Brede arbeidsmarkt voor
afgestudeerden van hogere
agrarische scholen
Brede arbeidsmarkt
afgestudeerden van
agrarische scholen
Nieuwe richtsnoeren voor het
Europese landbouwbeleid
KORTE WENKEIM
C.A.R. Zevenbergen
Kennismakingsreis Franse
landbouw vanuit Méridon
Loopbaanonderzoek MPAI:
Voortzetting beheersing
kaasproduktie
Dit zijn enkele van de gegevens die
naar voren komen uit het loopbaan-
onderzoek onder HAS-ingenieurs,
uitgevoerd door de Stichting Maat
schappelijke Plaats Agrarische Inge
nieurs (MPAI). De Staatssekretaris
van Landbouw en Visserij, A. Ploeg,
heeft dinsdagmiddag 21 juni j.l. uit
handen van stichtingsvoorzitter prof.
dr. L. van der Plas, het eerste exem
plaar in ontvangst genomen van het
onderzoeksrapport, getiteld: "Een
brede arbeidsmarkt". Het is nog niet
eerder voorgekomen dat voor een
loopbaanonderzoek alle afgestu
deerden van één HBO-type werden
benaderd.
Het gaat om ruim 10.000 op de ar
beidsmarkt aktieve HAS-ingenieurs,
waarvan zo'n 6.000 aan het onder
zoek hebben deelgenomen.
Kenmerken
Binnen het hoger agrarisch onder
wijs bestaan zeven afdelingen, te
weten Nederlandse landbouw (ge
volgd door 48% van de responden
ten), Levensmiddelentechnologie
(14%), Bosbouw en Cultuurtechniek
(10%), Tuinbouw (9%), Tropische
Landbouw (9%), Tuin- en Land
schapsinrichting (3%) en Analisten
(2%).
Tweederde deel van de responden
ten volgde na de HAS-opleiding nog
één of meerdere kursussen of oplei
dingen. Het volgen van een verdere
dagopleiding is na 1973 sterk afge
nomen. De in 1972 doorgevoerde
herstrukturering van het hoger agra
risch onderwijs heeft van de HAS
kennelijk een meer afgeronde oplei
ding gemaakt. Dit wil overigens niet
zeggen dat er geen problemen zijn op
de arbeidsmarkt. Het onderzoek re
gistreert een werkloosheidspercenta
ge van gemiddeld 8%, onder pas-af
gestudeerden zelfs van 15%. Ook
onder vrouwelijke ing.'s (6,5% van de
respondenten) lag de werkloosheid
aanmerkelijk hoger, namelijk op
25%.
Van de respondenten die wel een
baan hebben, werkt 92% in een vaste
funktie. Deeltijdbanen komen wei
nig voor (3%), terwijl toch circa 20%
zegt een voorkeur voor een deeltijd
baan te hebben.
Andere funktiekenmerken: 9% werkt
in het buitenland en ruim 15% heeft
een eigen bedrijf, is zelfstandig of
werkt free-lance.
Funktie en marktsektor
De afgestudeerden van de afdeling
Nederlandse landbouw, die dus bij
na de helft van alle respondenten
vertegenwoordigen, hebben als be
langrijkste funktie landbouwer
(20%). Daarna volgen leraar en
voorlichter/adviseur. Voor de ande
re studierichtingen geldt dat hoofd
afdeling/manager een belangrijke
funktie is. Per richting zijn er ken
merkende uitschieters, zoals onder
zoeksmedewerker bij de analisten en
ontwerper of technisch medewerker
bij de afgestudeerden van tuin- en
landschapsinrichting. Die laatste
funktie is ook belangrijk voor de af
deling Bosbouw en Cultuurtechniek.
Ruim een kwart van de responden
ten werkt bij de overheid. Zo'n 15% is
terug te vinden op landbouwbedrij
ven, terwijl de dienstverlening/vrije
beroepen en de levensmiddelen
industrie ieder 12% voor hun reke
ning nemen. Opvallend is dat 20%
van de ondervraagden overweegt
een eigen bedrijf op te zetten.
Aanbevelingen
De onderzoekers die het rapport
hebben samengesteld komen op
grond van de resultaten met een
tiental aanbevelingen. Zij vragen
aandacht voor ruimere stagemoge
lijkheden (het blijkt dat de stage een
belangrijke rol speelt bij het vinden
van een baan), bij- en nascholing,
deeltijdarbeid, overstapmogelijkhe
den naar het academisch onderwijs
en meer plaats in de studie voor
kommercieel gerichte vakken' en
voorbereiding op vestiging als zelf
standige.
