Verslag bijeenkomst Gewestelijke
Raad van het Landbouwschap
voor Noord-Brabant
Buitenstaander
Rotonde nr. 3:
Over produktie hier,
honger in de
derde wereld
MINISTER GEEFT
KAMER AANVULLENDE
IN FORMA TIE A VEBE.
Boeren moeten rekening
houden met strengere
eisen milieu-wetgeving
Rentmeester
van vroeger is nu
algemeen adviseur
DEGELIJK MAAR SAAI
In de vergadering van de Gewestelijke Raad van het Landbouwschap
voor Noord-Brabant van 25 nov. 1981, kwamen o.m. ter sprake de
toetingskriteria van de Wet Agrarisch Grondverkeer en Pachtwet.
Dé Minister van Landbouw heeft een aantal organisaties, waaronder
het Landbouwschap Den Haag, advies gevraagd omtrent een aantal
ontwerpen van algemene maatregelen van bestuur, waarin toetsings-
kriteria zijn opgenomen voor de vervreemding en de verpachting van
landbouwgrond. Zijdens het sekretariaat is een notitie opgesteld op
grond van bouwaanvragen in de periode 1978 tot en met 1980. Daaruit
blijkt dat bij het hanteren van de voorgestelde toetsingskriteria betref
fende het huidige beroepen ook de genoten opleiding circa 2/3 van de
reeële nieuwvestigingen niet gerealiseerd had kunnen worden, indien de
benodigde grond van derden zou moeten worden aangekocht.
Veiligheid in de landbouw
In het voorjaar van 1981 is een
proefenquete "Preventiemaatrege
len ten behoeve van De Mens" ge
houden. De kommissie Landbouw-
veiligheid heeft de konklusie getrok
ken dat uit de verzamelde gegevens
een aantal zaken geput kunnen wor
den die in de toekomst mogelijk
kunnen worden aangepakt. Verder
zijn de enquête-gegevens voor de
deskundigen van belang om zich te
beraden op welke punten aan pre
ventie kan worden gedaan.
Ophokplicht duiven
Gedeputeerde Staten hebben een
ontwerp-besluit betreffende de pro
vinciale verordening ophokplicht
voor duiven om advies toegezonden.
De vergadering heeft zijn instem
ming betuigd aan dit ontwerp-be
sluit. dat voorziet in een duidelijke
behoefte.
Verordening vergelingsziekte suiker
bieten
Het kweekbedrijf Van der Have te
Rilland heeft ontheffing gevraagd
van de voorschriften van de veror
dening vergelingsziekte bieten voor
een oppervlakte van 2 ha verdeeld
over 25 groepen in Noord-Brabant
en Zeeland. De vergadering heeft
besloten om deze ontheffing in prin
cipe voor het gedeelte in Noord-
Brabant te verlenen, doch dat eerst
bekend moet zijn waar en met welke
oppervlakte de veldjes worden gesi
tueerd. Voorts dienen de gebruike
lijke preventie- en kontrolemaatre-
gelen in acht te worden genomen.
Wateronttrekking aan de bodem
Van het Technisch sekretariaat van
de Cogrowa zijn de berekeningen
ontvangen inzake de droogteschade
aan landbouwgronden door de wa
terwinning van de Waterleidingmij
Oost-Brabant te Vessem. Deze voor
stellen welke betrekking hebben op
de periode vanaf 1953 tot 1 januari
1982 zullen eveneens aan de indivi
duele agrariërs worden gezonden. In
februari 1982 zal de hoorzitting^wor
den gehouden bij welke gelegenheid
eventuele bezwaren kunnen worden
ingebracht.
Mini-SER
Het overleg inzake de instelling van
een provinciaal overlegorgaan op
sociaal-ekonomisch terrein is in een
eindstadium gekomen. In tegenstel
ling tot andere provincies is in het
besproken model geen plaats inge
ruimd voor het provinciaal bestuur.
In dit model zou plaats zijn voor 2
N.C.B., 1 Z.L.M. en 1 C.B.T.B. ver
tegenwoordigers.
