Grondbewerking en zaaitijd van mais
Gedragsproblemen bij landbouw
huisdieren geven nadelige
konsekwenties voor praktijk
Ophokplicht duiven in
Noord-Brabant
Dr. ir. J.H.M. Metz:
Verhoeven b.v. te
Leende nieuw MF- en
Komatsu-dealer
Mais vraagt evenals de meeste andere gewassen een bezakte bouwvoor.
Natuurlijk bezakte grond is het meest ideaal maar daar komt in de
praktijk niet veel van terecht. Vooral ten behoeve van de mais moet er
tot laat in het voorjaar drijfmest uitgereden worden. Om toch te kunnen
zaaien op bezakt, althans aangedrukt land heeft het wiel aan wiel
aanrijden enkele jaren geleden vrij algemeen ingang gevonden. De
hierbij optredende wielsporen geven echter aanleiding tot een behoor
lijke verdichting van de grond. Een goede en snelle doorworteling van
de grond door het jonge maisgewas wordt hierdoor sterk afgeremd. Cranendonck
'In één werkgang ploegen, aandrukken en zaaiklaar maken
schraling van de grond hoeft op te gewenst zijn indien verdichtingen in
treden. Zo'n diepere bewerking kan de ondergrond voorkomen. Een die-
Overbezetting van de vreetruimte bij melkkoeien en de huisvesting van
varkens op kale vloeren en het aanbinden van deze dieren geeft ge
dragsproblemen bij landbouwhuisdieren en in het verlengde daarvan
heeft dit nadelige konsekwenties voor de praktijk.Dit was de kern van
een lezing die dr. ir. J.H.M.Metz, wetenschappelijk medewerker van de
Vakgroep Veehouderij van de Landbouwhogeschool te Wageningen,
hield op de algemene vergadering van de Stichting Gezondheidsdienst
voor Dieren in West-en Midden-Nederland vrijdag 25 februari j.l. te
Alphen aan de Rijn.
Het gebruik van de vorenpakker.
Op de meer gespecialisseerde akker
bouwbedrijven op de zandgrond
heeft de laatste jaren het gebruiken
van een vorenpakker vrij algemeen
ingang gevonden. In één werkgang,
dus tegelijk met het ploegen, wordt
de grond aangedrukt en zaaiklaar
gemaakt. Er ontstaan geen verdich
tingen omdat de vorenpakker de
grond regelmatig over de hele
bouwvoor aandrukt. De voorkeur
wordt gegeven aan een dubbele vo
renpakker die desgewenst uitgerust
wordt met een ^erkruimelrol of een
egge. Met deze grondbewerking
wordt bij voorkeur gewacht tot kort
voor het zaaien. Het zaaibed krijgt
dan niet de kans te ver uit te drogen
en er kan tot het laatste moment
drijfmest aangewend worden.
De vastetandcultivator
In plaats van de ploeg komt de laat
ste jaren de vastetandcultivator in
combinatie met vorenpakker en ver-
kruimelrol in gebruik. Deze combi
natie maakt een diepere grondbe
werking mogelijk zonder dat ver-
De heer Metz konstateerde dat het
welzijnsonderzoek thans door de
overheid in samenwerking met het
bedrijfsleven zeer wordt gestimu
leerd. Wel dreigt het gevaar dat men
steeds maar onderzoeksresultaten
laat verzamelen maar dat daarmee
door de overheid en de praktijk niets
wordt gedaan. "Doeltreffend hande
len is geboden want het gaat er
geenszins om om de belangen van de
veehouders te schaden. Integendeel,
het gaat erom de ernstige aanpas
singsproblemen bij de dieren door
verbeterde huisvesting en behande
ling te ondervangen zodat daarvan
ook de boer profiteert", aldus dr. ir.
Metz.
