Varkensprijzen vrij stabiel - krappe markt slachtvee "Kommissievoorstellen ramp voor de melkveehouders" Progressieve melkheffing met jaarlijkse verhoging melkprijs oplossing budgettaire problemen Ir. A.J. Oskam: E.P. Woltjer (lid P.v.d.A. Europees Parlement): Produktschap voor Vee en Vlees Slachtrundermarkt Mestkalverbesluit ontmoet kritiek Alternatief varkensvlees Prijsnoteringen slachtvarkens Notering slachtlammeren Zware druk De heer E.P. Woltjer heeft als lid van het Europees Parlement (P.v.d.A.) middels een ontwerp resolutie (22/1/81) een aantal maatre gelen bepleit tot herstel van het marktevenwicht in de melksektor. Tijdens een woensdag 17 maart j.I. gehouden perskonferentie is dit zgn. "Plan Woltjer" toegelicht. Bij het formuleren van dit voorstel tot regulering van de melkproduktie is door Woltjer uitgegaan van de noodzaak tot verlaging van de bud gettaire lasten in deze sektor. Tevens is hoge prioriteit gegeven aan o.m. de volgende beleidsdoelstellingen: Behoud van zoveel mogelijk arbeidsplaatsen; positieve effekten op het milieu zowel voor intensieve als extensieve gebieden, een betere ver deling van het arbeidsinkomen in deze sektor en het ontzien van de zwakkere positie van het kleine bedrijf. In zijn voorstel wil de heer Woltjer een beperking van het surplus door een kontingenteringsstelsel met een heffing ter grootte van het verschil met de wereldmarktprijs bij over schrijding. (De kontingenten mogen niet verhandelbaar zijn). De kontin genten (produktie 1980 of 1981) worden gedurende 5 jaar met 3% per jaar (1982-1987) verminderd, met uitzondering van de kontingenten kleiner dan 60.000 liter. De daling van de producenteninko mens worden beperkt door een reeë- le prijsverhoging van 1% per jaar ge durende deze periode. De herverdeling van de produktie- kontingenten moet dan als volgt: Toedeling van vrijkomende kontin genten o.m. uit bedrijfsbeëindiging en omschakeling 2% per jaar, vindt plaats aan die bedrijven die voldoen aan de volgende kriteria: Reeds toegewezen kontingent moet kleiner zijn dan 150.000 liter melk per volledige arbeidskracht, en mag daar na toewijzing ook niet overheen komen. Het bedrijfshoofd moet meer dan 50% van zijn arbeidstijd werk zaam zijn in de melkveehouderij. De produktie per hektare (gras land voedergewassen) mag niet boven de 15.000 kg komen. Van de totaal vrijkomende kon tingenten wordt 5% door de Kommissie toegewezen aan ge bieden, die een duidelijke struk- turele achterstand hebben, maar overigens geschikt worden beoordeeld voor de melkproduk tie (met name Ierland). De ver dere verdeling van vrijkomende kontingenten wordt door de na tionale overheden geregeld vol gens bovenstaande kriteria. Stimulering van bedrijfsbeëindi ging door verbetering van de be drijfsbeëindigingsregeling voor boeren ouder dan 55 jaar, waarbij Woltjer rekening wordt gehouden met de fiskale verschillen per land en te vens met de vermogenspositie van de betreffende persoon. Inkomensverdeling Inkomensverdeling zegt het plan Woltjer het volgende: - Het uitgangspunt blijft, dat de prijzen voor landbouwprodukten jaarlijks zodanig aangepast die nen te worden, dat het arbeidsin komen van het gezinsbedrijf ge lijk loopt met de inkomensont wikkeling in de andere ekonomi- sche sektoren. - Er dient een progressieve heffing te komen in plaats van de huidige medeverantwoordelijkheidshef fing op de geleverde melk, welke als volgt wordt berekend: - 0% over de bedrijfsproduktie tot 200.000 liter - 1% over de bedrijfsproduktie van 200.000 - 300.000 liter - 2% over de bedrijfsproduktie van 300.000 - 400.000 liter - 4% over de bedrijfsproduktie boven 400.000 liter De administratieve uitvoerbaarheid wordt vaak als argument tegen kon- tingentering aangevoerd. Dit be zwaar kan volgens Woltjer worden ondervangen door de melkfabrieken met de uitvoering van punt a. en c. te belasten. In feite is dit kontingenteringsstelsel dus gericht op afgeleverde melk 92% van de totale melkproduktie). Boeren, die zelf geheel of gedeeltelijk hun produkt afzetten c.q. verwerken (boerenkaas etc.), worden hierdoor niet of minder getroffen. Aan de Kommissie zou tevens gevraagd moeten worden om een erkennings beleid voor zuivelfabrieken in te voe ren, met daaraan gekoppeld een maximum aan de interventielevering van magere melkpoeder en boter. Een aanvang hiertoe wordt mogelijk door de verplichting tot afdracht van de medeverantwoordelijkheidsheffing door de