Onderzoek naleving Wet Mini
mumloon
Door de Loontechnische Dienst is in
1976, 1977 en 1979 onderzoek ver
richt inzake de naleving van de Wet
Minimumloon in de land- en tuin
bouw. Over 1979 was de konklusie
dat 4,1% (in Noord-Brabant 3,7%)
van de werknemers onderbetaald
werd met gemiddeld 16,7%. In de
Sociale Kommissie is gevraagd om in
de pers duidelijk aandacht te beste
den aan de naleving van de Wet Mi
nimumloon en aan het regelmatig
verstrekken van loonstrookjes.
Voorstel voor het voorbereidings
schema voor landinrichting in
Noord-Brabant 1982
Het voorstel voor het voorberei
dingsschema voor landinrichting in
Noord-Brabant 1982 heeft de in
stemming van de vergadering. Wel
wordt gevraagd om de keuze van het
instrument "ruilverkaveling" voor
het gebied Weerijs te onderstrepen.
Streekplan West-Brabant
Bij de vaststelling van het streekplan
West-Brabant door Provinciale Sta
ten is duidelijk aandacht geschonken
aan de bezwaren die door de land
bouw waren ingediend. Mede gezien
de positieve reakties van Provinciale
Staten kan de landbouw erop ver
trouwen dat dit streekplan niet leidt
tot verdergaande beperkingen zon
der redelijke kompensaties.
Inrichting
Op 12 januari 1982 zal een bijeen
komst plaatsvinden voor de agrari
sche leden van de ruilverkavelings
kommissies in Noord-Brabant. Op
deze bijeenkomst zal de heer Ir. T.T.
Wind van het Lamdbouwschap Den
Haag een inleiding houden over de
taak en het funktioneren van de le
den van de ruilverkavelingskommis
sies. Verder zal aandacht worden
besteed aan aktuele zaken betref
fende de ruilverkavelingen.
Landbouwschapsvoorzitter Luteijn:
"Boeren en tuinders zullen steeds meer te maken krijgen met de mi
lieuwetgeving. Er zullen strengere eisen worden gesteld aan de samen
stelling van agrarische eindprodukten. Met onze hoogontwikkelde
land- en tuinbouw en onze afhankelijkheid van de export maakt dat ons
extra kwetsbaar. Op dit punt mag de consument hier en in het buiten
land ons geen verwijten kunnen maken. Dat houdt in dat we extra
kritisch zullen moeten zijn ten aanzien van het gebruik van de grond- en
hulpstoffen. De agrarische sector zal tijdig zelf moeten weten welke de
kwetsbare punten zijn, voordat een ander ons ermee confronteert."
Dit onder meer zei voorzitter ir. D.
Luteijn van het Landbouwschap
dinsdagmiddag 15 december 1981 in
Oosterbeek, waar hij de geheel ver
nieuwde aaltjesdetermineerafdeling
opende van het Bedrijfslaboratorium
voor Grond- en Gewasonderzoek. Te
vens werd bij de opening aandacht
besteed aan het feit dat 25 jaar gele
den een begin werd gemaakt met hel
aaltjesonderzoek.
Luteijn onderstreepte, dat het 53 jaar
geleden door de landbouworganisa
ties opgerichte Bedrijfslaboratorium
nog steeds onafhankelijk en zelf
standig opereert en van vele markten
thuis is. Hij noemde in dit verband
naast het grond- en aaltjesonderzoek
het ruwvoederonderzoek. De laatste
jaren is tevens veel aandacht besteed
aan het zuiveringsslib- en meston-
derzoek. Het accent op de milieu
wetgeving trok de voorzitter van het
Landbouwschap door naar het ge
bruik van de bodem. Hij toonde zich
een voorstander van een degelijk
bodembeschermingsbeleid, maar zei
zich te verzetten tegen een beleid,
waarbij de boer voor elke handeling
die hij wil verrichten, toestemming
moet vragen aan een overheidsin
stelling.
