Voorjaar
1983
Het drogingsproces is zeer vlot gegaan
Het groeit en het groent in de Westhoek
Wintertarwe
intensief observeren!
Tijd van "schorren en slikken" voorbij
Pootafstand
Gelukkig nu een periode met droog
weer. De vele nog uit te voeren werk
zaamheden van bietenzaaien en
aardappelen poten en frezen zijn op
ZL ID-BEVELAND nu dan toch
eindelijk eens klaargekomen. Er zijn
nu verschillende dagen dat het op
drogen van de grond zeer snel gaat.
De verdampingscijfers vermeld na het
weerpraatje geven daar een goede in-
dikatie over.
We willen echt niet zeggen dat het
alles nu allemaal koek en ei is, want
op hoeveel'plaatsen zien we nu nog
water in de trekkersporen in bijv. de
wintertarwe, hoeveel plekken zien
we niet in verschillende gewassen die
of verdronken zijn of in 't geheel niet
zijn ingezaaid.
De aardappelen zijn veelal zeer on
diep gepoot, verder was het soms
vrijwel onmogelijk om er enige
grond van betekenis op te kunnen
brengen. Nu toch al op vele percelen
éénmaal is opgefreesd, valt het toch
weer mee. Het drogingsproces is toch
wel zeer vlot gegaan. Op een aantal
percelen zal toch nog een tweede
maal gefreesd moeten worden om
een voldoende hoge rug te krijgen.
De suikerbieten komen in het alge
meen goed boven. Het is nog even
afwachten hoe dit met de laatst ge
zaaide percelen zal zijn. Het aantal
bieten per ha is wel voldoende, veel
korrigeerwerk zal niet noodzakelijk
zijn, op de meeste bedrijven is daar
via de aanwezige arbeidskracht(en)
ook niet meer voldoende tijd voor
beschikbaar. De stand is goed. Tot
op dit moment lijken er gelukkig
geen problemen met het onkruid te
zijn. Hier en daar waren er even wat
problemen met het bietekevertje. Er
komen al wat bladluizen voor. Een
bestrijding is nog niet nodig. Het zal
noodzakelijk zijn de toename van de
bladluizen goed te blijven volgen.
Vooral bij wat open gewassen zeker
nu we te maken hebben gehad met
een late zaaiperiode - zijn de kansen
van zowel voor vergelingsziekte via
de groene perzikbladluizen als voor
zuigschade via de zwarte bonenlui
zen nogal wat groter.
Een deel van de wintertarwe liet de
laatste dagen duidelijk zien dat de
behoefte aan meer N bijzonder groot
was. Overal is hier intussen via een
2de of op een aantal percelen via een
3de gift dan ook aan voldaan. Er
komt al wat meeldauw voor. Soms is
er nu al voor gespoten, anders kan
het nog gelijktijdig met de bestrij
ding van de aar- en afrijpingsziekten.
Het blijkt thans dat zomergerst en
erwten wel tot die groep van gewas
sen behoren die het meest gevoelig
zijn voor een slechte struktuur. Op
een aantal percelen is inmiddels de
stand van deze beide gewassen er
niet op vooruit gegaan. Het wordt nu
gewoon afwachten in hoeverre her
stel nog mogelijk is.
Intussen heeft men - hoewel toch wat
later als andere jaren - een begin ge
maakt met het zaaien van bruine
bonen en stamslabonen en het plan
ten van knolselderij. De oppervlakte
met bruine bonen zal wat groter
worden dan vorig jaar. De opper
vlakte van de beide laatste gewassen
zal zeer wellicht duidelijk kleiner
blijven.
Voor de veehouders is het gunstig
weer geweest voor het inkuilen en
eventueel hooien. Gedwongen door
de vele neerslag en de moeilijk be
rijdbare grond is men wat later kun
nen beginnen. Toch is in enkele we
ken tijds weer heel wat voer voor
aanstaande winter bijeengebracht.