melkfabrieken aan de Kom missie afhankelijk te stellen van de interventie aanbieding door de be treffende fabriek. Na de scherpe prijsdaling in de tweede helft van januari en begin februari is de varkensprijs in de afgelopen vier weken op een relatief stabiel niveau gebleven, aldus drs. S.B.M. Jongerius tijdens de open bare bestuursvergadering van het Produktschap voor Vee en Vlees op woensdag 10 maart in Rijswijk. Overigens is de varkensmarkt nog sterk in beweging en van een even wichtige situatie is nog geen sprake. Door de onderlinge konkurrentie van de slachterijen op de inkoop- markt staan de marges voor de bedrijven nog steeds onder druk. In de groothandelsprijzen voor varkensvlees kwam weinig verandering. Wel zijn de baconprijzen in Engeland verder gedaald. Bij een wat krapper aanbod liggen de biggenprijzen momenteel rond de 120 tot 125 per stuk, voor biggen van 22 kg. Op de Landbouw Hogeschool te Wageningen is onlangs door Ir. A.J. Oskam een vergelijking gemaakt voor de zuivelsektor tussen het plan "Woltjer", de kommissievoorstellen ter hervorming van het landbouw beleid en de prijsvoorstellen 1982/1983. Tevens is in de beschouwing betrokken de waarschijnlijke uitkomst van het debat over de prijzen in de ministerraad. De voor-onderstelling wordt in de studie van Oskam de beleidsprojektie van de ministerraad genoemd. De verschillende beleidsopties zijn vergeleken over de periode 1982-1988. De markt voor slachtvee is over het geheel wat krapper voorzien. In fe bruari bleef de aanvoer op de grote veemarkten ongeveer 11% bij vorig jaar achter. De handel heeft een vlot verloop op een wat hoger prijsni veau. Dat geldt niet alleen voor stie ren maar ook de verschillende kate- goriën koeien. Per 1 maart is de regeling slachting en weging van kracht geworden. Dat zou moeten resulteren in een prijs verhoging. Ruim aanbod deed de prijzen van nuchtere kalveren wat dalen. De afzet van kalfsvlees blijft goed lopen. Italië neemt ongeveer de helft van de export op. Op de Franse en Duitse markt staan de prijzen wat onder druk, met name van de achterspannen. De markt voor slachtlammeren liep verder op tot gemiddeld ruim 11- per kg. Er is kritiek op het mestkalverbesluit, doch om de gehele affaire opnieuw aan te kaarten bij het ministerie van Landbouw werd toch niet wenselijk geacht. De heer W. ter Beest zag de moge lijkheid, dat door zwaarder voor waarden in Nederland, de mestèrij zich wel eens kon gaan verplaatsen naar over de grenzen, waar de voor schriften niet zo streng zijn. De heer de Wijze zag ook nogal wat gevaar in de voortrekkersrol van Nederland, dat zo graag voorop wil lopen. Op een gegeven moment ben je zo eenzaam, als de ander niet volgt. Hij pleitte overigens voor harmoni satie van de voorschriften in Brussel. De heer Oostrom voerde aan dat de mesthokken de laatste jaren toch al groter geworden zijn. Het belang van de producent zowel als van het dier dient in acht genomen te worden. De thans voorgeschreven regelingen geven sterk de indruk dat ze ontwor pen zijn door mensen die niet in de praktijk staan. Belangrijk punt voor de mesters is de financiering van de nieuwe mest hokken. Alternatief varkensvlees, zoals bedoeld in de koncepten die op gesteld zijn om tot een regeling te komen inzake produktie van dat vlees, wordt in Nederland mo menteel (nog) niet geproduceerd. Inmiddels zal worden voortgegaan met het werk aan de totstandko ming van een regeling, waarbij aan de betreffende werkgroep is opgedragen, ook de fokkerijfase in de regelingen te betrekken. Er is een notitie opgesteld inzake prijsnoteringen van slachtvarkens, levend versus geslacht. Gekonkludeerd wordt dat voor de varkenshouders de markt voor het afleveren van slachtvarkens weinig doorzichtig is. Gesteld wordt dat de handel op basis van levend gewicht minder doorzichtig is door de ver schillende verkoopkondities. Dit werd fel bestreden door de verte genwoordiger van de veehandel J. Oostrom. Hij bestreed ook de konklusie dat de prijsnoteringen op basis van per kg slachtgewicht niet helemaal door zichtig zou zijn. Hij vond dat het juist helemaal niet doorzichtig was, zoals die prijzen tot stand komen. Een wat uitvoerige diskussie mondde toch hierin uit dat het produktschap in het kader van het informatienet zal blijven werken aan het doorzich tiger maken van de genoemde prijs noteringen. Ter verschaffing van een groter in zicht van de veehouders in de note ringen van