Suikerbieten
Graszaad
Karwijzaad
Koolzaad
Win teruien
Knolselderij
Inzaai groenbemesters
Veehouderij
Grondonderzoek
Voederwinning
Nog stikstof strooien op
grasland
Italiaans raaigras als
voedergewas
Kunstweide als
voedergewas
Koppeling
melkcontrole-veevoeding
Kopziekte
Huisvesting van kalveren
De opvangstal (0-2 weken,
eventueel tot 8 weken)
De opfokstal (2-8 weken tot
3 maanden)
De stal voor oudere dieren
(vanaf 3 maanden)
Bij de suikerbieten kan het nodig zijn
om de schieters een keer om te hak
ken. Als deze nu verwijderd worden
behoeven ze later geen problemen
meer te geven bij het rooien. Dit is
des te meer noodzakelijk op die per
celen waar wilde bieten voorkomen.
Het van onder een dekvrucht vrijko
mende jonge graszaad dient zo snel
mogelijk een N-bemesting te krijgen.
De hoeveelheid wordt vastgesteld in
overleg met de teeltagent van de
zaad firma.
Het kan nodig zijn om het graszaad
nu reeds spoedig een keer onkruid-
vrij te maken. Kort na de oogst van
de dekvrucht gaat dat met name om
vlakgroeiende zaadonkruiden, zoals
muur. varkensgras en ereprijs.
Er zijn verschillende contactmidde
len die daartegen te gebruiken zijn,
zoals DNOC, dinoterb, ioxynil, Ba-
sagran of Faneron. Soms kan bij
voeging van MCPA of MCPP al in
dit stadium noodzakelijk zijn maar
als regel is het beter om te wachten
met groeistoffen tot de onkruiden
groter zijn en aan de groei. De ge
noemde contactmiddelen kunnen op
zich al veel concurrentie voorkomen.
Ook bij het vrijkomende karwij is het
gewenst om snel de eerste N te geven.
Uit onderzoek is gebleken dat in de
nazomer karwij ongeveer van de
totale N-behoefte nodig heeft, d.w.z.
100 a 120 kg. per ha. Wanneer zaad
onkruiden voorkomen kan het
noodzakelijk zijn om binnenkort 5
kg. Campagard, 2 a 3 kg Aresin of 7,5
a 10 liter dinoseb toe te passen.
Grote onkruiden worden vaak on
voldoende bestreden. Het effect van
Campagard en Aresin valt onder
droge omstandigheden vaak tegen.
Op wat grotere onkruiden en onder
meer vochtige omstandigheden kan
ook een mengsel van - bijvoorbeeld -
2 kg Aresin 10 liter dinoseb goede
resultaten geven.
De oppervlakte koolzaad die uitge
zaaid zal worden, zal zeer beperkt
zijn. Toch blijft de noodzaak aanwe
zig om de grond daarvoor tijdig
zaaiklaar gereed te leggen. Een goed
bezakt, vlak en fijn zaaibed is daar
voor nodig. Een goede opkomst is
zeer belangrijk. De beste zaaitijd is
eind augustus tegen 6 a 9 kg. per ha.
Het voornaamste ras is thans Jet
Neuf.
Kwik mag niet meer gebruikt wor
den in koolzaad. Voor de zaaizaad
behandeling wordt nu aangeraden -
per kg. zaaizaad - 10 gram thiram
(tegen kiemschimmels) eventueel te
mengen met 50 gram AAlindan In-
krusta (tegen de koolzaadaardvlo) en
dit op het zaad aan te brengen. Met
deze combinatie is nog niet veel er
varing opgedaan. Het verdient aan
beveling om, zeker onder wat droge
omstandigheden - sterk drogend
weer - het zaad vooraf te bevochtigen
zoals voorheen bij toepassing van
AAlindan Inkrusta al geadviseerd
werd.
Afgewacht dient te worden of er
weer belangstelling zal zijn voor de
uitzaai van winteruien en/of Japanse
winteruien. De prijzen vallen nu (wij
schrijven dit artikel half juli) tegen.
Deze uien moeten eind augustus -
begin september gezaaid worden.
Dit is gewoon noodzakelijk om een
goede beginontwikkeling te kunnen
verwachten.