Nog enkele dagen en we beleven al
weer de langste dag van het jaar. Er
wordt op WALCHEREN nogal eens
gezegd dat de gewassen dan pas volop
beginnen te groeien. Lange dag en
gunstige ontwikkeling. We blijven
nog een beetje hopen dat het dit jaar
ook zo zal zijn, hoewel voor sommige
percelen en gewassen eigenlijk tegen
beter weten in.
De opkomst van de gewassen loopt
nogal wat uiteen, namelijk van goed
tot zeer matig. Dit van perceel tot
perceel, maar ook op hetzelfde per
ceel is er verschil. Vooral de struk
tuur van de grond is hierbij bepa
lend. Daarnaast zijn er percelen met
bieten waar de stand beslist te dun is
als gevolg van insektenvreterij.
Wanneer we realistisch zijn, dan
moeten we zeggen: 't zal voor de laat
gezaaide gewassen wel sukkelen
blijven. Hoe het in financieel opzicht
afloopt moeten we nog afwachten,
maar op veel percelen zullen we geen
gewassen zien waar we als boer trots
op kunnen zijn. Dit in schrille tegen
stelling tot oogstjaar 1982.
De wintertarwe doet het tot op heden
goed. Er zijn wel verschillen van
perceel tot perceel en van ras tot ras.
Sommige percelen hadden wel wat
eerder een tweede of derde stikstof
gift kunnen hebben. Op andere per
celen is het gewas ruim zwaar en
soms tegen legering aan. Het in de
aar komen verliep dit jaar wat ver
traagd. Pas enkele dagen in juni wa
ren de eerste aren zichtbaar op de
vroeggezaaide percelen. De komen
de weken zullen we het gewas inten
sief moeten observeren op het voor
komen van schimmelziekten en
bladluis. Indien nodig een bestrij
ding toepassen.
Op veel percelen zijn de aardappel
ruggen opgereden. De opkomst van
de aardappelen verloopt toch nog
vrij vlot. Ondanks een nog klein ge
was zal men attent moeten zijn op
het voorkomen en de bestrijding van
phytophthora. Op de stranden zijn
coloradokevers gesignaleerd. Hier
over maken we ons niet meer zo druk
dan 40 jaar geleden. De bestrij
dingsmogelijkheden zijn vele. Voor
de veehouderij zijn de omstandighe
den gelukkig wat verbeterd. Er is
veel gras in de voordroogkuil ver
dwenen. Het berijen en de beweiding
kan nu weer plaatsvinden zonder
beschadiging van de graszode. De
hergroei echter stagneert wel, zodat
Dinsdag is in De Heen een proef genomen met het via een helicopter kunstmatig
bevorderen van de bestuiving van gras. Deze heren bekijken of het gewas al
volledig in bloei is.
Gelukkig is ook in onze streek
THOLEN EN ST. PHILIPSLAND
de tijd van het "schorren en slikken"
landschap weer voorbij.
De aanblik van onze polders is weer
een meer normale, zij het dan met een
maand vertraging.
De opkomst van de gewassen is goed,
met name van de bieten en de uien,
terwijl we het van de aardappelen
nog even moeten afwachten.
Wel is het nu zaak om de jonge
planten zo weinig mogelijk te rem
men door ze goed te beschermen
tegen vreterij en schimmels zodat ze
ongestoord kunnen doorgroeien en
zoveel mogelijk van de achterstand
kunnen inhalen.
Want dat er een grote achterstand is
kunnen we toch wel duidelijk zien
aan de enkele percelen die, tussen de
buien door, nog redelijk op tijd zijn
gezaaid. Wel doen zich hier en daar
het straks wel eens krap kan worden
met de grasvoorraad.
De dagen dat de Z.L.M.-manifestatie
worden gehouden naderen met rasse
schreden. Ongetwijfeld zullen ook
weer vele Walchenaren één of meer
dere dagen een bezoek brengen aan
Kruiningen. Met hetgeen daar gebo
den wordt kan men zijn kennis weer
verrijken, terwijl het tevens een ont
moetingsplaats zal zijn voor vele
vrienden en bekenden.
Het zit er in, de zaden en poters. Tot
zaterdagavond laat is er gewerkt om
het zaad aan de akkers toe te ver
trouwen. Een spanning valt weg. Al is
het laat, er kan toch een oogst groei
en.
