De betere berichten
zegge en schrijve
S 3
zuidelijke landbouw maatschappij
Nederland volgt EG-regels bij
bestrijding veeziekten stipt op
Merken
en registreren
Garant
Eigen vervoer van bieten
Enquête Z.L.M.-blad
Studiedag 1984
3
z.l.m
27 januari 1984
tuinbouwblad
Het bedrijfsleven in de vee- en vleessector heeft met in
stemming kennisgenomen van de scherpe veiligheidsmaat
regelen die de Nederlandse Veterinaire Dienst heeft ge
nomen om de kans van verdere verspreiding van mond- en
klauwzeer in ons land uit te sluiten. Het produktschap
voor vee en vlees (pvv) heeft inmiddels een crisisteam
rundersector ingesteld om het verloop van de ontwikke
lingen op de voet te kunnen volgen en de Nederlandse
exportbelangen van de vleessector, conform de EG-af-
spraken, te bewaken.
Het pvv dringt er bij alle veehouders in ons land met de
grootste klem op aan, zowel bij runderen als varkens en
schapen, alle bestaande regels - in het bijzonder ten aan
zien van het merken van dieren die het bedrijf verlaten,
danwel de registratie van dieren die op het bedrijf wor
den aangevoerd - stipt op te volgen. Dit is zowel van
belang voor het bedwingen en in de hand houden van
besmettelijke veeziekten, momenteel mond- en klauw
zeer en varkenspest, als voor het bieden van afdoende
garanties aan de buitenlandse afnemers van de produk-
ten van de Nederlandse vee- en vleessector. De waarde
van de export uit deze sector komt jaarlijks op rond 7
miljard.
Overeenkomstig de EG-regels is deze export, voorzover
niet afkomstig uit als bedreigd aangemerkte gebieden,
volledig verantwoord, aldus pvv. Buitenlandse veestapels
lopen daarmee geen enkel gevaar. De Nederlandse au
toriteiten kunnen daarvoor garant staan. Ten overvloede
wordt er op gewezen, dat consumptie van vlees van die
ren uit bedreigde gebieden die door staatssecretaris Ploeg
aangemerkt zijn, eveneens zonder gevaar voor de ge
zondheid kan plaatsvinden. De dieren van bedrijven
waar deze besmettelijke veeziekten zijn geconstateerd,
worden opgeruimd en door het rijk tegen een zekere
vergoeding overgenomen.
De schade voor betrokkenen, veehouders, veehandel en
slachterijen is niettemin zeer groot, aldus pvv. Het pvv
doet daarom een extra beroep op alle betrokkenen in de
sector, ook maximale aandacht te schenken aan overige
bedrijfshygiënische maatregelen.
Het plotselinge strenge winterweer heeft ook minister Braks parten gespeeld bij de opening van
de landbouw RAI 1984; drie kwartier te laat begon de minister aan zijn rondgang. Een
bezichtiging die zo liet de heer Braks wetenook dit jaar weer zeer de moeite waard is.
Overigens heeft het doorgaan van de RA I ter diskussie gestaan vanwege de kans die bestaat dat
het besmettelijke virus van de mond- en klauwzeer hier overgebracht zou kunnen worden. De
minister bezocht bewust ook de stand van Renault en riep de fotograven toe "laat vooral het
woord "Renault"goed uitkomen" (foto Ab Westerbeek).
Het weer blijft nu met sneeuw voor verrassingen zorgen.
Ik heb het gevoel dat we nu al zo'n beetje een jaar lang
met overwegend min of meer ekstreme weersomstan
digheden te "kampen" hebben. De mensen die al die
"uitspattingen" van de natuur bij (moeten) houden heb
ben het er maar druk mee. Door de grilligheid van de
natuur zijn ook de weervoorspellers meer dan eens op het
verkeerde been gezet. Dat is voor het K.N.M.I. mede
aanleiding geweest om de zogenaamde regionalisatie
van de weerberichtgeving te versnellen. Het deltagebied
(Zeeland) krijgt deze zomer bij wijze van proef de primeur
van zo'n regionaal weerbericht. Als alles volgens plan
verloopt moet dit in 1 988 leiden tot een zelfstandige
zeeuwse weerdienst van het K.N.M.I. Bij die weerdienst
kan het publiek dan niet alleen terecht voor het gewone
weerbericht maar ook voor bijzondere gespecialiseerde
voorlichting. Voor deze laatste voorlichting moet overi
gens wel betaald worden. Voor de land- en tuinbouw is
deze ontwikkeling in de richting van een regionale weer
dienst zonder meer een uitstekende zaak. Daarmee wordt
tegemoet gekomen aan een al jaren levende wens voor
een weerbericht dat is toegespitst op een klein(er) gebied.
