Hoge brandstofkosten in de
varkensfokkerij
Slechts kleine stijging
produktie varkenshouderij in
EG in 1982
Kennismaking met nieuwe
IMA G direkteur
Agrarische
evenementendag
Oostburg
De energie staat sterk in de belangstelling als gevolg van de sterk
gestegen prijzen in de laatste jaren. De laatste tijd zijn er een aantal
energiesoorten in prijs zelfs sterk gedaald.
In de varkensfokkerij is reeds veel aandacht besteed aan ventilatie en
verwarming met de bedoeling een beter klimaat en mede daardoor een
beter technisch-ekonomisch resultaat te verkrijgen. In dit artikel gaan
we in op de brandstofkosten in zijn algemeenheid en de brandstofkosten
bij diverse vloeruitvoeringen.
Om meer inzicht te krijgen in de
brandstofkosten bij de varkensfok
kerij is door het C.V.P. te Tilburg in
de periode mei 1980 t/m april 1981
een enquête gehouden over de
brandstofkosten op 107 bedrijven
met een totaal van ruim 11.000 aan
wezige zeugen. Op deze bedrijven
was één systeem als kraamopfokhok
resp. afspeenhok per bedrijf aanwe
zig.
In die periode waren de gem. ener
gieprijzen van aardgas 0,47 m3,
olie 0,87 ltr. en propaan 0,67 Itr.
inkl. B.T.W. en exkl. vastrecht en
tankhuur.
In tabel I zijn de brandstofkosten per
aanwezige zeug in relatie tot de be-
drijfsgrootte weergegeven.
De bedrijven die stro in de kraam-
hokken toepassen geven gem.
12,— per jaar in die periode aan
strokosten uit. Dit bedrag is niet bij
de gemiddelde brandstofkosten per
aanwezige zeug geteld.
De gemiddelde brandstofkosten per
aanwezige zeug bedragen 85,—
Opvallend is dat de spreiding in elke
groep groot is. Op veel bedrijven
wordt waarschijnlijk het verwar-
mings-ventilatiesysteem niet goed
toegepast. In tabel II zijn de brand
stofkosten weergegeven van bedrij
ven met centrale verwarming, bij een
bepaalde brandstofsoort en vloeruit
voeringen per aanwezige zeug.
In de laatste kolom zijn de brand
stofkosten inklusief de stookkosten
weergegeven. De strokosten bedra
gen/ 12,— per aanwezige zeug voor
die bedrijven die stro in hun kraam-
hokken toepassen.
Deze tabel geeft weer dat:
meer roosters bij de opfok, hoge
re brandstofkosten geven
aardgasbedrijven 10,— lagere
brandstofkosten per aanwezige
zeug hebben.
Konsulentschap voor de Varkens- en
Pluimveehouderij te Tilburg,
ing. M.J.P. Jaspers
Straallamp voor biggen.
De aardgasbedrijven hadden op ba
sis van stookwaarde aardgas maal
rendement C.V.-ketel nog lagere
brandstofkosten moeten hebben dan
de olie-bedrijven.
Oorzaak ligt misschien hierin, dat
hoe duurder iets (olie) is hoe zuiniger
men ermee omspringt.
Tabel III geeft de brandstofkosten
weer van andere verwarmingssyste
men (a.v.) bij een bepaalde brand
stofsoort en vloeruitvoering per aan
wezige zeug.
A.V.: andere verwarmingssystemen
kunnen o.a. zijn:
gasstralers, gaskanon, gasconvecto-
ren.
Ook deze tabel geeft weer dat de
aardgasbedrijven lagere brandstof
kosten hebben en hoe meer roosters
bij de opfok in het algemeen ook
hogere brandstofkosten.
Het zien branden van het verwar
mingsapparaat werkt waarschijnlijk
ook brandstofkostenbesparend.
Vergeleken we de C.V. met de A.V.-
bedrijven dan blijkt dat de A.V.-be
drijven 5,— tot 10,— lagere
brandstofkosten hebben per aanwe
zige zeug.
