Welbegrepen eigenbelang T> V orige week vrijdag is de viering van het 10-jarig be staan van GEBECO Z.W. met de Algemene Vergadering afgesloten. Deze vergadering hcd een feestelijk tintje. Veel dames waren op deze vergadering aanwezig en het optreden van het jongenskoor van de Zeeuwse koor school was hartverwarmend. M eer dan 100 jaar geleden werd uit welbegrepen ei genbelang de eerste koöperatieve aankoopvereniging in Aardenburg opgericht. De Z.L.M. heeft bij de ontwikke ling van de koöperaties een belangrijke rol gespeeld. Het is nog niet zo lang geleden dat verschillende dorpsafde lingen van de Z.L.M. tevens koöperatieve verenigingen waren. De laatste 20 jaar zijn de koöperatie en de land bouworganisatie als het ware ieder hun eigen weg ge gaan. leder hun eigen weg met als doel de belangen van hun leden te behartigen. Over het voor en tegen van deze ontwikkeling en hoe het eigen belang bij de aan- en verkoop van landbouwprodukten het best behartigd kan worden wordt zeer verschillend gedacht. Naast de groep die het vertrouwen aan zijn koöperatie schenkt zijn ande ren meer individualistisch ingesteld. Zij behartigen hun eigen belang zelf op de vrije markt. Maar ook daar zien wij veranderingen optreden. De vrije handel probeert steeds meer bindingen aan te gaan met individuele boeren. Daar wordt zij als het ware toe gedwongen door de gewijzigde afzetmogelijkheden. Toch opereert de koöperatie wel als voortrekker als het gaat om gebundelde afzet van agrari sche produkten. Bij de afzet van aardappels heeft de koöperatie initiatieven genomen die van grote invloed zijn geweest voor de hedendaagse afzetstruktuur. Geza menlijk hebben koöperaties, veilingen en vrije handel een bijzonder sterke positie op de eksportmarkt weten op te bouwen voor onze land- en tuinbouwprodukten. Het is van aroot belang dat handel, koöperatie en veilingen LEI-prognose 1981: achteruitgang inkomen akkerbouw en herstel rundveehouderij zuidelijke landbouw maatschappij Vanuit de Z.L.M. gezien z.l.m VRIJDAG 18 DECEMBER 1981 68e JAARGANG NO. 3610 land- en tuinbouwblad 7 jin?w> L/l 111 i In de loop van dit jaar is er een graanstudiedag gehouden en regionale open dagen op de vestigingen. Het 10-jarig bestaan van CEBECO Z.W. is zo op zakelijke wijze herdacht. En dat past dan volledig bij de doelstel ling van CEBECO Z.W. In de afgelopen 10 jaar hebben bestuur, direktie en medewerkers op uitstekende wijze het belang van de leden behartigd. Vanuit de Z.L.M. willen wij CEBECO Z.W. gelukwensen met wat er in deze 10 jaar tot stand is gebracht. CEBECO Z.W. is ontstaan uit verschillende regionale koöperaties. Om deze op één lijn te krijgen is geen eenvoudige opga ve. Maar ook hier heeft het welbegrepen eigenbelang duidelijk de overhand gekregen. elkaar aanvullen of, wanneer nodig, gezamenlijk optre den. Als het gaat om de individuele boer of tuinder kan men de vraag stellen of zij die bij een koöperatie of veiling zijn aangesloten zich minder kritisch opstellen bij de afzet van hun produkten. Het is moeilijk daar een gefundeerd antwoord op te ge ven. Hoe het ook is, voor een goed funktioneren van koöperaties of veilingen is het nodig dat de leden positief kritisch meedenken met hun afzetorganisatie. De kritiek dat de leden verder van de koöperatie of veiling af komen te staan vind ik niet helemaal terecht. De leden zelf dra gen verantwoordelijkheid dat ze zich voldoende bij hun afzetorganisatie betrokken voelen. Naast de prijs die er gemaakt wordt, wat van direkt belang is, gaat de kwaliteit van de produkten een steeds grotere rol spelen om de afzet op langere termijn te behouden of te verbeteren. Kritische begeleiding wederzijds tussen producent en af zetorganisatie is bijzonder belangrijk. Dat geldt voor koöperaties en veilingen en haar leden maar ook tussen producent en vrije handel. Uiteindelijk is het een geza menlijk belang hoe op de beste wijze onze produkten afgezet kunnen worden. H et gebeurt nogal eens dat de akkerbouw en de vee- houderijbelangen tegenstrijdig lijken te zijn. De land bouworganisaties hebben de taak een beleid te voeren dat voor de verschillende sektoren aanvaardbaar is. Dat dit beleid kritisch gevolgd wordt door de leden bleek op onze algemene vergadering. Vanuit de veehouderij had men nogal wat moeite met de alarmkreet van de akker bouw over het graanbeleid op het eind van onze algeme ne vergadering, met het resultaat dat er een brief over het graanbeleid aan minister De Koning is verzonden. Vanuit de veehouderij gezien is deze zorg wel begrijpelijk. Hogere graanprijzen betekent immers duurder veevoer. Wat er nu aan de hand is grijpt echter dieper in dan deze simpele konklusie. Het gaat om de konkurrentie-positie van de veehouderij en de veredelingssektor ten opzichte van de kollega's in de andere E.E.G.