Veel belangstelling voor koperen
jubileum Gropatax
Ir. J.E. Spithoven: "Glastuinbouw
komt aardgasprijsverhoging niet te
boven"
Verslag bijeenkomst Provinciale
Raad bedrijfsontwikkeling
KEURINGSTARIEVEN
SLACHTVARKENS VERLAAGD
Onroerend goed in
overheidshanden
Wijziging Onteigeningswet
V oorbereidingsschema
Landinrichtingsprojekten
Onderzoek
zoetwatervoorziening
Extra vergadering
Borgstellingsfonds- en
Ontwikkelingsaanvragen
Vervulling vakatures
Invoer tapioka in de
E.E.G.
Afscheid v.d. Hoeven van N.T.S.
Geen reklameheffing
uien
Ter gelegenheid van het H'/2 jarig bestaan van Gropatax, de in Goes
gevestigde Coöp. Vereniging "Grond-, Pacht- en Taxatiebureau u.a.",
is woensdag 18 november j.l. een feestelijke bijeenkomst gehouden in
het gebouw "De Vroone" te Kapelle.
De belangstelling voor deze jubileumbijeenkomst was groot en de
voorzitter van het bestuur van Gropatax de heer W. Koster kon zich bij
het geven van zijn historisch overzicht van het Grond- en Taxatiebu
reau dan ook tot een overvolle zaal richten. De heer Koster wees de
toehoorders o.m. op het feit dat Gropatax opgericht is op 18 december
1968 door de toenmalige Zeeuwse Landbouwmaatschappij en de
Zeeuwse CBTB. Thans gaat het bureau uit van de ZLM en van de
CBTB-West-Nederland.
"Het feit, zo zei Koster, dat Gropa
tax op 30 juni j.l. 12V2 jaar in Zuid
west-Nederland werkzaam mocht
zijn op het gebied van grond-, pacht
en taxatiezaken in de ruimste zin van
het woord in het belang van de leden,
)s voor het bestuur aanleiding ge
weest dit jubileum niet ongemerkt
voorbij te laten gaan. Hij wees wat
het funktioneren van Gropatax be
treft, verder o.m. op de vele goede
kontakten die er in de loop van het
bestaan van het bureau zijn gelegd
met vele instanties zoals het Rijk, de
provincie, de gemeenten, water
schappen, overheidsdiensten, andere
instellingen en deskundigen op het
terrein van grond-, taxatie- en
pachtzaken. Koster: "Deze talloze
kontakten hebben ertoe geleid dat de
jonge koöperatie zich mag verheu
gen in een verworven vertrouwen
spositie bij de landbouworganisatie
en hun leden maar ook bij de vele
deskundigen waarmee -onder res-
pektering van eikaars standpunten
toch op een zeer konstruktieve wijze
steeds is samengewerkt. Hij besloot
zijn openingswoord met zijn erken
telijkheid uit te spreken aan de op
drachtgevers voor het verleende ver
trouwen en sprak de hoop uit dat dit
in de toekomst gekontinueerd mag
worden. Vervolgens hield mr. P.C.E.
van Wijmen, advokaat en prokureur
en onteigeningsdeskundige te Breda,
een inleiding, waarbij de Onteige
ningswet centraal stond.
Hij stelde onder meer, dat bij een
onteigening altijd een afweging van
belangen dient plaats te vinden en
konstateerde, dat dit in veel gevallen
niet of niet voldoende gebeurt.
Vervolgens ging de inleider in op
onroerend goed in overheidshanden,
waarbij hij opmerkte dat als gevolg,
van een belangenkonflikt zekere
percelen een andere bestemming
kunnen krijgen dan de huidige: "Nu
verplicht de Wet op de Ruimtelijke
Ordening de overheid geenszins om
een bestemmingsplan ook te realise-
"ren, evenmin trouwens als de ge
meente op zulke verwezenlijking een
exklusief recht zou toekomen - het
eerste kan men betreuren, het tweede
vormt een vaak uitgesproken mis
verstand. Doch als de overheid de
nieuwe bestemming metterdaad tot
stand wil brengen en de eigenaar
kan, mag of wil dat zelf niet doen,
dan is onteigening het enig doeltref
fend middel om de grond in handen
van de overheid te brengen, gesteld
althans dat pogingen tot verwerving
in der minne - aankoop, ruil - niet
blijken te slagen. Met het voren-
gaande is kort aangeduid wat voor de
Kroon, welk orgaan het voor ontei
gening vereiste raadsbesluit heeft
goed te keuren - maatgevend is bij de
beoordeling van het onteigeningsbe-
sluit. Vanzelfsprekend moet, aldus
de heer Wijmen, dat overigens be
rusten op een geldig bestemmings
plan, óf de voorwaarde bevatten dat
die geldigheid moet vaststaan ten
tijde van de onteigening.
