"Kwantitatieve Informatie
voor de Akkerbouw en de
Groenteteelt 1982-1983"
Teelthandleiding voor prei
de nar\^/kas\
weekstaat energieverbruik
Groei uit gewas
Hogere eisen aan
trekkers in fruitteelt
Resultaat
champignonteelt in
1980 opnieuw
ongunstig.
zojuist verschenen
Verlies fruitteelt oogst
1980/81 minder groot
dan voorgaande jaren.
Veilingdagen
gewijzigd
Bloemkoolcommissie
N.T.S. wil herhaling
speedling opkweek
Speedling opkweek
Minimummaat appelen
grootvruchtige rassen
Kolenstook in Belgische
glastuinbouw
Zojuist ontvingen wij van het PAGV in Lelystad de nieuwste editie van
"Kwantitatieve Informatie". Dat dit bedrijfsekonomische naslagwerk
zijn weg naar de praktijk, onderzoek, voorlichting en onderwijs heeft
weten te vinden, blijkt wel uit het feit dat dit nu al weer het tiende jaar is
dat het PAGV dit boek uitgeeft, met een nog steeds stijgende oplaag.
Voor degenen die deze uitgave nog
niet kennen een kort overzicht van
de inhoud:
kg-opbrengst- en -prijsontwikke
ling; ontwikkeling per gewas, per
gebied, per jaar:
variabele kosten: prijzen van
zaaizaad, pootgoed, kunstmest en
bestrijdingsmiddelen; keurings-
en opslagtarieven; rentenormen;
- loonwerk: ontwikkeling van de
kosten, tarieven en verrekenprij-
zen bij onderling gebruik van
landbouwwerktuigen;
- taaktijden: voor zowel algemene
werkzaamheden als voor gewas-
gerichte aktiviteiten is aangege
ven hoeveel tijd een bepaalde
De fruitteler anno 1982 brengt vele
uren op de trekker door. Een toene
mend aantal uren wordt hiervan
besteed aan de gewasbescherming.
Tijdens het spuiten komt de fruitteler
uitgebreid in contact met de terug-
waaiende hooggeconcentreerde
spuitnevel. Menige fruitteler wordt
zich ervan bewust dat - door de loop
der jaren - zijn gezondheid op het
spel staat. Terecht bestaat er derhal
ve een grote belangstelling voor
trekkercabines. Sinds kort zijn er
goede - voor de fruitteelt - aangepast
cabines op de markt.
Voor 17 juli 1983 dienen alle trekkers
- volgens het Landbouwveiligheids-
besluit - te zijn voorzien van een vei
ligheidscabine. -frame of -beugel.
Dat betekent, dat ook de bestaande
oude trekkers onder deze regeling
vallen.
De bedrijven met champignonteelt
hadden gemiddeld een verlies van
56.000,— dat is 17% van de kosten.
De rentabiliteit ligt op een vrijwel
gelijk niveau als het voorgaande jaar;
dit in tegenstelling met het gunstige
jaar 1978.
De arbeidsopbrengst van de onderne
mer - d.w.z. het (negatieve) onderne
mersoverschot vermeerderd met de
berekende vergoeding voor de handen
arbeid van de ondernemer - bedroeg
gemiddeld 210,— per ondernemer.
Deze arbeidsopbrengst vermeerderd
met het saldo van berekende en be
taalde rente en de rentesubsidie
vormt het ondernemersinkomen dat
4.430,— per ondernemer bedroeg.
Het totaalinkomen - nl. onderne
mersinkomen vermeerderd met de
berekende vergoeding voor de han
denarbeid van de gezinsleden als
mede het inkomen dat buiten het
bedrijf werd verkregen - bedroeg ge
middeld 39.220,-
De totale bezittingen van de onder
nemers van de champignonbedrij-
ven bedroegen 657.150,— per be
drijf. Deze bezittingen werden per 31
december 1980 met ƒ359.600,— ei
gen vermogen gefinancieerd ofwel
55%.
Deze publikatie kan uitsluitend
worden besteld door overschrijving
van/ 11,— op giro no. 41.22.35 t.n.v.
