"Het land lijkt meer op
schorren dan op een akker
Dagelijks bestuur K.N.L.C. op
bezoek bij de Z.L.M.
R. van Gorsel te Oud-Vossemeer op Tholen:
Het voorjaar van 1983 wordt ge
kenmerkt door het ontbreken van
perioden van 1 a 2 weken droog
weer. Daardoor moesten zaai- en
pootwerkzaamheden van de boe
ren in ons werkgebied, in ons land
en in grote delen van de EEG zo
zeer uitgesteld worden dat er een
benarde situatie dreigt te ontstaan.
Over enige weken verstrijkt de tijd
waarbinnen de voorjaarswerk
zaamheden dienen te worden afge
rond. Zaai- en pootwerkzaamhe
den nadien geven ernstige reduk-
ties van de opbrengsten te zien. Wij
hebben willekeurig in ons werkge
bied enige boeren opgezocht en de
reakties van enige kollega's via de
telefoon opgevraagd. Hier de
weerslag daarvan, (red.)
De heer R. v. Gorsel in een gewas
goede aardappelen. "Dit is op
Tholen helaas een hoge uitzonde
ring, de meeste akkers zijn net
schorren...
Naast de schuur van landbouwer
M.A. Geuze te Oud-Vossemeer
op Tholen was dinsdag en
woensdag j.l. wel een heel onge
bruikelijk tafereel te zien: op het
erf een grote aardappelstortbak
met daarachter een zeefband.
Rondom zakken met pootaar-
dappelen die één voor één in de
stortbak worden 'gerold door de
heer Geuze. Zijn echtgenote
wrijft de kiemen van de aardap
pelen en buurman Rien van
Gorsel vangt de van kiemen ont
dane Bintje-pootaardappelen
weer op in een speciaal voor deze
situatie in elkaar gelaste oude
opzakinrichting van een zakken-
rooier die na bewezen diensten
allang afgedankt was en ergens in
een hoekje stond te roesten. De
heer Geuzë gunt zich een mo
ment rust en zegt: "Ja, dit is toch
wel een uniek gebeuren. Dat we
om deze tijd in het voorjaar de
aardappelen om moeten zetten
omdat ze te ver zijn uitgesproten.
Extra werk en extra kosten en de
kwaliteit van het pootgoed wordt
er natuurlijk ook niet beter op".
De heer Geuze is een van de vele
boeren die als gevolg van de zeer
ongunstige weersomstandighe
den vrijwel al zijn aardappelen
nog boven de grond in steeds
maar opnieuw nat wordende
zakken heeft staan. Twintig ton
pootgoed moet hij over de stort
bak draaien om die binnenkort -
naar hij vurig hoopt - op zo'n tien
hektare uit te kunnen zetten.
Buurman van Gorsel die hem bij
dit karwei helpt, heeft op 9 maart
al 2 ha vroege aardappelen ge-
13
plant (Doré) om die aan de vei
ling af te leveren.
Schorren
Van Gorsel is daar achteraf zeer
mee ingenomen want die staat er
nu zeer goed voor. Maar na 9
maart heeft ook hij geen kans
meer gezien de resterende hekta-
res nog te bewerken en van poot
goed te voorzien. Enige dagen
geleden dacht hij het te kunnen
proberen en vol goede moed ging.
hij met trekker en machine naar
het land om bieten te zaaienNog
maar goed en wel op het land
aangekomen moest hij de poging
opgeven en trekker en machine
laten staan: "Veel te nat. Ik weet
niet hoe het elders is maar hier op
Tholen en St. Philipsland lijkt het
land op veel plaatsen meer op
schorren dan op akkers. Veel land
is hier dichtgeslibt en na een flin
ke bui staan er meteen weer plas
sen. Als het eind van deze week
nóg niet is verbeterd dreigt hier
een noodsituatie want in feite heb
je dan nóg een week nodig en dan
zitten we op eind mei en is het te
laat". Van Gorsel noch Geuze
zeggen te zullen wachten tot het
land er optimaal voor ligt.
