"De enorme ontwikkeling van traditioneel naar modern bedrijf heeft me meest getroffen" Arie Korteweg auteur Z.L.M.-Kroniek De aanpak Foto's Ontwikkeling Brief Fusie voor het eerst een vertrouwelijke brief gepubliceerd die de toenmalige voorzitter van de ZLM mr. P. Diele- man op 6/ll/'41 schreef aan alle Kringen met het verzoek om de ZLM in de oorlog niet op te heffen. Ook vermeldt Korteweg de inhoud van de notulen die opgetekend zijn van vergaderingen van het hoofd bestuur dienaangaande. Zoals be kend werd op 17 november van dat jaar beslótèn de ZLM toch op te heffen. Het boek geeft volgens Korteweg ook een andere kijk op de relatie- toen tussen -de Noord-Brabantse Maatschappij en de NCB. "Wat "In het deel van Noord-Brabant staat ergens dat een vergadering van één van de Brabantse afdelingen werd geopend met het zingen van het Wilhelmus. Dat was direkt na de oorlog. Kom daar nu es om. Die tijd was een uitdaging. Veel lag in puin vooral in Zeeland en de manier waarop toen aangepakt werd. Geweldig. Dat moet toch bepaald een ander type mens zijn geweest dan we nu hebben in deze tijd van wel vaart. Dat plan, dat enthousiasme is er nauwelijks nog ook omdat velen deze tijd niet meer zien als een uitdaging en misschien is die er ook wel niet. "Arie Korteweg (71) strijkt es door zijn haar. Hij heeft nog maar een paar dagen geleden de laatste kor- rekties aangebracht in het concept voor de ZLM-kroniek 1944 - 1969. Die mentaliteitsverandering heeft hem sterk getroffen tijdens het op schrift stellen van 25 jaar geschiede nis van de Zeeuwse Landbouw Maatschappij en van de Noord-Bra bantse Maatschappij van Landbouw. Een kwart eeuw, zo merkt hij ter loops op, waarin in de landbouw veel meer is gebeurd dan in de 100 jaar die Professor dr. P.J. Bouman in zijn eerder verschenen boek "Geschie denis van den Zeeuwschen Land bouw en de Zeeuwsche Landbouw Mij, heeft vastgelegd. Korteweg heeft de geschiedenis van de Noord- Brabantse maatschappij zelf mee beleefd in de funktie van secretaris van deze Maatschappij van 1945 t/m 1968. Hij werd secretaris van de Zuidelijke Landbouw maatschappij na de fusie tussen de Brabantse en de Zeeuwse Landbouw Maatschappij eind 1968. Als zodanig ging de West Brabander in 1977 met pensioen. "Ik kwam toen in een behoorlijk gat," zo stelt hij achteraf vast." Ik had altijd een overvolle agenda en dan verval len van de ene op de andere dag plotseling alle verplichtingen. Dat viel toch tegen". Maar stilzitten kon hij niet en anderen wisten dat maar al te goed. Zo werd hij al gauw voorzitter van de Oudheidkundige Kring in Zevenbergen die net op het punt stond een oud gerestaureerd pand in te gaan richten. Dat vroeg eerst veel arbeid maar na verloop van een paar maanden werd het weer rustiger. En toen kwam het verzoek van het bestuur van de ZLM of ik er voor voelde om de geschiedenis van de NoordBrabantse en de Zeeuwse Landbouw Maatschappijen vast te leggen. Van 1944 tot 1969. "Nou dat kwam wel goed uit want dan kon ik tenminste weer vooruit met zinvol werk. Maar, bekent hij nu, als ik vooraf geweten had dat het zoveel werk zou zijn dan had ik niet zo snel ja gezegd. Maar achterafkan ik toch zeggen dat ik het met ontzettend veel plezier heb gedaan". In overleg met het Dagelijks Bestuur van de ZLM besloot de oud-secreta ris de Rijk historie van de beide maatschappijen vast te leggen in een jaarsgewijze chronologisch over zicht, waarbij Kortewegs persoon lijke stijl en inschatting van de ge beurtenissen uiteraard aanwezig is zonder dat dit ook maar in de ge ringste mate ten koste is gegaan van de objektiviteit,zo meent hij oprecht. Hij begint zijn opdracht met op het ZLM-kantoor in Zevenbergen