Ook globale bestemmingsplannen
vormen onvoldoende basis voor de
geforceerde verwerving die onteige
ning nu eenmaal is, zolang niet een
uitwerkingsplan door B. en W. is
vastgesteld, ter visie gelegd en door
Gedeputeerde Staten is goedgekeurd.
Dat deskundigen bij een onteigening
of in de fase vóór de onteigening
(minnelijk overleg) een belangrijke
rol spelen ii\ de onderhandelingspro
cedure, is duidelijk.
Van Wijmen stelde dat naast de
aankopende partij ook de onteigen
de zich van deskundige bijstand kan
verzekeren. Daarbij dient de ontei
gende wel de diensten in te roepen
van een bonafide persoon of instel
ling die hem enerzijds niet onnodig
rijk praat (Van Wijmen: "een koude
douche") doch zich anderzijds door
de onteigenaar niet de kaas van het
brood laat eten. In dit verband sig
naleerde hij nog dat de wetgever be
palingen in het leven heeft geroepen
die het mogelijk maken dat de kosten
van de deskundige geheel of gedeel
telijk worden vergoed. Althans wan
neer gebleken is dat de bijstand is
Mr. P.C.E. v. Wijmen
verleend door een deskundige en
bonafide instelling of persoon.
Overigens, als de onderhandelingen
niet het gewenst resultaat hebben,
dan pas wordt de rechter ingescha
keld en begint de onteigeningspro
cedure. In deze procedure staat de
onteigende, aldus van Wijmen, - hoe
benard zijn loestand soms ook is -
dus niet onbeschermd in "het krach
tenveld tussen onteigenaar en des
kundigen".
Sedert juli 1981 is de gewijzigde on
teigeningswet van kracht. Mr. van
Wijmen stelde, dat er in wezen bijna
niets is veranderd. In feite komt de
wijziging neer op vastlegging in de
wet van rechtspraak van vele jaren.
Het opmerkelijkste is, dat thans ook
in de wet een bepaling is opgeno
men, die lijkt op die van art. 49
W.R.O. (planschade). Nadelen voor
een onteigende ^ls gevolg van maa
tregelen van de overheid waardoor
schade ontstaat die redelijkerwijs
niet ten laste van belanghebbende
behoren te blijven, kunnen thans op
basis van het nieuwe artikel 40e
worden vergoed.
Van Wijmen signaleerde hi^r een
tendens, die zich steeds meer open
baart; als iemand onevenredige
schade lijdt, dan mag hij daar niet
mee blijven zitten. De rechtspraak
zoekt steeds naar nieuwe wegen, om
deze schade te vergoeden. In dit
kader ging hij nader in op de zgn.
"bestuurskompensatie", een leerstuk
dat nog in de kinderschoenen staat.
Uiteraard was de inleider het met
redelijke tegemoetkoming bij one
venredige schade eens; bij de beant
woording van de vraag, of de weg
van de bestuurskompensatie daartoe
echter de juiste is, zette hij vraagte
kens.
Na afloop van de inleiding werd er
gebruik gemaakt van de gelegenheid
tot diskussie.
Duizenden arbeidsplaatsen staan op 't spel
"Ondernemerszin, vakmanschap, koncentratie van het aanbod, flexi
biliteit, overschakeling van groenten naar bloemen en planten, regel
matige levering en uitstekende kwaliteit, prima handelsapparaat, gun
stige ligging ten opzichte van grote bevolkingscentra, dit'zijn enige van
de belangrijkste faktoren die er de oorzaak van zijn dat de glastuinbouw
de ofnvang en de grote betekenis van vandaag heeft. Dit heeft niets te
maken met de prijs die men voor de energie betaald heeft." Dit zei ir.
J.E.C. Spithoven, de voorzitter van het Produktschap voor Groenten en
Fruit, op de 26 november gehouden openbare bestuursvergadering.
