"Aardappel zal voor inkomensvorming belangrijke rol blijven spelen!" Vochtvoorziening bepaalt in sterke mate opbrengst en kwaliteit aardappelen Ir. H. van Ar kei van NI VA A Erwten telen voor de veevoederindustrie, een teelt met toekomst Aardappeldag Eksport Pootgoed TWEEDE FASE HERSTRUKTU- RERING AVEBE KAN INGAAN "We zien dat aardappelen op dit moment 24% van ons nationaal ak- kerbouwareaal in beslag nemen. Daarmee is duidelijk geworden dat aardappelen over de afgelopen 20 jaar aan belangrijkheid hebben ge wonnen voor de akkerbouwer. De laatste jaren zorgden de aardappelen zelfs voor 33% voor het inkomen van de boer. Een uiterst belangrijke positie derhalve. "Dit vertelde ir. H. van Arkel, direk- teur van het Nederlands Instituut voor Afzetbevordering van Akker bouwgewassen (N1VAA) op de 11 en 12 februari j.l. gehouden aardappel studie-middagen in Biddinghuizen. De heer van Arkel zei voorts te ver wachten dat de direkt voor ons lig gende toekomst, voor zover we dat nu kunnen bekijken, ook een beeld zal laten zien waarin aardappelen -een zeer belangrijke rol bij de inko mensvorming van de Nederlandse boer zullen blijven spelen. Gezien de door de kommissie voorgestelde prijsverlagingen zullen de vrije ge wassen het dus moeten doen om het boereninkomen veilig te stellen. Voor de bevordering van de zo es sentiële afzet ziet van Arkel een aantal mogelijkheden. Zo probeert men de konsument middels voor lichting, 'perspublicaties en beurzen duidelijk te maken, dat je van aard appelen niet dik wordt, maar dat ze gezond zijn. Om dit te bereiken heeft men dit jaar 70.000 lesbrieven verzonden naar al le huishoudscholen. In samenwer king met Libelle werd een aardap pel receptboekje aan 750.000 mensen in Nederland toegestuurd. Voorts zal dit jaar eind juni de ma nifestatie Polder '82 in de Flevohof gehouden worden en de week zal geopend worden met een aardap peldag. Het is waarschijnlijk dat deze gelegenheid door een lid van het Koninklijk Huis zal worden geo pend. Dat zijn de gelegenheden om pers, radio en televisie te interesseren en op die manier kun je dus met be trekkelijk geringe kosten een hoop voorlichting aan het Nederlandse koperspubliek geven. Als alle 14 miljoen Nederlanders één aardappel per dag meer zouden eten, zou de consumptie met 365.000 ton per jaar toenemen, d.w.z. 40% meer dan nu. Eén aardappel meer per dag en de totale opbrengst van de Fle- vopolder is weg! In Duitsland probeert het NIVAA middels reklame de Duitsers ertoe te bewegen om dagelijks een zakje "Bintje aus Holland" te kopen en niet meer een wintervoorraad van, voornamelijk Duitse, aardappelen aan te leggen. "Veel meer dan bij ons het geval is, blijken de Duitsers dat nl. nog te doen. Zo'n 40% heeft een wintervoorraad in de kelder opge slagen. Maar we winnen: in 1976 at nog slechts 7% van de Duitsers Ne derlandse aardappelen, en vorig jaar was dat al opgelopen tot 12%". In Frankrijk concentreren de NI- VA A-aktiviteiten zich op de afzet bevordering van voorgebakken diepgevroren frites. De Franse keu ken stelt traditioneel de eis dat alles wat op tafel wordt gebracht, vers moet zijn. Dat betekent: zelf aard appelen schillen, snijden, frituren. Wij proberen nu aan te tonen dat als je zo'n zakje voorgebakken diepge vroren frites bereidt, die kwalitatief zeker zo goed zijn als verse frites, of zelfs beter. Overigens komt op dit moment reeds meer dan de helft van alle frites die in Frankrijk wordt ge geten, uit Nederland. Daarnaast worden nog belangrijke hoeveelheden consumptie-aardap pelen in Italië, Algerije en een groot aantal andere landen afgezet, maar gezien de beperkte tijd wilde ik het hierbij laten en overgaan tot de pootaardappelen. Maar niet alvo rens te hebben vastgesteld dat Ne- 14 Ir. H. v. Arkel derland de grootste consumptieaar dappel- en fritesexporteur ter wereld is; en dat de hoeveelheden die daar mee gemoeid zijn zo groot zijn dat alle consumptieaardappelen aan el kaar een lijn van 800.000 km zouden vormen die 20 maal de wereld rond zou kunnen gaan. Met de frites kun nen we zelfs een lijn van Nederland naar de maan trekken: een friet- staafje dat 3,8 miljoen km. lang is. Wat de afzet van pootaardappelen betreft ziet de heer van Arkel in de Derde Wereld grote moeilijkheden gelet alleen al op de geweldige be- volkingseksplosies. Het NIVAA zal in