H.J. Louwes, boer-politicus
PENDELAAR TUSSEN
ULRUM EN
STRAATSBURG
Hendrik Jan Louwes, landbouwkundig ingenieur, is
boer in de Groningse Westpolder, bestuurder van de
coöperatieve suikerindustrie en lid van het Europees
Parlement. Je zou hem kunnen noemen: een groene
pendelaar tussen Ulrum en Straatsburg, tussen zijn
akkerbouwbedrijf van honderd hectare met 200 scha
pen en 50 stuks jongvee op de zeedijken en de volksver
gaderzalen in Straatsburg en Luxemburg.
„Ik ben boer en parlementariër alle twee met ple
zier. Maar het is niet altijd gemakkelijk!" zegt hij. „De
politiek zit mijn familie in het bloed, mij dus ook. Zo is
het trouwens met meer collega's in onze kleine West-
polder."
De liberaal Louwes is een rasechte vertegenwoordiger
van het „groene front". Zo voelt hij dat zelf ook:
„Want boer ben ik en ik kan niet anders dan mede op
komen voor de landbouw. Overigens reken ik tot het
groene front al diegenen die weten wat er echt wél kan
en wat er echt niet kan in de landbouw en daar ook
naar handelen.. En dat zijn gelukkig niet alleen boe
ren."
Wat beweegt een boer uit Ulrum om in het Europees
Parlement zitting te nemen? Om bij nacht en ontij
langs 's heren wegen te trekken? Om deel te nemen
aan de Europese spraakwaterval, welke volgens velen
tot niets leidt?
LOUWES: „Er is in het Europees Parlement volop
werk aan de winkel. Vergeet niet dat velen onze sa
menleving willen ombuigen naar collectivisme, dus
alle produktiemiddelen tot gemeenschappelijk eigen
dom willen maken. De meeste plattelanders voelen
daar niets voor. Ik evenmin. Talloos zijn de gekoze
nen in het parlement die onze landbouw willen om
turnen ten gunste van ontwikkelingslanden. Alle ken
nis en ervaringen ten spijt, geloof ik dat zulks een
ramp zou worden voor de eigen voedselvoorziening
én die van de wereld. Daarvoor zit ik ook niet in de
landbouwcommissie daarin zitten deskundigen ge
noeg maar in andere commissies welke zich bezig
houden met de wereldhandel en met de begroting van
de EG. Daar komt men bijna geen „groene-fronters"
tegen. Men wordt er gedwongen om zich op meer al
gemeen terrein te bewegen. Maar men kan er ook
voor waken dat in deze clubs de agrarische belangen
al te lichtvaardig worden behandeld. En met meer
succes naarmate men beslagener ten ijs komt en zijn
geloofwaarigheid versterkt door nuchter en praktisch
te werk te gaan. Onverschillig of het nu gaat om de
Amerikaanse en Australische stormloop tegen onze
handelspolitiek of om het eeuwige gedram om geld
Waar in Europa de boerenbelangen in het geding zijn, kan
men boer-politicus Louwes uit Ulrum treffen. Zo ook tijdens
een grote demonstratie van de Europese boerenorganisatie
COPA, voorjaar 1980 in Straatsburg. Hier is hij druk geba
rend in gesprek met de toenmalige voorzitter van COPA, ba
ron Heereman (met koffer) uit Duitsland.
van de landbouw voor andere doeleinden te gebrui
ken. Er is volop werk aan de winkel, elke week weer!"
Boer en politicus. Is dat nog te combineren in deze
tijd?
LOUWES: „Op huis en hof let mijn vrouw en op
de boerderij zwaait de bedrijfsleider al jaren de scep
ter en hoe! Ik ben de laatste die aan het werk wordt
gezet en als het druk is de eerste die er weer mee op
houdt. Soms wel jammer als het mooi loopt, maar dat
zit niet anders. En in de weekeinden let ik op het vee!
Kortom, altijd bezig, doorgaans met plezier en soms
ook nog bevredigend," zegt Louwes.
25