Gewestelijke Raad Zeeland vreest vertraging uitvoering ruilverkavelingen Landbouwschap pleit voor overdrachtsregeling Als gevolg intrekking Wet Uitkering Wegen In 1982 bijna 40.000 hektare ruilverkaveling aangenomen Vergoeding niet-gebruikte vakantiebonnen Nieuwe vakantiebonnen voor de landbouw Het gevaar dreigt dat een aantal ruilverkavelingen in de knel komt door het plan van de regering om de Wet Uitkering Wegen in te trekken Het gaat daarbij om wegen, die nu nog worden onderhouden door waterschappen en bij intrekking van de wet met gesloten beurs worden overgedragen aan de gemeenten. Met name waterschappen in ruilverkavelingsgebieden, die opdraaien voor een flink deel van de investeringskosten om wegen te verbeteren, voelen er weinig voor hier nog veel geld in te steken. Zij blijven immers straks met de kapitaals- lasten zitten. Volgens het Landbouwschap heeft dit tot gevolg, dat deze wegen niet worden verbeterd of dat de werkzaamheden in ruilverkavelingsgebie den sterk worden vertraagd. Dit geldt met name voor de nieuwe ruil verkavelingen in Noord- en Zuid-Holland en Zeeland, zo zet het Landbouwschap uiteen in een brief aan de Vaste Kamerkommissie voor Verkeer en Waterstaat. Alle zeven ruilverkavelingen, waar over in 1982 is gestemd, zijn aange nomen. Het betreft een gezamenlijke oppervlakte van 39.704 ha, waarvan in ons werkgebied de ruilverkaveling Etten-Leur-Rucphen (Noord-Bra bant) met 5.462 ha. Daarnaast is ook het raamplan voor Tubbergen (4.300 ha) in uitvoering genomen. Van een zestal ruilverkavelingen met een gezamenlijke oppervlakte van 29.652 ha is in 1982 de akte van toe deling gepasseerd, waarmee de overgang naar de nieuwe eigendom men feitelijk is gerealiseerd. Van nog eens zes ruilverkavelingen, met een gezamenlijke oppervlakte van 33.316 ha, is de lijst van geldelijke regelin gen afgesloten, waarmee deze ruil verkavelingen formeel zijn beëin- Zoals elders reeds werd gepubli ceerd, vangt per 1 april 1983 een nieuw boekjaar aan van het vakan tiefonds voor de Landbouw. Dit be tekent tevens, dat met ingang van deze datum door de werkgevers geen vakantiebonnen van het boekjaar 1982-1983 meer aan de in hun dienst zijnde losse werknemers mogen worden verstrekt. Met nadruk wordt erop gewezen, dat de vakantiebonnen van het boekjaar 1982-1983 na 31 maart 1983 niet meer bij de Rabobanken in voorraad zijn. Werkgevers, die alsdan nog bonnen van het boekjaar 1982-1983 (uitgif tegeldigheid tot en met 31 maart 1983) in hun bezit hebben, kunnen deze vanaf 1 april 1983, ter terugbe taling van de tegenwaarde daarvan, toezenden aan "De Administratie van het Vakantiefonds voor de Landbouw, Buitenrustweg 3, 2517 KD 's-Gravenhage". digd en de inning van de ruilverka velingsrente door het Rijk voor deze blokken is aangevangen. Van kavelruilovereenkomsten zijn in 1982 van in totaal 114 objekten voor een gezamenlijke oppervlakte van 3.057 ha de akten gepasseerd. In dit jaar hebben zich per saldo 120 ob jekten voor kavelruil aangemeld, zo dat er momenteel 200 objekten in behandeling zijn. Voor een oppervlakte van totaal rond 615.000 ha is nu integrale land inrichting in uitvoering, verdeeld over 110 projekten. In 1982 is voor een oppervlakte van 42.000 ha land inrichting in voorbereiding geno men. Momenteel is voor een totale oppervlakte van rond 450.000 ha landinrichting in voorbereiding, ver deeld over 80 projekten. De aandacht van werkgevers en werknemers wordt gevestigd op het feit, dat per 1 april 1983 een nieuw boekjaar ingaat van het vakantie fonds voor de landbouw, hetgeen ge paard gaat met het in omloop brengen van nieuwe vakantiebonnen. Met nadruk wordt erop gewezen, dat de vakantiebonnen van het boekjaar 1982-1983 na 31 maart 1983 niet meer bij de Rabobanken in voorraad zijn. De nieuwe bonnen hebben een uit giftegeldigheid van een jaar, name lijk van 1 april 1983 tot en met 31 maart 1984. De bonnen zullen worden uitgege ven in coupures van 80,— 25,— 10,- en ƒ1,-. De bonnen zijn van 1 april a.s. af verkrijgbaar bij de plaatselijke Ra bobanken. Bij aankoop is een toeslag verschuldigd van van het nomi nale bonnenbedrag. Staatssekretaris