Een goed verblijf is buiten kijf Rundveehouderij Uien Graszaad Koolzaad Karwij Knolselderij Op een aantal veehouderijbedrijven voldoet de huisvesting van kalveren nog niet aan de eisen. Jongvee wordt nog vaak in minder doelmatige ruimte ondergebracht, hetgeen de gezondheid en verzorging niet altijd ten goede komt. Jaarlijks worden er ongeveer 300.000 kalveren, inklusief doodgeboren, vroegtijdig afgevoerd. Naast de ongunstige rentabiliteit wordt hierdoor ook de selektiemo- gelijkheid beperkt. Stellig is het dan ook de moeite waard om te trachten door de hygiëne bij de geboorte, een goede verzorging van het pas gebo ren kalf en een geschikte verblijf plaats het uitvalpercentage tot een minimum te beperken. De ervaring heeft geleerd dat indivi duele huisvesting gedurende de eerste weken het best voldoet. Het besmet tingsgevaar is gering en de kontrole op de voeding en de mest is optimaal. Belangrijk is wel, dat de eenlingbox voor het in gebruik nemen goed ge reinigd en ontsmet wordt. Vanwege de ontwikkeling van het kalf, de arbeidsbehóefte, de flexibi liteit en de besparing op kosten, kunnen de dieren op een leeftijd, van 2 weken tot na de melkperiode in een opfokstal worden ondergebracht. Indelen in' groepjes van 4 tot 6 leef tijdgenoten strekt tot aanbeveling Bij groepsindeling is het gebruik van stro mogelijk. Het voldoet goed, maar vraagt extra arbeid. Steeds meer veehouders gaan over op stal len met roostervloeren, uitgerust met ligboxjes of eén gemeenschappelijk ligbed. Uit proeven en een aantal praktijk- bedrijven is gebleken dat ook de openfrontstal goed bruikbaar is. Het sterfte- en ziektepercentage'is gering, er wordt een uitstekende groei ver kregen en de bouwkosten zijn aan merkelijk lager dan bij de traditio nele bouw. Vanzelfsprekend is het niet zo, dat ondanks de gunstige resultaten, de koude opfok algemeen moet worden toegepast. Als in de bestaande situa tie de opfok probleemloos verloopt, is er geen reden om te veranderen. Anders ligt het op bedrijven waar wel moeilijkheden zijn. Dergelijke veehouders moeten niet afwijzend staan tegenover nieuwe en moderne inzichten. Verstandig is het wel om, alvorens van systeem te veranderen, deskun dige voorlichting in te winnen. Samengevat: De methode die toege past wordt is minder belangrijk, es sentieel is een goede verzorging, hy giëne en een frisse goed geventileerde huisvesting. Bij de vleesproduktie is een goede start het halve werk De rundvleesproduktie is de laatste jaren streeksgewijs sterk uitgebreid. Op een aantal bedrijven zijn de melkkoeien vervangen door vlees vee. Door de betere prijzen is de konkur- rentiepositie ten opzichte van het kalfsvlees zodanig gewijzigd, dat er gunstigere ekonomische omstandig heden ;zijn voor het houden van vleesstieren. Voor een rendabele bedrijfstak is het Een extensieve methode voor stiere- vleesproduktie, die geen aanbeveling verdient, maar nog wel, zij het dan sporadisch, voorkomt, is het afmes- ten met hoofdzakelijk ruwvoer. Het is vrijwel onmogelijk om met uit sluitend grasland of andere ruw- voerprodukten het gewenste eindge- wicht te bereiken. Slachtrijp maken met overwegend krachtvoer is duur en riskant in ver band met de gevoeligheid voor prijsverandering. Een dergelijke ma nier is alleen aantrekkelijk bij rela tief lage krachtvoerprijzen. Vlees produceren met snijmaiskuil en krachtvoer geeft het beste finan- Italiaans raaigras als hoofdgewas In de kleigebieden en op