A Is klein land met een grote export botsen de belangen wel eens met de grote broers in
de EG. De ontvangst is derhalve niet altijd even vriendelijk als hier.
gens hem de vraag of Nederland
als kleine eenheid daartoe in staat
was geweest. Het touwtrekken om
de jaarlijkse garantieprijzen, zoals
dat voor het tot stand komen van
de EG het geval was. lijkt De Jong
zeker geen beter systeem dan het
vaststellen van de ÉG-prijzen, al is
hij niet gelukkig met het moei
zaam tot stand komen van deze
prijzen zoals steeds meer de ge
woonte lijkt te worden.
..Al hoe aantrekkelijk een open
markt ook is voor de sterk op ex
port gerichte Nederlandse boer,
toch zitten er ook negatieve kanten
aan een gemeenschappelijk beleid.
Als klein land met een grotere ex
port dan de partners botsen de be
langen nog wel eens met grotere
broers als Duitsland en Frankrijk.
Beide zijn al jaren bezig hun land-
bouwproduktie uit te breiden.
Duitsland heeft altijd met lede
ogen aangezien hoe de Nederland
se produkten hun markt beheer
sten. Frankrijk denkt bijvoorbeeld
dat er in derde landen nog vol
doende mogelijkheden voor afzet
van zuivelprodukten zitten en wil
daarvoor lange-termijncontracten
afsluiten. Dat zou een directe con
currentie met onder andere de
CCF betekenen, één van de bedrij
ven die al jaren geleden is begon
nen met veel geld afzetmogelijkhe
den buiten Europa te zoeken.
Meer bedrijven op deze markten
zou het onderuit halen van de prij
zen betekenen."
Geen beperking
De vraag komt hier en daar op of
het niet beter zou zijn de produktie
drastisch naar beneden te brengen,
met als gevolg een flinke stijging
van de prijzen voor de boer. Een
foute redenering, aldus De Jong.
Het zou volgens hem te gek zijn
om in een wereld vol honger te
praten over beperking van de pro
duktie. ..Op dit moment moet er
van de wereldzuivelproduktie
maar 5 procent op de wereldmarkt
worden afgezet. Er hoeft maar één
slecht jaar te komen en die 5 pro
cent is verdwenen of er ontstaat
zelfs een tekortsituatie in de we
reld. Daar hebben we voorbeelden
genoeg van gehad. Dat er dit jaar
in de EG een stijging van de melk-
produktie zal komen van 2 tot 2,5
procent is ook duidelijk een gevolg
van een zeer gunstig jaar. Bijna
alle omstandigheden waren opti
maal voor topopbrengsten. Dat
kan best nooit weer gebeuren."
„Het is de toename van de produk
tie in de meeste EG-landen die op
dit moment voor moeilijkheden
zorgt. De EG is wat landbouwpro-
dukten betreft voor 118 procent
zelfvoorzienend. Een niet onbe
langrijk deel moet met of zonder
exportrestituties buiten de ge-
meenschapsgrenzen worden afge
zet. Daar liggen ook mogelijkhe
den genoeg; de wereld is nog vol
met hongerende monden. Waar
het evenwel aan ontbreekt is een
koopkrachtige vraag."
Amerikanen staan klaar
„Al stagneert op dit moment de af
zet en neemt de produktie toe, toch
kan de Nederlandse boer niet an
ders dan zo efficiënt mogelijk pro
duceren. De consument verlangt
een goed en zo goedkoop mogelijk
voedselpakket. Daar komt bij dat
de omstandigheden hier gunstig
zijn en er is een grote mate van
vakmanschap. Dat geldt evenwel
voor meer landen in de EG. Het
zou daarom verstandig zijn om
juist hier minder te produceren.
Andere landen, met name ook
Amerika, zullen klaar staan om
het gat wat hier in de markt valt di
rect op te vullen. Ook de Amerika
nen produceren op dit moment
meer landbouwprodukten dan ze
kunnen afzetten. Zij worden met
dezelfde problemen geconfron
teerd als de EG. De overschotten
daar zijn echter tijdelijker, vooral
omdat de Amerikaanse boer flexi
bel is en meer mogelijkheden heeft
dan z'n Europese collega. Als de
prijs van bepaalde produkten te
genvalt zal hij gemakkelijk over
schakelen op iets anders of zelfs
tijdelijk stoppen met boeren.
Mocht er echter Ruimte komen in
Europa, dan zullen de Amerika
nen snel op die markt inspelen." zo
meent De Jong.
Wij hebben elkaar nodig
Er zijn zeker een aantal negatieve
punten over de Europese Ge
meenschap te noemen, maar die
vallen in het niet vergeleken met
wat er zou gebeuren als de EG uit
een zou vallen. Dat zou rampzalig
zijn voor de Nederlandse boer.
Dat er een eind aan de overeen
komst tussen de Europese landen
zou komen, wil De Jong niet gelo
ven. „We hebben elkaar steeds
meer nodig. Dat geldt in kleine
kring, maar nog meer voor het gro
tere geheel. Die noodzaak blijkt
ook uit de belangstelling van ande
re landen om toe te treden tot het
blok. Eerst Engeland en Denemar
ken, toen Griekenland en nu
Spanje en Portugal. Dat dit arme
landen zijn geeft wel problemen,
maar ook weer uitbreiding van af
zetmogelijkheden, met name voor
onze specifieke produkten".
W. Dijkstra
35