Voor die bedrijven die elektrische
biggennestverwarming toepassen,
daarvan zijn de kosten niet in de
brandstofkosten per aanwezige zeug
opgenomen.
Samenvatting
De brandstofkosten kunnen in de
varkensfokkerij oplopen van 35,—
tot 180,— per aanwezige zeug.
Energiebesparende oplossingen moe
ten en kunnen voorshands gezocht
worden binnen de bestaande verwar-
mings-ventilatiesystemen.
Deze mogelijkheden gelden vooral
voor die bedrijven die nu met te hoge
brandstofkosten uitkomen.
Daarna pas mag men aan een hoge
investering voor een energiebespa
rend systeem in de varkensfokkerij
gaan denken. Met uw bedrijfsvoor-
lichter moet u voor uw bedrijf een
passende oplossing kunnen vinden.
TABEL I
Groep
aantal
zeugen/
brandstofkosten
spreiding
bedrijven
bedrijf
p.aanw.zeug
I <50 zeugen
15
37
82,—
f 31 - 181
II 50-75 zeugen
15
63
72,-
33 - 142
III 76-100 zeugen
29
88
92,-
35 - 179
IV 101-125 zeugen
16
111
87,-
56-138
V 126-150 zeugen
17
134
80,—
40 - 121
VI 150 zeugen
15
196
87,-
55 - 151
Totaal
107
103
85,-
31 - 181
TABEL II
kraamhok
aantal
aanwezige
brandstofkosten
idem
resp. afspeenhok
bedrijven
zeugen
(m3 of ltr.)
incl.strokosten
C.V.
aardgas
strooisel
rooster
4
81
100,-(212)
112,-
halfrooster
halfrooster
10
90
72,-(153)
-
halfrooster
volledig rooster
22
136
83,-(176)
-
Totaal
36
117
82,-(175)
C.V.
olie
strooisel.
rooster
6
97
81,-(93)
f 93,-
halfrooster
halfrooster
6
119
89,-(102)
-
halfrooster
vollrooster
22
121
92,-(105)
-
voll.rooster
voll.rooster
2
147
116,-(133)
-
Totaal
36
138
92,-(105)
TABEL III
kraamhok
aantal
aanwezige
brandstofkosten
idem
resp. afspeenhok-
bedrijven
zeugen
m3 of ltr.)
inclstrokosten
A.V.
strooisel
aardgas
rooster
7
83
77,-(164)
89,-
halfrooster
halfrooster
1
92
77,-(164)
-
halfrooster
voll.rooster
3
109
f 76.-(162)
-
Totaal
11
91
77.-(164)
A.V.
strooisel
propaan
rooster
3
87
90,-(134)
102,-
halfrooster
halfrooster
3
120
71,-(106)
-
halfrooster
voll.rooster
4
75
91,-(136)
-
Totaal
10
92
83,-(124)
-
Tijdens een op 3 mei j.l. gehouden bijeenkomst waren de per 1 mei j.l. in
dienst getreden direkteur van het Instituut voor Mechanisatie, Arbeid en
Gebouwen (IMAG), ir. A. Hagting en het IMAG-personeel in de gelegenheid
met elkaar kennis te maken.
De heer Hagting werd in een overvolle IMAG-kantine aan de Mansholtlaan
12 toegesproken door ir. H.E. Clevering, voorzitter van het IMAG-bestuur en
door ir. F. Coolman, de scheidende direkteur. Daarna hield de heer Hagting
zijn maidenspeech.
De heer Coolman zal de heer Hagting nog enige tijd als mede-direkteur
bijstaan, waarna hij gedurende de periode september tot aan de datum van
zijn pensionering (1 juni 1983) een opdracht voor de Direktie Landbouw
kundig Onderzoek hoopt te vervullen.
De heer Hagting, die op 4 mei 1939 werd geboren, studeerde in 1967 af aan de
Landbouwhogeschool te Wageningen. richting akker- en weidebouw. Reeds
in 1966 trad hij in dienst van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders' eerst
als hoofd van de Sektie Landklassifikatie, daarna, sinds 1971, als hoofd van de
Afdeling Operationeel Onderzoek. De heer Hagting is gehuwd en heeft twee
kinderen.
