VOO It III?
Vit Oil \Y
De achterstand van meisjes
en vrouwen in het onderwijs...
Even voorstellen....
Tijdschrift
"Grafiet" over
"Landbouw in
Industriële
Samenleving
Overheid, onderwijs en emancipatie...
Nog een paar verschillen:
Wat wil men bereiken
In het kleuter- en lager
onderwijs
Het voortgezet
onderwijs
Hoger beroepsonderwijs
Wetenschappelijk onder-
Hinderpalen wegEr
uit de
p.j.z.-agenda
onder redaklie van de Redakliekommissie Bond
van Plattelandsvrouwen voor Zeeland en Bra
bant
Redaktieadres:
Mevr. I.J. de Regt-van \1aldegem.
Anna Mariaweg 1. 4494 PB (ieersdijk.
Meisjes lijken in het lager onderwijs in veel opzichten een voorsprong
te hebben op jongens: er gaan meer meisjes dan jongens na de lagere
school naar "hogere" vormen van voortgezet onderwijs. Maar later
blijkt die voorsprong maar schijn. Weliswaar verlaten gemiddeld even
veel meisjes als jongens het voortgezet onderwijs met een diploma,
maar omdat meisjes meestal eindexamenvakken kiezen waarmee ze
minder mogelijkheden hebben is hun diploma minder waard op de
arbeidsmarkt. Bovendien kunnen ze er vaak maar in beperkte mate mee
terécht in het hoger onderwijs.
Deze - en andere - gegevens kwamen drie jaar geleden bij een onderzoek
naar boven. Het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen stelde
eind 1981 een brochure samen waarin de belangrijkste maatregelen en
voornemens van de minister en de staatssekretaris werden vermeld en
toegelicht.
meisjes en jongens komen met
een verschillende houding de
school binnen. Van meisjes wordt
gehoorzaamheid, aanpassings
vermogen en passiviteit verwacht,
van jongens wordt verwacht dat
ze doortastend kunnen optreden
en dat ze zelfstandig zijn. Ook in
de school worden nog (vaak on
bewust) "ouderwetse" rolopvat
tingen in stand gehouden;
het komt nog voor dat bepaalde
vakken gescheiden worden gege
ven, bijvoorbeeld handenarbeid
voor jongens en handwerken
voor meisjes;
leidinggevende posities in het
onderwijs worden voornamelijk
door mannen vervuld;
jongens kunnen zich in het les
materiaal (leesboekjes, plaatsjes)
vaak beter herkennen dan meis
jes.
De maatregelen van de regering om
die verschillen te verkleinen en op
den duur weg te nemen worden on
derscheiden in drie soorten: sommi
ge worden al uitgevoerd, andere zijn
in voorbereiding en weer andere zijn
nog in studie. Dat klinkt misschien
een beetje ingewikkeld, maar al die
maatregelen samen vormen als het
ware de kapstok waaraan de regering
op het terrein van het onderwijs haar
beleid kan ophangen. Met voor elk
onderdeel een eigen haakje.
Wat wil de regering met haar eman
cipatiebeleid in het onderwijs berei
ken?
Zij wil dat iedere leerling de scholing
en de vorming krijgt die past bij de
eigen aard en bekwaamheid. Ieder
een móet daarom zonder belemme
ring de opleiding kunnen kiezen die
het beste past. Jongen of meisje, dat
mag geen verschil maken. Bij alles
wat op school wordt geleerd moeten
jongens en meisjes gelijk worden ge
waardeerd en bepaalde eigenschap
pen of vaardigheden behoren niet
meer uitsluitend aan meisjes of jon
gens te worden toegeschreven.
Bovendien moeten meisjes en vrou
wen de kans krijgen om hun achter
stand in te halen. Je kunt pas echt
van emancipatie spreken als jongens
en meisjes, vrouwen en mannen in
staat zijn zélf beslissingen te nemen.
