In Zeeland werden in
1981 meeste ha's
bieten verbouwd
De organisatievorm van de kontraktteelt
Export uien verloopt niet
onbevredigend
Kontraktteeltkommissies van de 3 C.L.O. II
Samenstelling commissies
Veel Britse gerst
naar Nederland
T elersgroeperingen
Steun en vertrouwen
Suikerbieten
Ook peulvruchten worden vaak geteeld op kontrakt. Overgens heeft het ma
chinaal oogsten van deze vruchten de laatste jaren sterk terein gewonnen.
De samenstelling van de kommissie
vindt plaats vanuit de landbouwor
ganisaties, vanuit de werkgroepen en
vanuit de sekretariaten van de land
bouworganisaties. De volgende per
sonen zitten in de kontraktteeltkom
missies.
Meer dan in het recente verleden
krijgen boer en tuinder de gele
genheid om met afnemers kon
trakten af te sluiten voor de teelt
en/of afzet van bepaalde agrari
sche produkten. De graszaad en
peulvruchten-teelt wordt nage
noeg geheel beheerst door kon
trakten, bij andere gewassen zijn
kontrakten veel voorkomend,
zoals bij knolselderij. De afzet van
aardappelen en uien verloopt
veelvuldig via prijsegaliserende
kanalen als pooling en kontrak
ten.
In het vorig artikel is gewezen op de
noodzaak van een gezamenlijke be
langenbehartiging.
In het verleden is dat niet zo een
voudig gebleken. De Nederlandse
Kontrakt-Telers vereniging is hier
van een voorbeeld. Na de eerste
hoopvolle jaren kon zij het bestaan
door ledenverlies niet volhouden.
Omdat de landbouworganisaties
achter de N.K.T.V. stonden werd de
zaak van de N.K.T.V. na de ophef
fing door hen overgenomen. Daar
voor werd door de drie Zuidweste
lijke Landbouw Organisaties
C.B.T.B.. N.C.B. en Z.L.M. een
kommissie gevormd, die de telersbe-
langen in het oog zal houden en be
hartigen.
Omdat de kontraktvormen voor de
verschillende akkerbouwgewassen
aanzienlijk uiteen lopen werden 3
werkgroepen gevormd: Aardappel-
Uien, Peulvruchten en Zaaizaden.
Financiële tekorten van kommissies
en werkgroepen worden betaald
door de landbouworganisaties. Waar
mogelijk wordt door inhoudingen op
de afrekeningen aan telers een deel
van de kosten-van vertrouwenskom-
missies en werkgroepen betaald. Al
leen bij konserven-peulvruchten
wordt op deze wijze door de telers
rechtstreeks bijgedragen. De kosten
worden evenwel niet gedekt.
Half oktober '81 schreven we al dat de Nederlandse uienmarkt dit
seizoen heel wat te verstouwen heeft. De produktie '81 is in ons land
uiteindelijk 30% groter geweest dan die van '80. Ook in de rest van
Europa werd vrijwel overal veel geoogst. Toch hebben we tot op heden,
hoewel daarbij konsessies moesten worden gedaan t.a.v. de prijzen,
maar liefst ruim 40% meer zaai-uien kunnen exporteren dan vorig
seizoen. De over het geheel genomen en voor Nederlandse begrippen
goede kwaliteit van de oogst 1981 zal daarop zeker van invloed zijn
geweest.
Een en ander heeft geresulteerd in kleinere februari-voorraden dan de
omvang van de produktie aanvankelijk deed vermoeden. Waarschijnlijk
lag er begin van deze maand nog zo'n 20% meer opgeslagen dan in
februari '81 en een kleine 10% meer dan op die datum in '80.
45,5 ton per ha
In 1981 werd er in ons land volgens
het CBS 11.770 ha uien uitgezaaid.
Vergeleken met de twee daaraan
voorafgaande jaren is dat een uit
breiding met zo'n 8 a 9%. In 1980
besloeg het areaal zaai-uien 10.880
ha en in het jaar daarvoor 10.812 ha.
De uitbreiding van de teelt deed zich
voornamelijk voor op de Zeeuwse
Eilanden 12%) en in de IJssel-
meerpolders (NOP 7%, Oostelijk
Flevoland 10%). Op de Zuidhol
landse Eilanden bleef het areaal
praktisch gelijk, terwijl het in
Noord-Holland afnam.
