
Bij het ploegen van (te) natte grond
wordt met name de bodem van de
bouwvoor naar verhouding sterk
verdicht en versmeerd. Deze ver
dichte en versmeerde zone, waarin
het poriënstelsel sterk in elkaar is
gedrukt, houdt overtollige neerslag
geruime tijd tegen. Ondanks goede
drainage treden er dan al gauw ver-
slemping en piasvorming op.
Het in het voorjaar (te vaak) berijden
van het op wintervoor geploegde
land veroorzaakt een min of meer
oppervlakkig dichte rijplaat. Een
dergelijke rijplaat bestaat uit ver
dichte grond en de afvoer van over
tollig hemelwater wordt daardoor
sterk belemmerd. De veldopkomst
van het uitgezaaide zaaizaad stelt
dan al gauw teleur.
Nat land is kwetsbaar. Voor grond
bewerking moet het land droog zijn;
wacht op het geschikte moment.
Grond en gewas
Op plekken met bodemafwijkingen
Een fraai gewas getuigt van een juiste teelttechniek en goede gelijkmatige
grond.
In de wielsporen is het poriënstelsel van de grond verdicht en daardoor
stagneert het oppervlakte water.
dankzij een goede beworteling en
bodemontsluiting hoge opbrengsten.
Bij wijze van voorbeeld worden deze
opbrengsten g'esteld op 100.
Slechte grond vertoont ten opzichte
van goede grond tekortkomingen.
Deze kunnen bestaan uit bovenom
schreven afwijkingen. ongelijk
maaiveld, lage pH, slechte ontwate
ring. verdichte bodemlagen e.d. Op
slechte grond geven de gewassen la
gere opbrengsten dan op goede
grond. De opbrengsten van de ge-
wassen op slechte grond zijn hier ge-
j taxeerd op 60.
ir. J.A.H. Haenen
In de grond komen openingen
voor die ook wel poriën worden
genoemd. Deze poriën in de bo
dem vormen met elkaar het po
riënstelsel. Overtollig water
wordt via dit poriënstelsel naar
beneden c.q. de drainreeksen af
gevoerd. In het poriënstelsel is
tevens lucht aanwezig, waaruit
het wortelstelsel de voor zijn ont
wikkeling benodigde zuurstof
opneemt.
Bij het berijden van het land
wordt in de wielsporen de grond
of beter gezegd het poriënstelsel
in elkaar gedrukt. Hetzelfde ge
beurt eveneens op de bodem van
de bouwvoor bij het ploegen en
wel het meest daar waar het trek-
kerwiel in de ploegvoor loopt.
Naarmate het poriënstelsel meer
in elkaar is gedrukt, wordt de af
voer van overtollige neerslag
sterker gestagneerd. Op dit as-
pekt e.a. is met betrekking tot de
bedrijfswaarde van de grond
nader ingegaan.
Op de rijplaat, die 5 a 10 cm onder het maaiveld is gemaakt bij de voor
jaarsbewerking en het zaaien, zijn de bieten hier sterk vertakt.
laat de veldopkomst veelal te wensen
over en de gewassen willen daar
meestal ook slecht uit de voeten.
Door op die plekken enige planten
met de schop uit de grond te steken,
krijgt men een beeld van het wortel
stelsel van het gewas en de doorwor-
teling van de bodem c.q. de bodem-
onsluiting.
Op achtergebleven plekken in het
gewas strooit de boer in de regel
(iets) meer kunstmest dan op het
overige gedeelte van het perceel.
Hierbij moet wel het volgende wor
den aangetekend. Up achterge
bleven plekken, waar de wortels van
het gewas slechts van de grond
hebben doorworteld, kan het gewas
uiteraard ook slechts over van het
opneembare bodemvocht en de
daarin aanwezige voedingselemen
ten beschikken.
Bij een goede beworteling van het
gewas is de bodem vanzelfsprekend
beter ontsloten en het gewas kan zo
in de bodem over een groter reser
voir bodemvocht beschikken dan bij
een minder goede beworteling. Met
betrekking tot een langere levens
duur en een betere overbrugging van
kritieke perioden (droogte e.d.) in
het groeiseizoen is bij de plantenteelt
een goede bodemontsluiting (door-
worteling van de bodem) van vitaal
belang en dit geldt eveneens voor de
boer als plantenteler.
Resumé
In de landbouwpraktijk hoort men
wel eens zeggen: "Goede grond heb
ik te weinig, maar slechte heb ik te
veel".
Op goede grond geven de gewassen
De laatste grote witte vlek op de
kaart van Flevoland is verdwenen.
Het afgelopen jaar voegde het
RIJP ontginningsbedrijf GZ 48
nog 800 bunder cultuurland aan
Zuidelijk Flevoland toe. En daar
mee viel het laatste stuk woeste
en ledige grond in de Zuidelijke
polder ten prooi aan de ontgin
ners. (Hef Oostvaardersplassen-
gebied blijft natuurlijk buiten
schot).
Dat betekent overigens niet dat
het ontginningsapparaat van de
RIJP nu subiet op stal wordt ge
zet. De ontginners dienen voor
lopig nog stevig de hand aan de
ploeg te slaan; verschillende
"hoeken en gaten" in het polder
gebied behoeven nog onderhoud
of een finale afwerking.
Nieuw cultuurland
De ontginners trekken dus met
hun werktuigen de laatste sporen,
althans als het gaat om pure ont-
I ginning: woest terrein omzetten
in vruchtbaar cultuurland. Vol-
gens de memorie van toelichting
op de begroting van Verkeer en
Waterstaat worden er in 1984
geen nieuwe gronden meer aan
het grootlandbouwbedrijf toege-
I voegd. Wellicht valt er in Zuide
lijk Flevoland hier en daar nog
een enkel hoekje rietwildernis
"om te ploegen". Maar zolang de
bestemming van die kavels nog
niet definiets is ingevuld, blijven
de ontginners uit de buurt.
Het afgelopen jaar zette het ont
ginningsbedrijf van opzichter J.
Abrahamse 800 ha ruig begroeide
polderbodem om in akkers voor
het grootlandbouwbedrijf. Dat
L betrof voornamelijk de GZ en
JZ-sectie in Zuidelijk Flevoland.
Op dit vers ontgonnen gebied
groeit nu het eerste cultuurgewas:
I koolzaad, dat in augustus is ge
zaaid.
Diepploegen in de laatste om te ploegen sektie in A Imere. -
16 maart 1984
17