Huisvesting varkens
De heer Metz noemde centrale knel
punten rond het welzijn van varkens
de huisvesting op een kale vloer en
het aanbinden van de dieren. Deze
factoren treft men dikwijls in combi
natie met elkaar aan bij zeugen in het
kraamhok en de aangebonden
drachtige zeugen. In het kraamhok
geven zulke omstandigheden aanlei
ding tot de ontwikkeling van ge
stoord gedrag, zoals zeer vaak wisse
len van liggen en staan, het veelvul
dig schrappen met de voorpoot over
een kale bodem, stangbijten of het
intensief bewroeten van allerlei de
len van de stalinrichting. Ten op
zichte van het vrije strohok vertonen
zeugen in een kraamhok met kale
bodem ook een verlaagde produktie
van antistoffen in het bloed. Via de
biest beïnvloedt dit de weerstands-
opbouw bij pasgeboren biggen. Een
verbetering van situatie voor aange
bonden varkens is te bereiken door
niet van een kale bodem uit te gaan
maar enig stro of ander instrooima-
teriaal te verstrekken.
Vleeskalveren
Bij vleeskalveren in individuele
houten boxen concentreren de wel
zijnsproblemen zich volgens de heer
Metz op een te beperkte ligruimte
met storingen in het liggedrag, het
gebrek aan oriëntatie in de omgeving
en het gemis van sociaal contact.
Momenteel is de groepshuisvesting
van vleeskalveren in onderzoek. Dit
systeem levert voor het welzijn van
het kalf aanzienlijke verbeteringen
op. Een beperking is echter dat dik
wijls navelzuigen en urinedrinken
optreedt. Dit euvel zal verholpen
moeten worden, wil men de groeps
huisvesting routinematig kunnen
toepassen.
Overbezetting melkvee in stal.
Een nieuw probleemveld betreffen
de het welzijn van melkvee betreft de
overbezetting van ligboxenstallen.
Wanneer er meer koeien in de stal
worden gedaan dan er ligboxen zijn.
dan neemi de ligtijd van de ranglage
dieren bijna evenredig met de om
vang van de overbezetting af. Ook
treedt er meer agressie op in de kop
pel: de dieren proberen elkaar uit de
ligboxen te verjagen. Een volgend
effect is dat meer dieren overgaan tot
pere bewerking vraagt echter wel
veel trekkracht. De meeste loonwer
kers beschikken hier wel over en dat
maakt deze methode van grondbe
werking tot een typische loonwerkers
aangelegenheid. Verdichtingen in de
ondergrond zijn overigens ook goed
op te heffen door op de ploeg on-
dergrondwoelers te monteren.
Wat leert het onderzoek?
Op proefboerderij "Cranendonck"
werd in 1981 door ing. L.M. Lumkes
van het PAGV een uitgebreid on
derzoek naar grondbewerking voor
snijmais gedaan. Hierbij werd met de
vorenpakker zowel achter de ploeg
als in combinatie met de vastetand
cultivator in één werkgang een goed
zaaibed.voor mais verkregen. De ge
middelde opbrengst van deze proef
was 17,6 ton drogestof per ha. Door
een diepere grondbewerking met de
vastetandcultivator werd een diepere
beworteling bereikt en de opbrengst
steeg tot 18,6 ton d.s. per ha. Ook in
1982 heeft men op Cranendonck er
varen dat een diepere grondbewer
king zinvol kan zijn. Achterblijven in
groei en ontwikkeling van de mais op
bepaalde perceelsgedeelten als ge
volg van droogte bleek zijn oorzaak te
hebben in het vóórkomen van
ploegzolen die een diepere beworte
ling van de mais verhinderden.
De zaaitijd van mais
Bij zaaitijdenproeven op Cranen
donck werden in '81 en '82 drie
zaaitijden aangehouden t.w. 25 april,
5 mei en 15 mei. Er werd een van de
damslapen, dat wil zeggen liggen in
het looppad. Lang gedwongen staan
valt de koeien zwaar, afgezien nog
van de extra problemen die dit op
roept bij zieke en kreupele dieren.
Op grond van de beschikbare on
derzoeksgegevens wijst Metz iedere
vorm van overbezetting van ligboxen
af.
Overbezetting vreetruimte
Overbezetting van de vreetruimte
levert ook problemen op. Wanneer
koeien gedwongen worden na elkaar
te eten vanwege een te gering aantal
vreetplaatsen, ziet men als reactie
meer onderlinge agressie in de kop
pel, zowel bij de vreetplaats als in de
loopruimte. De voeropname van
ranglage dieren neemt af, en dat
heeft nadelige gevolgen voor de pro
duktie. Dit op zichzelf betekent al
dat overbezetting van de vreetruimte
In aansluiting op een berichtje varnde
vorige week wordt het volgende mee
gedeeld: De duivenhouders in
Noord-Brabant zijn verplicht in 1983
hun duiven zodanig opgesloten, te
houden dat uitvliegen op of over
gronden van anderen wordt verhin
derd in de periode van 15 maart tot 1
juni. Deze verplichting geldt niet voor
de tijd gelegen tussen 6.00 en 8.00 uur
en tussen 18.00 uur en een half uur na
zonsondergang. De verplichting geldt
evenmin voor zaterdagen, zondagen
en de algemeen erkende feestdagen.
