Het einde van de weideperiode
nadert!
Er is in de Westhoek veel tarwe
gezaaid!
Komt er een
knolselderijstudieklub?
Areaal voederbietenteelt niet
groter
Er zitten goede nieuwe
wintertarwerassen aan te komen!
Knolselderij
Veehouder De Rooy uit Elsendorp uit
kring MIDDEN- EN OOST-BRA
BANT heeft het afgelopen jaar met
zijn melkveestapel een unieke pres
tatie geleverd. Hij is nl. als hoogste
van Nederland uit de bus gekomen
met de vet- en eiwitgrammen per koe
per dag over alle melklijsten afgeslo
ten over dat betreffende boekjaar
1981-1982 van de M.P.C. (Melk-Pro-
duktie-Controle).
Hiermede is hij tevens het hoogste
van de M.P.C.-vereniging De Rips,
de Fokcentrale, het "Land van
Cuyck"en van geheel Brabant Om
tot deze prestatie te /2042 gf vet en
eiwit) gemiddeld te komen, moet je
toch bijzondere ondernemerskapaci-
teiten bezitten. Enkele zaken, die
bijgedragen hebben tot het sukses
zijn een goed fokbeleid (goede stie
ren en een strenge selektie binnen de
eigen veestapel) en de mogelijkheid
van 3x daags melken.
In het laatste gaan veel dure, buiten
tijdse uren zitten. Bij voldoende ar
beidsaanbod (gezinsbedrijf) kan dit
goed overbrugd worden. In Brabant
kan met recht gezegd worden: "We
hebben een kampioen in ons mid
den".
Begin oktober heeft Nederland no
gal wat neerslag (regen) gekregen.
Ook in Midden- en Oost-Brabant
heeft men de nadelen van dit over
tollige vocht ondervonden. Veel
neerslag in oktober geeft voor de
boer in het algemeen gezien alleen
maar nadeel, zowel in akkerbouw
(oogst) als weidebouw. De snijmais-
oogst was toen zo goed als voorbij, op
een enkele uitzondering na. De oogst
is voorspoedig verlopen. De loon
werkers hebben weinig oponthoud
gehad. De percelen waren goed te
berijden. Indien de snijmais in de
zelfde periode als vorig jaar (2 a 3
weken later) geoogst moest worden,
zouden diverse percelen op stam zijn
blijven staan. (Vooral lage, vochtge-
voelige percelen).
Tijdens de regenperiode zijn toch
een aantal veebedrijven noodge
dwongen op het winterrantsoen
moeten overgaan. Dit heeft wel kon
sequenties voor de voorraad snijmais
en voordroog. Deze zijn over het al
gemeen voldoende groot en naar het
zich laat aanzien van redelijk goede
kwaliteit. Deze boeren moesten hun
vee dag en nacht binnenhouden.
Op andere bedrijven deden zich als
gevolg van het slechte weer fikse
produktiedalingen voor (onvoldoen
de grasopname in de weide).
Bovendien waren de vertrappingsver-
liezen aanzienlijk. Het vee graast met
5 bekken tegelijk (1 bek en 4 poten).
De bereikbaarheid van de weideper-
celen laat in dergelijke omstandighe
den vaak te wensen over. Vooral op
onverharde koepaden geeft dit voor
het vee en trekker de nodige onge
makken. Het jongvee is momenteel
nog buiten, maar het einde van de
weideperiode begint te naderen. De
laatste week is het voor het vee aan
zienlijk beter geweest om buiten te
vertoeven.
Vanaf half september zijn diverse
percelen opnieuw ingezaaid met
graszaad. Enerzijds was dit mogelijk
op voormalige maispercelen, ander
zijds zijn er diverse versleten gras
landen. Vooral als de kweek de
overhand krijgt, moetje niet wachten
met opnieuw inzaaien. Het is nodig
distels, ridderzuring en andere zaad
onkruiden van te voren chemisch te
bestrijden. De kweek kan aangepakt
worden met dalapon of round-up
(eventueel met T.C.A.).
Na het frezen en ploegen bestaat de
mogelijkheid, indien dit noodzakelijk
is, het land te bekalken. Deze kan
goed ingewerkt en verdeeld worden.
Bij een tijdige inzaai en juiste be
strijding van onkruiden heb je de
meeste kans op een goede en dichte
zode. Dit geeft voor het volgende jaar
een goede aanzet voor de grasland
opbrengsten.