Meststoffenwet
Volgens Luteijn moet de Meststof
fenwet (in voorontwerp gereed) aan
sluiten bij de praktijk. Dat betekent,
dat de boer niet mag worden gehin
derd een optimale bemesting uit te
voeren. Via de nieuwe wet mag er
geen verkapt natuurbeschermings-
beleid worden gevoerd. De voorzit
ter van het Landbouwschap ver
moedt, dat het gebruik van organi
sche mest meer betekenis gaat krij
gen voor de akkerbouwsector, waar
bij de vraag naar bemonsterde mest
zal toenemen. Een dienstverlening,
die het Bedrijfslaboratorium samen
met de bestaande mestbanken ter
hand zou kunnen nemen. Hij is
voorts van mening dat het zuive
ringsslib nog onvoldoende garanties
biedt om als volwaardige meststof in
de landbouw te worden geaccep
teerd. Het individuele advies van de
voorlichting kan met name bij be
mestingsvraagstukken niet worden
gemist, zo betoogde Luteijn, die ver
wacht, dat de computermatige be
drijfsleiding een grote vlucht zal ne
men.
Brochure beklemtoont
De Nederlandse Vereniging van
Rentmeesters (N.V.R.) heeft onlangs
een brochure het licht doen zien.
Het bestuur van de N.V.R. meent dat
het wenselijk is dat in brede kring van
de inhoud van deze brochure kennis
wordt genomen, zulks mede omdat
het bestuur van mening is dat de ak-
tiviteiten van de rentmeester niet die
bekendheid genieten die zij verdie
nen.
Van oorsprong - zo staat in de bro
chure - is-de rentmeester de verte
genwoordiger van de landeigenaar.
Hij diende de belangen van zijn op
drachtgever, bij wie hij veelal in
dienstbetrekking was. Dit beeld is
vrijwel geheel verdwenen.
De rentmeester van deze tijd heeft
een veel breder werkterrein dan het
befreer van landgoederen met daar
toe behorende bossen, landerijen en
opstallen.
In hoofdstuk II van de brochure treft
u een opsomming aan van het werk
terrein van de rentmeester van de
ze tijd. Daaruit blijkt dat de rent
meester niet alleen de belangen kan
dienen van de grondeigenaar, maar
van een ieder die belangen heeft bij
onroerende goederen, als pachters,
huurders, etc. Het is geen uitzonde
ring dat in een onderhandelingssi
tuatie 2 leden van de N.V.R. met el
kaar de degen kruisen, de één opko
mend voor de belangen van de
grondeigenaar en de ander voor de
belangen van de tegenpartij.
Ook valt te denken aan onteige
ningszaken, waarbij een rentmeester
de belangen van de onteigende partij
verdedigt tegenover de Overheid, als
onteigenaar. Meer over de werk
zaamheden van de rentmeester vindt
u in de brochure.
Wat hebben die hongerige mensen
op de televisie en op foto's nu met
ons hier te maken?
Die honger en die armoede liggen
toch ver van ons bed?
Misschien kunnen we als boeren hier
meer produceren om die lege magen
te helpen vullen. Dan slaan we im
mers twee vliegen in één klap. Wij
de overproduktie kwijt, zij niet meer
kreperen van de honger. Rotonde
gaat over boeren hier en boeren in de
derde wereld. Rotonde gaat eigenlijk
over de vraag wat Jan de Boer en
José Valdez met elkaar te maken
hebben.
Jan de Boer en José Valdez staan
model voor zomaar een jonge boer
hier (Jan) 'en in de Derde Wereld
(José).
In Rotonde blijkt dat er nogal
tegengestelde uitlatingen worden
gedaan over het wereldvoedsel-
vraagstuk.
Er blijkt voldoende voedsel op de
wereld te zijn. Het is alleen slecht
verdeeld.
Uitgebreid wordt er beschreven hoe
Jan de Boer in Nederland en hoe
José boert in ZuidAmerika.
Op de wereldvoedselmarkt blijken
de produkten van Jan en José elkaar
in principe te kunnen ontmoeten.
Voedselhandel, voedselhulp en
voedsel als wapen spelen op de
wereldmarkt een'rol.
Het zijn faktorên die meebepalen
wie er eet, nu en in de toekomst.