Naast de postduiven kunnen de ver
wilderde duiven ook schade veroor
zaken aan landbouwgewassen.
Wanneer er geen ophokplicht geldt
voor de postduiven is bestrijding van
de verwilderde duiven een probleem
omdat een jager terecht bevreesd is
dat hij daarbij postduiven afschiet.
Nu in een bepaalde periode een op
hokplicht voor postduiven van
kracht is, is het mogelijk dat de jager
in deze periode de verwilderde dui
ven bestrijdt zonder dat hij in bete
kende mate het gevaar loopt dat hij
postduiven afschiet.
De agrariërs in Noord-Brabant kun
nen van deze gelegenheid gebruik
maken om de jachthouders te ver
zoeken om extra aandacht te beste
den aan de bestrijding van verwil-
vroege/middenlate en een van de
middenlate/late rassen gezaaid.
Zaaitijdenproeven^ staan uiteraard
nogal onder invloed van het weer
waardoor de resultaten van jaar tot
jaar sterk kunnen wisselen. De op 5
mei gezaaide mais gaf in deze twee
jaren de beste opbrengst. Het vroe-
ge/middenlate ras gaf bij zaaien op
25 april 5% opbrengst minder. Zaai
en op 15 mei gaf eveneens 5% minder
opbrengst. Zaaien op 25 april gaf bij
het middenlate/late ras echter de
zelfde opbrengst als zaaien op 5 mei.
Zaaien op 15 mei gaf bij dit ras ech
ter 14% minder opbrengst. Hier komt
in feite naar voren datgene wat eer
der al bekend was. Middenlate/late
rassen vragen nl. een wat vroegere
zaai, dan de vroege/middenlate ras
sen en bij laat zaaien dient men zeker
geen middenlaat/laat ras te gebrui
ken,.
Enkele praktische ervaringen bij dit
onderzoek zijn:
- later zaaien geeft een langer en
hladrijker gewas,
- laat zaaien verhoogt de kans op le
gering.
- laat zaaien geeft een lager drogestof
gehalte.
- vroeg gezaaide mais kan iets beter
tegen droogte,
- wat de opbrengst betreft kan het
effect van laat zaaien niet gekom-
penseerd worden door laat oogsten.
CRA Waalre,
C.M. van Nostrum.
dr.ir. J.H.M. Metz
voor de boer onaantrekkelijke as
pecten heeft. Produktieverlies lijkt
alleen te voorkomen, wanneer de
krachtvoergift hoog is en de koeien
voor hun totale voeropname minder
op het gebruik van het voerhek zijn
aangewezen, aldus de heer Metz.
derde duiven.
Het is wel nodig dat de jachthouder
vooraf een opdracht ex. art. 54 van
de Jachtwet vraagt bij de direktie
Faunabeheer.
Brinkmann Niemeijer N.V.,
Zutphen, importeurs voor o.a. Mas-
sey-Ferguson en Komatsu grond-
verzetmaterieel melden een dealer
en service overeenkomst gesloten te
hebben met Verhoeven b.v. te Leen
de (N. Br.) voor het komplete pro
gramma grondverzet materieel ge
voerd door B N.
Hiermede komt een einde aan een
jarenlange samenwerking tussen B
N en Th. van de Vrande te Beek en
Donk op het gebied van de verkoop
en service van de bekende Massey-
Ferguson graaflaadkombinaties.
Een aktiviteit die, voor het Zuiden
des Lands, naast het komplete Ko
matsu programma, in de toekomst in
handen zal zijn van Verhoeven b.v.
te Leende.
Op de C R. Waiboerhoeve worden proeven genomen met de opfok van kalveren
in éénlingboxen en in groepsboxen met voeding van kunstmelk in een emmer of
vat met kunstspeen.
16