Naar boer Haak
Op Het
Boerderij
Met de klas
op Stap
Naar de boerderij
van boer Haak
Naar de boerderij van boer Haak d^Li,
Op de boerderij in zaamslag (bij
boer Haak)
Naar de Boerderij
Vrijdag 2 april gingen we naar boer
Haak. Op school deden we nog een
paar spelletjes. Daarna reden we weg
van school. We zongen met heel de
klas! "Het is nog niet voorbij" van
Willeke Alberti. Toen we aankwa
men bij de boerderij blafte de hond
tegen ons. De hond was niet te ver
trouwen. Eerst gingen we naar de
schapen. Daar was een pasgeboren
lam. De moeder was met de keizers
nede behandeld. We vroegen waar
voor de schapen gebruikt werden.
Het antwoord daarop was: "We ge
bruiken de schapen voor de wol".
Daarna gingen we terug naar het erf.
Daar was de ingang tot de koeiestal.
Er waren heel veel koeien en kalve
ren. De stiertjes werden verkocht
voor vlees. De kleine koetjes hielden
ze voor de melk. Terwijl er nog een
paar kinderen bleven kijken gingen
een paar kinderen, waaronder ikzelf,
naar de bijstal. Daar stond een heel
klein lammetje. Het was van zijn
moeder verstoten. We riepen de an
deren. De boerin vertelde dat het een
open gehemelte had. Toen we uit de
stal kwamen gingen we naar het
koelhok. We mochten erin. We
mochten in de koeltank kijken. Deze
zat vol verse koeiemelk. Tegenover
de koeltank stond de maatbeker.
Daarin werd de verse koeiemelk ge
meten. Toen we uit het koelhok
kwamen kwamen we uit bij de gier
put. We gooiden er aardappels in. Bij
de gierput was nog een koeiestal. We
gingen er kijken. En onder het kijken
trapte ik in een koeievlaai. Toen we
de koeiestal uitgingen gingen we
naar het erf. We bekeken daar de
machines en ook het huis. We zoch
ten nog naar producten van de akker.
Ik vond er een paar en gaf die aan de
groep van producten van het land. Er
liepen ook katten rond, maar die lie
ten zich niet zien. Evenals de pauw
die rond liep. Een vriendje en ik
gingen nog even naar het paard van
de veearts kijken. Het had een don
kerbruin lijf evenals de benen. En
net als de manen had het een kas
tanje-bruine staart. Toen we terug
kwamen was de rest al op de fiets
gestapt. Even later gingen we naar
huis.
Edy van Driel
Idas 5 van de
R.K. Basisschool
"De Geule" Terneuzen
Op vrijdag midag gingen we naar
boer Haak.
Daar was het heel erg leuk geweest.
Toen we daar waren gingen we onze
fietsen aan de kant zetten. Daarna
kwamen de Boerin en haar dochter
naar buiten.
Ze gingen met ons rondlopen en kij
ken. Eerst zijn we naar de schapen
geweest en dan naar de koeien en
tenslotte naar het land.
En we zagen nog allerlei machines.
En we zagen ook nog waar de melk
in zat dat was een hele grote tank.
En we zagen nog een heleboel, maar
jammer genoeg moesten we om drie
uur vertrekken naar school.
•En onderweg was het ook heel leuk
geweest.
Maar jammer genoeg regende het
een beetje.
Dat was niet zo leuk.
En toen we op school waren mochten
we naar huis gaan.
Vrijdag 2 april zijn wij met de klas op
stap gegaan Naar boer Haak. We
hadden allemaal een onderwerp.
Ons onderwerp was "Op het erf". Op
het erf was een schuur met koeien en
kalfjes. Er was ook een verstoten
kalfje met 1 neusgat. Hij had melk en
bix. Bix is het eten. Dichtbij de kalf
jes en koeien was een grote put. In
die put zat mest. Je kon op het mest
niet lopen. Je kon er wel op lopen als
je heel licht bent. Dat mest was voor
op het land. Op het mest lagen spui
ten die hadden de koeien gehad. Er
was ook een weiland. Op dat weiland
liepen schapen er was een schaap
met een keizersnede. Waar de snee
was was het helemaal rozen en paars.
De moeder had er blijkbaar geen last
van. Er zijn heel veel schapen met
kleintjes. Op 't erf lagen rose erwten.
Die erwten waren giftig. We moch
ten ze niet pakken. De vogels ook
niet anders zouden ze dood gaan. In
de stal waar de rose erwten lagen lag
ook mest. Waar het mest lag was een
deurtje waar je door naar buiten kon.
Dan stond je op het erf. Dichtbij de
schuur lag een waakhond. De waak
hond heet benno. De boerderij was
100 - 150 jaar oud.