Er zou een centraal punt moeten ko
men waar vraag en aanbod op de
arbeidsmarkt elkaar kunnen ont
moeten.
Tenslotte wijzen de onderzoekers op
het vele nog ongebruikte materiaal
van dit onderzoek, dat uitstekend
geschikt zou zijn voor verdere deel
studies.
Het volledige onderzoeksrapport is
verkrijgbaar door overmaking van
ƒ25,- öp gironummer 5371865
t.n.v. de Stichting MPAI, Van Stolk-
weg 6 te Den Haag, onder vermel
ding van "rapport".
Afgestudeerden van de hogere agrarische scholen in Nederland kunnen
met hun opleiding behoorlijk uit de voeten op de arbeidsmarkt. Dat
blijkt uit de vele funkties en marktsektoren, waarin deze HAS-ing.'s
zijn terug te vinden, maar ook uit het positieve oordeel dat de afgestu
deerden over hun opleiding uitspreken. Wel is er een duidelijke be
hoefte aan meer scholing op het gebied van bedrijfskunde, manage
ment, ekonomie en beleid. De vraag naar bijscholing, waarvoor 60%
van de afgestudeerden belangstelling heeft, is op deze gebieden dan ook
groot.
Prof. dr. L. v.d. Plas (l.) heeft het eerste exemplaar juist overhandigd aan
staatssekretaris APloeg.
De Europese Commissie heeft de Europese Raad goedkeuring ge
vraagd voor herziene richtsnoeren voor de verdere ontwikkeling van het
landbouwbeleid.
Dat betekent overigens niet dat aan de beginselen van het gemeen
schappelijk landbouwbeleid getornd zal worden. Wel zal een voorzich
tige prijspolitiek gevoerd dienen te worden.
De garanties moeten zodanig gedifferentieerd worden dat de vorming
van overschotten boven de produktiedrempels wordt tegengegaan.
Afbraak monetaire heffingen
In verband met de nadelige gevolgen
van het huidige agro-monetaire sys
teem voor de landbouwproduktie en
het handelsverkeer in landbouwpro-
dükten zal de Commissie maatrege
len voorstellen om de monetaire
compenserende bedragen geleidelijk
af te breken.
Het vertrek is op zaterdagmorgen 20
augustus en de thuiskomst op zater
dagavond 27 augustus. De reis gaat
per bus. Er is gelegenheid om in te
stappen in Leeuwarden, Zwolle,
Amersfoort en Breda.
De hoofdpunten in deze week zijn:
bezoeken aan bedrijven (o.a. Nor-
mandië de families Roorda), een
gesprek met landbouwattaché Dijk
man, verkenning van de mooie om
geving, dagtochten naar Parijs en
Versailles, een avonduitgang in Pa
rijs, exkursie naar het groothandels
centrum (hallen) Rungis, tocht door
het Mamedal met bezoek aan KI-
station en champagnekelder. De
8 juli 1983
Besparingen
Er zal een systematisch onderzoek
verricht worden aan de landbouw
uitgaven, om vast te stellen of verde
re besparingen mogelijk zijn.
Het systeem om de landbouw naar
buiten te beschermen zal doorgelicht
worden, waarbij rekening gehouden
zal worden met de internationale
laatste avond wordt in Reims door
gebracht met overnachting in een
hotel waardoor de terugreis aantrek
kelijker wordt. En wat steeds bijzon
der wordt gewaardeerd is het verblijf
en de (Franse) keuken met wijnkel
der op het chateau de Méridon.
Voorlopige reissom, alles inbegrepen
zoals konsumpties onderweg, 900
gulden per persoon. Reisleider: A.
Bokma en Volkshogeschoolmede
werker Jan Hogendijk. Nadere in
lichtingen en aanmelding bij mej. A.
Siderius, Landbouwhuis, Postbus
613, 8901 BK Leeuwarden, telefoon
058-133441. Toestel 24.
verplichtingen van de Gemeen
schap.
De genoemde maatregelen zullen
ertoe moeten leiden dat de ontwik
keling van de landbouwuitgaven van
de Gemeenschap gemiddeld achter
blijven bij die van de eigen midde
len.
Geen ongelimiteerde garantie
De Europese Commissie is van oor
deel dat voor een aantal produkten
een einde gemaakt dient te worden
aan de toepassing van een ongelimi
teerde garantie.
Dat zal worden bereikt door diffe
rentiëring van de garantie bij over
schrijding van een produktiedrem-
pel. Men denkt hierbij vooral aan
melk en zuivelprodukten, granen en
koolzaad.
