Minister de Koning bracht
bezoek aan Zeeland
Landbouwbedrijfsleven geeft
3 ton voor bestrijding
van bacterievuur
Graslandbemesting in
het naseizoen
Bestrijding bakterievuur vooral kwestie van geld.
drijfsleven te willen betrekken in de
financieringsplannen. Want het gaat
niet alleen om dit jaar, maar tegelijk
zal de bestrijding in de volgende ja
ren op papier rond moeten komen.
Duidelijk liet hij uitkomen dat hij
een geldelijke bijdrage van het be
drijfsleven verwacht. Daarbij gaat
het uiteraard niet alleen over Zee
land. De problemen met het bakte-
rievuur zijn weliswaar in deze pro
vincie het grootst, maar ze komen in
het hele land voor.
Meerjarenplan
Konkrete toezeggingen deed minis
ter de Koning in feite alleen voor
zover het plannen en voornemens
betrof. Er komt een landelijke in
ventarisatie betreffende het optreden
van bakterievuur en daarna zal er
voor de bestrijding een meerjareplan
moeten komen dat financieel gedekt
is. Want in eerste instantie draait al
les om het benodigde geld.
Uitbreiding van de 500 m. zone rond
de fruitbedrijven wees hij niet direct
af, maar naar zijn mening was het
voorlopig al een hele toer om alles
binnen de 500 meter grens op te
schonen. Pas daarna komt aan de
orde of het nodig is verder te gaan.
Ondanks het feit dat het voor 1982
beschikbaar geld voor bestrijding
van bakterievuur ong. op is, mag dit
werk niet worden stilgelegd. Vorig
jaar was dat wel gebeurd, maar het
zou een zeer slechte zaak zijn als dit
onder de huidige omstandigheden
herhaald zou worden.
De man die ontbrak
Eén man werd node gemist tijdens
het bezoek en de daarop volgende
bespreking. Dat was de ook uitgeno
digde. maar wegens andere ambtbe
zigheden verhinderde minster H. de
Boer van C.R.M. onder wiens ver
antwoording de natuurgebieden val
len. De mate waarin van die zijde
wordt meegewerkt aan de bestrijding
van het bakterievuur is wellicht be
slissend voor het al dan niet slapen
van de "zuiveringsaktie". De Zeeuw
se fruittelers hopen dan ook dat deze
minister zich alsnog op korte termijn
persoonlijk op de hoogte zal stellen
van de situatie. Want nog steeds
wordt hun bestaan bedreigd.
Vragen kamerlid Eversdijk over
bakterievuur
Het C.D.A.-kamerslid H. Eversdijk
heeft aan de ministers van Land
bouw en C.R.M. een aantal vragen
gesteld over het optreden van bak
terievuur.
Hij wil o.a. geinformeerd worden
over de omvang, de ekonomische
betekenis, de genomen en te nemen
maatregelen ter bestrijding en de fi
nanciering. Ook vraagt hij of een
-eventueel tijdelijk- inplantverbod
voor meidoorn en bepaalde coto-
neastersoorten wordt overwogen.
Ook in het naseizoen kan er nog veel
gras groeien. Augustus wordt niet
voor niets de tweede meimaand ge
noemd. Toch groeit het gras in het
voorjaar sneller. Het gaat in het na
seizoen alleen om een opleving van
de groei. In vergelijking met het
voorjaar kan het gras in augustus
daardoor minder stikstof rendabel
maken. Ook is tijdens het groeisei
zoen een kleine voorraad stikstof in
de grond opgebouwd. Dat kan nu
worden benut. Daardoor kan en
moet de stikstofgift tegen het einde
van het seizoen lager zijn.
Op zandgrasland kan worden geko
zen voor Magnesamon. Met deze
meststof wordt dan tevens magne
sium gegeven. Dat is, zo tegen het
einde van het weideseizoen, een
goede zaak. Voor weiden dient in
augustus 150 kg Magnesamon per ha
te worden gestrooid. Daarna kan tot
half september nog 100 kg Magne
samon per ha worden gegeven.
Het bezoek dat minister J. de Koning van Landbouw en Visserij op 27
juli j.l. aan Zeeland bracht om zich ter plaatse op de hoogte te stellen
van de problemen rond 't bakterievuur was erg nuttig. Daarover was
iedereen het eens, met inbegrip van de minister zelf.
De fruittelers zijn enigszins bemoedigd nu hun zaak op hoog niveau
zoveel aandacht kreeg. De minister kreeg een goed overzicht van de
situatie en deed moedgevende toezeggingen. Meer kon men wel hopen,
maar waarschijnlijk niet verwachten.
De heer W. Vermue (tweede van links) vertelt tegen de minister bij een geheel Ko Mol (geheel rechts) had een belangstellende bezoeker
afgezaagde boom hoeveel schade een dergelijke ingreep betekent.
Zware besmettingsdruk van
zieke meidoorn
De minister bezocht 's morgens twee
fruitbedrijven in "De Poel" onder
Nisse. Daar is de meidoorn in de na
tuurgebieden zeer rijkelijk vertegen
woordigd, doch helaas overwegend
aangetast door bakterievuur.
De gevolgen hiervan waren o.a. te
zien op het eerste fruitbedrijf dat
bekeken werd. namelijk van Rinus
van 't Westeinde. Hier komt op flin
ke schaal aantasting voor van bakte
rievuur in appels. Normaal is de ap
pel niet erg gevoelig voor deze ziekte.
maar door de vele zieke meidoorn in
de naaste omgeving is de infektie-
druk zo zwaar dat de appels het
loodje leggen.
