Veel schade door
bietecvsteaaltjes
Kijk- en praatbijeenkomsten
West-Brabant
Resultaten faktoranalyse-onderzoek suikerbieten:
AKTIE ZUIDWEST
SUIKERBIETEN
Themabijeenkomst "Voorlichting,
Spanningsveld tussen Technische Know
How en Sociale Vaardigheden'
Van oudsher neemt de bieteteelt op de Zuidwestelijke akkerbouwbe
drijven een vaste plaats in. Op veel bedrijven wordt jaarlijks een vaste
oppervlakte met dit gewas beteeld. De aantrekkelijkheid van het gewas
in financieel opzicht is in vroeger perioden al aanleiding geweest tot
een intensieve teelt van suikerbieten. Dit heeft geleid tot moeilijkheden
met bieten in de vruchtwisseling; de bekende bietemoeheid. Dit IS een
oud probleem op heel veel bedrijven in het Zuidwesten, waarmee men
min of meer vertrouwd WAS geraakt.
Achterblijvende opbrengsten
Een positieve ontwikkeling van de
gemiddelde ha-opbrengsten van
bieten in de jaren na 1960 kwam
rond 1970 tot stilstand. Erger nog, er
trad zelfs een daling-op in sommige
gebieden. Wat kon hiervan de oor
zaak zijn? Een veel gestelde vraag,
waarop geen konkreet en duidelijk
antwoord was te geven.
Besloten werd een onderzoek in te
stellen. Er werd gekozen voor een
bedrijfsvergelijkend onderzoek. In
de Veenkoloniën waren hiermee al
eerder gunstige ervaringen opgedaan
en ook in Zeeland was er al op be
perkte schaal in deze richting ge
werkt. Met deze methode van on
derzoek, ook wel faktoranalyse-on
derzoek genoemd, wordt getracht
oorzaken van verschillen in op
brengst te verklaren door metingen
te doen aan het gewas. Deze metin
gen moeten op een groot aantal be
drijven gebeuren om voldoende be
trouwbare gegevens te verkrijgen.
Omdat het uit praktische overwe
gingen niet mogelijk was het onder
zoek in het gehele Zuidwesten uit te
voeren, is gekozen voor een koncen-
tratie in enkele gebieden.
Gedurende twee jaar, 1979 en 1980,
hebben 59 willekeurig gekozen be
drijven in midden Zeeland en in
Zeeuws-Vlaanderen aan het onder
zoek meegewerkt. Deze medewer
king bestond uit het ter beschikking
stellen van een perceel bieten en het
verstrekken van de gevraagde gege
vens.
De gedragingen van gewas en grond
zijn, voor zover meetbaar, nauwlet
tend gevolgd en vastgelegd.
Het onderzoek is uitgevoerd door het
Proefstation voor de Akkerbouw en
de Groenteteelt in de Vollegrond
(PAGV), in samenwerking met het
Konsulentschap voor de Akkerbouw
en de Rundveehouderij (CAR) te
Goes, het Landbouw Ekonomisch
Instituut (LEI) en het Instituut voor
Rationele Suikerproduktie (IRS).
Wat leverde het onderzoek op?
Uit het grote aantal waarnemingen
dat in beide jaren van onderzoek is
gedaan, bleek dat er grote verschillen
waren tussen de percelen waarop de
bieten werden geteeld en nog grotere
verschillen in de uitkomsten van de
teelt. Met enkele cijfers zal dit wor
den geïllustreerd, weergegeven in de
bietenppbrengst per ha.
Als oorzaak van deze grote verschil
len kon in beide jaren ongeveer de
helft daarvan worden verklaard door
het aspekt bietecysteaaltje. Een uit
komst die er niet om liegt. Dit bete
kent dat de schade door het biete
cysteaaltje zo groot was, dat daar
door 15 ton bieten minder werd
geoogst op de zwaarst aangetaste
percelen.
Nagegaan is hoe groot de negatieve
invloed van het aspekt bietecys
teaaltje is geweest op de suiker- en
wortelopbrengst en op het suikerge
halte.