De praktijk uit de WESTHOEK
geeft dit beeld te zien. Er is van alles
gebeurd. De ene boer zette de poters
in de grond, terwijl de ander de ploeg
van stal haalde en z'n verzopen po
ters onderploegde. Wat er uitstond
was doodgespoten. Opnieuw werd
het pootgoed geplant met de hoop
dat het beter uit zal komen. De rij-
enfrezen rijden van 's morgens
vroeg tot 's avonds laat door ons ge
west. Ze maken van de bonkige rug
gen toch weer gave aardappelbedden
al steekt er hier en daar wat verdord
onkruid boven uit. Het begint er toch
op te lijken. De bieten die boven
staan groeien hard. Hier en daar is de
wiedmachine er door geweest en dat
is direkt al een heel ander zicht.
Overtuigd ben ik wel dat ze op de
Steenbergse kermis niet als een bier
kruikje zullen zijn. Ook de heel vroeg
gezaaide zullen de omvang van het
kruikje niet halen. Ze zijn wel voor
met de meeste percelen maar hebben
een behoorlijke achterstand met an
dere jaren. De vroeggezaaide blok
ken erwten die hier en daar in onze
polders te vinden waren laten het le
lijk zitten. Er zitten zakken in en ze
laten een dunne stand zien. Wat eerst
de trots van de boer was wordt nu
een ergernis. Die ergernis bestaat
dan ook uit de vele wilde duiven die
het bloemetje van de erwt erg lekker
vinden. Een knalapparaat helpt niet
veel. De boer schrikt er meer van dan
de duiven. De vroege soorten gras
zaad staan te bloeien. Met zon en
wind zie je ze stuiven. Wolken van
stuifmeel waaien over het land. En
zo hoort het ook. De hoop komt toch
boven, dat de zon van de laatste da
gen het gewicht van het zaad gunstig
zal beïnvloeden. Het vlas datje heel
schaars in onze Westhoek tegen
komt, staat er ook nog armetierig op.
De slechtste worden de beste, is een
oud gezegde, laten we het daar maar
op houden, maar we zien ze er toch
liever een beetje beter voor staan. De
veeboeren hebben het ook beter naar
de zin. De koeien lopen weer buiten
en verschillende kooiweiden zijn in
gekuild. Ook gedroogd hooi is er al
in de pakken in de schuur gereden.
Schapen scheren is ook aan de orde
en de lammetjes zonder moeder lo
pen aan de dijk. Zij willen nog wel
eens uitbreken en op eenzame tocht
langs de weg gaan trekken.
Zo zien we toch dat onze polders in
juni gaan groeien. Langzaam aan
gaan de bruine stukken land veran
deren in fijn groen dat uitgroeit tot
donkere kleuren groen. We kunnen
ze tellen, tien, elf, maar samen vor
men ze het mooie boerenland.
onkruidproblemen voor als niet tij
dig een voor opkomst bespuiting is
uitgevoerd. Gelukkig dat we nu ook
over" goede na opkomst middelen
beschikken.
De wintertarwe staat er goed bij, en
heeft in de meeste gevallen de 3e
stikstof gehad. Met de steeds groter
en zwaarder wordende machines
worden de sporen er, zeker in een
voorjaar als '83, niet minder diep op
wanneer daar 4 a 5 keer door heen
gereden moet worden. Vooral lastig
op die percelen waar gras voor de
zaadwinning is ingezaaid. Je zit dan 3
jaar met die sporen.
Onze veehouders hebben de afgelo
pen week gelukkig ook veel werk
kunnen verzetten. Het meeste gras
zit nu wel aan de kuil en de weers
omstandigheden waren goed, zodat
hopelijk de kwaliteit straks nog wat
meevalt en de krachtvoerrekening
niet al te hoog wordt.
Als u dit leest staan we aan de voor
avond van onze Z.L.M.-manifestatie
te Kruiningen.
Voor zover nog nodig zou ik u op
willen wekken deze manifestatie bij te
wonen.
Het is enerzijds nuttig en noodzake
lijk voor onze bedrijven om op de
hoogte te blijven.