In het afsluitende hoofdstuk speelt
zich een driegesprek af tussen Jan de
Boer, José Valdez en direkteur Baas
van de zuivelkoöperatie. Uit het ges
prek wordt duidelijk datje de export
van zuivel naar ontwikkelingslanden
met verschillende brillen kunt bekij
ken. Een heel bijzonder nummer van
Rotonde vanwege de gekozen vorm.
Een soort "sleutelroman", over een
ellendig probleem.
Lees Rotonde nr. 3
"Jan de Boer en José Valdez
over produktie hier, honger
in de derde wereld.
De minister van Landbouw en visse
rij, drs. J. de Koning, acht het her
structureringsplan van AVEBE een
noodzakelijke voortzetting van de al
in een eerdere fase begonnen ratio
nalisatie van de produktie en de af
stemming daarvan op de markt voor
zetmeel en derivaten. De bewindsman
heeft geen redenen te twijfelen aan de
juistheid van de keuze van AVEBE
om de locatie te Veendam te sluiten.
Een en ander blijkt uit een aanvul
lende brief van 10 december 1981,
die de minister aan de Tweede Ka
mer heeft gestuurd, in aansluiting op
een eerder schrijven van 3 december
1981.
Over een overheidsbijdrage in de
kosten van de ombouw van de loca
tie Ter Apel Kanaal, die naar ver
wachting ca. 100 miljoen gulden gaat
bedragen, kan de minister nog geen
uitspraak doen. Hij blijft echter van
mening dat in 1986 een oplossing
voor de milieuproblematiek moet
zijn gerealiseerd, waarbij AVEBE
zelf de hoofdmoot van de investering
voor zijn rekening neemt.
Wel kan de bewindsman toezeggen,
te zullen nagaan welke financiële fa
ciliteiten kunnen worden geboden
om het bewaren van fabrieksaar
dappelen op de boerderij te stimule
ren.
Het agrarisch hart van Zeeland
klopt in Goes. Zeggen ze. Als je
het weet en er op let, kun je er
inderdaad iets van zien. Het
ZLM-gebouw op de Grote
Markt; het Landbouwcentrum;
een beetje weggestopt in de stad
het beeldje Ceres en het CBTB-
kantoor; op weg naar het station
het zeer fraaie kantoorpand van
de OVM en tenslotte niet te ver
geten het boekhoudbureau van
deZLM.
Dit laatste viel tot voor kort nau
welijks op. De voorkant ligt aan
de Wijngaardstraat; een nauwe
straat waar het altijd regent en
waait. Trottoirs zijn er niet, zodat
je moet rennen voor je leven en er
nooit tijd noch gelegenheid is om
dat gebouw kalm en rustig in je
op te nemen. De achterkant blikt
nors en onvriendelijk uit over het
hobbelige parkeerterrein van de
voormalige autogarage Hendriks.
Sinds een paar weken wordt er op
ruime schaal gesloopt om plaats
te maken voor een nieuwe vesti
ging van Albert Heijn. Als Albert
tenminste niet voortijdig ver
dwijnt in de kuil, die hij voor Si
mon gegraven heeft.
Het Boekhoudbureau komt door
dit sloopwerk op een eiland te
liggen. Nu pas valt op hoe saai dit
gebouw eigenlijk is, maar ook
hoe degelijk en solide. Waar
schijnlijk net als de mensen, die
er werken. Hebt u wel eens ge
probeerd er naar binnen te kij
ken, door die hoge ramen? Ik wel,
en wat zag ik? Bezige mensen,
hoogverheven boven het gewone
straatvolk, diep gebogen over
onzichtbare paperassen. Al en toe
staren ze naar buiten, waar
schijnlijk zonder iets te zien. Ik
ste 1 me dan voor dat ze dan een
moeilijk staartdeling uit het
hoofd uitrekenen om te proberen
of ze dat nog kunnen in deze tijd
van zakrekenmachientjes.
Dat alles moet de boer, die zijn
meest intieme zaakjes in handen
geeft van het boekhoudbureau.
toch veel vertrouwen geven.
Maar, zou dat gebouw niet eens
een beetje opgevrolijkt kunnen
worden? Het oog van de burger
wil ook wat!
Buitenstaander