de betere zandgronden is er ruimschoots be langstelling voor de teelt van ita- liaans raaigras als hoofdgewas. Het is een produktief, snelgroeiend gewas wat graag door het vee wordt opge nomen en is bij uitstek geschikt voor stalvoedering. Op bedrijven met een krappe voor- droog- maisvoedering is het een goede aanvulling op het wintervoer in verband met de struktuurhou- dendheid in het rantsoen. Vanwege de abnormale weersom standigheden in het afgelopen voor jaar zal er ongetwijfeld deze zomer Eénlingboxen, de beste opvang voor jonge kalveren een vereiste dat de dieren op een leeftijd van 15 a 16 maanden een ge middeld geslacht gewicht van 300 kg halen. Dit is alleen mogelijk als er gestart wordt met gezonde en goed ontwikkelde kalveren, als tijdens de mestperiode de verzorging niet ver slapt en een doelmatige en verant woorde voeding plaats vindt. De winst bij de vleesproduktie wordt, naast de aan- en verkoopprij zen en het uitvalpercentage door een belangrijk deel bepaald door de voerkosten per kg groei. cieel resultaat. Vanwege de welvaart is er meer vraag gekomen naar kwa liteitsvlees. Het is dan ook zaak om te streven naar een goed eindprodukt. Kwaliteit wordt betaald en de op brengst prijs is stabiel. Onvoldoende afmesten geeft niet al leen een te laag eindgewicht, maar ook een mindere hoedanigheid van het vlees. Is het dier eenmaal slacht rijp, dan heeft verder mesten geen zin en werkt zelfs averechts. Vetaan- zet vermindert de slachtkwaliteit en vraagt extra voer. Voor het doodspuiten kan gebruik gemaakt worden van DNOC, dino- seb in olie, Reglone of Purivel. Van deze middelen zijn Reglone en Puri vel veel minder giftig. Een bezwaar van Purivel is echter dat het gewas al vroeg, namelijk 2 a 3 weken voor het rooien, moet worden doodgespoten en een reeds aanwezige aantasting door de aardappelziekte niet wordt bestreden. Verder is bekend dat bij doodspuiten onder erg droge omstandigheden schade door naveleindrot kan ont staan. Dit kan voorkomen bij het gebruik van alle middelen, de ten dens is echter dat het vooral optreedt bij gebruik van Reglone. Warme, vochtige en ook regenrijke perioden zijn het meest kritiek voor het optreden van valse meeldauw en bladvlekkenziekte. De bestrijding dient tot uiterlijk vier weken voor de oogst te worden voortgezet. De mid delen Daconil, Daconil M, Ronilan M of I^pvral kunnen het gehele sei zoen gespoten worden. Bestrijding van de preimot, tegen de aantasting van de bollen, moej zo kort mogelijk, doch uiterlijk drie weken voor het rooien worden uitgevoerd. Zijn de uien bestemd voor een lange bewa ring dan is een bespuiting met 6,25-12,5 liter maleïne hydrazide, afhankelijk van het merk, per ha noodzakelijk. Toepassen met 500 li- 29 juli 1983 ter water per ha wanneer het vroegst gestreken loof nog groen is. Na de bespuiting is een droge periode van min. 10 uur gewenst. Zodra het hoofdgewas geruimd is dient het jonge graszaad een N- bemesting te krijgen. Tijdig overleg ten aanzien van de hoeveelheid N zowel als wat de onkruidbestrijding betreft met de teeltagent van de fir ma, is gewenst. Komt er op dat mo ment reeds een vrij zware onkruid bezetting van o.a. muur, varkensgras, ereprijs en kamille voor, dan is een bestrijding noodzakelijk. Hiervoor kunnen de middelen DNOC, dino- terb, ioxynil, Basagran of Faneron ingezet worden. Soms kan toevoe ging van MCPA of MCPP gewenst zijn. De beste zaaitijd van dit gewas is eind augustus. De