Geen enkele andere faktor sprong er
zo duidelijk uit. Wat door velen al
lang als bekend (en schadelijk) werd
aangemerkt, is door dit onderzoek
nog eens zwaar onderstreept. Deze
toch wel schokkende gewaarwording
is voor onderzoek en voorlichting de
aanzet geweest om opnieuw en nog
intensiever aan dit probleem te wer
ken. In de nu lopende aktie komt dit
duidelijk tot uiting. Naast artikelen
zal ook in de komende Kijk- en
Praatbijeenkomsten veel aandacht
voor de bestrijding van de aaltjes
In het afgelopen jaar is een serie van 27 artikelen gepubliceerd over
diverse aspekten van de teelt en de afzet van konsumptie-aardappelen.
Deze artikelen worden samengebracht in een bundel, waardoor het
mogelijk is alles nog eens rustig door te lezen.
Deze bundel is verkrijgbaar door het storten van 5,- ten name van
Fonds Zuidwest, Westsingel 58 te Goes, op rekeningnummer
320533.433 bij de Rabobank te Goes. Het gironummer van deze bank
is 64539. Na ontvangst van dit bedrag wordt de bundel U toegezonden.
Tabel 1. Gemiddelde opbrengst in tonnen bieten per ha van alle percelen,
laagste en hoogste opbrengst en verschil hiertussen in tonnen per ha.
jaar
alle percelen in tonnen/ha
gem. in tonnen/ha laagste hoogste
verschil
1979
1980
47
52
32
24
61
65
29
41
Tabel 2. Verklaring verschillen in procenten in suikeropbrengst, suikergehalte
en wortelopbrengst door het aspekt bietecysteaaltjes
jaar suikerophrengst
suikergehalte
wortelopbrengst
1979
1980
42%
46%
31%
17%
24%
Tabel 3. Verklaring verschillen in suikeropbrengst, suikergehalte en worte
lopbrengst door enkele aspekten. a,
r b v verschillen in
jaar
1979
organische stof en
stikstof
regelmaat
1980
zaaidatum
beschikbaar vocht
suikeropbrengst suikergehalte wortelopbrengst
16
11
10
10
12
13
12
13
5
Konsulentschappen voor de Akker
bouw en de Rundveehouderij in
Zuidwest Nederland
Serie suikerbieten nr. 2
zoek naar voren zijn gekomen en die
een duidelijke samenhang met de
.opbrengst vertoonden zijn:
vochtvoorziening van de plant;
teeltmaatregelen;
bemesting en bodemvruchtbaar
heid.
Met enkele cijfers kan dit worden
geillustreerd.
De verschillen zijn minder spekta-
kulair dan bij het aspekt bietecys
teaaltjes, maar niettemin toch van
voldoende belang om er aandacht
aan te besteden. Deze punten zijn
ook wat komplexer van aard en niet
elk jaar zo duidelijk naar voren ge
komen.
Zo is gebleken dat in 1980 de vocht
voorziening van de plant het vocht-
leverend vermogen van het profiel,
de bewortelbare diepte, de door
luchting van de grond, de grondwa
terstand en de ontwateringsdiepte
een rol spelen.
Bij het aspekt teeltmaatregelen zijn
de punten zaaibedbereiding en het
komplex van tijdstip, vochtgehalte
zaaibed, aantal bewerkingen en be
reikte struktuur erg belangrijk geble
ken.
Tenslotte is bij het aspekt bemesting
en bodemvruchtbaarheid gebleken
dat het geheel nogal komplex is.
Aan deze punten zal in nog volgende
artikelen in deze serie en in de ko
mende Kijk- en Praatbijeenkomsten
meer aandacht worden besteed.
Het zijn stuk voor stuk punten die
voor een belangrijk deel door de boer
beinvloed kunnen worden.
De bedrijfstakdeskundige akker
bouw,
ing. J.M. van der Weele
worden gevraagd. In de praktijk is
ook al duidelijk meer aandacht voor
de aanpak van dit probleem merk
baar.
Wat kwam er nog naar voren?
Andere aspekten die uit het onder-
Bij het faktoranalyse-onderzoek zijn veel waarnemingen gedaan in de bieteper
celen.
Eén van de belangrijkste oorzaken die grote verschillen in opbrengst gaven was
de besmetting met het bietecysteaaltje.