-landen. Een lagere graanprijs zoals de Europese Kommissie voorstelt bete kent dat in gebieden waar eigen graan vervoederd wordt de konkurrentieposrtie gunstiger wordt ten opzichte van de Nederlandse veehouderij die sterk afhankelijk is van geïmporteerd graan, met name graanvervangende pro dukten. Dat wordt vooral duidelijk wanneer de Europese Kom missie zegt dat door de verlaging van de graanprijzen automatisch de import van graanvervangende produkten beperkt zal worden. En daar is de Nederlandse veehou derij zeker niet mee gebaat. Wij zijn blij dat het dagelijks bestuur van het Landbouwschap zeer indringend heeft Als gevolg van sterk stijgende kosten Het LEI heeft de prognoses gepubliceerd 1) van de be- drijfsuitkomsten over het lopende boekjaar (mei 1981 t/m april 1982). Voor de klei-akkerbouwbedrijven wordt t.o.v. vorig jaar een streeksgewijs uiteenlopende achteruitgang voorzien terwijl in de Veenkoloniën een verbetering van de bedrijfsuitkomsten wordt verwacht. Voor de weidebedrij- ven wordt een gedeeltelijk herstel verwacht van de slechte bedrijfsuitkomsten in de twee voorgaande jaren. De akkerbouw De kg-opbrengsten per ha gewas zijn hoger dan vorig jaar. Dat geldt in het bijzonder voor wintertarwe, suiker bieten, fabrieksaardappelen en uien. De kg-opbrengsten liggen in het algemeen ca. 10% boven een normaal oogstniveau. De bruto-produktiviteit neemt mede daar door met 5% toe. Wat betreft de opbrengstprijzen worden vooral stijgingen verwacht voor granen en fabrieksaar dappelen en dalingen voor suikerbieten en uien. Gemid deld lopen de prijzen van de akkerbouwprodukten met 1,5% terug. De prijzen van de produktiemiddelen stijgen daarentegen met 7%. Koplopers zijn daarbij rente, ener gie en kunstmeststoffen. De opbrengsten/kostenverhou- ding gaat per saldo 3,5% achteruit. De melkveehouderij De toeneming in de melkproduktie per koe en de melk veebezetting per ha verloopt aanmerkelijk trager dan in voorgaande jaren. Dat gaat echter gepaard met bespa ringen op produktiemiddelen. De vorig jaar gekonsta- teerde ombuiging naar een lagere krachtvoergift per koe zet dit jaar verder door. De bruto-produktiviteit zal naar verwachting met 2,5% omhoog gaan. Na driejaren van stagnatie zal het prijspeil voor melk en rundvee dit jaar gemiddeld met 7,5% verbeteren. De produktiemiddelen worden op de weidebedrijven eveneens 7,5% duurder. De opbrengsten/kostenverhouding verbetert met 2,5%. Het netto-overschot blijft echter sterk negatief. Arbeidsopbrengst, ondernemersinkomen en bedrijfsreserveringen De arbeidsopbrengst vormt de beloning voor handenar beid, bedrijfsleiding en risiko van de ondernemer op zijn bedrijf (zie tabel). Behalve deze arbeidsopbrengst ver krijgt de ondernemer ook nog inkomen uit het bedrijf als vergoeding voor geïnvesteerd eigen vermogen e.d. Deze vergoeding zal in 1981/82 voor de grotere klei-akker bouwbedrijven en de grotere weidebedrijven ca. 15.000,— en voor de kleinere bedrijven ca. <40.000,— bedragen. Voor de berekening van het ondernemersin komen dient deze vergoeding bij de arbeidsopbrengst te worden opgeteld. De bedrijfsreserveringen die een maatstaf vormen voor de ontwikkeling van de financiële weerstandskracht van het bedrijf zullen bij het verwachte inkomensniveau op de akkerbouwbedrijven en de grotere weidebedrijven positief uitvallen. Op de kleinere weidebedrijven zijn ze evenais in voorgaande jaren negatief. Dc bedrijfsresultaten van de glastuinbouw zijn ook achteruitgegaan (zie daarvoor elders in dit nummer). 1) Deze publikatie kan uitsluitend worden besteld door over schrijving van 10,25 op girorekening 41.22.35 ,\n.v. het Land- bouw-Ekonomisch Instituut te Den Haag. Vermeld dient te worden "Zend Mededeling no. 252". gewezen op het gevaar van de verlaging van de graan prijzen voor Nederland zowel voor de akkerbouw als de veehouderij. Wat men zou besparen aan eksportrestitutie bij een lagere graanprijs zal aan de andere kant weer uitgegeven worden om de zuiveloverschotten weg te werken. In Frankrijk en Duitsland kent men veel ge mengde bedrijven die nog gemakkelijk uit kunnen brei den in de richting van de veehouderij. Voor de Neder landse akkerbouw is de graanteelt onmisbaar. Dat geldt ook voor de kleinere bedrijven. Het rapport "Akker bouwbedrijven tussen 1 5 en 30 ha" toont aan dat de graanteelt op deze bedrijven even belangrijk is als voor de grote bedrijven. Voor de Nederlandse land- en tuinbouw behoort het wel begrepen eigenbelang te zijn dat wij eensgezind optrek ken. Het dringende beroep wat de akkerbouw doet om de graanteelt in Nederland te behouden met kostendekken de prijzen is daar niet tegenstrijdig aan. Doeleman

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1981 | | pagina 1