Maar dat gaat moeilijk wanneer je
als meisje op school wordt bijge
bracht dat je later toch alleen maar
kunt kiezen uit moeder worden of
sekretaresse. En dat jongens sterk en
avontuurlijk zijn zodra ze kraandrij
ver kunnen worden of zelfs maan-
reiziger. Er moet dus het een en an
der veranderen. De regering toont in
haar nota aan, dat zij daarbij de ver
anderingen wil ondersteunen en be
vorderen.
kun je niet merken dat meisjes een
achterstand hebben. Meisjes en jon
gens werken het schoolprogramma
in hetzelfde tempo af. Meisjes blij
ven zelfs minder vaak zitten dan
jongens. Maar in het voortgezet on
derwijs (de scholen nè de lagere
school) blijkt dat meisjes tóch een
achterstand hebben. Hoe komt dat?
Waarschijnlijk zijn daarvoor ook in
het onderwijs oorzaken aan te wijzen
zoals de manier van lesgeven in het
kleuter- en lager onderwijs. Plaatjes
en teksten in de lesboeken laten
meisjes en jongens vaak in steeds
weer dezelfde rollen zien: meisjes
afwachtend, jongens ondernemend.
Er is verschil in eisen die aan hen
worden gesteld. Dat gebeurt vaak
onbewust. Van meisjes wordt nu
eenmaal altijd verwacht dat ze zich
"vrouwelijk" (lees passief) gedragen.
Jongens moeten "mannelijk" (dus op
de voorgrond tredend) zijn. Als je
dan later moet kiezen welke school je
na de lagere school zult bezoeken,
gaan dit soort zaken opeens sterk
meespelen.
Er is al gezegd dat de meisjes de
voorsprong die ze eerst op de jongens
hebben in het voortgezet onderwijs
verliezen, zodra ze hun eindexa
menvakken hebben gekozen. Meis
jes kiezen vaak voor "vrouwelijke"
beroepen als sekretaresse, bejaar
denverzorgster of inrichtingsassis
tente. Jongens kiezen vooral
"zwaardere" vakken als ekonomie,
wiskunde, techniek waarmee ze meer
toekomstmogelijkheden hebben dan
de vakken die meisjes meestal kie
zen. Het diploma van meisjes wordt
op de arbeidsmarkt vaak lager ge
waardeerd. Bovendien stromen veel
minder meisjes dan jongens door
naar de hogere beroepsopleidingen
of naar de universiteit.
Naarmate er voor de opleidingen
meer kennis van vakken als wis- en
natuurkunde en ekonomie nodig is,
zie je er minder meisjes. Niet omdat
meisjes geen belangstelling zouden
hebben voor dergelijke opleidingen.
maar die belangstelling komt niet erg
overeen met de gangbare opvattin
gen over "meisjesberoepen". Jon
gens die middelmatig zijn in wis
kunde worden aangemoedigd "om
dat het zo belangrijk is voor hun
toekomst". Tegen meisjes wordt ge
zegd: "Neem nou maar geen wis
kunde, het is zo'n moeilijk vak en jij
hebt het later niet nodig".
WIJSook op de universiteit blijft
het aantal meisjes achter, al kun je
wel van een geleidelijke stijging van
het aantal spreken.
Meisjes die zich inschrijven aan de
universiteiten kiezen in de meeste
gevallen een studierichting die aan
sluit bij de traditionele rolopvattin
gen. Een vak als pedagogiek (op
voedkunde) telt meer dan de helft
vrouwelijke studenten, technische
wetenschappen niet meer dan twee
van de honderd. Een groot gedeelte
van de vrouwelijke studenten maakt
de studie niet af.
Waarom dat het geval is, is nog niet
voldoende onderzocht, maar na al
het voorgaande lijken de oorzaken
niet moeilijk te raden. Vrouwelijke
studenten herkennen weinig van
zichzelf in de leerstof die ze krijgen.
Bovendien komen ze voortdurend in
botsing met de rol die de maat
schappij van hen verwacht, namelijk
moeder worden.
zijn
verschillende maatregelen om een
aantal hinderpalen voor de emanci
patie in het onderwijs weg te nemen.
Zo krijgt de Stichting "Marie, wordt
wijzer!", die meisjes aanmoedigt om
zoveel mogelijk aan het onderwijs
deel te nemen, een subsidie. Dat
geldt ook voor de Stichting "Tijd
voor school", die streeft naar gelijk
schakeling van school- en vakantie
tijden en invoering van een kontinu-
rooster. Verder geeft deze stichting
informatie over de wijze waarop ou
ders en de school dit probleem kun
nen aanpakken.