Als het goed is ligt de tweede N-gift
van 70 a 100 kg N nu reeds op de
knolselderij, zo niet dan is het nu de
hoogste tijd daarvoor. Controle op
het voorkomen van bladluizen en
wantsen is noodzakelijk. Met mid
delen als Undeen of dimethoaat
(beide toegepast met veel water) zijn
deze insekten goed te bestrijden.
Vooral bij warm, vochtig weer be
staat er kans op het optreden van de
bladvlekkenziekte. Deze ziekte kan
voorkomen worden door het gewas
om de 10 a 14 dagen te behandelen
met maneb-tin. Onder voor de ziekte
zeer gunstige omstandigheden -
langdurige perioden met telkens re
gen, bij vrij hoge temperaturen -
wordt aangeraden één of meerdere
keren over te gaan op de (duurdere)
systemische fungiciden, zoals beno-
myl of carbendazim.
Na perioden van warm en droog weer
kan het optreden van inwendig bruin
in de knollen worden voorkomen
door 1 k 2 maal met 2 kg Maneltra-
Borium op 1000 liter water per ha te
spuiten
Na het ruimen van de gewassen zijn
er nog verschillende mogelijkheden
om groenbemesters in te zaaien. Zo
kan men na het frezen van een gras
zaadstoppel nog zeer goed wikken
inzaaien. Een goed gewas wikken
bevordert de vertering van de gras
zaadstoppels.
Bij de andere groenbemesters is men
gedwongen om een N-gift van 35-60
kg N mee te geven. Ze kunnen wel
iets later gezaaid worden (zie sche
ma).
met de vraag welke oppervlakte sui
kerbieten we willen telen en op wel
ke perceleif. In ieder geval moet dit
op percelen waarvan zeker is dat het
bietecysteaaltje daar geen onplezie
rige rol kan spelen. Zeker geen bie
ten op (te) zieke grond. Zo er op Uw
bedrijf mogelijkheden op percelen
beneden 30% afslibbaar zijn om te
ontsmetten, overweeg dit dan eens.
Tegenover de echt niet geringe kos
ten kan toch wel een flinke op
brengstvermeerdering bij de bieten
staan. Verder is al zeer dikwijls ge
constateerd dat de grondontsmetting
tevens toch nog al wat onkruiddo
ding teweegbrengt. In een apart arti
kel zal nader ingegaan worden op de
middelen en de juiste wijze van toe
passen van grondontsmetting.
gewas
periode van inzaai
kg. zaad per ha
wikken
juli-10 aug.
100
Ital. raaigras
juli-20 aug.
25
Westerw. raaigras
juli-l sept.
40
bladramenas
10-eind aug.
40
Regelmatig grondonderzoek is ge
wenst, eigenlijk een noodzaak om
een goed bemestingsbeleid te kun
nen voeren. Zorg dat U weet hoe de
grond reageert op de door U gegeven
bemestingen. Waar nodig kan door
zwaardere bemestingen met fosfaat
en kali de toestand t.z.t. op peil wor
den gebracht.
Op bedrijven waar veel drijfmest
en/of andere mestsoorten worden
gebruikt, is het bovendien noodza
kelijk om te weten hoe daar de fos
faat- en kalitoestand op reageert. Het
is soms mogelijk om op deze mest
stoffen te besparen. Op de kalkarme
gronden is controle op de kalkvoor-
raad in de grond en de pH noodza
kelijk om tijdig met een schuimaar
degift terug te komen. Bij het opma
ken van het bouwplan voor het vol
gend jaar krijgen we weer te maken
Bij de huisvesting van kalveren is het goed om leeftijdsgroepen te maken
De regen van de afgelopen periode
was voor veel percelen grasland wel
kom en heeft de grasgroei sterk be
vorderd. Er zal dus hopelijk nog ge
legenheid zijn om wat wintervoer te
winnen, aangezien op veel bedrijven
de hoeveelheid ruwvoer voor de
winter kleiner is dan vorig jaar. Het is
zaak het grasland zo goed mogelijk te
benutten, dus tijdig te maaien voor
hooi of kuilvoer. Indien de zode
ernstig heeft geleden, kan overwogen
worden het grasland opnieuw in te
zaaien of door te zaaien. De maan
den augustus en september zijn
daarvoor het meest geschikt.
