De familie van Linge en de fabrieksboerderij te Veelerveen Bedrijf lierontgonnen en verkaveld Verminderd pootaardappelareaal in de Gemeenschap Gezond bedrijf Kompliment van de komputer Het gezin Van Linge Deze keer is mijn keuze voor de KNLC-bedrijfsreportage gevallen op een wat uitzonderlijk bedrijf. Het betreft wat men in Veelerveen nog steeds de fabrieksboerderij noemt. Een groot bedrijf van 242 ha, dat in 1972 van de koöperatieve aard appelmeelfabriek W.T.M. werd gekocht door de heer Wester- mann te Dortmund (Did.). Reeds meer dan twintig jaar is de heer Jan van Linge direkteur van dit mooie bedrijf. Door zijn grootte is het inderdaad een uitzonderlijk bedrijf, maar qua type is het volslagen veenkoloniaal; 50% aardappelen in het bouwplan, een kwart bieten en een kwart graan (vrijwel geheel wintertarwe). Het bedrijf heeft een zeer interes sante geschiedenis. Veelerveen ligt zo'n vijftien kilome ter ten zuidoosten van Winschoten op de westflank van het zich tot ver in Duitsland uitstrekkende voorma lige hoogveengebied, het Bourtanger Moor. In het begin van deze eeuw was het de Oldambster boer B.L. Tijdens, die grote belangstelling aan de dag legde voor de hoogveengebieden! van Westerwolde, die zich ten zuiden van het Oldambt uitstrekten. De heer Tijdens heeft de stoot gegeven tot de kanalisatie van Westerwolde, het graven van het Ruiten A-kanaal en het Mussel A-kanaal, die zich bij Veelerveen verenigen tot het B.L. Tijdens-kanaal. Met zijn Oldambster kollega's Bont- kes. Everts, Ebels en Toxopeus kocht Tijdens rond 1900 woeste gronden in Veelerveen en zij namen tegelijker tijd het initiatief tot het stichten van de koöperatieve aardappelmeelfa briek "Westerwolde". Met het graven van het Ruiten A- kanaal was tevens de mogelijkheid geschapen tot ontginning van het gebied over te gaan. Zo werd gedu rende de eerste wereldoorlog het Hebrecht aan snee gebracht en voorts met behulp van Belgische vluchtelingen en ossenploegen ont gonnen. In de krisis van de dertiger jaren volgde de ontginning van het gebied langs de Duitse grens, het Rhederveld. De visie vam de Oldambster heren bleek juist te zijn geweest, voor de aardappelmeelfabriek "Westerwol de" kwam allengs voldoende grond stofbeschikbaar. Tegelijkertijd is de fabrieksboerderij ontstaan. Direkte aanleiding was het kunnen beschikken over vloeivelden. waarop het afvalwater van de fabriek eerst werd geloosd, alvorens het in schonere toestand op het kanaal kon worden toegelaten. Vier vijfde gedeelte van de boerderij was als regel als vloeiveld (met dijk jes er omheen) in gebruik. Daarbij was het mogelijk op de velden tevens gewassen te verbouwen. Toen na de tweede oorlog de me chanisatie in de landbouw zich aan diende. was de bedrijfsvoering vol gens de oude vertrouwde methode met veel mankracht en paarden niet langer te realiseren. In de periode 1947 - 1957 is met behulp van subsi die het gehele bedrijf op de schop geweest, wijken gedempt, geëgali seerd en opnieuw verkaveld. Op één voor hetzelfde beroep een opleiding, terwijl de jongste dochter dit jaar in Groningen de hotelschool gaat be zoeken. De Van Linge's hebben zich in Veelerveen steeds goed thuis ge voeld. De gedachte van het over schakelen naar een eigen bedrijf heeft natuurlijk weieens gespeeld, maar is nooit werkelijkheid gewor den. Daarover wordt niet getreurd. Integendeel de familie heeft het best naar haar zin. Het runnen van een dergelijk groot bedrijf met groot materieel heeft voor de heer des huizes veel aantrekkelijks. Voor het landbouworganisatiewezen heeft hij steeds veel belangstelling gehad. De landbouwcourant voor de Veenkoloniën werd thuis op de boerderij in Dedemsvaart reeds ge lezen! Begin dit jaar werd Van Linge benoemd tot bestuurslid van de Veenkoloniale Boerenbond. Een funktie, welke hij met veel ambitie vervult. Schuitemaker Het areaal pootaardappelen in de E.E.G. is gedaald van 104.576 ha in 1980 tot 98.282 ha in 1981, aldus mededelingen van de Europese Unie van de Aardappelgroothandel Nederland bleef het land met het grootste areaal al liep dit terug van 32.622 ha in 1980 tot 31.065 ha in 1981. Op de tweede plaats kwam Groot-Brittannië met 28.610 ha of 2737 ha minder dan in 1980. Op de derde en vierde plaats komen Frankrijk met 15.006 ha (15.083) en Duitsland met 14.367 ha (16.059). De internationale handel in poot- aardappelen ondervindt moeilijkhe den door uiteenlopende oorzaken als inflatie, devaluatie, hoe transport kosten en rente. Voorts zijn veel lan den erop uit hun eigen teelt tegen import te beschermen. vdw van de wijken werd midden over het bedrijf een verharde weg aangelegd. Voor het afvalwater van de fabriek kwam een bassin van 30 