537.000 ton zaai-uien geoogst
in 1981
Een ruim 8% grotere uitzaai t.o.v. '80
gekombineerd met een 20% hoger
beschot resulteerde in 1981 in een
bijna 30% grotere produktie van
zaaiuien dan in het jaar daarvoor.
Het CBS heeft de oogst (definitief)
geraamd op 537.000 ton. Dat is nog
wel bijna 10% minder dan in '77
(590') maar t.o.v. '78 (522') is het en
kele procenten meer. In vergelijking
met de produktie in 1979 en 1980
(resp. 457' en 416') is er in '81 zeker
erg veel geoogst.
8
Gevolgen van enorme Spaanse
produktie vallen erg mee
Op de Westeuropese markt is Spanje
de belangrijkste konkurrent van Ne
derland. De Spaanse produktie van
uien is in 1981 erg groot geweest. De
kwaliteit van de Grano's schijnt dit
jaar erg goed te zijn.
Het is dan ook opmerkelijk dat een
en ander in het huidige seizoen tot op
heden niet heeft geleid tot een ver
dringing van de Nederlandse uien op
de belangrijkste Europese afzet
markten ten gunste van het Spaanse
produkt. Zo importeerde West-
Duitsland tot 1 februari j.l. zelfs een
derde minder uit Spanje en ruim 10%
meer uit Nederland dan in dezelfde
periode van het vorige seizoen. Ook
op de Engelse en Franse markt heb
ben de Nederlandse uien geen veer
behoeven te laten, integendeel zelfs.
Spanje exporteert dit seizoen wel
veel meer naar Portugal, Venezuela
en naar Japan en Korea.
Het prijzenfront
Het feit dat er dit seizoen grote hoe
veelheden uien te verhandelen zijn,
heeft z'n effekt op de prijs niet ge
mist. Toch is het bepaald niet zo dat
de prijzen, zoals b.v. in het seizoen
'78/'79, in de goot liggen. Aanvan
kelijk (in september) werd op de
beurs in Goes dooreengenomen 10 ct
per kg veldgewas (moet nog worden
uitgesorteerd) betaald. Die prijs liep
op tot gemiddeld 17 ct per kg in de
cember en januari. In de twee voor
gaande seizoenen werd in december
dooreengenomen 25 ct en in januari
drie dubbeltjes betaald. In '78/'79
was dat niet meer dan een stuiver.
Op veilingniveau lag de prijs dit sei
zoen t/m december bij een 20% gro
tere aanvoer gemiddeld rond de 30
cent (vj. 40, vvj. 33).
De hierbovengenoemde beursprij-
zen zijn, zoals gezegd, gemiddelden.
In werkelijkheid zijn er vrij grote
prijsverschillen tussen partijen blan
ke uien die na begin oktober geen
velddroging hebben ondergaan en
partijen donkerder uien die wel bij
nat weer op het land hebben gelegen.
Soms gaat het daarbij om verschillen
van een dubbeltje per kg (b.v. blanke
uien 25 ct en donkere 15 ct). Bij de
huidige prijzen scheelt dat nogal wat.
Op de Westduitse groothandels
markten zijn de prijzen voor Neder
landse uien dit seizoen dooreenge-
nomen ongeveer 20% lager dan in
'80/81. In januari is het prijsniveau
daar wel gestegen. De Engelse
groothandelsprijzen blijven slechts
weinig achter bij die van vorig sei
zoen. Markt-Info PGF
In de eerste vier maanden van het
exportseizoen werd uit Groot
Brittannië 1.416.000 ton gerst
uitgevoerd, vergeleken met
680.000 ton tot 1 januari 1980.
Opmerkelijk is o.a. de toename
van de export naar Nederland van
57.751 ton tot 356.475 ton, als
mede de toename van de afzet
naar Ierland van 947 ton tot
19.601 ton.
In totaal ging 793.851 ton naar de
partnerlanden in de Gemeenschap
vergeleken met 351.046 ton vorig
seizoen.
B. van Dueren den Hollander, Fij
naart, kommissievoorzitter en voor
zitter werkgroep Peulvruchten
(C.B.T.B.)
B.J. Drent, De Rips (N.C.B.)
A.A. van Nieuwenhuyzen, St. Phi-
lipsland, (Z.L.M.)
A. van 't Westeinde, Arnemuiden,
voorzitter werkgroep Aardappe
len/Uien (N.C.B.)
G.J. de Jager, Werkendam, voorzit
ter werkgroep Zaaizaden (Z.L.M.)