Landbouw-Economisch Instituut,
Den Haag. Vermeld dient te worden:
"Zend mededeling no. 269".
L.E.I.
bewerkingvergt. Ditis vooruiteen-
lopende situaties opgenomen,
zoals verschillende werkbreedten
van werktuigen, diverse werk-
snelheden, variërende afstanden
van het erf tot het perceel en
bovendien voor perceelsgrootten
van (in de regel) 2, 6 en 12 ha.
In dit hoofdstuk is veel meer dan
in voorgaande edities aandacht
geschonken aan de intensieve
groenteteeltbedrijven, waarbij de
gegevens beter afgestemd zijn op
kleinere percelen zoals die voor-
De bedrijven met pit- en steenvruch
ten hadden gemiddeld een verlies van
36.640,— dat is 15% van de kosten.
Dit verlies is minder groot dan in de 2
voorafgaande jaren:
1978 ondernemersoverschot
-ƒ 50.520,— ofwel 25% van de kosten.
1979 ondernemersoverschot
-ƒ 60.620,— ofwel 29% van de kosten.
1980 ondernemersoverschot
-ƒ 36.640,— ofwel 15% van de kosten.
De bedrijven in West-Nederland
hadden gemiddeld een verlies van
28380,— die in Midden-Nederland
een verlies van 38.950,— dat is
respectievelijk 12% en 18% van de
kosten.
De arbeidsopbrengst van^de onder
nemer - d.w.z. het (negatieve) on
dernemersoverschot vermeerderd
met de berekende vergoeding voor
de handenarbeid van de ondernemer
- bedroeg gemiddeld 14.850,— per
ondernemer. Deze arbeidsopbrengst
vermeerderd met het saldo van be
rekende en betaalde rente en de ren
tesubsidie vormt het ondernemer
sinkomen dat 32.030,— per onder
nemer bedroeg. Het totaalinkomen -
nl. het ondernemersinkomen ver
meerderd met de berekende vergoe
ding voor de handenarbeid van de
gezinsleden alsmede het inkomen
dat buiten het bedrijf werd verkre
gen - bedroeg gemiddeld 60.450,—
De totale bezittingen van de onder
nemers van de fruitteeltbedrijven
bedroegen 865.500,— per bedrijf.
Deze bezittingen werden per 31 de
cember 1980 met 669.700,— eigen
vermogen gefinancierd ofwel 77%.
Deze publicatie kan uitsluitend wor
den besteld door overschrijving van
13,50 op giro no. 41.22.35 t.n.v.
Landbouw-Economisch Instituut,
Den Haag. Vermeld dient te worden:
"Zend mededeling no. 270".
L.E.I.
In verband met het minder worden
van de aanvoer zal er voortaan maar
één keer per week fruitveiling ge
houden worden in Krabbendijke en
Kapelle.
In Krabbendijke is dat op dinsdag
morgen om 10 uur en in Kapelle op
donderdagmorgen om half elf. In
Goes wordt deze week nog doorge
gaan met twee veilingen per week;
daar vervalt de donderdagveiling
waarschijnlijk in de laatste week van
oktober. Hoe het definitief zal wor
den kunt u lezen onder de marktbe
richten in de krant.
komen bij de kleinere onderne
mingen.
vaste kosten, zoals koop- en
pachtprijzen, vervangingswaarde
en jaarlijkse kosten van de werk
tuigen, arbeidskosten en CAO-
lonen.
financiering: kosten en mogelijk
heden onder uiteenlopende om
standigheden worden hier be
licht.
saldoberekeningen: van ruim
vijftig gewassen (akkerbouw en
groenteteelt) zijn saldobereke
ningen opgenomen, waarbij in
één oogopslag te zien is welke
kosten alle onderdelen van een
teelt met zich meebrengen en tot
welke saldi dit leidt. Alhoewel elk
bedrijf anders is, leert de ervaring
dat deze saldoberekeningen een
goed houvast bieden bij het uit
zetten van de koers voor de ko
mendejaren.
