Grondprijzen in Zeeland lager dan in Nederland De prijsontwikkeling van de grond in 1980-1981 De koopprijzen van landbouwgrond liggen bij de verkopingen buiten familieverband in Zeeland al jaar lager dan gemiddeld in de rest van Nederland. Dit lagere prijsniveau geldt zowel voor de verpachte als voor de onverpachte grond en zowel voor boerderijen als voor los bouwland. Dit is opmerkelijk omdat tot ongeveer 1977 de Zeeuwse grondprijzen hoger waren dan de Nederlandse gemiddelden. Uit de jongste door het CBS-ge- publiceerde cijfers over de verko pingen en verpachtingen van grond blijkt dat in Zeeland in de periode juli 1980 tot juni 1981 in totaal 2156 ha landbouwgrond werd ver kocht buiten familieverband. Daarnaast werd 700 ha overgedragen van ouders aan kin deren. Vanwege de bijzondere om standigheden blijven de gegevens van deze 83 verkopingen hier ver der buiten beschouwing. Deze oppervlakte lag iets hoger dan in de voorafgaande jaren, maar bleef belangrijk beneden het niveau van de verkopingen in de zestiger jaren. Gemiddeld werd toen jaarlijks ca. 50% meer ver kocht. Een geleidelijke verminde ring van de verkochte oppervlakte en schommelingen daarin van jaar op jaar hebben zich ook in de rest van het land voorgedaan. 1974-1976 ontwikkelden beide prij zen zich ongeveer parallel en vanaf 1977 zijn de Zeeuwse prijzen be langrijk lager dan de Nederlandse. Bij de vergelijking van de prijzen van verpachte boerderijen met die van onverpachte valt het op dat de ver pachte boerderijen de onverpachte vertraagd volgen. Los bouwland Om een zuiverder beeld van de grondprijzen te verkrijgen kan men beter letten op de prijzen van het los inkomenssituatie op de bedrijven. Daarnaast kunnen ook verschillen in opvatting over de waarde van grond in eigendom leiden tot verschillende verkoopprijzen. Bedrijfsuitkomsten De voor Zeeland als geheel geldende behoefte aan vergroting van de ak kerbouwbedrijven zal vooral in het begin van de zeventiger jaren heb ben geleid tot hogere prijzen voor het bouwland. De bedrijfsuitkomsten waren toen in het Zuidwesten in Van de in de periode juli 1980 tot en met juni 1981 in Zeeland verkochte oppervlakte bestond het merendeel uit percelen losse grond. Grond met gebouwen erop - "boerderijen" vol gens de statistiek - besloeg ca. een kwart van de verkochte oppervlakte. De losse grond bestond overwegend uit bouwland. Een klein deel van de verkochte oppervlakte betrof gras landkavels (6%) en boomgaarden (5%). 12% van de verkochte opper vlakte had betrekking op kavels die zowel bouwland als grasland omvat ten. Uit de statistiek blijkt dat ca. 10% van de oppervlakte landbouwgrond openbaar werd verkocht. Het aan deel van de openbare verkopingen was in Zeeland belangrijk groter dan in Nederland als geheel. Voor het grotere aandeel van de openbare verkopingen in Zeeland is niet direkt een verklaring te geven. Dit hogere aandeel zou o.m. verband kunnen houden met plaatselijke gewoonten, maar ook zou het belangrijk grotere deel van het z.g. los land hierop van invloed kunnen zijn. In Zeeland wordt naar verhouding meer los bouwland verkocht. De koperskring hiervoor is meestal wat ruimer dan voor grasland en voor boerderijen. Ten behoeve van de prijsvorming zou men dan de voorkeur kunnen geven aan openbare verkopingen. Ca. de helft van de in Zeeland ver kochte grond was verpacht. Lande lijk bezien wordt meer onverpachte grond verkocht, hetgeen onder meer verband zal houden met het gerin gere aandeel van de pacht. In Ne derland wordt maar ca. 40% van de grond gepacht, terwijl dit in Zeeland ca. 50% groter is. De tendens tot ver mindering van de pacht is ook te konstateren in de statistiek. De ver kopingen aan de pachters vormden een derde van de totaal verkochte oppervlakte. Het ging daarbij vooral om boerderijen die aan de pachters werden overgedragen. De prijsontwikkeling Voor Zeeland is alleen de prijsont wikkeling voor boerderijen en los bouwland vergeleken. Deze katego- riën vormen te zamen ca. 3A van de totaal verkochte oppervlakte. Uit grafiek 1 blijkt dat de prijzen van de onverpachte boerderijen met minstens 1 ha kultuurgrond zowel in Nederland als in Zeeland in de afge lopenjaren zijn gedaald. Deze daling begon in Zeeland eerder en was sterker dan in het gehele land, waar eerst vanaf 1980 een sterke daling