hoeveelheid zaai zaad varieert van 6-9 kg per ha af hankelijk van het ras, grondsoort en zaaitijd. Het meest aanbevelens waardig is het ras Jet Neuf. Zodra de dekvrucht geruimd is moet op dit gewas na erwten en vlas res- pektievelijk 40 en 80 a 100 kg stikstof gestrooid worden. In droge en war me perioden in augustus en septem ber wordt dit gewas vaak ernstig aangetast door de wollige peenluis. Op de wortels komt dan een wit- schimmelpluis voor, waarin zich grote aantallen luizen bevinden. De ze zuigen aan de jonge wortels, waardoor de groei geheel stagneert en soms zelfs planten afsterven. Be strijding is op dat moment niet (meer) mogelijk. Voortdurende kontrole op het voor komen van bladluizen en wantsen is gedurende de gehele groei, periode noodzakelijk. Met middelen als Un- deen of dimethoaat gespoten met veel water, zijn deze goed te bestrij den. Verder dient het gewas om de 10 a 14 dagen behandeld te worden met maneb/tin tegen de bladvlekken- ziekte. Vooral bij warm en vochtig weer en af en toe regen kan de ziekte zich snel uitbreiden en verdient het aanbeveling één of meerdere keren systemische middelen zoals benomyl of carbendazim te gebruiken. Bij warm en droog weer in augustus en september kan inwendig bruin van de knollen optreden. Dit is te voorkomen door 1 a 2 keer met 2 kg Maneltra-Borium op 1000 liter water per ha te verspuiten. De bedrijfsvoorlichter, T.P. Hiel. een behoorlijk areaal uitgezaaid worden en het is dan ook stellig de moeite waard om bij de teelt even in het kort stil te staan. Italiaans raaigras is een kortdurende kunstweide die voor een optimale opbrengst op tijd gezaaid moet wor den. Bij inzaai in de nazomer kan men volgend jaar 3 sneden maaien en valt de zaaitijd voor half augustus, dan is het goed mogelijk nog dit na jaar een snede te oogsten. Voor een vlotte hergroei moet kort maaien, een lange veldperiode en zware machines vermeden worden. De eisen aan een goed zaaibed zijn hetzelfde als voor blijvend grasland. Het is een ondiep wortelend gewas en de grondbewerking moet dan ook oppervlakkig gebeuren. Een goed zaaibed bestaat uit een egale, goed verkruimelde bovenlaag zonder sto ringen in het profiel. Zaaien met een vlaszaaimachine strekt tot aanbeve ling. De stikstofbemesting is afhankelijk van het tijdstip van zaaien, de voor vrucht en de struktuur van de grond. Voor een najaarssnede is 300-400 kg kas per ha gewenst, terwijl bij latere zaai een hoeveelheid van 200 kg vol doende is. Meestal is het nodig dat bij een ge waslengte van 5 cm een onkruidbe strijding wordt uitgevoerd. Laat u in deze niet misleiden. In het begin zijn onkruiden klein en op het oog on schuldig, maar vooral muur groeit in korte tijd uit tot grote pollen, waar onder het gras verstikt. Voor muur en andere zaadonkruiden kan het best gebruik gemaakt worden van de kombinatie MCPA-Mecoprop. Bij het voorkomen van breedbladige onkruiden is een najaarsbespuiting goed mogelijk. Een goede keuze van het bestrijdingsmiddel, een juiste dosering en tijdig uitgevoerd, geeft een garantie voor een brandschoon gewas. Hulpmiddel in de huidige bedrijfs voering Het koppelingsprojekt melkkontro- le-veevoeding is in het leven geroe pen om de veehouder zo goed mo gelijk te adviseren betreffende de dagelijks terugkomende vraag hoe veel krachtvoer er aan de melkkoei en gegeven moet worden. Het objekt moet gezien worden als een leidraad en is een waardevol hulpmiddel bij de bedrijfsvoering. De