Daarna ging de tocht naar het bedrijf
van Ko Mol, waar zware aantasting
was in de peren. Open plekken we
gens rooien en verminkte bomen
door afzagen van zieke takken waren
stille getuigen van de zware strijd die
hier wordt gevoerd om te redden wat
er te redden valt.
Onder de indruk
De minister was zeer belangstellend
en kwam gaandeweg steeds meer
onder de indruk van hetgeen hij zag
en hoorde.
Dat kwam ook tot uiting tijdens de 's
middags gehouden persbijeenkomst.
Vóór er vragen werden gesteld legde
hij eerst een verklaring af dat hij
weliswaar de problemen elke dag in
cijfers op zijn buro kreeg maar dat
alles toch anders is als je de werke
lijkheid ziet. De minister kon zich nu
ook goed voorstellen onder welke
zware druk de fruittelers leven. Er
wordt zeer veel tijd besteed aan de
kontrole van de bomen en het op
ruimen van het zieke materiaal.
Maar dan blijft toch nog de onze
kerheid over hetgeen er in de rest van
het jaar en volgende jaren zal ge
beuren.
Tijdens de beantwoording van de
vragen deed de minister zich kennen
als taktvol en ter zake kundig. Als
iemand die de problemen niet uit de
weg gaat, maar wel oppast om niet
meer te beloven dan hij verantwoor
den kan. Ontwapenend soms ook, bij
voorbeeld als hij op de vraag of hem
verwijten zijn gemaakt antwoordt:
"Nee. maar als men dat wel had ge
daan had ik daar begrip voor gehad".
Het Landbouwschap heeft samen met het Produktschap voor Siergewassen
f300.000,— beschikbaar gesteld voor het bestrijden van bacterievuur. Deze
plantenziekte, waarvan fruitteeltbedrijven en boomkwekerijen veel schade on
dervinden, grijpt op het ogenblik in het hele land sterk om zich heen. Behalve in
Zeeland bevinden zich infectiehaarden in Limburg, Noord-Brabant, Gelder
land, Utrecht, de IJsselmeerpolders en in de kop van Noord-Holland.
Ook in 1981 droegen het Land
bouwschap en het Produktschap
voor Siergewassen 300.000,— bij
voor het bestrijden van bacterievuur.
Het nu beschikbaar gestelde bedrag
is bestemd voor het opruimen van
aangetaste bomen en struiken of de
len daarvan in particuliere tuinen die
zich bevinden binnen een straal van
500 meter van een fruitteeltbedrijf of
een boomkwekerij. Het geld zal be
schikbaar worden gesteld aan de
Plantenziektekundige Dienst, wiens
eigen fondsen voor het bestrijden
van bacterievuur zo goed als uitgeput
zijn.
Gevoelig
Voor bacterievuur zijn met name
planten als meidoorn, cotoneaster en
peer, maar ook appel, vuurdoorn en
lijsterbes gevoelig. De ziekte kan in
feite alleen afdoende worden bestre
den door aangetaste bomen en strui
ken te vernietigen. Volgens het
Landbouwschap heeft de planten
ziekte, behalve door de voor de bac
terie gunstige weersomstandigheden,
zo om zich heen kunnen grijpen om
dat beheerders van wegbernen.
plantsoenen en andere terreinen niet
actief genoeg zijn geweest met het
opruimen van aangetaste planten.
Als gevolg hiervan hebben een aan
tal Europese landen hun grenzen
voor Nederlamdse boomkwekerij-
produkten gesloten.
Het Landbouwschap en het Minis
terie van Landbouw en Visserij wer
ken op het ogenblik aan een actie
plan voor de bestrijding van bacte
rievuur in de komende jaren. De
overheid wil dat het bedrijfsleven
daaraan in de korrn-nde jaren op fif-
ty-fifty basis gaat meebetalen. Het
Landbouwschap acht zo'n medefi
nanciering alleen bespreekbaar als
de bestrijding in het hele land inte
graal en consequent wordt aange
pakt. De overheid is daartoe tot nu
toe niet bereid. De Plantenziekte-
kundige Dienst van het Ministerie
van Landbouw en Visserij heeft
slechts een zogenaamd zonebeleid
voorgesteld dat inhoudt dat de be
strijding van bacterievuur zal worden
geconcentreerd in gebieden waar
boomkwekerijen of fruitteeltbedrij
ven zijn gevestigd.
Achterstand in onderhoud
Zonder voorbehoud stelde de minis
ter dat goed onderhoud van wegbe-
plantingen, natuurgebieden e.d.
noodzakelijk is om explosies van
bakterievuur te voorkomen. Tevens
gaf hij toe dat het onderhoud de
laatste jaren te wensen overliet,
vooral door gebrek aan geld vanwe
ge de diverse ombuigingsoperatie. Er
is thans duidelijk sprake van achter
stallig onderhoud.
Aansluitend voorzag hij meer terug- Op het bedrijf van Rinus van 't Westeinde (rechts in gestreept licht overhemd)
houdendheid bij de aankoop van waren de appels aangetast. De heer Doeleman (links) had de leiding van de
natuurgebieden. In de "betere tij- delegatie.
den" is er zoveel aangekocht dat we
nu met de brokken zitten. Daarom is
verdere aankoop in principe alleen
verantwoord als er voldoende ga
ranties zijn (financieel) voor het ver
eiste onderhoud.
De heer Vette is in Zeeland
verantwoordelijk voor het beheer van
de natuurgebieden.
Financieringsproblemen
De bestrijding van het bakterievuur
moet volgens de minister drastisch
worden aangepakt. Daarvoor is ech
ter veel geld nodig en dat is er niet.
Toch moet dat er komen. De minis
ter deelde mede hierover overleg te
zullen plegen met minister H. de
Boer van C.R.M. en ook het be-
8