optrad. Opmerkelijk is dat het Zeeuwse prijsniveau tot 1978 hoger lag dan het landelijke. Bij de verpachte boerderijen deden zich ongeveer dezelfde ontwikkelin gen voor. Tot ca. 1974 waren de ge middelde Zeeuwse prijzen hoger dan de Nederlandse. In de periode Deze "boerderij" met land in Axel werd in februari 1980 verkocht voor gemiddeld f 40.000,— per ha ink.l. gebouwen bouwland. De invloed van de waar de van de gebouwen op de prijs per hektare wordt daardoor uitgescha keld. (Verschillen in kwaliteit van de gebouwen, in mogelijkheden van o.a. niet-agrarisch gebruik en in de oppervlakte van de verkochte boer derijen kunnen tot sterk uiteenlo pende prijzen per ha leiden). Voor los bouwland waren de Zeeuwse prijzen in 1978 op een maximum toen voor onverpachte grond gemiddeld 40.000 gulden per ha werd betaald (zie grafiek 2). In tegenstelling tot de Zeeuwse prij zen die vanaf 1978 daalden bleven de Nederlandse gemiddelden nog stij gen en daalden pas in 1979. De prijzen van verpacht los land waren in 1981 in Zeeland gedaald tot ruim 18.000 gulden. Evenals voor de boerderijen geldt voor bouwland dat de Zeeuwse prijzen tot 1977 hoger waren dan de Nederlandse en dat nadien de prijzen in Zeeland lager waren. Het verschil in grondprijzen zal voor een belangrijk deel verklaard kun nen worden uit de verschillen in landbouwkundige omstandigheden en in de ontwikkeling daarvan. Nor maliter zullen de prijzen van de grond een afspiegeling zijn van de vergelijking met andere akkerbouw gebieden redelijk. Na het ongunstige jaar 1974/75 met veel waterschade volgden 2 gunstige jaren voor de ak kerbouw. De prijzen van de grond liepen toen ook belangrijk op. De zeer slechte bedrijfsuitkomsten in 1977/78 leidden de daling in van de grondprijzen, die zich nadien heeft voortgezet. Bij dit lagere prijsniveau van de grond zal ook de geringere intensivering van het grondgebruik een rol hebben gespeeld. De melk veehouderij werd op veel Zeeuwse bedrijven afgestoten en ook de op pervlakte fruit werd ingekrompen. Bij de prijsontwikkeling van de grond moet bedacht worden dat ook kopers van buiten Zeeland het prijs niveau van de grond tot stand brachten. Onder hen zijn boeren ge weest die elders onteigend waren of die goede bedrijfsresultaten hadden geboekt. Openbare verkopingen Voor de beeldvorming over de grondmarkt zijn vooral de openbare verkopingen van belang. Een groot aantal geïnteresseerden neemt daar kennis van de prijzen. Bij de onder handse verkopingen blijft de infor matie beperkt tot de onmiddellijk Grafitfk I. Gemiddelde prijs van boerderijen per ha. Gemiddelde prijs in gids. per hs Crafiek 2. Gemiddelde prijs van los bouwland per ha. belanghebbenden. In het grondver- keer nemen de openbare verkopin gen slechts een bescheiden plaats in. In Zeeland werden In de pe riode 1980-1981 2 boerderijen met gezamenlijk 75 ha openbaar ver kocht en verder o.m. 21 kavels bouwland van gemiddeld ruim 5 ha. Daarentegen werden onderhands verkocht 28 boerderijen van gemid deld 15 ha en 279 kavels bouwland van gemiddeld bijna 3 ha. Bij open bare verkopingen ging het dus om gemiddeld grotere oppervlakten per transaktie. De gemiddelde oppervlakte van alle boerderijen die terzelfdertijd in Ne derland openbaar werden verkocht, was slechts 9 ha. De invloed van de waarde van de gebouwen zal er ver moedelijk dus groter zijn dan in Zeeland. De openbaar verkochte kavels bouwland hadden een zelfde gemiddelde omvang als in Zeeland. De prijs van de openbaar verkochte boerderijen was in Zeeland in 1980- 1981 gemiddeld 35.000 gulden per ha. Voor los bouwland bedroeg deze prijs 34.000 gulden. De genoemde prijzen hebben betrekking op ver pachte en onverpachte objekten. Het ligt voor de hand deze prijzen te vergelijken met die van onderhandse verkopingen. Bij de openbare verko pingen werd in het betreffende jaar voor boerderijen gemiddeld 11.000 gulden per ha meer betaald en voor het los bouwland gemiddeld ruim 7.000 gulden. Prijsverschillen deden zich ook voor in de rest van Neder land maar waren beperkt tot boer derijen waarvoor toen gemiddeld 3.500 gulden per ha meer werd be taald. Voor het los bouwland was de gemiddelde prijs op de openbare verkopingen zelfs lager. Bij de prijs verschillen tussen openbare en on derhandse verkopingen kan het al dan niet verpacht