Hij zei voorts dat het onverantwoord
zou zijn alles wat bereikt is, in de
waagschaal te stellen door de bedrij
ven te konfronteren met een prijsex-
plosie voor het aardgas, die niet op te
brengen is. Bij overleg tussen het
Landbouwschap en de Gasunie is
een regeling getroffen die met enige
geleidelijkheid in de prijsstijging re
kening houdt. Hierbij is al tot het
uiterste gegaan, zo vindt de heer
Spithoven die er op wijst dat een
stijging van 8,5 cent per m3 gas in
1981 neerkomt op gemiddeld
40.000,— per bedrijf. Tegelijker
tijd wordt in zeer hoog tempo ge
werkt aan energiebesparing en bes
paringen binnen enige jaren van 40 a
50% behoren tot de mogelijkheden.
Dit proces van aanpassing, zal overi
gens, zo merkte de Produktschaps-
voorzitter op, niet voor iedereen
soelaas bieden. Er zijn slachtoffers
gevallen. Er zijn faillissementen en er
zijn nog al wat bedrijven te koop. Er
zullen er nog meer volgen.
"Wie heeft er nu belang bij om het
aanpassingsproces te doorkruisen,
door ons te dwingen op de kortst
mogelijke termijn de voor begin 1984
voorziene aardgasprijs door te voe
ren. Ik meen dat niemand daar be
lang bij heeft, integendeel ik ben van
mening dat alle partijen er belang bij
hebben dat in Nederland de aard
gasprijsstijging zich geleidelijk vol
trekt. Omdat een grotere stijging van
de gasprijs dan thans is overeenge
komen veel bedrijven financieel zo
danig zou aantasten dat ze moeten
liquideren. Ik hoef niet te vertellen
welke persoonlijke ellende zo iets
mee brengt".
Volgens ir. Spithoven moet dit pro
bleem uit de prestigesfeer worden ge
haald: "Onze jarenlange goede kon
takten met de afnemerslanden zijn
helaas door deze energieprijzenkwes-
tie met een hypotheek belast. Ten
onrechte naar mijn mening. Intensi
vering van de kontakten, misschien
nog meer uitleg omtrent de redelijk
heid van onze houding teneinde de
goede relaties met onze afnemers en
een ongestoord handelsverkeer te
verzekeren zal nodig zijn," zo besloot
hij zijn openingstoespraak.
De Provinciale Raad voor de bedrijfsontwikkeling in de landbouw in
Zeeland kwam 20 november j.l. bijeen.
In zijn openingswoord heette de voorzitter, de heer A.J.G. Doekman,
speciaal welkom mevrouw C.M. Dees-Franje uit Waarde, die voor het
eerst als vertegenwoordigster van de plattelandsvrouwenorganisaties
aanwezig was en op haar beurt namens de drie organisaties dank
uitsprak. Hierna werden de verslagen en programma's van de SEV-
diensten en konsulentschappen van kanttekeningen voorzien door een
drietal leden van de Raad uit het bedrijfsleven, t.w. de heren H. Brug-
geman, Ph. van den Hoek en S. Simonse. De reakties waren overwe
gend positief. Deze aanpak heeft bijzonder goed voldaan. De heren
hadden er veel werk aan besteed en gaven duidelijk aan hoe zij het als
praktisch boer zagen. Graag zag men dat de nazorg nog wat intensiever
mogelijk zou zijn. Hoe zou het kleine bedrijf wat beter bereikt kunnen
worden? De aktie-programma's slaan goed aan.
De samenwerking bij het kursuswerk
moet leiden tot een meer gestruktu-
reerd overleg. Men vroeg zich af of
de verslaglegging niet wat eenvoudi
ger kon en men relativeerde het pro-
gramrfta omdat ook ruimte moet zijn
voor niet voorziene zaken.
Bij de behandeling van dit punt wa
ren ook aanwezig de voorlichtings-
kundig ingenieur, de heer ir. J.E.M.
Lint en de hoofden voorlichtingsza
ken de he^en ing. J. Tuinhof en ing.
F. Vader.
Dit schema werd toegelicht door de
heer ir. W.A. van Meegen, die door
de voorzitter nog gelukgewenst werd
met zijn benoeming.
Aan het bestaande schema konden
nog geen nieuwe blokken worden
toegevoegd, hetgeen door de Raad
betreurd werd.
De Raad nam kennis van de resulta
ten van de inspraak van het struk-
tuurschema voor de Landinrichting
en onderstreepte de noodzaak om St.
Philipsland en West-Zeeuws-Vlaan-
deren op te voeren. Ten aanzien van
St. Philipsland behield de Raad het
voorbehoud hierop nader terug te
komen als meer inzicht bestaat over
de resultaten van de studie over de
zoetwatervoorziening.