In 1982 zal de varkensproduktie in de Europese Gemeenschap slechts
weinig toenemen, vergeleken met 1981. Dat is de mening van Prof. dr.
E. Böckenhoff uitgedrukt in zijn visie op de uitkomsten van de decem
bertellingen.
In 1981 zijn aan de hand van de thans beschikbare gegevens in de
Gemeenschap ongeveer 123,2 miljoen varkens geslacht. Vergeleken
met voorgaand jaar betekent dat een toename met 1,31 miljoen stuks of
met 1,1%.
De heren Coolman, Clevering en Hagting (v.l.n.r.) heffen het glas.
14
In Groot-Brittannië. Frankrijk, De
nemarken en Nederland, die geza
menlijk goed zijn voor meer dan 50%
van de varkensproduktie in de Ge
meenschap steeg de produktie
uiteenlopend met 1,0 tot 2,2%. In
Italië bedroeg de toename zelfs 9%.
In Duitsland was er enige teruggang
en in Ierland zelfs een daling met
15%,
Ook in andere Europese landen was
er van een toename sprake. In Fin
land, Noorwegen, Oostenrijk, Zwe
den, Zwitserland en Spanje werden
28,4 miljoen varkens geslacht in
1981, of 1,1% meer dan in 1980.
Perspektief 1982
Voor 1982 verwacht prof. Böcken
hoff een aantal slachtingen in de
Gemeenschap (9) van 123,4 miljoen.
In Duitsland. Frankrijk en België zal
het aantal slachtingen lager uitvallen
dan in 1981, in de overige partner-
landen is met een toename te reke
nen uiteenlopend van 1 tot 2%.
In de eerste helft van 1982 zal de
totale produktie die van vorig jaar
maar net halen, terwijl voor de
tweede helft van 1982 de produktie
groter zal zijn dan in 1981.
Voor de andere Europese landen zal
het aantal slachtingen met 28,2 mil
joen ongeveer 0,5% bij vorig jaar
achterblijven. Hier zal in de eerste
helft van 1982 de produktie toene
men, met een vertraging in de toe
name in de tweede helft van het jaar.
Vooral in Oostenrijk zal de produk
tie toenemen, terwijl in Spanje met
een teruggang te rekenen is van 4 tot
5%.
In Oost Europa moet met een klei
nere produktie gerekend worden. Zo
was in Polen medio 1981 de var
kensstapel 13% kleiner dan een jaar
tevoren.
Prijsontwikkeling Duitsland
Prof. Böckenhoff verwacht dat in het
eerste kwartaal de varkensprijzen,
gebaseerd op kl II (exkl. BTW) rond
DM 4.05-4.15 per kg zal bedragen,
wat 15% meer is dan in de eerste drie
maanden van 1981 en 9% meer als
gemiddeld in de voorafgaande vijf
jaar.
Voor het tweede kwartaal verwacht
hij een teruggang tot DM 3,80-3,90,
waarna in de zomer de prijzen weer
kunnen stijgen en het jaar zou kun
nen sluiten met prijzen van DM
4,10-4,20.
Gemiddeld zal in het gehele jaar 1982
de prijzen rond de DM 4,00-4,10 ko
men te liggen, aldus Böckenhoff, dat
is DM 0,20 of goed 5% meer dan in
1981 en 12% meer dan in de vooraf
gaande vijf jaar.
vdw
Door de RAK van de drie Agrarische
Plattelandsorganisaties zal op 19 juni
in Oostburg in samenwerking met de
winkeliersvereniging te Oostburg,
het Landbouwmuseum Heille, het
CAR, de Landbouwpraktijkschool
"Prins Willem", de 3 CLO's en de
Plattelandsvrouwenorganisaties een
grote agrarische evenementendag
worden gehouden.
De opening zal worden verricht door
de wethouder van Oostburg, de heer
Th. Thomaes. Op het programma
staan o.m. traktorbehendigheids-
wedstrijden, kruidenherkenning,
herkomstherkenning produkten,
Rassenherkenning koeien, herken
ning oude werktuigen enz. enz.