A. Ploeg van Landbouw en Visserij is vorige week vrijdag (7 januari) een middag de gast geweest van het Landbouwschap. Het bezoek had het karakter van een nadere kennismaking. Er is vooral van gedachten gewisseld over zaken als landinrichting, de reorganisatie van de vleeskeuringsdiensten, het veterinaire beleid, gewasbe scherming, ziektebestrijding en het kwaliteitsbeleid. De heer Ploeg is als staatssekretaris in het bijzonder met deze beleidsterreinen belast. Gastheer Jaap van der Veen gaf de staatssekretaris een indruk van de manier waarop het Landbouwschap organisa torisch in elkaar zit. Bij het gesprek, dat een zeer geanimeerd verloop had. waren die Landbouwschapsorganen vertegenwoordigd die zich bewegen op het beleidsterrein van de heer Ploeg. Het ging daarbij om Grondzaken, Gewasbescherming, Tuinbouw, Pluimveehouderij, Varkenshouderij en de Stichting Gezondheidszorg voor dieren. Tijdens het onderhoud is afgesproken dat de staatssekretaris later dit jaar nog een aantal praktijkbezoeken zal afleggen. "De dreigende vertraging bij de uitvoering van ruilverkavelingen en het uitblijven van verbeteringen aan de zgn. plattelandswegen in ruilver kavelingsgebieden zullen bijzonder nadelig uitwerken op de landbouw in de betrokken gebieden en er dienen dan ook maatregelen getroffen te worden om ondanks de voorgenomen intrekking van de Wet Uitkering Wegen, de ruilverkavelingswerken onvertraagd doorgang te doen vin den". Dit schrijft de Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Land bouwschap in een brief aan de Centrale Kultuurtechnische Kommissie in Utrecht. gangsregeling gewenst is. "Anders zijn de konsequenties van het gewij zigd beleid niet te overzien". De Raad wijst ook in deze brief op de ernstige vertraging die kan ontstaan voor ruilverkavelingen die thans in voorbereiding zijn en waarvan de beginfase voor 1 januari 1985 wel licht mag worden verwacht. Dit zoals De Gewestelijke Raad konstateert dat de door de intrekking van de Wet Uitkering Wegen geplande overgang van deze zgn. quartaire wegen van de waterschappen in Zeeland naar de gemeenten met name problemen oproept voor de in voorbereiding zijnde en in uitvoering komende ruilverkavelingen "Wolphaartsdijk" en "Yerseke Moer". Het waterschap Noord- en Zuid-Be veland is namelijk van oordeel, nu de verantwoordelijkheid voor het we- genbeheer bij de daadwerkelijke uit voering van de ruilverkavelingen bij de gemeente zal komen te berusten, dat het waterschap geen financiële konsequenties kan aanvaarden voor zaken waar het straks niets meer mee van doen heeft. Overgangsregeling In een brief aan de Kommissie Grondgebruik van het Landbouw schap schrijft de Gewestelijke Raad voor Zeeland dat er in verband met de nieuwe wetgeving en in het ver lengde daarvan met betrekking tot de financiering van de wegen in de ruilverkavelingsgebieden een over- vermeld tegen de achtergrond van het feit dat waterschappen niet meer durven of willen investeren in de aanleg van wegen in ruilverkave lingsgebieden. Onderhoud Ten aanzien van het onderhoud van de plattelandswegen merkt de raad verder op dat het niet denkbeeldig is dat de gemeenten de onderhouds- plichtvoordeze wegen minder serieus zullen nemen dan de Waterschappen die thans nog met deze taak zijn be last en dit zal dan met name de land bouw treffen. "Wij menen dan ook dat aan de gemeenten de verplichting moet worden opgelegd zodanige waarborgen te scheppen dat aan het onderhoud van de ontsluitingswegen voor de landbouw in gelijke mate aandacht wordt besteed als aan de overige wegen. Het gaat hierbij voor de provincie Zeeland om wegen met een totale lengte van liefst 3.105 km. De Raad hoopt dat de Kommissie Grondgebruik een en ander onder de aandacht wil brengen van de Vaste Kamerkommissies van Verkeer en Waterstaat en van Binnenlandse Za ken. Een landweg in het ruilverkavelingsgebied Yerseke Moer. De perikelen rond de bekostiging van verbetering, vernieuwing en onderhoud van deze plattelandswegen mag in geen geval leiden tot vertraging van de ruilverkavelingswerkzaamheden 5

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 5