Eén van de beste en goedkoopste
ruwvoeders is weidegras. In de
maanden augustus en september kan
nog heel wat stikstof rendabel ge
maakt worden. Men dient dan reke
ning te houden met eerder gestrooide
stikstof en de zwaarte van vorige
sneden. Voor een snelle hergroei is
het aan te bevelen steeds de stikstof
zo snel mogelijk na weiden of maaien
te strooien. Voor beweiden wordt 40
Regelmatig grondonderzoek is gewenst
tot 60 kg zuivere N per ha gestrooid
en voor maaien 60 tot 80 kg N per ha.
Voor een zo hoog mogelijke gras-
produktie neme men de volgende
regels in acht:
Het vee bij voorkeur inscharen in
gras dat niet langer is dan 12 a 15
cm (vuist lang);
- Maaien bij een opbrengst van ten
hoogste 3000 tot 3500 kg droge
stof per ha (katjes zijn aanwezig);
- Niet tekort maaien (5 k 6 cm
stoppellengte);
- Bij inkuilen of hooien een korte
veldperiode aanhouden (elke dag
langer is opbrengstverlies).
Als voedergewas is Italiaans raaigras
een zeer geschikt gewas om te maai
en voor hooi of voordroogkuil. Het
beste is om tijdig in te zaaien in het
najaar. Indien dit vroeg gebeurt (bij
voorbeeld vóór 15 augustus) kan een
goed gewas een hogere opbrengst
geven dan Engels raaigras. Vooral in
het volgende voorjaar heeft een goed
ontwikkeld gewas een voorsprong.
Het risico van uitvriezen is groter als
Italiaans raaigras voor de winter te
weinig ontwikkeld is. Bij het zaaien
in het najaar wordt 30 a 35 kg. zaai
zaad gebruikt. Het zaad van tetra-
ploïde rassen is zwaarder dan van
diploïde rassen, waardoor wat meer
zaaizaad aanbeveling verdient.
Italiaans raaigras kan ten opzichte
van Engels raaigras minder goed
tegen vertrappen (gemengd gebruik
weiden - maaien) en is gevoeliger
voor het berijden met zware machi
nes. Ook is Italiaans raaigras gevoe
lig voor het lang laten liggen van ge
maaid gras en voor kort maaien. Dit
geldt voor de tetraploïde rassen nog
iets meer dan voor de diploïde ras
sen. Indien er wat muur of ander
onkruid voorkomt kan men op dit
onkruid chemisch bestrijden met een
mengsel van 2-4 liter mecoprop of
3-4 liter Actril-M of 4-6 liter bena-
zolin/MCPA
Bij een zware veebezetting per ha
(weinig grasland aan huis) behoort
naast snijmaïs en Italiaans raaigras
ook de meerjarige kunstweide tot de
mogelijkheden. Enkele veehouders
hebben goede ervaringen met de
mengsels BG3 en BG2. Bij deze
mengsels wordt ook wel timothee
gezaaid en er komt belangstelling
voor de mengsels BG4 en MK1.
Over het algemeen vertonen meerja
rige kunstweiden een betere win ter
vastheid (minder kans op uitvriezen)
en een betere hergroei dan Italiaans
raaigras. De eerste snede gras in het
voorjaar is meestal iets later dan bij
Italiaans raaigras (1 k 2 weken vroe
ger dan Engels raaigras) maar de
kwaliteit van het produkt is gunstiger
door een hogere VEM en vre-waarde
in het produkt.
Elke veehouder, die lid is van de
melkcontrole, kan deelnemen aan de
koppeling melkcontrole - veevoe
ding. De kosten bedragen slechts
2,- per melkkoe. Deelname is zo
wel in de winter als in de zomer mo
gelijk. U kunt zich bij Uw melkcon-
troleur opgeven. Het "koppelings
project" werkt als volgt: in het najaar
wordt de voorraad ruwvoer gemeten
en de hoeveelheid berekend, terwijl
van de belangrijkste partijen een
monster wordt genomen voor de be
paling van de voederwaarde. Door
dat bij elke drieweekse controle door
de veehouder wordt opgegeven wat
hij over drie weken denkt te voeren,
kan de computer berekenen wat elke
koe aan krachtvoer moet hebben
voor een optimale produktie. Be
langrijk is dat alles goed moet wor
den opgegeven, zodat de computer
een juist advies kan geven.
In de praktijk is gebleken, dat bij een
goede begeleiding een hoger rende
ment van de melkproduktie is te be
reiken. Vooral hoogproduktieve die
ren worden beter gevoerd, terwijl bij
de laagproduktieve koeien bezuinigd
kan worden op de krachtvoergift.