De Raad nam met instemming ken
nis van de brieven van Gedeputeer
de Staten van Zeeland over het in te
stellen onderzoek naar de mogelijk
heden van zoetwatervoorziening
voor de landbouw vanuit het toe
komstige Zoommeer. Gesuggereerd
werd het proefstation voor de fruit
teelt ook bij dit onderzoek te betrek
ken.
Besloten werd om een extra vergade
ring te beleggen ten einde het rapport
van het Interprovinciaal Overlegor
gaan voor de Akkerbouwaangelegen-
lieden in het Zuidwesten over de
15-30 ha bedrijven te behandelen in
kombinatie met het rapport dat over
Tholen uitgebracht is, in aanwezig
heid van vertegenwoordigers uit de
werkgroepen.
In een volgende vergadering zal spe
ciaal aandacht besteed worden aan de
Bedrijfsverzorging.
In de vergadering van de provinciale
advieskommissie werd een aanvrage
Gegarandeerd Bijzonder Bedrijfs-
krediet met positief advies doorge
zonden aan het Bestuur van het
Borgstellingsfonds.
Met instemming werd medegedeeld
dat een vorige maal ingezonden
aanvrage goedgekeurd is.
Een borgstellingsfondsaanvrage ge-
kombineerd met rentesubsidie werd
eveneens met positief advies opge
zonden naar het Bestuur.
Twee rentesubsidieaanvragen wer
den toegewezen tot een totaal subsi
diabel bedrag van 183.750,— Alle
aanvragen kwamen uit de tuin-
bouwsektor.
De Raad nam kennis van de recente
vervulling van een aantal vakatures
bij de konsulentschappen en de
St.U.L.M.
De sekretaris,
ir. M. Sanders
Gezien de slechte economische si
tuatie binnen de varkenssector heeft
de minister van landbouw en visserij,
drs. J. de Koning, besloten de Keu
ringstarieven voor varkens met een
geslacht gewicht van meer dan 35 kg
met een bedrag van 1,- per dier te
verlagen. Deze verlaging geschiedt
met terugwerkende kracht tot 1 ja
nuari 1981.
De keuringstarieven zijn thans als
volgt vastgesteld:
-voor de eerste 10.000 dieren 12,40
per dier:
-voor de volgende 15.000 dieren
4,90 per dier;
-voor meer dan 25.000 dieren 3,-
per dier.
Met deze beslissing komt de be
windsman een toezegging na die hij
tijdens de behandeling van de land
bouwbegroting 1982 heeft gedaan.
In het jaar dat liep van oktober 1980
t/m september 1981 werd in de Ge
meenschap 5,54 miljoen ton tapioka
ingevoerd, wat 13 miljoen ton meer is
dan in 1980/81.
Alleen in het jaar 1978/79 was de
import groter. Deze bedroeg toen
5,81 miljoen ton.
Vooral in de laatste drie maanden van
het importjaar steeg de import aan
zienlijk, namelijk met bijna 60% tot
2,04 miljoen ton.
OP VRIJDAG 11 DECEMBER A.S. zal de heer J.G.J. van der Hoeven
afscheid nemen als voorzitter van de N.T.S.
Hem zal een receptie aangeboden worden om de velen, die met hem te
maken hébben gehad, gelegenheid te geven afscheid te nemen van
hem. Deze receptie wordt gehouden in de kantine van de VEILING
DELFT-WESTERLEE, LEEWEG 34 e DE LIER.
Aanvang: 16.30 uur.
Het bestuur van het Produktschap
heeft in zijn vergadering van 26 no
vember 1981 besloten vooralsnog
niet over te gaan tot het instellen van
een reklameheffing voor uien. Aan
gezien de Bond van Verzendhande-
laren in groenten en fruit kort voor
de vergadering had laten weten dat
daar geen meerderheid te vinden was
voor instelling van zo'n heffing per 1
januari 1982. heeft het bestuur be
sloten het voorstel voorlopig ter zijde
te leggen.
Heffingsverlagingen
Vastgesteld zijn twee wijzigingsve
rordeningen, waardoor de tarieven
van de algemene heffing van het
Produktschap en van de 'heffing
kwaliteitskontrole verse produkten
("K.C.B.-heffing") worden verlaagd.
De verlaagde tarieven treden in
werking op 1 januari 1982.