Knoeien
Als het enigszins kan gaan ze er
tegenaan. Maar ze wachten wel
zo lang mogelijk want de toch al
slechte struktuur van de grond
wordt er met knoeien natuurlijk
alleen maar slechter op. "En als
het er straks na dat geknoei in zit
en het blijft van de zomer een
aantal weken droog dan heb je
nog niets want dan komen de
bieten, uien en erwten niet door
die harde korst of ze verdrogen".
Zij hopen na het zaaien en poten
op een vrij natte zomer en een
gunstig najaar. Dat zou nog iets
goed kunnen maken en de prijzen
natuurlijk ook nog.
Lakoniek
De heer M.J. Stoutjesdijk in de
Peukepolder op Tholen heeft ook
nog niet veel kunnen doen. Hij
moet nóg zaaien: 20 ha bieten, 5
ha erwten, en 3 ha uien en ca. 18
ha aardappelen moet hij nog po
ten. Wintertarwe en graszaad zit
bij hem goed. Hij blijft onder de
gegeven omstandigheden vrij
rustig en zegt nogal lakoniek:
"We maken als boeren wel es va
ker tegenslagen mee. Je kunt er
verder toch niets aan doen.
Bovendien heb ik veel andere za
ken aan mijn hoofd zodat ik er
ook niet zozeer mee bezig ben.
Hoewel, onwillekeurig zit je er
natuurlijk toch wel mee". Hij be
nut de gedwongen pauze in het
voorjaarswerk en last een soort
sleep in elkaar met daarachter
aan vastgekoppeld een aantal
tanden.
Een bui
"Dit is een eigen ontwerp waar
mee ik het land voor bieten en
uien naar mijn idee goed klaar
kan maken. In één werkgang
sleep ik het eerst glad en daarna
maak ik de grond met de tanden
eventjes los, zo maar een paar
centimeters. Vooral bij dit soort
extreme situaties lijkt me dat een
goede oplossing", aldus de heer
Stoutjesdijk. Overigens zit hij wat
de struktuur van de grond en de
hoeveelheid neerslag betreft nog
niet zo slecht. Er zijn in de Peu
lepolder geen plassen, zo zegt hij,
maar steeds als het land weer zo'n
beetje klaar ligt dan krijgen we
weer een bui. Je kunt gewoon niet
beginnen".
Zaaibed
Hij vraagt zich overigens af wat er
terecht komt van wat de laatste
weken gezaaid is. Het is toch
steeds te koud geweest en als er
straks een droge periode komt
dan kan dat nog wel eens tegen
vallen. "Ik heb zo'n idee dat de
gene die wacht en een goed zaai
bed krijgt nog wel es goed zou
kunnen komen te zitten. De
struktuur in de Peukepolder is
nog steeds goed, zo zegt hij. Maar
op ideale zaai- en pootomstan-
digheden kun je natuurlijk niet
meer wachten. Zodra het een
paar dagen droog is geweest en de
situatie is redelijk wel dan begin
ik natuurlijk direkt want de tijd
gaat wel dringen. Overigens
merkt hij nog op dat aan het eind
van het jaar pas zal blijken wat
goed geweest is en wat niet en
daarbij spelen de prijzen voor de
produkten natuurlijk ook een rol.
Karweitjes
De heer Schippers uit Kats op
Noord-Beveland laat zijn hu
meur door de omstandigheden
niet bederven. "Ik denk er wel
voortdurend aan want we (de
heer Schippers vormt met de he
ren Breure en de Regt een kom-
binatie) moeten nQg 37 ha aard
appelen planten en nog 8% ha
bieten zaaien, maar je kunt er
verder toch niets aan doen".