Scholen zullen vooral in projekten
"kort middelbaar beroepsonderwijs"
uitdrukkelijk worden gevraagd om
in de toekomst meisjes toe te laten tot
de opleidingen waar tot dan toe
voornamelijk jongens zaten. Maar
dat geldt ook omgekeerd: jongens
moeten in de toekomst ook oplei
dingen kunnen volgen die traditio
neel vooral voor meisjes waren be
stemd. Op dezelfde manier wordt
ook het vormingswerk en het leer
lingwezen benaderd.
Om de belangstelling van meisjes
voor het Hoger beroepsonderwijs
verder te bevorderen zullen er ook
verschillende nieuwe vormen wor
gden opgezet, die natuurlijk ook toe
gankelijk moeten zijn voor mannen.
Men denkt aan een verdubbeling
van het aantal opleidingen in de
toegepaste huishoudwetenschappen.
Verder wordt gedacht aan leidingge
ven in het welzijnswerk, opleidingen
op het gebied van veiligheid en ge
zondheidszorg. Een en ander kan
een begin zijn om de "mannenbe
roepen" open te stellen voor vrou
wen.
Sinds een paar jaar kent de universi
teit de vrouwen-studies. De vrou
wen-studies kunnen bijdragen tot
opsporing van allerlei vooroordelen
en leemten in het onderwijs ten aan
zien van vrouwen.
Aan de Landbouwhogeschool te
Wageningen is een nieuwe studie
richting emancipatievraagstukken
ingesteld. Daarvoor is een vrouwe
lijke hoogleraar benoemd. Een be
langrijke mogelijkheid om de
achterstand van meisjes en vrouwen
in het hoger onderwijs weg te werken
is het instellen van een Open Uni
versiteit. Daar kunnen zij een afge
broken opleiding alsnog afmaken.
Vrouwen, die toch meestal een dub
bele taak hebben (gezin/studie,
baan) kunnen via de Open Univer
siteit op een aangepaste manier hun
achterstand inhalen. In Engeland
studeren veel vrouwen aan de Open
Universiteit die daar al een aantal
jaren bestaat.
R.H.
Graag zou ik me even aan U voor
willen stellen. Mijn naam is Henk
Tegels. Sinds 1 juni ben ik de opvolger
van Harrie Wijermars. Ik ben 29 jaar
geleden geboren in Ven-Zelderheide,
een dorpje bij Gennep in Noord-Lim
burg. Ik ben ongehuwd. Na mijn la
gere en middelbare school ben ik in
Nijmegen Andragogiek gaan stude
ren. Tijdens mijn studie heb ik mij
vooral bezig gehouden met de speci
fieke problemen van het platteland.
Hierbij heb ik mij vooral gericht op
hoe je mensen in een plattelandssitua
tie kunt stimuleren om aan hun eigen
specifieke problemen iets te doen. Wat
dit betreft is er over stedelijke situaties
al vrij veel bekend; over plattelandssi
tuaties echter vrijwel niets. Dit had tot
gevolg dat mijn studie (en ook mijn
stage) veel langer duurde dan oor
spronkelijk gepland was. Daarom
moest ik op een gegeven moment in
militaire dienst. Tijdens mijn dienst
tijd heb ik als bestuurder van de vak
bond voor dienstplichtige militairen
VVDMgeprobeerd om op te komen
voor de belangen van de dienstplichti
gen. Op 31 december j.l. ben ik uit
militaire dienst gekomen en sindsdien
was ik werkloos. Vandaar dat ik ook
op zeer korte termijn met dit werk kon
beginnen.
De reden waarom ik op deze baan ge
solliciteerd heb en na mijn uitverkie
zing deze baan aanvaard heb is de
volgende: het platteland en het leven
daarop hebben mij altijd zeer aange
trokken. Zelfben ik opgegroeid op een
landbouwbedrijf (kweekbedrijf Zel-
in
ten aan kan reiken om na te denken
over hun eigen situatie, waardoor zij
in staat zijn om beter voor zich zelf op
te komen. De korte periode dat ik nu
al in dienst ben heeft mij hierin al veel
vertrouwen gegeven.
