Cichorei een veenkoloniaal gewas Kans op uitbreiding van de teelt Konklusie Groenlof Bestemming Grond, zaaitijd Witlofteelt Plantkunde Samenstelling Ekonomie van de verbouw de bekende witlofstruikjes, maar het struikje ontplooit zich verder en de bladen worden fluwelig groen. Uit overwegingen van voedingswaarde lijkt het mij een voordeel het groene blad te nut tigen omdat dit produktief blijft, assimileert en dus vermoedelijk ook meer vitaminen bevat dan het in donker groeide. Het lijkt mij niet onmogelijk, dat er uit België en Frankrijk enige vraag kan komen naar grond stoffen voor de koffiebranderij. Dit zal sterk samenhangen met de prijs van koffie. Alleen als deze heel duur is nemen gewone ge bruikers genoegen met gebrande cichorei. Een erg wisselende vraag dus. Een bezwaar daarbij vormt de hoge vervoerskosten naar die landen, wat de prijs af boerderij zal drukken. Er bestaat ook wat vraag naar de gebrande wortel van de zijde van reformhuizen en andere winkels op biologisch-dynamische grondslag. Naar "witlofpennen" is er wel vraag geweest. Hier en daar wor den deze in kontrakt verbouwd, maar niet in de veenkoloniën, wellicht ook al wegens te hoge vervoerskosten. Enige verdere uitbreiding van de witlofteelt lijkt nog wel mogelijk, maar ik vind het niet waarschijn lijk dat deze in de eerste jaren kan plaatsvinden. Witlof is een tame lijk dure groente, kost in de win kel in Haren ƒ2,— per 500 g, in enkele supermarkten 1,50. Waar het merendeel van de Ne derlandse gezinnen in de eerst volgende jaren hun uitgaven moeten beperken, zal de vraag eerder gericht worden op goed kopere groenten zoals peen en koolsoorten. De prijs als grondstof voor fruc tose wordt beperkt door het feit, dat het uit dextrose (dus uit aardappelzetmeel) kan bereid worden door isomerisatie. Op het ogenblik vindt dat maar op be perkte schaal toepassing, omdat het moet konkurreren met in- vertsuiker. bereid uit bietsuiker. Uit een oogpunt van zoetkracht mag de fructose 50% meer kosten dan bietsuiker. Uit de hierboven gegeven kostenraming is duide lijk, dat dat tenminste 75% wordt, nog afgezien van hogere fabrika- gekosten, die ook nog aanzienlijk kunnen zijn. Er is namelijk in het geheel geen industriële ervaring op dit gebied. Kleinere hoeveel heden voor de chemicaliënhandel zijn steeds uit dahliaknollen ge maakt. Vorm en opbrengst daar van maken het een aantrekke lijker grondstof dan cichorei. Alles bijeen verwacht ik dus niet. dat cichorei zich in de veenkolo niën kan ontwikkélen tot een al gemeen bruikbaar gewas, dat op enige schaal de graanverbouw zou kunnen vervangen. Wel lijkt een uitbreiding met enkele tien tallen hektaren in de eerstvol gende jaren mogelijk. Doordat er gemakkelijk aan zaad valt te ko men kan zo'n uitbreiding ook snel van start gaan. Dr. A.H.A. de Willigen Schuitemaker helemaal op de voorraad die in de wortel ligt opgeslagen. Pas aan het eind van de groeipe riode begint het arbeidsintensieve deel van dit bedrijf: afsnijden, sorteren en verpakken van de witlofstronken. Met het trekken wordt daarom ptfs een begin ge maakt wanneer de veldwerk- zaamheden binnen vier weken afgelopen kunnen zijn. Maar al naar gelang vraag en prijs kan het begin ook nog naar een iets latere periode worden verschoven. Er wordt met één rij kisten begon nen, een week later volgt de tweede en zo voort, zodat later in de winter elke week een rij kan worden geoogst en het werk dus