Dit 170 bladzijden dikke boek krijgt u
toegezonden indien u 17,50 over
maakt op giro 2249700, t.n.v. het
PAGV in Lelystad, en daarbij ver
meldt: "Publikatie 20". Indien u in
het buitenland woont en PER BANK
betaalt, dient u 22,- te betalen; bij
betaling per giro blijft het 17,50.
De PAG V-donateurs hebben deze
nieuwe publikatie al ontvangen.
Als eerste vollegrond gewascommis
sie heeft de Bloemkoolcommissie
N.T.S. onlangs een bezoek gebracht
aan het P.A.G.V. te Lelystad.
P.G.A.V.-onderzoeker en commis
sie-adviseur, de heer ir. R.Booy,
heeft tijdens dit bezoek uiteen gezet,
welk onderzoek er zoal plaatsvindt
op het P.A.G.V. aan bloemkool. Veel
aandacht wordt er besteed aan het
onderzoek op het gebied van oogst-
planning.
In voorgaande jaren is het effect van
een "koude behandeling" van het
plantmateriaal getoetst, men had het
idee dat dit kon zorgen voor een ge
lijkmatige oogst. Uit dit onderzoek is
gebleken dat de behandeling op
oogstspreiding niet tot het gewenste
resultaat leidde.
Naast het onderzoek van oogstplan-
ning doet het P.A.G.V. ook onder
zoek op het gebied van gewasbe
scherming bij bloemkool. Aandacht
besteedt men aan de bestrijding van
onder andere knolvoet, valse meel
dauw en koolgalmug.
De commissie is erg geïnteresseerd in
de ontwikkelingen van de speedling
opkweek. Dit jaar zijn er in Noord-
Holland bij een aantal tuinders
proeven genomen. Uit deze praktijk
ervaringen is als conclusie te trek
ken dat er mogelijkheden zijn op
planten volgens het speedling sy
steem op te kweken.
De voordelen, een betere hergroei na
planten en een gelijkmatiger oogst,
zijn in de praktijk niet zo heel duide
lijk naar voren gekomen. Dit zou
echter kunnen komen doordat de
planten uit Engeland kwamen en de
reis onder slechte omstandigheden
4-6 dagen heeft geduurd. De com
missie is er voorstander van dat deze
proef herhaald wordt met goede
planten en goede vergelijkingen.
De aanvoer voor de dinsdag- en
donderdagveiling in Krabbendijke
en Kapelle kan plaats vinden t/m de
middag van de dag daarvoor. Alleen
in bijzondere gevallen en na overleg
mét de halchef mag er op de veiling
dag zelf nog worden aangevoerd.
Dat moet echter een uitzondering
blijven, want de handel moet tijdig
weten wat er te koop is. We wijzen
nog eens op de mogelijkheid als
C.V.Z. lid om aan te voeren op elke
C.V.Z. veiling. Door de spreiding
van veildagen over de dinsdag en de
donderdag in het verdere van dit
seizoen is er dus voldoende moge
lijkheid om uw produkt aan te bie
den.
Onlangs ontvingen wij van het PAGV
in Lelystad de nieuwste teelthandlei
ding: prei. Zoals gebruikelijk in deze
serie wordt in zo'n 70 bladzijden een
compleet beeld gegeven van het ge
was prei.
Bij prei zijn naar de oogstperiode
drie teeltwijzen te onderscheiden,
namelijk zomer-, herfst- en winter-
prei. Vervolgens kan nog een onder
verdeling worden gemaakt in vroege
en normale zomerteelt, vroege en la
te herfstteelt en de teelt tijdens en na
de winter. Voor de zomerteelt
kweekt men de planten op onder
verwarmd glas. De planten voor de
herfstteelt worden onder koud glas
of onder plastic tunnels opgekweekt,
Van het Produktschap voor Groen
ten en Fruin ontvingen wij bericht
dat er, bij E.E.G. verordening een
wijziging is gebracht in de mini
mummaat appelen van de groot
vruchtige rassen. Deze verordening
treedt in werking op 1 januari 1983
en houdt in dat de doorsnee van de
bedoelde appelen tenminste 60 mm
dient te zijn om nog een bestemming
voor de verse consumptie te mogen
hebben. Tot nu toe was dit voor
klasse II 55 mm.