Esther willaert
uit de 5e klas van de
Geule, Terneuzen
We zijn met de hele op de fiets naar
Zaamslag geweest. Toen we daar aan
kwamen hebben we eerst de boerde
rij een beetje bekeken. Toen we daar
alles gezien hadden, gingen we
achter de boerderij langs naar de
schapen. De schapen hadden pas
lammetjes gekregen. Er waren ook
een paar lammetjes met de keizers
nede geboren. Het moederschaap
(de ooi) liep gewoon in de wei. Je kon
die keizersnede zien. Toen gingen we
naar een berg gehakselde mais. Op
die gehakselde mais zaten allemaal
kleine vliegjes. Dat gehakselde mais
is voor de koeien. Daarna gingen we
naar de kalfjes in de stal. Het stonk er
behoorlijk! Er waren kalfjes van een
paar dagen van een paar maanden
en van een jaar. Toen gingen we naar
een verstoten lammetje. Dat lam-
Het was 2 april, we zouden naar de
boerderij van boer Haak gaan. Het
was in Zaamslag. We gingen 's mid
dags om één uur weg van school. Op
naar de boerderij! We moesten on
geveer 20 25 min. fietsen. Daar
aangekomen ging onze meester eerst
naar de boerin. De boerin zou ons
rond leiden. Eerst gingen we naar de
schapen. Er waren ook lammetjes. Er
was ook een schaap dat pas een
lammetje had gekregen. Het schaap
had een grote snede aan de rechter
kant. Daaruit was het lammetje ge
boren. Dit gebeurt niet altijd. Zo'n
snede heet "Keizersnede". Na de
schapen gingen we naar de koeien.
Er waren ook kalveren. De boerin
stopte haar hand in een van de kal-
*ren z'n bek. Ik mocht het ook eens
g n. Het was erg slijmerig. Toen
gingen we naar de melkmachine. Er
konden drie koeien tegelijk worden
gemolken. Er zat ongeveer 1/6 van
de tank vol met melk. Er was ook een
gierput. Daar gooien ze de mest van
de koeien in. Een keer per jaar wordt
de gierput leeggehaald. De mest
wordt op het land gegooid. (Als je op
de gierput loopt zakje er in weg). Het
laatste half uur mochten we zelf kij
ken. Het was heel leuk.
Arthur Blewanus
Van Kinsbergenlaan 69
Terneuzen
Klas 5 de "Geule".
metje had een open gehemelte en
maar één neusgat. Vervolgens gin
gen we naar de silo's op het erf.
In die silo's zaten bietenkoppen.
Vervolgens gingen we naar de hond
kijken en toen naar het melkkamert
je. Er stond een melkketel waar de
melk in kwam. Toen gingen we naar
de melkkoeien. Die koeien hadden
hele dikke uiers. Achter de stal was
een mestput. Het was net of er ge
wone grond op lag maar als je er op
ging staan zakte je erdoor. Daarna
mocht je nog even je eigen gangetje
gaan. En toen ging de hele tocht weer
terug naar school.
Saskia Dobbelaar
De Geule
Terneuzen
Brendely Anastacia
Terneuzen
Op een vrijdagmiddag gingen wij
naar boer Haak. We gingen op de
fiets. Gelukkig hadden we meewind
zodat we vlug opschoten. Toen we
daar aankwamen hoorden we de
waakhond blaffen en grommen. De
boerin kwam naar buiten en groette
ons. De waakhond blafte niet meer.
De boerin liet ons ingekuild mais
zien. Het was net een mesthoop.
Toen liet de boerin ons in het wei
land. Daar waren pasgeboren lam
metjes. Een schaap had, een hele
grote e snee in zijn zij. Dat was een
keizersnede. Dat kwam omdat het
niet goed ging bij de geboorte van
een lammetje, daarom moest de die
renarts, een keizersnede uitvoeren.
Dat is een snee aan de linker of
rechterkant van een schaap (kan bij
na bij alle dieren) of allebei dan
kunnen ze dat lammetje eruit trek
ken. Toen gingen we naar de koeien
daar deed onze groep het over dus
stelden wij vragen, ik vroeg: "Wat is
het voornaamst voedsel voor een
koe"? zij zei: "Het gras in de zomer
en bix en ingekuild mais in de winter.
Toen gingen we naar de melkmachi
nes dat was heel mooi. Je zag de
melkmachines staan en ook de zuig
nappen, die je aan de uiers van de
koeien moest vastmaken. Toen gin
gen we weg.
Irwinde smet, R.K. Basisschool "de
Geule" Terneuzen.
Vrijdagmiddag twee April, gingen
we met onze hele klas naar de boer
derij van boer Haak in Zaamslag.
Daar hadden ze een waakhond die
het hele erf moest bewaken, en naar
iedereen blafte die hij zag. Toen we
naar de schapen gingen kijken, zagen
een ooi met een heel groot litteken
van de keizersnede. Er was ook nog
een door de moeder verstoten lam
metje met maar één neusgat en een
scheve lip. Bij de melkmachines
stond een grote melkcontainer, met
allemaal melk erin. Er komt daar om
de twee of drie dagen een tankwagen
die daar de melk komt halen, en die
brengt de melk tenslotte naar de
zuivelfabriek. De koeien worden ge
molken met de zuignappen, en de
melk gaat dan via enkele slangen en
buizen naar de melkcontainer. Op de
boerderij van boer Haak zorgen ze
zelf voor het wintervoedsel van de
koeien. De mest van de koeien valt
daar gelijk in een rooster.
Danny klas 5
de Geule Terneuzen
14