Blanke ijzers trekken lange rechte
voren in de WESTHOEK.
Gevolgd door een krooi meeuwen.
Uit de juist bovengeploegde aarde
halen zij hun dagelijks voedsel. Ze
volgen de ploeger tot zij voldoende
hebben en bepalen zo het beeld van de
polder. De man die reep na reep om
legt tot een grote zwartbruine lap is
omgeven door de zilverkleurige vo
gels, die voor of achter de traktor met
ploeg dwarrelen.
Het werk wil goed vlotten de laatste
weken. Ondanks het feit dat er flink
wat regen is gevallen is er weinig
stagnatie. De grond heeft door de
vele droge dagen van de afgelopen
zomer en herfst een hele goede
struktuur en laat zich dan ook goed
bewerken. Er wordt net ploegwerk
afgeleverd.
In de bietenaflevering is weinig
stagnatie. Hoewel er niets in voor
raad was gerooid in ons gewest en er
toch veel regen viel, was er geen
centje pijn aan de fabriek. De rooi-
kapaciteiten van de machines zijn
tegenwoordig wel optimaal. Wel
verschijnen hier en daar de laatste
dagen op erf of verharde grond de
bietenhopen. En terecht dacht ik,
want als u dit leest zijn we alweer bij
november aangekomen. We weten
dat we in november niet te veel van
het weer meer te verwachten hebben.
Er is afgelopen week veel tarwe ge
zaaid. Als we nu eens rondkijken
hoeveel er al boven staat, dan moe
ten we wel vaststellen dat er een
groot kwantum van dit produkt zal
komen. De verwachting van het geld
dat we voor de bieten zullen krijgen
is niet groot. Dit zal wel het grote
areaal tarwe in de hand werken.
De schuren in ons gewest puilen uit
van de aardappelen. De afgelopen
week klaarde de lucht een beetje op.
Wat betreft de prijs voor dit produkt.
Ik dacht dat het niet gek zou zijn om
regelmatig te ruimen, zodra het wat
met de prijs uitkomt. We hebben een
goede kwaliteit en dat is nog al wat
waard. Dit verhaal geld ook voor de
uien.
Al met al kunnen we zeggen dat we
goed opschieten met het werk. De
polders beginnen al meer en meer
een winters gezegd te krijgen. Een
rustig gezicht vind ik. Rust betekent
niet van nu doen we niets meer. Er is
op allerlei gebied nog werk genoeg.
De konvokaties rollen in de bus. Het
vergaderseizoen is weer helemaal in.
Ook hier kunnen we kennis en
ideeën opdoen om in de praktijk te
gebruiken.
"Herfst, herfst, wat heb je te koop,
duizend kilo bladeren op een hoop".
Een prachtige zinsnede uit een oud
versje behorende bij een geweldig
mooie jaargetijde. Een jaargetijde vol
kleur, onstuimigheid envol vocht.
Het is vooral dit laatste wat de boe
ren op SCHOUWEN-DUIVELAND
parten heeft gespeeld bij het laatste
gedeelte van de oogst. Aan het begin
van deze week waren nog steeds niet
alle aardappelen gerooid. Niemand
had dit aan het begin van de oogst
verwacht; alles verliep immers zo
goed en er zat niets tegen (noch het
weer noch de opbrengsten).
De hevige regenval heeft niet alleen
de aardappel- en bietenoogst belem
merd, maar ook de grondontsmet-
ting en het zaaien van de wintertar
we. Toch zijn er altijd boeren baas
boven baas. De eerste wintertarwe
staat er al weer enige tijd boven. De
opkomst was goed en de stand over
het algemeen vrij regelmatig. Hoe
wel er weer hoofdzakelijk Arminda
en Okapi is gezaaid, is er ook veel
belangstelling getoond voor het
nieuwe ras Citadel. Wat zegt u? U
wist niet precies hoeveel zaaizaad u
moest gebruiken? Merkwaardig,
tegenwoordig staat het duizendkor-
relgewicht toch vermeld op het certi-
fikaat en aan de hand daarvan kunt u
de hoeveelheid zaaizaad per ha be
palen.