De landbouwpraktijk zou best wel eens een goede (vaste)
klant kunnen worden van de (toekomstige) regionale
weerdiensten.
Wat betreft de moeilijkheden rond het eigen vervoer van
met name suikerbieten lijkt de oplossing nu in zicht. Op
het ministerie van verkeer en waterstaat wordt gewerkt
aan een wijziging van de desbetreffende wetsbepalingen.
De bedoeling daarvan is het vervoer van bieten uit tussen-
opslag via burenhulp en/of in samenwerkingsverband
ook wettelijk mogelijk te maken, Ik neem aan dat deze
ontwikkeling in de praktijk goed zal worden ontvangen
omdat deze immers nauw aansluit bij de gang van zaken
zoals die in de praktijk goed zal worden ontvangen
Een probleem kan eventueel nog zijn om aannemelijk te
maken dat er inderdaad sprake is van een samenwer
kingsverband. Daar lijkt me echter wel uit te komen. Al bij
al kunnen we blij zijn met deze ontwikkeling. Trouwens:
mede door de positieve opstelling van de politie zijn de
problemen tot nu toe gelukkig tot enkele incidenten be
perkt gebleven.
Uit een enquête onder de ruim vijfenveertigduizend niet-
landbouwende ontvangers van ons Z.L.M.-blad blijkt dat
tachtig procent het blad ook min of meer leest. Dit goede
nieuws is het resultaat van een enquête die studenten van
de afstudeerrichting agrarische bedrijfskunde van de
Hogere Landbouwschool te Dordrecht hebben gehou
den. Uit het onderzoek blijkt ook dat deze groep het op
prijs stelt het blad ook in de toekomst (maandelijks) te
blijven ontvangen. Interessant is verder dat vooral het
praktische landbouwnieuwsgoed "valt": ruim zestig pro-
cen van de lezers heeft er belangstelling voor. De land
bouwpolitieke artikelen worden minder gelezen. Ge
vraagd naar de waardering van de diverse artikelen blijkt
de score vrijwel onveranderlijlo-' goed". Deze enquête
wordt nog gevolgd door een onderzoek onder de leden
grondgebruikers van de Z.L.M. Als de resultaten daarvan
bekend zijn kan bekeken worden in hoeverre ons blad (op
onderdelen) nog te verbeteren valt. Want eerlijk gezegd
blijft ons ideaal het beste landbouwblad van Nederland te
maken. Opbouwende kritiek vanuit de lezers is daarbij
een zeer belangrijke prikkel. Ook schriftelijke reakties van
de lezers, bijvoorbeeld in de vorm van een ingezonden
stuk, kunnen de levendigheid van het blad zeer ten goede
komen. Het Z.L.M.-blad is er per slot van rekening niet
alleen vóór de leden maar het is ook van de leden.
Maandag zes februari a.s. wordt de vierde Z.L.M.-stu
diedag gehouden. De opzet van deze studiedag is om na
te gaan welke knelpunten het agarisch (gezins-)bedrijf te
wachten staan op het vlak van bedrijfsstruktuur, produk-
tieomvang, wergelegenheid, financiën, opleiding en
voorlichting en hoe die knelpunten kunnen worden op
gelost. Ook de funktie van de landbouworganisatie speelt
daarbij een rol. De studiedag wordt weer opgezet volgens
het beproefde recept dat wil zeggen dat iedere deelnemer
individueel zijn mening kenbaar kan en moet maken. In
het systeem is er in voorzien dat iedere afdeling verte
genwoordigd is. Ik hoop dat de deelnemers een ekstra
heldere dag hebben. Want om de problemen de baas te
worden zullen we veel gezond boeren verstand nodig
hebben. Ik twijfel er echter niet aan dat dat nog in vol
doende mate voorradig is. En overschotten zijn welkom.
Oggel.