de landen de voor inkoop van aardappelen verantwoordelijke in stellingen en politici proberen te overtuigen van de uitstekende kwa liteit van de Nederlandse aardappel. Een team van 6 teeltspecialisten be reist de hele wereld om deze rassen- proeven te bezoeken, om voorlich ting te geven en om mensen te over tuigen van de kwaliteit van het Ne derlandse pootgoed. Velen van ons spreken daarbij ook de lokale taal; Spaans, Portugees, Italiaans, Engels, Frans, Arabisch. Alhoewel de toekomstige afzetposi- tie voor Nederlandse aardappelen er goed uitziet, zijn er volgens v. Arkel toch wel een aantal factoren waaraan we aandacht zullen moeten blijven geven: In de eerste plaats is dat de kwaliteit. Alhoewel Nederland meer pootaar dappelen exporteert dan alle andere landen van de wereld bijeen, zijn wij ook zo ongeveer de duurste ter wereld. Wij kunnen onze concurren tiepositie dan ook alleen staande houden als we absoluut alles doen wat mogelijk is om deze kwaliteit ook zo hoog mogelijk te houden. Wij moeten ons goed realiseren dat in het buitenland, en ook in de ontwikke lingslanden, men tegenwoordig la boratoriumtechnieken heeft om allerlei soorten gebreken op te spo ren. Vorig jaar werd in een lading van 10.000 ton pootgoed in Angola een aantal cysten gevonden, en de hele lading is opgelost op 5000 meter diepte, d.w.z. weggegooid midden in de Atlantische Oceaan. In dit geval betrof het pootgoed uit een met Ne derland concurrerend land, maar we zullen moeten voorkomen dat ons eventueel ook iets dergelijks zou kunnen treffen, zo waarschuwde de heer v. Arkel. In de tweede plaats, zo vraagt hij, zal onze concurrentiepositie binnen de EEG van doorslaggevende betekenis zijn en dat hangt dan weer in sterke mate af van de aardappelareaalsbe- heersing in andere EEG-landen. l% Opbrengstverhoging of -verlaging in kilo's per hectare heeft gemiddeld een prijsverschil van I,— per 100 kilo tot gevolg. We zijn nu echter bang dat de te kleine prijsverhoging die Brussel voorstelt voor granen een druk in de richting van andere gewassen tot ge volg zal hebben. Daardoor zou de teelt van aardappelen in de EEG- landen wel eens kunnen uitbreiden". Een andere belangrijke factor is hoe de afzet van aardappelprodukten, vooral frites, zich in de nabije toe komst zal ontwikkelen. Weliswaar zit de groei er nu nog goed in, en is de verwerking dit jaar met 820.000 ton ongeveer even hoog geworden als het totale Nederlandse verbruik van consumptie-aardappelen, toch zijn er tekenen die er op wijzen dat de groei iets aan het afnemen is. Tenslotte wees de heer van Arkel er nog op dat de konkurrentie ons nauw op de hielen zit en dat het daarom van het grootste belang is dat wij de unieke samenwerking die wij in Ne derland tussen allerlei belangen groeperingen die met aardappelen te maken hebben, kunnen blijven vol houden. "Bintje aus Holland" is in West-Duitsland een begrip. We zullen er alles aan moeten doen om dat zo te houden! Het zal ook van belang zijn in hoe verre het Ministerie van Landbouw in deze unieke samenwerking een aktieve rol blijft spelen en fondsen weet vrij te maken om ons werk enigszins te subsidiëren. Op dit mo ment doen zij dat voor 5%, en al hoewel wij een uitstekende verhou ding hebben met het Ministerie, is toch een duidelijke tendens waar neembaar dat de bijdrage die het Ministerie aan de exportbevordering van aardappelen wil spenderen, te rugloopt. Wij zullen ons tegen deze situatie moeten blijven verzetten," zo besloot dhr. v. Arkel. Sinds 1978 is er in de E.G. een steunregeling van kracht die ten doel heeft de produktie van erwten te stimuleren, zodanig dat de veevoe derfabrikant dit produkt in konkurrentie met sojaschroot kan inkopen en de teler van een minimumprijs is verzekerd. In enkele landen van de E.G. heeft deze steunregeling ertoe geleid dat de erwtenteelt aanzien lijk is uitgebreid. Dit betreft vooral de landen Frankrijk, Groot-Brit- tannië en Denemarken. Met name in Frankrijk is er een grote uitbrei ding van deze teelt, namelijk van 6.200 ha in 1978 tot circa 90.000 ha in 1981. In al deze landen worden de erwten geteeld voor de verwerking als grondstof voor de mengvoederindustrie en dus niet als erwten voor de menselijke konsumptie. Erwten voor de mengvoederindustrie Tot op heden worden in Nederland erwten geteeld met het doel om een