Anderzijds is het ook een aangename
ontspanning. Zeker na een zo span
ningsvolle tijd die we recent hebben
gehad.
Tot ziens in Kruiningen!
Tijdens de natte periode is er veel
gepraat over bepaalde dingen waar
we in normale voorjaren nooit bij stil
stonden. Zo zijn er kollega's die de
bieten nauwer in de rij zijn gaan
zaaien. Met deze gedachten kunnen
we het eens zijn en zeker bij extra late
zaai. Veel bietenplanten van minder
gewicht kunnen te samen nog een
redelijke opbrengst geven. Andere
kollega's zijn echter van mening, dat
bij inzaai in de maand mei juist op
een wijdere afstand in de rij gezaaid
dient te worden en dan liefst nog op
20 cm. Het blad van de biet is de
suikerfabriek van de boer werd
vroeger op school gedoceerd. Zo is
het nu nog en daarom ruim zaaien,
zodat de bladwerking optimaal kan
zijn en de bieten zich ook optimaal
kunnen ontwikkelen. Twee verschil
lende meningen voor hetzelfde ge
was, maar de tijd zal wel leren welke
de beste is geweest. Toch zijn wij van
mening, dat we met z'n allen veel van
dit extreme voorjaar geleerd hebben.
Het aantal uitzonderingen op de re
gel is zo uitermate groot geweest zo
wel op het gebied van zaaibed klaar
maken, van zaaien, van voor- en
naopkomstbespuitingen en van ver
dere verplegingsbewerkingen. Nim
mer hadden we dit voor mogelijk
gehouden, doch noodgedwongen
kwamen we in zo'n situatie terecht.
Het heeft erg aan ons geknaagd en
veelal vonden we troost bij onze ou
de barometer. Als men er een tik op
geeft dan springt hYj in de richting
van "mooi weer" en dat wilden we
juist hebben. In ons vak zijn we dik
wijls blij: blij als we gezaaid hebben,
blij als we gespoten hebben, blij als
we geoogst hebben en ook blij als we
alles geploegd hebben. Met die in
stelling redden we het door weer en
wind een heel eind in ons vak.
Een ander chapiter waar we de laat
ste paar weken van het aardappelen
poten mee werden gekonfronteerd
was de vergrote afstand in de rij. In
alle stilte is men in ons gewest hier en
daar overgestapt van een pootaf
stand van 33 en 37 cm naar 43 en 47
cm. Dit had niets uit te staan met de
prijs van het pootgoed, doch het is
louter bedoeld voor de sortering bij
de oogst. Er wordt verwacht, dat de
vraag van de handel naar grove
aardappels van de nieuwe oogst
groot zal zijn en wie weet hebben
bovengenoemde telers wel gelijk ge
had en precies in de roos geschoten.
Landbouw is niet zo eenvoudig als
men wel denkt. Deze maand zullen
weer een heleboel jongens en meisjes
hun diploma van de een of andere
vorm van landbouwonderwijs uitge
reikt krijgen. Kennis is macht en dat
heeft ook onze bedrijfstak nodig wil
len we niet ten onder gaan in de
machtstrijd op deez' aard.
De boer die hield de aarde schoon,
hij spoot reglone en gramaxoon.
Voor zwaarder onkruid werd ook
wat bedacht,
Round-up werd intensief
daaropbetracht.
Uit deze les is door een ieder wel
geleerd,
de "vuilte" moet heel jong worden
geweerd.
Nog dagelijks ligt de vervuiling op
de loer,
de aarde bleef schoon dankzij de
boer.
In 't paradijs al werkte A DA M
zich soms krom
en lag zijn EVA veelal badend in
de zon.
In deze geest door alle eeuwen
heen,
bleef de boer al werkend op de
been.
Dit is een feit en zeggen we met
klem,
zo zijn en waren ook de leden van
de Z.L.M.
Tot ziens in KRUININGEN op
het groots festijn,
daar moeten we als lid aan-wezig
zijn.
De Z.L.M. ons machtig sterk
orgaan,
staat op de bres voor ons bestaan.
R.d.S.
17 juni 1 983