N. Groot, Goes, sekretaris werk
groep Peulvruchten (C.B.T.B.)
mr. A. Vugts, Tilburg, sekretaris
werkgroep Aardappelen/Uien
(N.C.B.)
R. Hoiting, Zevenbergen, sekretaris
kommissie en werkgroep zaaizaden
(Z.L.M.)
Deze organisatievorm is dus na
drukkelijk gestoeld op de land
bouworganisaties. In de IJsselmeer-
polders wordt gewerkt via het Land
bouwschap. In het Noorden wordt
meer gewerkt met verenigingen van
telers, die (bij peulvruchten) direkt
met de afnemers onderhandelen
over oppervlakte, prijs en voorwaar
den, waarna verdeling plaats vindt.
Een dergelijke organisatievorm bes
taat ook min of meer in de Biesbosch
in de P.O.C. (Producenten Organi
satie Peulvruchten) die zaken doet
met Hak in Giessen. Bij dergelijke
organisatievormen kunnen verder
reikende afspraken tussen teler en
afnemer worden gemaakt, dan in die
gevallen waar de teler individueel
staat, ondanks de aanwezigheid van
een vertrouwenskommissie.
Door de kontraktteeltkommissie is
de afgelopen jaren gepleit om (met
name bij de konservenpeulvruchten)
te komen tot telersgroeperingen. De
verenigingen van telers zouden tot
taak hebben om samen met de afne
mer te zorgen voor instandhouding
van de teelt van konservengewassen.
Weliswaar kunnen de belangen van
teler en afnemer op korte termijn
uiteenlopend zijn, maar op langere
termijn zijn ze gemeenschappelijk.
De buitenlandse konkurrentie geldt
voor beide. Vanuit die gezichtshoek
bezien mag ook van afnemerszijde
Bij de 3 zuidwestelijke landbouw
organisaties fungeert sedert 1977
de Kontraktteeltkommissie van
de 3 C.L.O. Van verschillende zij
den is er op aangedrongen om
over bestaan en funktioneren
meer te publiceren. Daarmee
moet de bestaande onbekendheid
wat worden teruggedrongen. De
redaktie wil daaraan graag haar
medewerking verlenen. Het tweede
van enige artikelen over aard,
doelstelling en werkwijze van de
Kontraktteeltkommissie treft u
hierbij aan.
belangstelling worden verwacht om
met de telers na te gaan op welke
wijze de overlevingskansen kunnen
worden vergroot.
Dat heeft niet alleen te maken met
prijzen. Rassenkeuze en teelttechni-
sche aspekten zijn evenzeer belang
rijk. Er zijn voldoende voorbeelden
waar samen met de voorlichtings
dienst uitstekend werk wordt verricht.
Als het telersbestand van bepaalde af
nemers zich niet zou lenen voor ve
renigingen zou een reglementering
van het instituut van vertrouwens-
kommissies een goede zaak zijn. Op
telersbijeenkomsten kan inspraak
van telers plaats vinden bij samen
stelling van de vertrouwenskommis-
sies en kan met afnemer van ge
dachten gewisseld worden over opti
malisering van de teelt voor teler en
afnemer.
De kommissie en de werkgroepen
funktioneren nu enkele jaren. Even
als met vele andere nuttige zaken is
het ook hier moeilijk om het kon-
krete resultaat van de inspanningen
aan te geven. Duidelijk is evenwel
gebleken, dat de organisatie in een
behoefte voorziet.
Elke ontwikkeling wordt gekenmerkt
door vallen en opstaan. Bij de ge
schetste organisatievorm is dat niet
anders. Het geheel verdient evenwel
steun en vertrouwen van allen, die bij
de kontraktteelt betrokken zijn, zo
wel van telers als van afnemers.
R. Hoiting
MINISTERIE VAN LANDBOUW
EN VISSERIJ
SECRETARIAAT STATISTIEK
EN DOCUMENTATIE
Bron: C.B.S. Landbouwtelling mei
spreiding van de beteeldc oppervlakte in 1981
ha
Groningen
16.114
12.4
Friesland
5.574
4.3
Drenthe
16.847
12.9
Overijssel
2.119
1.6
Gelderland
4.020
3.1
Utrecht
116
0,1
Noord-Holland
9.375
7,2
Zuid-Holland
10.487
8.0
Zeeland
21.070
16,2
Noord-Brabant
13.954
10,7
Limburg
13.307
10,2
Noordoostpolder
8.425
6.5
Oostelijk Flevoland
8.251
6,3
Zuidelijk Flevoland
703
0.5
NEDERLAND
130.362
100