In 1984 staat het onderwerp "suikerbietenteelt" centraal in de voor
lichting. De aanleiding hiervoor is dat de opbrengst in het zuidwesten
achter bleef ten opzichte van de rest van Nederland. In 1978 werd
daarom besloten een faktoranalyse uit te voeren om de oorzaken van
deze lagere opbrengst op te sporen. Mede gebaseerd op dit onderzoek
willen we door middel van de aktie "suikerbieten" uw aandacht vestigen
op mogelijkheden om de teelt van suikerbieten op een hoog niveau te
houden of te brengen.
Naast een serie artikelen in de land
bouwbladen en een schoffeldemon
stratie worden over dit onderwerp
ook Kijk- en Praatbijeenkomsten
georganiseerd.
Op deze Kijk- en Praatbijeenkom
sten wordt aandacht besteed aan:
Mechanisatie: grondbewerking,
oogsten, rooiverliezen, tarra.
Kwaliteit: stikstofbemesting,
dierlijke mest, N-onderzoek,
winbaarheid van suiker.
Gewasbescherming: bietecys-
23 december 1983
teaaltje, grondontsmetting, on-
kruidbestrijding.
Op de bijeenkomsten kunt U het
tentoongestelde informatiemateriaal
bekijken en bepraten met kollega's
en voorlichters.
Wij hopen dat U hiervan een nuttig
gebruik kunt maken bij de teelt van
suikerbieten in 1984. Wij wensen U
hiermee veel sukses!
De bijeenkomsten worden in de pe
riode van 3 januari t/m 12 januari
1984 op de volgende plaatsen in
West-Brabant gehouden.
Zevenbergen - 3 januari 1984
Hotel "Den Ouden" 9.30 tot
12.00 uur; 13.30 tot 16.00 uur.
Wouw - 4 januari 1984
Café P. Broeren, 13.30 tot 16.00
uur.
Fijnaart - 5 januari 1984
Hotel "De Graanbeurs", 9.30 tot
12.00 uur; 13.30 tot 16.00 uur.
Woensdrecht - 6 januari 1984
Café Van der Poel, 13.30 tot 16.00
uur.
Steenbergen -10 januari 1984
Gemeenschapshuis, '"t Crom-
wiel", 9.30 tot 12.00 uur; 13.30 tot
16.00 uur.
Almkerk -12 januari 1984
Café-restaurant "Het Wapen van
Emmickhoven", 9.30 tot 12.00
uur; 13.30 tot 16.00 uur.
De konsulent
Ir. J.A.H. Haenen
Persephone, Vereniging van afgestu
deerden van de HLS te Dordrecht
organiseert in overleg met de docen
ten op 20 januari 1984 een thema
bijeenkomst "Voorlichting, Span
ningsveld tussen Technische Know
How en Sociale Vaardigheden".
Het doel van deze themabijeenkomst
is om het kontakt tussen de docenten
en de afgestudeerden van de HLS in
Dordrecht te bevorderen.
Deze eerste themabijeenkomst geeft
de gelegenheid aan de afgestudeer
den om te vernemen hoe het onder
wijs nu is ingericht op de HLS in
Dordrecht en welke veranderingen
er zijn t.o.v. bijvoorbeeld 4 jaar gele
den of langer. Ook kan duidelijk ge
maakt worden welke visie de school
heeft voor de toekomst. Bovendien is
het voor de afgestudeerden een goe
de zaak zich af te vragen wat de
school in de praktijksituatie nog te
bieden heeft.
Bij het ontwikkelen en/of bijsturen
van het onderwijs kunnen de afge
studeerden als klankbord fungeren.
De onderhavige themabijeenkomst
is er dan ook mede op gericht deze
"kruisbestuiving gedachte" te reali
seren!
De bijeenkomst zal worden gehou
den op 20 januari 1984 om 15.00 uur
in het HLS-gebouw te Dordrecht.
Belangstellenden kunnen zich opge
ven door een deelname formulier in
te vullen en uiterlijk 10 januari te
zenden aan: Hogere Landbouw
school, Groene Zoom 400, 3315 LA
Dordrecht.
Nadere inlichtingen en een deelna
me formulier zijn op verzoek ver
krijgbaar bij de administratie van de
HLS te Dordrecht, tel. 078 - 160666,
of bij Freek Appel (privé: 08380 -
36507, kantoor: 08370 - 84094).
17