Zuivelsektor
Voor de zuivelsektor heeft de Com
missie gesuggereerd om landbou
wers, van wie de produktie gestegen
is, een heffing te laten betalen over
hun extra produktie (extra heffing).
Ook heeft de Commissie gesugge
reerd de garantieregeling voor zui
velprodukten zodanig aan te passen
dat deze geen stimulans meer vormt
voor een zeer intensieve, in sterke
mate industriële produktie (de bij
zondere heffing voor industriële be
drijven).
Bij de opstelling van de begroting
1984/85 zal met de nieuwe richt
snoeren rekening gehouden worden,
zo kondigde de Commissie aan.
Voor zover de piaatregelen ongun
stige gevolgen zullen hebben voor
het ondersteuningsniveau en de ont
wikkeling van het landbouwinko
men zullen voorstellen gedaan wor
den om deze situatie te verhelpen via
de bestaande en eventueel aanvul
lende gemeenschappelijke en/of na
tionale maatregelen.
vdw
AKKERBOUW
AARDAPPELEN OP KALI-
FIXERENDE gronden lopen
kans op kaligebrek verschijnselen
in het loof en hebben later meer
kans op blauwgevoeligheid. Een
overbemesting met 200 a 300 kg
zwavelzure kali per ha is daarom
op deze gronden gewenst.
DE REFERENTIE VERDA M-
PING wordt iedere middag op de
radio meegedeeld. Tabellen om
aan de hand van deze referentie
verdamping vast te stellen wanneer
het tijdstip voor beregening is
aangebroken, zijn bij Uw bedrijfs-
voorlichter te verkrijgen.
PHYTOPHTHORA is reeds op
vele percelen waargenomen. Ook
jonge percelen zijn voor deze
ziekte gevoelig. Kontroleer de
percelen regelmatig en spuit zo
nodig. Komt aantasting voor, pas
dan de eerste 3 volgende bespui
tingen kort achter elkaar toe.
HEBT U NOC NIET de volledi
ge N-bemesting op de aardappelen
toegepast, doe dit dan na de knol-
zetting.
DE KNOLSELDERIJ-PERCE
LEN zitten in een groeistadium
waarin veel luizen en wantsen
kunnen optreden. Kontroleer de
percelen en pas zonodig een be
spuiting toe.
RUNDVEEHOUDERIJ
OP HEEL WAT BEDRIJVEN
is het niet mogelijk om al het
grasland een keer te maaien.
Veelal is de oppervlakte aan het
bedrijf beperkt en dringend nodig
voor beweiding. Het zijn dan ook
die percelen waar bossenvorming
voorkomt. Na enkele keren be
weiden is het raadzaam om de
bossen te maaien.
ALS HET MOEILIJK IS OM
de kalveren buiten gezond op te
fokken, dan is het alternatief bin
nen houden. Bij een goede voeding
en verzorging is het resultaat het
zelfde. Aanbeveling verdient het
om later in het seizoen de kalveren
3 a 4 weken in te scharen voor op
bouw van weerstand tegen wor-
minfekties.
GRAS KUILEN ZIJN VOOR
AL dit jaar een kostbaar bezit.
Kontroleer daarom regelmatig of
er geen gaten in het plastik voor
komen en herstel deze indien no
dig. Het intreden van lucht en wa
ter is funest voor de kwaliteit. Een
goede afrastering rondom de kuil
voorkomt kapottrappen door het
vee.
De situatie op de kaasmarkt is aan
leiding geweest voor de fabrikanten
opnieuw tot afspraken te komen de
produktie te beperken.
Voor het tijdvak lopende van 3 tot en
met 30 juli wil men streven naar een
gemiddelde weekproduktie van 9200
ton.
Het zijn afspraken op vrijwillige ba
sis, doch gebleken is dat praktisch
alle producenten hun medewerking
zullen geven om het genoemde pro-
duktie-voorstel te effektueren.
Tot medio juni is de kaasproduktie in
Nederland 2% oftewel bijna 3500 ton
bij vorig jaar achtergebleven. Dit
heeft mede bijgedragen tot een be
trekkelijk gunstige ontwikkeling van
de handelsvoorraden.
11
De in Frankrijk gelegen Nederlandse volkshogeschool Méridon is nog
steeds aktief voor de organisatie van een veelzijdige kennismakings-
week met het Franse boerenleven en -platteland. Dit kan niet anders
dan dat ook een indruk wordt verkregen van de historische rijkdommen
en de prachtige natuur. Het programma van deze achtdaagse reis biedt
dan ook voor elk wat wils: instruktief - boeiend en toeristisch - plezie
rig.