regelmatig over de winterweken verspreid. Bij mijn bezoek op 24 november was het geheel in vol bedrijf en zou er enkele dagen later weer een rij worden geoogst. In de kleinere tuinen in Glimmen oogst men de pennen tamelijk vroeg, legt ze enige tijd te drogen en plant dan zo diep, dat de koppen ca. 25 cm onder de grond zijn. Eventueel wordt er later nog aangeaard. Daarbij kan dus de wortel behalve water nog op nieuw voedingsstoffen uit de grond opnemen, maar of dit wer kelijk gebeurt is nog de vraag. Dit alles kost wanneer men het voor één enkel huishouden doet nogal wat tijd en zorg en daarom zijn verschillende eigenbouwers ertoe overgegaan "groenlofte telen. Voor deze teelt zaait men pas in augustus. De daglengte en zon nehoogte is dan niet meer vol doende om de plant tot stengel vorming aan te zetten. Er wordt ook geen wortel van enige bete kenis meer ontwikkeld en de diepte van de grondbewerking speelt geen rol meer. Er vormt zich een krans van bladen van ongeveer dezelfde vorm als van Produktie van de wortel zou voor drie doeleinden kunnen plaats vinden: koffiesurrogaat, suiker bereiding en als grondstof voor de tuinbouw (trekken van witlof)- Hoewel de cichorei van oudsher als gewas voor klei- en zavel gronden te boek staat, blijkt ze ook op zandgrond uitstekend te slagen. Er zijn twee belangrijke voorwaarden, waaraan moet worden voldaan. De grond moet diep bewortelbaar zijn, tot ten minste 70 cm. Een harde laag op geringere diepte betekent dat de pen zich splitst, zijwaarts uitloopt en dan zomin voor fabrieksmati ge bewerking als voor de tuin bouw bruikbaar is. De grondbe werking heeft daardoor enige overeenkomst met die bij de ver bouw van winterpeen. Verder verdraagt het gewas bijna geen stikstof, er mag maximaal 50 eenheden opneembare N in de grond aanwezig zijn. Zaaitijd is omstreeks 1 mei. De gekweekte vormen zijn tamelijk bestendig tegen nachtvorst. Het laat gezaaide gewas stond er op 23.11 j.l. nog goed bij en had de nachtvorsten van het begin van deze maand zonder schade door staan. In het vroeg gezaaide ge was ontwikkelen zich bloemsten gels en blauwe bloemen, ter hoogte van 1 m of meer. Duur Hoewel de stikstofbemesting wegvalt, schat de heer Jansema de kosten van verbouw 500,— a 1.000,— per ha hoger dan die van de suikerbiet. O.a. is het zaad duurder. Erg nauwkeurig kan dit niet uitgerekend worden omdat op het ogenblik op het betreffen de land geen kunstmest maar al leen kippemest komt en we dus niet precies weten welk deel van de bemestingswaarde daarvan aan een bepaald oogstjaar dient toegerekend te worden. Voor zover bekend vindt in de veenkoloniën geen kontraktteelt van "pennen" plaats, maar er is een geval bekend waarbij voor de opbrengst van 1 ha 7500,— is betaald franko huis bij de afne mer. Dit komt niet zover af van de schatting der kosten in verge lijking met de bietenteelt, name lijk dat de opbrengst wel op zijn allerminst 6000,— per ha af boerderij zal moeten zijn en eer der tegen de 7000,— zou moe ten liggen. Bij 4 ton/ha zou dat op 1500.