Voor meer inlichtingen kunt u te
recht bij de melkcontroleur of Uw
bedrijfsvoorlichter veehouderij.
In augustus kan de temperatuur vrij
sterk variëren. Op sommige bedrij
ven komt dan kopziekte voor. Om dit
te voorkomen kan het weiland be
stoven worden met 30 kg Magnesiet
per ha vlak voor het inscharen van
het vee op een dauwnat gewas. Deze
magnesium plakt op het gras en
wordt zodoende door het vee opge
nomen. Men kan ook anti-kopziek-
tebrok/koekjes voeren. De koeien
goed in de gaten houden is nog het
belangrijkste.
Op veel bedrijven is de kalversterfte
aan de hoge kant. De huisvesting van
kalveren is dan ook lang niet altijd
optimaal. De noodzakelijke investe
ringen in een goede huisvesting zijn
daarom economisch al gauw verant
woord. De huisvesting dient zodanig
te zijn dat het dier goed kan functio
neren in al zijn levensverrichtingen.
Voorts moet de inrichting zo zijn, dat
ziekten worden voorkomen of effec
tief kunnen worden bestreden. Om
de besmettingskansen zoveel moge
lijk te kunnen beperken is het het
beste de dieren in leeftijdsgroepen in
te delen en in aparte afdelingen on
der te brengen. Hierbij moeten de
dieren over een droge en tochtvrije
plaats kunnen beschikken. Men zou
als volgt te werk kunnen gaan:
Deze stal moet een aparte geïsoleer
de ruimte zijn, waarin een goede
controle, hygiëne en klimaatsrege
ling uitvoerbaar zijn. Het beste kan
men de dieren individueel in boxen
brengen. De eenlingboxen moeten
gemakkelijk gereinigd en ontsmet
kunnen worden. Hierbij is noodza
kelijk een gladde wandafwerking en
een goede gierafvoer door bijvoor
beeld een uitneembare hardhouten
roostervloer.
Vanaf de eenlingboxen kunnen de
kalveren naar een opfokstal met
groepshuisvesting (5 a 10 stuks). De
opfokstal kan op diverse manieren
worden ingericht:
-groepshok met stro in het hok (veel
werk en natter);
-groepshok met roostervloer (kelder)
waarop stro;
-groepshok met roostervloer en
achterste deel gemeenschappelijk
ligbed met stro;
-groepshok met roostervloer met lig-
boxen;
-groepshok met volledig rooster
vloer.
Het gebruik van stro in hokken
vraagt veel arbeid tenzij voor bij
voorbeeld uitmesten van het ge
meenschappelijk ligbed van een
trekker met voorlader gebruik kan
worden gemaakt. Als de dieren nog
vrij jong zijn, zullen de klauwtjes op
betonnen roosters teveel slijten. Bij
gebruik van uitsluitend roosters ver
dienen hardhouten roosters en roos
ters omkleed met plastic de voorkeur
boven betonroosters. Een goede gier
afvoer bevorderd de hygiëne in de
stal door een drogere ligplaats.
Ruwvoer, krachtvoer en drinkwater
moeten gemakkelijk bereikbaar zijn.
Het is van belang dat de hokken wat
overcapaciteit hebben en van tijd tot
tijd goed worden gereinigd en ont
smet.
De oudere dieren kunnen in een ge
sloten of aan één zijde open loopstal
worden ondergebracht. De stal kan
als de opfokstal worden ingericht. Bij
gebruik van ligboxen is het wel eens
moeilijk om de juiste boxmaat te
kiezen in verband met de snelle ont
wikkeling van de dieren.
Men kan dan de dieren in groepen
van gelijke leeftijd en ontwikkeling
indelen en per groep een bepaalde
boxmaat aanhouden. In het begin
kan men beter een wat ruime box
nemen. Bij te kleine afmetingen
krijgt men gemakkelijker zoge
naamde damslapers. Het onder
brengen in ligboxen is vooral in het
voordeel van dieren, die later ook in
ligboxen worden ondergebracht.
Inlichtingen over indeling, afmetin
gen alsmede tekeningen van jong
veestallen zijn te verkrijgen bij Uw
bedrijfsvoorlichter voor de rundvee
houderij.
De bedrijfsvoorlichters
M. van Gastel,
J.M.J. van Aerts.
11