alle notulen te lezen uit de vast te leggen periode. Voorts alle landbouwbla den. Niet alleen van de ZLM maar ook die van de Landbode,toen nog de spreekbuis van de Noord-Bra bantse Maatschappij. Verder door vorste hij de archieven, jaarstukken, brieven enz. enz. enz. Onderwijl werden talloze aantekeningen ge maakt en bij het herlezen werd het 17 juni 1 983 Manifestatiebijlage eerste concept op papier gezet. Kor teweg pakte eerst de geschiedenis van de Brabantse Maatschappij aan omdat hij daarvan zelf eigenlijk erg veel heeft meegemaakt als secretaris. Om de inhoud zo toegankelijk mo gelijk te maken wordt vooraf bij elk jaar-elk jaar is een hoofdstuk-eerst een korte opsomming gegeven van de belangrijkste zaken. Vervolgens worden deze dan nader uitgewerkt onder de gelijknamige kopjes. Steeds wordt in de korte opsomming van te behandelen zaken zoveel mogelijk -dezelfde volgorde aangehouden. Voordeel van deze systematiek is dat de lezer van elk jaar snel bijvoor beeld het kopje EEG-beleid op kan zoeken en het daarbij behorend stukje lezen, zodat de lezer efficiënt een overzicht van de ontwikkeling van de EG in die kwart eeuw ter be schikking krijgt, althans gezien na tuurlijk vanuit de beide landbouw- maatschappijen. Op deze wijze zijn ook alle andere onderwerpen be handeld als de mechanisatie, het Landbouwschap, de overschotten- problematiek enz. enz. Korteweg schat dat het hele karwei hem 4 jaar lang gemiddeld toch wel drie uur per dag heeft beziggehou den. Daarin zit ook nogal wat extra tijd die een omvangrijke herschrij ving van het Noord-Brabantse deel vergde nadat het hoofdbestuur van de ZLM had besloten de geschiede nis van de beide maatschappijen toch maar in één boek samen te brengen. "Het deel van Noord-Bra bantse Maatschappij was toen al klaar en ter voorkoming van dou blures moest ik toen dat hele verhaal herschrijven. Mede daardoor is ook de Zeeuwse kroniek uitvoeriger ge worden dan de Brabantse die is ver vat in ca. 210 pagina's terwijl de Zeeuwse het dubbele nl. 420 pagina's têlt. In totaal telt de Kroniek liefst 630 bladzijden met daarin talrijke interessante foto's. Het verkrijgen van de talloze gegevens was voor Korteweg niet het grootste pro bleem: in Zevenbergen was het ar chief van de Brabantse Mij en een zeer belangrijk deel van de door te nemen stof was in de betreffende ja ren door hemzelf geschreven, be leefd of gedikteerd. Voor beide delen maar met name voor de Zeeuwse geschiedenis kon Korteweg behalve op het ZLM-archief in Goes een be roep doen op een Begeleidingscom missie o.l.v. de vroegere voorzitter van de ZLM ir. M.A.Geuze. Met deze commissie werd een vijftal ke ren vergaderd en met opname van een aantal aardige voorvallen van persoonlijke aard daar verteld, heeft hij de leesbaarheid van het boekwerk zijns inziens zeker vergroot. Dat is uiteraard evenzeer het geval met de opgenomen foto's en kaarten die de aanspreekbaarheid en de toeganke lijkheid van het boek niet onaan zienlijk hebben verhoogd. "Dat vond ik eigenlijk het leukste," vertelt Kor teweg verder, „Het opzoeken van de foto's, 't Is of je daarmee de puntjes op de i of de kleur aan het boek geeft. Een groot deel van de ca. 150 foto's markeren mijlpalen in ontwikkelin gen. Zo is er bijv. een foto opgeno men die genomen is ter gelegenheid van de opening van het Eerste Coö peratieve Aardappelkoelhuis in Zee land op St. Philipsland. Maar ook foto's van de Watersnood, Hoofd besturen en Kringbesturen. Het op zoeken van vooral de laatste was soms een heel gedoe". Wat is hem nu het meest opgevallen bij zijn speurwerk en wat heeft hem het meest getroffen? Korteweg: "De enorme ontwikkeling van het tradi tionele