— a 1750,'— per ton produkt komen, dus aanzienlijk boven de suikerbietenprijs bij een eerder iets lager suikergehalte. Als pennen voor de witlofteelt laat men 2-3 cm van de onderste bladkrans eraanzitten, wat het opnieuw uitlopen sterk bevor dert. Voor de koffiebranderij worden de wortels gekopt afgele verd. Ik meen, dat men ze vroeger in droogschuren bewaarde om enige vrijheid te hebben wat be treft het tijdstip van aflevering. Een Franse bezoeker vroeg aan onze redaktie, waarom in de veenkoloniën geen cichorei werd verbouwd. De hoofdredakteur gaf dit aan mij door om eens na te gaan, welke mogelijkheden er zijn. Ik ken dit gewas uit Zeeland sinds 1929, waar de verbouw plaats vond voor een fabriek van koffiesurrogaat. Het werd toen be schouwd als een gewas voor de zavelgronden. Nu komt het alleen nog als tuinbouwgewas voor, maar in Nederland noemen we het dan WITLOF. De heer Jansema heeft de cicho- reiteelt als veldgewas tot nu toe uitsluitend bedreven als toeleve ring voor zijn witlofteelt gedu rende de winter. In een vroegere stal staan de bakken met "witlof- De heer Jansema in de trekcel. Deze partij witlof is gereed om geoogst te worden. Mevrouw M. Jonkers-Kasemier, die enkele huizen van mij van daan woont, teelt het geregeld voor eigen gebruik en had het nog in de tuin staan. En twee tele foontjes aan de tuinbouwvoor- lichtingsdienst leverden mij het adres van de heer W.P. Jansema te Sellingen, die deze zomer 2xh ha veldgewas had verbouwd. Zijn boerderij bleek gemakkelijk te vinden, er staat een groot bord "witlof te koop". Voor hun uit voerige inlichtingen over de praktijk van de verbouw zeg ik hen hierbij hartelijk dank. Het geslacht Cichorium behoort tot de familie van de composieten en omvat in de Flora van Neder land twee soorten: cichorei en andijvie. Tot de naaste verwanten behoort ook de schorseneer. De wortel, waar alles om draait, is aanvankelijk sterk vertakt met vele haarwortels. Later in het sei zoen zwelt ze op tot een penwor- tel met hoogstens enkele dunnere zijtakken. De wilde plant komt alleen voor op de kleigronden langs de grote rivieren en in Zee land. Ze sterft in de winter tot de grond toe af maar de wortel is redelijk winterhard en die groeit in het voorjaar weer uit. Cichorei en schorseneer zamelen in hun wortels koolhydraten op in de vorm van insuline. De stof is in water oplosbaar en geeft na hy- drolyse met zuren of met behulp van enzymen de zoete suiker fructose. Voor het gehalte wordt 15% opgegeven. Het bedrijf van de heer Jansema te Over den Dijk Sellingen van de groei minimaal 20-22 we ken, de oogst valt dus op 1 okto ber of later. Voor de verbouw als "pennen" voor de witlofteelt wordt er aan gewerkt op een zo groot mogelijk aantal en niet op een hoog wor telgewicht. De opbrengst schom melt dan tussen 25 en 35 ton/ha, in Sellingen is 28 ton verkregen. Het lijkt mogelijk door minder dicht zaaien zwaardere wortels te telen, wellicht tot 40 ton/ha. De opbrengst van het gewas zoals die nu is blijft dus duidelijk achter bij die van de suikerbiet: In dit gebied iets beneden de 60 ton a 16%, zeg 9 ton suiker, terwijl 40 ton/ha cichorei neerkomt op 6 ton suiker. pennen" manshoog opgetast, in vier rijen, in het pikdonker. Het is een waterkuituur, er komt geen grond aan te pas. Boven de sta pels bakken hangen sproeiers, die er water van 20-24 gr. over ver spreiden. Begonnen wordt met de hoogste temperatuur, later daalt deze met ongeveer 1 gr. per week. Er wordt een ruime overmaat water gegeven, het overtollige druipt af op de betonvloer, en via de vroegere mestgoot naar een voorraadbak in de grond, van waaruit opnieuw wordt ver warmd en opgepompt. Men voegt aan het water geen voedingsstof fen toe, de plant leeft gedurende de groeitijd in de stal (vier weken)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 9