Schippers doet wat karweitjes en
maakt een groot paneel met
elektrische schakelaars klaar voor
het koelhuis. Reeds 2 keer heeft
hij de pootaardappelen overge-
stort om de kiemen in bedwang te
houden. "Morgen voor de derde
keer, zo zegt hij en als het dan
droog blijft gaan we misschien
vrijdag poten. Drie ha heeft hij
erin en die staan goed. Van de
nog te planten aardappelen vct-
wacht hij zonder meer een gerin
gere opbrengst maar hoeveel
minder valt niet te zeggen want
dat hangt natuurlijk sterk af van
het weer van de zomer en in de
herfst. Datzelfde geldt ook voor
andere nog te zaaien gewassen
zoals bieten e.d.
J. WIERENGA
De heer M.J. Stoutjesdijk van Tholen blijft rustig. Hij gebruikt
de tijd om een aangepast werktuig in elkaar te lassen.
De heer Schippers uit het Noord-
Bevelandse Kats bij al twee keer
van kiemen ontdane pootaardap
pelen.
Het dagelijks bestuur van het Ko
ninklijk Nederlands Landbouw
Comité (K.N.L.C.) heeft op
maandag 16 mei een werkbezoek
gebracht aan het werkgebied van
de Z.L.M. De gebruikelijke rond
rit ging deze keer door West
Zeeuws-Vlaanderen.
In de rondrit was een bezoek op
genomen aan de vestiging van de
aardappelafzetorganisatie voor
Zuid-West Nederland b.v. te
Breskens en aan het akkerbouw
bedrijf van de voorzitter van het
K.N.L.C. ir. David Luteijn te
Zuidzande. 's Avonds was er een
gezamenlijke bijeenkomst van de
dagelijkse besturen van het
K.N.L.C. en de Z.L.M. waarbij
vanuit de Z.L.M. tal van zaken ter
sprake werden gebracht: Veel
aandacht werd er besteed aan de
gevolgen van het aanhoudende
slechte weer voor de land- en
tuinbouw. Ook tijdens de rondrit
werd duidelijk dat er langzamer
hand sprake is van een alarme
rende situatie die gemakkelijk
dramatische vormen kan aanne
men. In West Zeeuws Vlaanderen
is er dit voorjaar drie maal zoveel
regen gevallen als vorig jaar (62
mm tegen 188 mm nu). Andere
zaken die tijdens de bespreking
aan de orde kwamen waren onder
meer: de nieuwe pachtnormen,
de wildschadeproblematiek, de
wijziging van de wet uitkering
wegen, de zogenaamde adminis
tratieve ruilverkaveling, art. 6 lid
4 van het pachtnormenbesluit in
zake de vervangingswaarde, de
toepassing van de hinderwet en
de konsekwenties van de bezui-
De dagelijkse besturen van het K.N.L.C. en de Z.L.M. op het bedrijf
van de voorzitter van het KNLC ir. D. Luteijn (wijzend in het midden).
nigingen op de sociaal-ekonomi-
sche voorlichting (s.e.v.).
De exkursie werd begeleid door
het (dagelijks) bestuur van de
kring West Zeeuws Vlaanderen
van de Z.L.M. Tijdens de rit ga
ven de heren P. Risseeuw, Iz. de
Hullu, A. Dhondt en J.I. Ris
seeuw uitleg. Na afloop bleek het
gezelschap zeer erkentelijk voor
de perfekte organisatie van de
exkursie. Overigens maakten de
kringbestuursleden van de gele
genheid gebruik om bij het
K.N.L.C. krachtig te pleiten voor
een betere verkaveling in West
Zeeuws-Vlaanderen.
Ir. Luteijn zei in zijn slotwoord
zich duidelijk bewust te zijn van de
enorme spanning waaronder de
boeren momenteel staan. Daarbij
komt dat Nederland in Europees
verband vrij kwetsbaar is. In na
tionaal verband echter zal de
georganiseerde landbouw zich
sterk moeten maken voor de in
vulling van de kollektieve lasten
verlichting op een aantal specifie
ke punten. Tenslotte zei de heer
Luteijn te geloven dat de Neder
landse land- en tuinbouw het ook
op de langere termijn zal moeten
hebben van de gezondheid en de
kwaliteit van de produkten.
20 mei 1983