Nieuwe kans voor vlas
Veiligheid ook op Uw bedrijf?
Behandeling als bulkprodukt
Dauwroten
Buikverwerking
Lage kosten
Korte vezels
Onder de titel "Nieuwe kansen voor vlas?" schrijft ir. H.J. Leutscher in zal altijd duurder zijn dan dauwro-
een uitgave van het Instituut voor Bewaring en Verwerking van Land- ten- waarbÜ de natuur zeil voor de
bouwprodukten (IBVL) over andere oogst- en verwerkingsmethoden enzymen zorgt, og a gezien overi-
m«„ j i i j Rens van de extra kosten en techni-
van vlas. Het IBVL houdt zich hier mee bezig vanwege de noodzaak om »he vraaglekens die het verdere
het bouwplan van de akkerbouw te verbreden. Vlas vormt zeker een verwerkingssysteem met zich mee-
mogelijkheid. brengt.
De oogstmethode die ons voor ogen
staat, houdt in dat het vlas in een
tamelijk rijp stadium wordt getrok
ken met de gebruikelijke trekmachi-
nes. Daarna kan het gewas in het
zwad besterven. Vervolgens wordt
het vlas met een universele kombine
gedorst, waarna het stro in wartoe-
stand achter de kombine in het zwad
wordt gelegd om te dauwroten. Dan
wordt het stro gekeerd, opgeraapt,
geperst, opgeladen en ingeschuurd.
Een groot voordeel van deze metho
de, die in Amerika al op grote schaal
toepassing vindt, is dat we het zaad-
belang zo snel mogelijk aan het
weerrisiko onttrekken.
Zal vezelvlas weer een kans krijgen in de richting van de textielindustrie?
Deze bruidsjapon bestaat voor 65% uit vlasvezel
Vlas gedraagt zich goed in ons kli
maat. Het areaal is niet teruggelo
pen, omdat het gewas in ons land
niet gedijt. Bepaald niet. De vlasteelt
is geleidelijk teruggelopen omdat de
huidige methode van oogsten en
verwerken te arbeidsintensief en dus
te duur is. Vooral gezien tegen de
achtergrond van de algemene malai
se in de textielindustrie en de kon-
kurrentie van de synthetische vezels.
Behoudens op enkele plaatsen in
Zeeland, wordt vlas in ons land al
leen nog voor de zaaizaadwinning
geteeld. Nederland is een belangrijke
exporteur van vlaszaaizaad. Het Ne
derlandse vlasareaal bedraagt op dit
moment ca. 3500 ha.
Willen we vezelvlas dus opnieuw een
kans geven, in de richting van de
textielindustrie en misschien ook de
papierindustrie, dan dient de ver
werking en afzet van het stro, en dus
van de vezel, op een moderne ratio
nele wijze plaats te vinden. Van een
flexibele algemene inzet van vlas in
het bouwplan van de akkerbouw kan
met de konventionele, gespeciali
seerde en arbeidsintensieve wijze
van oogsten en verwerken geen
sprake zijn.
We moeten ons dan richten op een
mechanische verwerking, met ge
bruikmaking van universele machi
nes, zoals maaidorsers, hooibouw-
machines en persen. En het gericht
oogsten van het stro en verwerking
tot lange vezel moeten we vergeten.
Pas dan zijn we niet gebonden aan de
beschikbaarheid van speciale ma
chines of extra personeel.
Als teeltgebied denken we ook aan
"nieuwe" gebieden, zoals de Veen
koloniën in het noorden des. lands.
Met de moderne rassen en teeltmaat
regelen is in principe geen enkele
grondsoort uitgesloten.
Als we ons door deze noodzakelijke
overweging laten leiden, dan moeten
we als uitgangspunt nemen dat we
het vlas een buikverwerking laten
ondergaan. In grote lijnen betekent
dat dus de inzet van universele
oogstmachines en van niet te inge
wikkelde verwerkingsmachines. De
akkerbouwer moet gemakkelijk
kunnen overschakelen van z'n ande
re gewas op vlas en omgekeerd. Bij
een gemoderniseerde oogst en ver
werking zou de akkerbouwer twee
geschikte eindprodukten kunnen le
veren, namelijk zaad en pakken
warstro.
vezel in de menggarenindustrie kan
worden verwerkt.
Voor de verwerking van het warstro
denken we aan bestaande appara
tuur, die geschikt is om grof mate
riaal te verwerken. Zulke apparatuur
vinden we bijv. in de strijkgaren-
industrie, waar men gewend is om
ruwe vezels te verwerken; denk bijv.
aan lompen. En als we toch niet het
behoud van de lange vezel nastreven,
dan vormt zo'n grove buikverwer
king geen probleem. Er mag immers
best een gebroken, korte vezel uit
komen, die dan juist geschikt is voor
de spinnerijvoorbereidingsappara-
tuur van de menggarenindustrie.
Juist het streven naar een lange vezel
zelf heeft het vlas altijd duur ge
maakt. Dat geldt trouwens ook voor
de traditionele, dure en milieubelas
tende warmwaterrootmethode.