produkt met "hoogwaardige" kwali teit te krijgen (afzet voor menselijke konsumptie of export). Alleen als de kwaliteit te slecht is, verdwijnen zul ke partijen in de veevoedersektor. Met de nieuwe EG-steunregeling is "hoogwaardige" kwaliteit niet meer het doel; opbrengst is nu het belang rijkste. Voor de mengvoederindus trie is het niet belangrijk of het pro dukt een goede kleur heeft, dan wel piksel of halve erwten bevat. Steunregeling Om de eiwitproduktie in de E.G. te bevorderen is een minimumprijs voor erwten voor veevoederdoelein den ingesteld. Deze bedraagt voor de produktie van de oogsten 1981 en 1982 24,47 E.C.U. 68,84 per 100 kg, op kondities van maximaal 14% vocht en 3% bijmenging. Om ervan verzekerd te zijn. dat de teler ten minste deze minimumprijs voor zijn produkt ontvangt, dient hij een kon- trakt af te sluiten met een veevoe derfabriek. Bij levering van de erw ten aan de veevoederindustrie ont vangt de teler dan tenminste boven genoemde prijs. Hogere prijzen voor voererwten zijn uiteraard mogelijk voor de erwten van oogst 1981 werd wel 10,— en meer premie per 100 kg uitbetaald. Rendement Het financiële rendemem van de erwtenteelt kan blijken uit de Kwantitatieve Berekeningen 1981 van het Proefstation voor de Akker bouw en de Groenteteelt in de Vol- legrond (PAGV). Het financiële re sultaat van de erwtenteelt ligt nu op het niveau van wintertarwe en be duidend boven het niveau van zo mergranen. Hiermee plaatst de teelt van erwten zich in de rij van ook financieel aantrekkelijke gewassen. (De Molenaar) Dr. D.E. van der Zaag, medewerker van de Direktie Landbouwkundig Onderzoek te Wageningen, heeft op de Aardappelmiddagen op 11 en 12 februari j.l. te Biddinghuizen, een in leiding gehouden over het aardappel- onderzoek in Nederland. Hij vertelde o.m. dat de omvang van het onderzoek op verschillende ma nieren kan worden uitgedrukt, o.a. in percentage van de bruto produktie- waarde (B.P.W.) of van de netto toe gevoegde waarde (N.T.W.). De om vang in het totale landbouwkundig onderzoek uitgedrukt in percentage van de N.T.W. is in Groot Brittannië ongeveer 'A hoger en in West-Duits land Vi lager dan in ons land. De omvang van het aardappelonder- zoek uitgedrukt in percentage van de B.P.W. is bij aardappelen ongeveer 1,4%, bij granen 2,2% en bij suiker bieten 1,7%. Globaal gesproken worden de gelden voor aardappe- londerzoek als volgt besteed: Veredelings- en rassenonderzoek 30%; Bewaring en verwerkingson- derzoek 30%; Ziektenonderzoek 15%; Teelt, fysiologie enz. 25%. De heer van der Zaag ging voorts in op de vochtvoorziening van het aardappelgewas dat in sterke mate de opbrengst en de kwaliteit bepaalt. Optimale vochtvoorziening door be tere beworteling (geen storende la gen en geen hoge grondwaterstand) en door beregening (intensiteit en frequentie van beregening belang rijk). Door een goede vochtvoorzie ning krijgt men meer knollen per plant (meer stengels bij vochtig pootbed en meer knollen per stengel bij vochtige grond gedurende de pe riode van knolaanleg), geen mis vormde knollen en groeischeuren en een goede invloed op de inwendige kwaliteit (o.a. blauwgevoeligheid en kook- en verwerkingskwaliteit). De Tweede Kamer der Staten-Gene- raal heeft zich op 16 februari j.l. bij een stemming uitgesproken vóór uit voering van de motie die de heer Waalkens op 10 februari j.l. had in gediend. Deze had de regering tijdens een de bat over de herstrukturering van AVEBE o.m. verzocht om een voortzetting in passende omvang van de transfer- en suppletieregeling. Bovendien werd gevraagd ten be hoeve van het bewaren van aardap pelen op individuele bedrijven, voor., 1982 en 1983 uit vrijkomende gelden van de buiten werking gestelde Bij zondere Regionale Toeslag, een be drag van in totaal 8 min. ter be schikking te stellen. Minister De Koning (landbouw en visserij) had destijds aanvaarding van deze motie ontraden, m.n. om dat toezegging van een dergelijke steunverlening voor twee jaar hem te ver ging. De twee andere tijdens bedoeld de bat ingediende moties van de Ka merleden Brouwer en Tazelaar, die uitstel van de herstrukturering resp. van de beslissing daarover bepleit ten, werden verworpen. Dit houdt in dat de tweede fase van herstrukturering bij AVEBE kan in gaan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1982 | | pagina 14