slachtlammeren op de markten en ter kontrole van de slachterij werden voor een proefpe riode van één jaar de noteringen van de veemarkten in Utrecht, Sneek en Purmerend officieel vastgesteld. Gebleken is dat de noteringen weinig verschil toonden met die van de slachterijen, zodat besloten werd de officiële noteringen niet voort te zet-, ten. Het was de heer J. Oostrom die hier tegen ernstig bezwaar maakte. Hij stelde vast dat producenten wel waarde hechtten aan de notering. Het bestuur besloot echter de note ringen niet voort te zetten. De gedaalde export van schapevlees uit Nederland is gepaard gegaan met een toename van de levende export. Oorzaak dat de uitvoer van geslachte dieren is gedaald ligt o.a. in de ver schillen in slacht- en keuringskosten, alsmede in de voorkeur bij de afne mers voor warm ter plaatse geslacht vlees, terwijl er bovendien verschillen zijn in veterinaire voorschriften in de verschillende staten. Op korte ter mijn lijkt er geen mogelijkheid de positie van de Nederlandse slachte rijen te verbeteren. Met name de ve terinaire keuringskosten dienen ver laagd. vdW. Oskam konkludeert dat het hervor mingsvoorstel van de Kommissie en in mindere mate ook de recente prijsvoorstellen wel effektief zijn om te komen tot een afremming van de zuivelproduktie en een vermindering van de budgettaire lasten, maar des astreus voor de producenteninko mens en de werkgelegenheid. Ook ten aanzien van de effekten op na tuur en milieu moeten de kommis sievoorstellen negatief beoordeeld worden. Bij de te verwachten besluiten in de ministerraad zullen zowel de over- schotproduktie als de budgettaire lasten blijven stijgen. Bij dit vooruit schuiven van de problemen zullen vooralsnog de producenteninko mens en de werkgelegenheid onder minder zware druk komen te staan, echter zo'n beleid kan nooit gekonti- nueerd worden, als de wereldmarkt prijs iets gaat dalen, en dientenge volge de budgettaire lasten niet meer te overzien zijn. Temeer, daar nu reeds, volgens de laatste berichten, meer dan 95% van de beschikbare financiële middelen wordt gebruikt. Ook neemt in een aantal lidstaten de politieke bereidheid af, om mee te werken aan een beleid dat de huidige overschotproduktie in stand houdt, en niets doet ten gunste van de zwakke regio's in de gemeenschap. Oskam konkludeert, dat bij de uit voering van het plan Woltjer daar entegen een spektakulaire vermin dering van de overproduktie gereali seerd kan worden. Hoewel bij dit plan de konsument meer moet gaan betalen, is er echter volledige kompensatie te verwachten in de belastingsfeer. Dit is mogelijk omdat uitvoering van Woltjer's plan tot de sterkste verlaging van de bud gettaire lasten zal leiden en tot een forse stijging van het EG inkomen. Deze positieve effekten kunnen di- A.J. Oskam rekt de konsument ten voordele ge bracht worden. Zéér positieve effekten heeft dit plan, in tegenstelling tot de kommis sievoorstellen, op de inkomensont wikkeling voor de producenten. Bij uitvoering ervan zal rond 1988 de melkprijs ongeveer 21% hoger liggen dan bij realisering van de beide kommissievoorstellen. Andere voordelen van het plan Woltjer ten opzichte van de overige beleidsvoorstellen zijn de bevorde ring van een gelijmatige inkomens verdeling tussen de melkveehouders, een vermindering van de regionale specialisatie ten voordeel van de achtergebleven gebieden en een gunstige uitwerking op natuur en" milieu in intensief gebruikte gebie den. Ook op het vlak van de werk gelegenheid (in Nederland) skoort het plan goed. Het verloren gaan van enige arbeidsjaren (géén arbeids plaatsen!!) t.g.v. de verminderde overproduktie, zal niet leiden tot een toename van de werkeloosheid in de landbouw, maar uitsluitend tot een verkorting van de huidige, asociaal lange, werkdagen op het landbouw bedrijf. De administratieve uitvoe ring van het plan kan wel grote pro blemen opleveren, zo stelt Oskam. Door de politieke onwil van de lid staten om de problemen in de melk sektor gemeenschappelijk op te los sen, dreigen de melkveehouders het slachtoffer te worden. Gezien onze grote belangen zou een meer kon- struktieve en initiërende houding van Nederland verwacht mogen worden. Het gevaar dat nu door eenzijdige maatregelen, voorgesteld door ande re regeringen, de melkveehouders nog verder worden opgezweept in de doelmatigheidsrace zonder finish, is levensgroot aanwezig. 6

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 6