Wat de grondontsmetting betreft
dienen we ons te realiseren dat de
maand november al weer voor de
deur staat. De omstandigheden om
te ontsmetten worden steeds slechter
(te nat en te lage bodemtempera-
tuur). Als u nog moet ontsmetten zult
u hier wel rekening mee moeten
houden. Beter is het om uit te zien
naar een ander perceel voor de bie
ten (indien mogelijk natuurlijk) of in
uiterste nood in het voorjaar te ont
smetten met granulaten (Temik).
Na iets te hebben gezegd over de
oogst van de aardappelen en de bie
ten rest mij nog het gewas knolsel
derij. Het is verstandig er naar te
streven dat dit gewas toch voor half
november van het veld is. Later
rooien geeft grote risiko's, daar
knolselderij maar enkele graden
vorst kan verdragen.
Bij het rooien van de knolselderij
dient u de machine en vooral de
ontbladeraar en bladpoetser goed af
te stellen, om verliezen en beschadi
gingen zoveel mogelijk te voorko
men. In vergelijking met andere ge
wassen is de oppervlakte van knol
selderij vrij gering. Het is een gewas
met vrij veel risiko's; bovendien is
het onderzoek naar verschillende
teeltaspekten nog in volle gang.
Derhalve verdient het gewas onze
volle aandacht. In de praktijk gaan er
hier en daar dan ook stemmen op om
een knolselderijstudiegroep te vor
men. Mocht u hiervoor belangstelling
hebben, neemt u dan eens kontakt op
met uw bedrijfsvoorlichter.
Er liggen verspreid in het land momenteel nogal wat bietenhopen.
Na een periode van overvloedige re
gen in de eerste helft van oktober
volgde er een week met slechts enkele
buitjes. De veldwerkzaamheden kon
den dan ook op WALCHEREN weer
worden hervat. Van het restant nog te
rooien aardappelen is weer een ge
deelte geborgen en van de bruine bo
nen gedorsen.
Helaas viel er op 23 oktober weer
veel regen. Onze regenmeter gaf 23
mm aan. Enkele dagen voorafgaand
aan deze regendag is er veel winter
tarwe gezaaid. Vooral op de versge
ploegde grond was er een goed zaai-
bed. Ook diegenen die vóór de regen
op zaaivoor hadden geploegd zijn er
voor het merendeel in geslaagd de
tarwe in te zaaien. Zaaibed en kwa
liteit van het werk waren dikwijls
duidelijk minder. De vroegst gezaai
de tarwe geeft een goede opkomst te
zien en staat al mooi boven. Voor het
zaaien wordt nogal veel gebruik ge
maakt van de kunstmeststrooier. Het
werkt wat vlugger en geeft minder
sporen. Bij de suikerbieten lag het
rooien ook enkele dagen stil. De ou
de voorraden konden zodoende
worden geruimd. Daarna kwam het
rooien weer geleidelijk op gang. Van
bedrijf tot bedrijf zijn er grote ver
schillen. Er zijn er die bijna afgele
verd zijn, terwijl anderen pas begon
nen zijn met de bietenoogst. Evenals
bij de suikerbieten is ook bij de voe
derbieten de oogst overvloedig. Er
worden zeer hoge kg-opbrengsten
per ha verkregen. Ondanks lande-
lijke berichten van uitbreiding van
de voederbietenteelt blijkt hiervan in
ons gebied toch nog het tegengestel
de. Volgens de meiinventarisatie van
het C.B.S. zijn er in 1982 71 ha voe
derbieten gegroeid. Dit is weer een
kleine daling t.o.v. vorig jaar. Het
vele handwerk dat dit produkt vraagt
vanaf het rooien totdat het in de
voerbak voor het vee ligt is een
zwaarwegend argument t.o.v. snij
mais. Het laatste vraagt echter meer
financiële offers. Bij het rooien van
de suikerbieten zagen we wel eens
gevallen waarbij je je afvroeg "moet
dat nu zo". De grond was dan nog
zodanig nat, dat de struktuur van de
grond toch wel erg heeft geleden.
Mogeiijk wordt dan volgend jaar de
rekening gepresenteerd. Er blijken
zes-rijige rooiers te zijn die bijna on
der alle omstandigheden kunnen
rooien. Dat is een geruststellende
wetenschap, maar persoonlijk zou
den we toch ook nog rekening willen
houden de mogelijkheden voor een
volgend gewas.