bedrijf naar het moderne be drijf. In Oost- en Midden-Brabant van het kleine gemengde bedrijf naar de intensieve veehouderij van nu en in Zeeland naar het gespecialiseerde akkerbouwbedrijf. Die hele ontwik keling die ik als het ware twee keer meegemaakt heb, eerst als bestuurder Arie Korteweg voor het museum van de Oudheidkundige Kring en nu als auteur van dit boek heeft me zeer gefrappeerd. Bewonderenswaar dig wat op dit gebied in Nederland en ook in onze kontreien is gepres teerd". Als meest boeiend heeft hij de ge schiedenis van de Zeeuwse Maat schappij ervaren. Vooral de periode's na de oorlog en na de watersnood ramp zijn, vindt hij interessant". "Met bewondering heb ik opnieuw gekonstateerd met welk een vasthou dendheid die Zeeuwen hun gebied weer hebben opgebouwd. Ook de sterk stimulerende rol van de Land bouw Maatschappij is daarbij opval lend, aldus de West Brabantse auteur die verder heeft gekonstateerd dat veel problemen in die 25 jaar zo goed als dezelfde zijn gebleven. Hij noemt de vestigingseisen. Zo waren er direkt na de oorlog al problemen met fa brieksarbeiders die in Oost-en Mid den-Brabant kippen en varkens gin gen houden. Konkurrentievervalsing vonden de boeren toen en deze ont wikkeling werd inderdaad voor een deel afgestopt. Wat ook onveranderd is gebleven zijn de afhankelijkheid van het weer en de onvoldoende ver rekening van de kosten in het prijs beleid. Anderzijds zijn er toch ook wel zaken die sterk zijn gewijzigd. "De opkomst van de mechanisatie is overweldigend en ook de manier waarop Nederland ingesprongen is op de mogelijkheden die de EG bood voor de export van landbouwproduk- ten is fenomenaal. Volgens mij vooral dankzij het drieluik,onderwijs, voor lichting en onderzoek die wij in Ne derland ingezet hebben. Met name denk ik, dat daartoe enorm veel heeft bijgedragen de manier waarop de georganiseerde landbouw de Vak technische en Sociaal Economische Voorlichting heeft ingeschakeld." Met de verschijning van het boek wordt, voorzover Korteweg weet. daarover tot nu toe in de openbaar heid is gebracht, werd altijd gepre senteerd vanuit de zienswijze van de NCB. In dit boek wordt er nu es van de kant van de Noord-Brabantse Maatschappij tegenaan gekeken. Uit het boek blijkt dat er sprake was van een botsing tussen beide waarbij de rol van de NCB bepaald niet alle lof verdient. "Want wij als maatschappij werden echt geboycot en het konflikt liep op een bepaald moment zelfs zo hoog op dat onze leden uitgesloten werden van het lidmaatschap van fok- en contröleverenigingen, iets wat rechtens helemaal niet kon". Daarvoor is Korteweg zelf nog naar Den Haag geweest waar de NCB tenslotte aan het kortste eind trok. Nauwkeurig en objektief is dit alles in de Brabantse kroniek vastgelegd Gelukkig," voegt Korteweg er aan toe," zijn de verhoudingen later snel verbeterd, en nu prima te noemen. Een interessant onderdeel van de juist gereed gekomen geschiedschrij ving is volgens Korteweg ook het slot: de fusie en de vele aspekten die daar om heen van belang zijn geweest. "Ik ben ervan overtuigd dat dit samen gaan een zeer goede zaak is geweest voor de leden van beide maatschap pijen want naar beide zijden heeft een bevruchting plaatsgevonden die zo wel de Brabantse veehouderij als de Zeeuws akkerbouw tot nut is gewor den. Ik ben blij dat ik die ontwikke lingen door het schrijven van dit boek twee keer mee heb mogen maken..." J. Wierenga Kroniek 1944-1969 van de Zeeuwse Landbouw Maatschappij en de Noord-Brabantse Maatschappij van Landbouw". Auteur A. Korteweg te Zevenbergen. Druk: Drukkerij van der Peyl-Kruiningen BV. Prijs f40-.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 27