De maatregel zal niet alleen worden
toegepast voor appelen die binnen
de E.E.G. in de handel worden ge
bracht, doch geldt ook voor appelen
die naar derde landen worden geëx
porteerd.
terwijl voor winterteelt de planten in
de vollegrond kunnen worden op
gekweekt. Met deze verschillende
teeltwijzen, die alle uitvoerig in deze
teelthandleiding aan de orde komen,
is het mogelijk het jaar rond verse
prei van de vollegrond aan te voeren.
Achtereenvolgens worden behan
deld: algemene gegevens, grond, be
mesting, rassen, zaaien en planten,
onkruidbestrijding, ziekten en pla
gen, oogst, bewaren, afleveren, or
ganisatie en economie.
U kunt dit boekje bestellen door
10,— over te maken op giroreke
ning 2249700 t.n.v. PAGV Lelystad,
met vermelding van "prei".
In België heeft men vergelijkend on
derzoek gedaan naar de kosten van
energie in de glastuinbouw. In een
artikel daarover in het Belgische
tijdschrift "De Boer" van 2%/82
komt de auteur de heer N.Labeeuw
tot de volgende conclusie:
"Bij de huidige prijzenverhoudingen
is de "terugverdientijd" van een ko-
lenstookinstallatie vrij kort Dit is een
belangrijk positief gegeven. Geheel
of gedeeltelijk overschakelen naar
kolenstook is in de huidige situatie
en met de mogelijkheid van termijn
contracten voor steenkool in de glas
tuinbouw, zeker het ernstig overwe
gen waard".
Nadat het donkere weer in begin oktober ervoor zorgde, dat de groei uit het
gewas raakte, is het weer de afgelopen week daarentegen wat zonniger ge
weest en ook dat laat bij een snel reagerend gewas als dat van komkommers
meteen een reactie zien. Overal is nu weer groei (volop baarden) te zien,
alsook bloei met soms weer grote bloemen, zodat we rond de 10e november
nog een klein sneetje komkommers kunnen begroeten. Zo op het gezicht heeft
het steenwolgewas daarbij iets meer toekomst dan het gewas van de grond-
teelt.
De aangepaste C02 regeling is sinds een dag of tien operationeel. Tot nu toe
hebben we daarmee met name op de zonnige dagen kunnen zien, dat de ketel
tot 3 4 uur in de middag bleef branden, dat het C02 gehalte niet meer onder
de buitenwaarde komt en dat het 24-uurs gemiddelde over 10 dagen ongeveer
650 ppm C02 is. Exacte resultaten met deze aangepaste C02 regeling mogen
zeker in dit laatste gedeelte van de herfstkomkommerteelf niet verwacht
worden; het nu gemeten effect beantwoordt overigens wel aan de verwach
ting.
De klimaatsinstellingen zijn deze week niet gewijzigd.
Het energieverbruik bedroeg deze week 7449 m3 gas bij een bedrijfsomvang van 10.000 m2. Het gasverbruik is als volgt
te verdelen:
SDP-acrylplaten futurist, kas kontröle-objekt
Week no 4|, 8/10-15/10 grond steenwol grond steenwol grond steenwol
verbruik in m3/100 m2 deze week
66
65
78
72
87
64
energieverbruik in m3/100 m2
vanaf 11-8-1982
486
435
513
496
570
529
energiebesparing tov. kontróle (grond) m2
15$
24$
10$
13$
7$
oogst in st./100 m2
1617
1695
1629
1665
1821
1761
gemiddeld vruchtgewicht in gram
430
415
429
426
414
427
De buitenomstandigheden waren deze week:
gemiddelde buitentemperatuur:
gemiddelde windsnelheid:
Inkorten van wortels en bladeren heeft invloed op aanslag en ontwikkeling
van de planten.
16