zijn van de objek ten van invloed zijn. Het aanwezig zijn van een lopende pachtovereen komst en de mogelijkheden om deze te verlengen zullen mede aanleiding geven tot prijsverschillen. Daarnaast zullen de hoedanigheden van de ob jekten en de mate van belangstelling van de kopers van invloed zijn ge weest op de prijzen. Het prijsverschil tussen onderhandse en openbare verkopingen kan een gevolg zijn van de vraag- en aan bodverhoudingen op de grondmarkt. Vooral in een periode met veel vraag kan de openbare verkoop stimule- C. Wijnen rend werken op de prijsvorming. De prijzen bij onderhandse verkopingen zullen dan wat achterblijven. Bij te ruglopende vraag zal men de voor keur geven aan onderhandse ver koop. Niet alleen omdat de openbare verkoop dan weinig zekerheid geeft over de prijs maar ook omdat de kosten z.g. opgelden, bij deze ver- koopwijze belangrijk hoger zijn dan bij oêderhandse verkoop. Verkopingen aan de zittende pachter De prijs van de boerderijen die in Zeeland aan de pachter werden ver kocht lag in 1980-1981 gemiddeld op 18.000 gulden per ha. Dit was onge veer dezelfde prijs als voor andere verpachte boerderijen. Opmerkelijk is dat los bouwland dat aan pachters werd verkocht bijna 2.000 gulden per ha duurder werd verkocht dan de boerderijen. Voor de verwerving van verpacht los land, dat veelal in kavels wordt ver kocht die slechts een deel van een bedrijf vormen, zullen als regel meer vragers zijn dan voor boerderijen. Het verpacht zijn zal bij kopers die het land zelf willen gaan gebruiken bij los land veelal minder problema tisch zijn dan bij boerderijen waar mee de grondslag van het maat schappelijk bestaan van de pachter is verbonden. De beëindiging van de pacht zal daardoor aanmerkelijk moeilijker zijn. Anderzijds zullen er verpachters zijn die de boerderijen vanwege de lasten van de gebouwen tegen een overeenkomstige prijs van de hand willen doen. In vergelijking met de landelijke prijzen waren de prijzen voor de pachters in Zeeland lager. De over nameprijs voor de pachters was ook lager dan die van andere verpachte grond. Uit de meest recente cijfers blijkt dat de dalende tendentie van de grondprijzen zich heeft voortgezet. Kwartaalcijfers van medio 1980 en van medio 1981 laten in Zeeland een prijsdaling voor verpacht los bouwland zien van 18.900 tot 16.900 gulden per ha. Van het onverpachte bouwland was de prijs teruggelopen van 34.000 tot bijna 27.000 gulden per ha. Deze prijsdalingen komen overeen met die over het gehele land. Dooreengenomen bleven de prijzen landelijk 3.000 gulden per ha hoger dan de Zeeuwse. De prijs van verpachte boerderijen bleef op hetzelfde niveau en die van onverpachte daalde belangrijk. De recente prijsdaling van vooral de onverpachte grond geeft een aanwijzing dat het prijsverschil tussen verpachte en onverpachte objekten aan het verminderen is. Dit verschil dat vooral in de tweede helft van de zeventiger jaren is vergroot, vormt een van de stimulansen voor de verpach ter om bij pachtvrij komen van objekten tot verkoop over te gaan. Voor los bouwland zijn de prijzen in onverpachte staat 100% hoger geweest dan in ver pachte staat. Dit verschil bedroeg medio 1981 nog ca. 60%. Moge lijk dat door de recente prijsda ling de rust op de grondmarkt zal terugkeren en dat ook de pacht daardoor in stand kan blijven. Rust op de grondmarkt en stabi lisatie van de grondprijzen zijn eveneens van groot belang voor de waardering van de landbouw grond. Bij de financiering van de bedrijfsoverneming kunnen dan voor al degenen die bij de over neming betrokken zijn veel moeilijkheden bespaard blijven. Dit geldt vooral voor de overne mer die als gevolg van overtrok ken grondprijzen met zware fi nancieringslasten opgescheept zou komen zitten. Daarnaast is de waardering van de grond van veel belang als grond slag voor belastingen en rechten zoals de suksessie. Bij hoge prij zen kunnen de eigenaar of ver krijger hoge lasten worden opge legd zonder dat er direkte voorde len tegenover staan. Het is dan ook gewenst om bij het waarderen van de grond zeker niet alleen de prijs op openbare verkopingen als indikatie te beschouwen, maar te letten op de totaliteit van de ver kopingen. Regionale verschillen zijn daarbij eveneens van groot belang. 9

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 9