Ondanks alle beslommeringen op het
veld dient onze aandacht voor de op
geslagen produkten ook niet te ver
slappen. De kiemleest van de aardap
pelen blijkt erg groot te zijn. Tijdig
gassen is daarom noodzakelijk. Kon-
troleer niet alleen de temperatuur
maar ook de toestand waarin het
produkt zich bevindt. Dit komt de
kwaliteit tengoede. Ook van een
dóódsimpele Walcherse aerepel en
juun.
De selektief werkende bodemherbici
den hebben een zeer geringe oplos
baarheid, waardoor ze in de bovenste
grondlaag blijven. Om langzaam ter
beschikking te komen is vocht nodig.
De beste werking van deze middelen
ervaren we als geregeld vocht ter be
schikking komt. Regen kan dit doen,
maar te veel regen kan wel eens schade
veroorzaken. Deze herfst is in een paar
weken tijds zeer veel regen gevallen,
reden waarom er iets met de bodem
herbiciden gebeurd kan zijn, wat niet
in onze bedoeling heeft gelegen. Be
kend is, dat de opname van de bodem-
herbiciden via de plantenwortels gaat
en dat de selektieve werking veroor
zaakt wordt door het verschil in be-
w or telingsdiepte. De vele regen kan de
bodemherbiciden dus vanuit de fijne
toplaag naar de diepere grondlagen
getransporteerd hebben. Het gevolg
kan dan zijn schade via de tarwewor-
tels en een geringere onkruiddoding in
de toplaag. Ieder jaar is anders, maar
toch verwachten we nu een betere bo
demherbicide werking in de laat ge
zaaide wintertarwe dan in de vroeg
voor de vele regen gezaaide tarwe.
Dit jaar heeft de ingezaaide groenbe-
mesting het veel te droog gehad.
Vooral de rode klaver en de lucerne
klaver hebben geen massa kunnen
maken. De grasgroenbemesters, ge
steund door een flinke stikstofgift,
hebben nog heel wat in hun ontwik
keling ingehaald. Niet alleen de
droogte was debet aan de slechte groei,
doch ook de zware dekvrucht. Onge
looflijk, dat er in zo'n jaar nog zo'n
zware graanoogst kan groeien. Ook
met de hakvruchten was het evenzo.
Nog nimmer hebben we zulke grote
voederbieten geoogst als thans. Er zijn
exemplaren bij waar je met twee man
de vracht aan hebt. Alles bij elkaar
genomen zal het aantal transporturen
zeker met 25% gestegen zijn dit jaar.
We willen een zware oogst en dus zul
len we veel transport moeten verrich
ten. Onbegrijpelijk is het eigenlijk hoe
we aan zo'n goede graanoogst zijn ge
komen. Vorige herfst is er veelal onder
ongunstige omstandigheden en vooral
laat ingezaaid. Na de winter bleek uit
tellingen, dat de tarwe een dunne
stand had. Wonder boven wonder
volgde daarop een goede uitstoeling en
verder weinig bladziekten en veel zon.
Een en ander had een goede kor re l-
vulling en een hoge opbrengst tot ge
volg. Verder is nog uit proeven geble
ken, dat zomertarwe meer op kan
brenge dan wintertarwe. Het is dus
geen noodzaak om in de herfst kost
wat kost toch de wintertarwe er in te
knoeien.
Een andere prettige mededeling is, dat
er goede nieuwe wintertarwe rassen
aan de markt komen. De nederlandse
kwekers hebben bepaald niet stil ge
zeten. Zelf stellen zij gelukkig zeer
hoge eisen aan de eigenschappen wel
ke passen bij een modern tarweras. A Is
telers moeten we dat waarderen en
"den volcke"bekendmaken, want wat
hebben we aan rassen waarin we vele
malen ekstra dure gewasbeschermin
gen moeten toepassen. Wanneer
straks het vergaderseizoen weer op
volle toeren draait, dan is het van be
lang, dat we de saldo's eens nader on
der de loupe nemen. Een wat hogere
tarweopbrengst, verkregen door mid
del van een zeer intensief spuitpro-
gramma, betekent zeer zeker niet het
hoogste rendement. Voor de boer is en
blijft het onderste regeltje altijd nog
zeer interessant. Zo is het, zo was het
en zo zal het altijd wel blijven ook.
6