Dauwroten daarentegen vraagt na
genoeg geen enkele bewerking.
Daarom konden wij ook niet warm
lopen voor het idee van enzymatisch
roten, dat de laatste tijd nogal in de
publiciteit kwam. Enzymatisch ro
ten. d.w.z. toevoegen van enzymen.
Bij de kombinatie van kombinen en
dauwroten komen de verwerkings-
kosten op een laag, konkurrerend
niveau te liggen. Bovendien kan een
minder goede oogst, in de vorm van
gelegerde of korte gewassen, nog met
positieve resultaten worden ver
werkt. Bij andere verwerkingsme
thoden moet zo'n oogst al gauw als
verloren worden beschouwd. Door
de verlaging van de kostprijs van
oogst en verwerking kan de vlasve
zel, dank zij z'n specifieke goede ei
genschappen, een deel van de toe
passing van andere vezels voor zich
opeisen. Dat is ten minste onze ver
wachting. En dan niet alleen in de
sektor van kleding en huishoudtex-
tiel, maar ook in de hoek van de
technische toepassingen.
Ons onderzoek t.a.v. deze nieuwe
vlasverwerkingsmethode wordt over
een periode van drie jaar gesubsi
dieerd met een bedrag van 450.000
gulden. Het grootste deel van deze
subsidie is afkomstig van het Land
bouwschap en de EG
Op een aantal land- en tuinbouwbedrijven komt de veiligheid ten aan
zien van een of meer aspekten voor verbetering in aanmerking. Deze
konklusie kan getrokken worden uit een onderzoek dat verricht is met
medewerking van leerlingen van twee lagere agrarische scholen in
Noord-Brabant naar de veiligheidstoestand op het ouderlijk bedrijf.
Het onderzoek werd uitgevoerd aan de hand van een "checklijst". Dit is
een lijst waarop verschillende gevaarlijke aspekten van trekkers, cir
kelmaaiers, kip- en opraapwagens, mengmesttanks, oogstwerktuigen,
pompen, ventilatoren, mixers, kuilvoersnijders, mestkelders- en -put
ten, zolders en plaatsen voor de opslag van bestrijdings-, reinigings- en
ontsmettingsmiddelen zijn aangegeven. Door de veiligheid van al deze
onderdelen één voor één na te gaan en met een "goed", "matig" of
"slecht" te waarderen, kon de veiligheidstoestand van het gehele bedrijf
worden afgecheckt.
In tegenstelling tot de traditionele
vlasverwerking, moeten we ons nu
richten op een efficiënte, goedkope
en vooral technologisch eenvoudige
verwerking van de pakken dauwroot-
stro tot een schone korte vezel. Een
vezel, die als een zogenaamde stapel-
29 juli 1983
Vanaf 17 juli 1983 moet elke trekker voorzien zijn van een kantelbeveiliging
Bij zeer veel trekkers is de beveiliging van de aftakas niet in orde
Hieronder zal nader ingegaan wor
den op enkele veiligheidsvoorzie
ningen bij de trekker. In een volgend
artikel zullen de andere werktuigen
aan de orde komen.
Aftakas
Uit het onderzoek blijkt dat bij bijna
de helft van de trekkers de beveili
ging van de aftakas niet in orde was.
Om aanraking van de aftakas te
voorkomen, moet deze afgeschermd
worden door een ruime stevige kap
of een manchet vormige afscher
ming. De aftaktussenas moet goed
beveiligd zijn door een stilstaande
koker met zodanige uiteinden dat de
kruiskoppelingen goed afgeschermd
worden. Deze afscherming moet
vastgezet zijn aan een niet bewegend
deel van de trekker of het werktuig.
Zittingen
De resultaten van het checklijst-on
derzoek geven aan dat de kwaliteit
van de zittingen vaak matig tot slecht
is. De zitplaats moet voldoende steun
in de rug geven. Door een goede ve
ring en bekleding moet het over
brengen van trillingen zoveel moge
lijk voorkomen worden. Bij voorkeur
dient de vering instelbaar te zijn naar
het gewicht van de bestuurder, ter
wijl het verder aanbeveling verdient
dat de bestuurders-zitplaats ten op
zichte van de pedalen zowel hori
zontaal als vertikaal verstelbaar is.
Wanneer iemand op de trekker
meerijdt, moet hij gebruik maken
van een speciaal aangebrachte mee
rijderszitplaats. Deze moet voorzien
zijn van een stevige rugleuning.
Kantelbeveiliging
Er zijn nog veel trekkers in gebruik
waarop geen kantelböveiliging aan
wezig is. Iedereen zal weten dat een
veiligheidskabine, -frame of -beugel
goede bescherming biedt aan de
bestuurder. Vanaf 17 juli 1983 moet
elke traktor van 800 kg of meer
voorzien zijn van een kantelbeveili
ging. Bij gebruik op een kuilhoop of
een helling van meer dan 20 graden
(bijvoorbeeld een dijktalud of een
wegberm) moet elke trekker - on
geacht het gewicht - van een kantel
beveiliging voorzien zijn.
Gevaarlijke stoffen