ha, verdeeld in drie vakken, waarvan het mogelijk bleek jaarlijks nog twee vakken voor de verbouw van gewassen te benut ten. Begin zestiger jaren heeft het bestuur van "Westerwolde" onder het emi nente voorzitterschap van Jan Luth samen met de besturen van de koö peratieve aardappelmeelfabrieken "Ter Apel en Omstreken" en "Mus- selkanaal en Omstreken", de basis De bieten tonen zich goed. gelegd voor de totale fusie van alle AVEBE-fabrieken, die in 1970 volg de. Het eerste begin, de fusie van "Westerwolde", "Ter Apel en Omstr." en "Musselkanaal en Omstr." werd in 1961 een feit. De nieuwe koöperatie "W.T.M." ont stond en de heer van Linge kwam met zijn boerderij in dienst van W.T.M. In het kader van de totale AVEBE- fusie in 1970 werd de fabrieksboer derij te Veelerveen te koop aange boden. Twee jaar later in 1972 kocht de heer Westermann het gehele bedrijf, in- klusief inventaris voor 3,3 miljoen. Daarbij was bedongen, dat direkteur en personeel eveneens mee moesten worden overgenomen. Dat is allemaal glad verlopen en zo heeft de heer Van Linge alweer tien jaar met een Duitse eigenaar te ma ken. De verhouding is allerplezie rigst en de heer Westermann laat Van Linge volledig de vrije hand. zodat deze het bedrijf runt op een manier alsof het van hemzelf is. Wat het bedrijf nu zelf betreft, het volgende. Door de herontginning en bezanding is de grond nogal wat verschraald, toch kunnen we nog spreken van humusrijke zandgrond. Goede grond, goed droogtebestendig. In deze droge zomer staan de gewassen er dan ook nog goed voor. Het stuif- gevaar. dat zich vooral bij de suiker- bietenverbouw voordoet, heeft de heer Van Linge goed in de hand met behulp van het zaaien van rogge. Hij verbouwt de hier benodigde rogge zelf. In de herfst wordt met behulp van een zaaibak op een vaste tand- kultivator met drukrolien de rogge breedwerpig gezaaid, waarna tege lijkertijd de grond met een aange Het echtpaar Van Linge voor de prachtige boerderij. Dankzij de ideale verkaveling en ontsluiting van het bijna 250 ha grote bedrijf, is het anderzijds ook moge lijk de kosten goed in de hand te houden. Met zijn drie medewerkers en een goed uitgekiende mechanisa tie zet de heer Van Linge het gehele bedrijf rond. Het P.A.G.V. te Lelystad heeft in samenwerking met het l.M.A.G. te Wageningen op de komputer van de Landbouwhogeschool een program ma voor het gehele bedrijf ontwik keld. Daarbij is gebleken, dat de be drijfsvoering, zoals Van Linge die voert de meest ideale is. De enige kritiek die de komputer had, was dat het resultaat nog iets gunstiger zou zijn, wanneer een drie-meters zelf- rijdende maaidorser gebruikt was in plaats van de op het bedrijf aanwe zige vier-meterskombine. Een mooi kompliment aan het adres van de heer Van Linge en zijn drie mede werkers. De komputer berekende een onder nemersinkomen (exklusief betaalde rente) van ruim duizend gulden per ha. We moeten hierbij in aanmerking nemen, dat alle arbeid op het bedrijf betaald wordt. De heer Van Linge stamt uit een be kende vervenersfamilie. Zijn groot vader vertrok begin 1900uitVeendam en vestigde zich te Dedemsvaart. Hij kocht daar een paar honderd hektare woeste grond voor zestig gulden de bunder. Daarvan is een boerderij van 170 ha overgebleven, waarop de jongste broer van Van Linge boer is. Van Linge zelf kwam in 1958 als as sistent-bedrijfsleider naar Veeler veen. Dat zelfde jaar trad hij in het huwelijk. Mevrouw Van Linge komt van een boerderij aan de IJssel bij Zwolle. Er zijn vier dochters, waar van de oudste twee al uit huis zijn. De oudste is kleuterleidster, de tweede verpleegster, de derde volgt bouwde verkruimelaaF nog wordt bewerkt. In het voorjaar vóór het bietenzaaien wordt de rogge dood gemaakt met een halve dosering Round Up. Daarmee is een ideaal zaaibed voor de suikerbieten ontstaan en het stuifgevaar afgewend. Op 5 augustus jl. heb ik me er van kunnen overtui gen, dat het bietengewas een zeer goede ontwikkeling te zien gaf! De gemiddelde opbrengst aan bieten was de laatste vijf jaar ruim 50 ton. Ook met de aardappelen heeft Van Linge niet te klagen. Bijna 44 ton over de laatste vijf jaar gemiddeld. De verdeling over de rassen is; 20% Element (vroeg), 50% Astarte (laat) en 30% Elkana om te bewaren. Met het laatste genoemde ras doet Van Linge mee aan de honderdduizend tons-bewaarproef van AVEBE. Daartoe heeft hij een mooie grote ruime (spantvrije) luchtgekoelde be waarplaats in een grote vrijstaande schuur gebouwd. De gemiddelde (winter)tarwe-op- brengst is rond 5,5 ton. Al met al blijkt wel, dat de herontginning van de vijftiger jaren zijn vruchten af werpt. 11

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 11