Helaas is het echter zo, dat ik maar de
helft van mijn tijd aan de PJZ kan
besteden. Voor de andere helft ben ik
werkzaam voor Eurodelta. Dit zal be
tekenen dat er binnen de PJZ enkele
dingen zullen moeten veranderen. Dit
zal tijd kosten en van meerdere men
sen meerdere inspanningen vragen.
Toch geloof ik dat we dit karwei best
zullen klaren.
Verder wil ik de wens uitspreken, dat
ik met een ieder waar ik tijdens mijn
werk mee te maken krijg, in een goede
verstandhouding mag samenwerken,
zodat de PJZ daar dan de vruchten
van kan plukken.
99
Henk Tegels
der), alwaar mijn vader bedrijfsleider
was. Ook heb ik. me veel bezig gehou
den met allerlei zaken in het dorp,
zoals het verenigingsleven en het
jeugd- en jongeren-werk. Hierdoor
heb ik een inzicht gekregen met welke
specifieke problemen de mensen op het
platteland geconfronteerd worden.
Naar mijn mening wordt hier door de
overheid te weinig rekening mee ge
houden. Die heeft meer oog voor de
stedelijke situaties. De plattelanders
en ook. de jongeren onder hen, zullen
zelf voor hun problemen op moeten
komen. Zij zullen er voor moeten zor
gen dat het mogelijk blijft om op het
platteland te leven. Dit kan gedaan
worden door zelf allerlei aktiviteiten
op het gebied van sport of ontspanning
te organiseren. Maar ook zullen zij na
moeten denken over wat zij willen dat
er met het platteland en zijn bewoners
gebeurt.
Ik hoop dat ik de jongeren van de PJZ
hierin kan begeleiden en hen handvat
2 juli - PJZ, 's-Heer Abtskerke-Nisse
eo. organiseert vrijdag 2 juli een
oriëntatie-rit voor iedereen dus ook
donateurs. Inschrijven om 19.00 uur
in "Irene" te 's Heer Abtskerke en de
kosten zijn 5,— per auto. Heb je
geen auto kom dan toch, er is vast
nog wel ergens plaats. Na afloop een
gezellig glaasje en de prijsuitreiking!
3 juli - PJZ Noord-en Zuid Beveland
houden dan weer een oer-gezellig
schuurfeest, waar iedereen welkom
is, ook ouders en donateurs. Het feest
wordt gehouden in de schuur van
fam. van Hootegem te Kruiningen.
De band "Switch" speelt op die
avond die om 21.00 begint. Leden en
donateurs 5,- en niet-leden
7,50.
Onlangs verscheen het tweede num
mer van het tijdschrift GRAFIET.
Dit nummer heeft als thema "Land
bouw in de Industriële Samenleving"
en bevat een aantal artikelen waarin
verschillende aspekten van de land
bouw worden belicht.
In een eerste artikel wordt ingegaan
op overproduktie en het landbouw
beleid. Op grond van vele gesprek
ken met vertegenwoordigers uit de
landbouwwereld worden de argu
menten voor en tegen produktiebe-
heersing onderzocht. De tweede bij
drage schetst de arbeidsverhoudin
gen in de Nederlandse landbouw
tusBn 1930 en 1945. De schrijver laat
vooral zien hoe de toenadering tus
sen landarbeidersbonden en boere-
norganisaties in de krisisjaren van
groot belang was voor het ontstaan
van één overkoepelende landbouw
organisatie na de oorlog. Een derde
artikel gaat in op de betekenis van
huwelijk en bezitsoverdracht in de
oude plattelandssamenleving en hoe
familieverhoudingen veranderden
als gevolg van industrialisering en
agrarische vernieuwing. Tevens be
vat dit nummer enkele "landelijke"
gedichten van H.H. ter Balkt en een
bijdrage over de agrarische gemeen
schap in de Amerikaanse literatuur.
Het nummer is rijk geïllustreerd en
bevat ook enkele typerende cartoons
van de Ntderlandse landbouw in
deze eeuw.
(Losse nummers zijn verkrijgbaar in
de boekhandel k 15,— of kunnen
worden besteld bij "redaktie Gra
fiet", Boven Zevenwouden 59, 3524
CK Utrecht.)
17