krachtvoerkosten bedragen on geveer 20% van de totale kosten. Het is één van de weinige kostenposten waar u als veehouder op korte ter mijn verandering in kan brengen. Krachtvoerbewaking is gezien de prijs urgent. Hetzelfde geldt voor de verdeling over de verschillende pro- duktiegroepen. Een doelmatige voeding kan bijdra gen tot kostenverlaging, of bij gelijk blijvende kosten tot opbrengstver hoging. Veehouders aangesloten bij de melkkontrole, wordt de gelegenheid geboden om tegen een geringe ver goeding het gehele jaar door, om de drie/vier weken een krachtvoerad- vies per individuele koe te ontvan gen. De krachtvoergift is afhankelijk van het te verstrekken ruwvoer dat drie/vier weken van te voren via een voederinformatie-formulier moet worden opgegeven. In de periode dat de koppeling melkkontrole-veevoe- ding funktioneert, is gebleken dat het vooraf plannen van het te geven ruwvoer bij verschillende veehou ders op moeilijkheden stuit en geen eenvoudige zaak is. Hierin is tege moet gekomen en het opgaveformu- lier is dan ook drastisch gewijzigd. Het is niet meer noodzakelijk om van het ruwvoer de te verstrekken kg te vermelden, maar het opgeven van verhoudingsgetallen is voldoende. Het systeem is zodanig eenvoudig en goedkoop, dat er geen argumenten zijn om van deelname af te zien. De melkkontroleur en bedrijfsvoorlich ter zijn bereid verdere informatie te verschaffen. Voorkomen is beter dan genezen Goede voorzorgsmaatregelen heb ben er mede toe geleid dat kopziekte bij melkvee sterk is teruggedrongen, maar geweken is het gevaar nog niet. De ziekte treedt meestal op in het begin van de weideperiode, maar kan ook in de nazomer slachtoffers eisen. Ter voorkoming moet er gezorgd worden voor voldoende en smakelijk gras, zodat de dieren genoeg droge stof opnemen. Inscharen in percelen die kort te voren van drijfmest zijn voorzien is vanwege de onsmakelijk heid van het gras geen goede zaak. Hetzelfde geldt voor plotselinge weersveranderingen met grote tem- peratuursschommelingen. Slecht weer is een externe belemmering en niet te veranderen. Aanbeveling ver dient het om in een koude en natte periode, droog en struktuurhoudend ruwvoer bij te voeren. Zandgrond is van nature arm aan magnesium en wordt in het voorjaar vaak aangevuld met een bemesting van magnesiumsulfaat ofkieseriet. Op bedrijven'waar de voorjaarsbe mesting achterwege is gebleven, of veehouders die in het verleden met kopziekte te kampen hebben gehad, doen er verstandig aan om vanaf he den de kas door magnesamon te vervangen. Uit het oogpunt van voorzorg en veiligheid is dit zeker verantwoord. Een lange weideperiode is voordelig Gras is een hoogwaardig en goed koop ruwvoer wat bij beweiding de minste verliezen geeft. Een lange weide periode is voor alle veehou ders een voordelige zaak. Om echter tot laat in het seizoen over voldoende weidegras te kunnen beschikken, is het een vereiste dat er voldoende voedingsstoffen in de grond aanwe zig zijn. Voor de grasgroei is stikstof het belangrijkste element. Op perce len die tot laat in het seizoen beweid kunnen worden, is het verantwoord om tot eind september een stikstof bemesting uit te voeren. Te vroeg stoppen met aanwenden is een ver keerde zuinigheid en ongunstig voor de ruwvoederpositie. Stikstof strooi en kost geld, maar te vroeg ophou den kost meer. De Bedrijfsvoorlichter Rundveehouderij, A.J. van Haperen. 13

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 13