STRIJD VOOR HET WATER GAAT VERDER ONDERZOEK NAAR ZOETWATERVOORZIENING zuidelijke landbouw maatschappij Het schaarse zoete water land- en waterblad VRIJDAG 4 DECEMBER 1981 68e JAARGANG NO. 3610 z.l.m Na sinds mensenheugenis tegen het water te hebben gestreden, kómt de laatste jaren in de landbouw een ander strijdpunt steeds dui delijker naar voren, nl. de strijd vóór het water. Waar gaat het om? Voortgang in de wetenschap en techniek heeft het besef doen groeien van het grote belang van voldoende zoet water van goede kwaliteit voor een op timale produktie van land-en tuinbouwgewassen. De droogte in 1976 heeft hierop belangrijke invloed uit geoefend. Overal in Nederland is men in de land- en tuinbouw na deze tijd meer aandacht aan de zoetwater voorziening gaan besteden. Toepassing van beregening, druppelbevloeiing en andere technieken hebben ertoe geleid dat in verschillende gebieden belangrijke vooruit gang is geboekt bij de verhoging van de produktiviteit en verbetering van de kwaliteit van de gewassen. In het hele land wordt bekeken hoe en in welke hoeveel heden toepassing in de land- en tuinbouw het beste kan plaatsvinden. Het is dus vaak een kwestie van meer of minder. In Zeeland ligt het totaal anders. Het is hier geen kwestie van meer of minder maar de vraag is krijgen we het noodzakelijke water en zo ja, wanneer? In de diskussie rond de Oosterschelde zijn de belangen van de landbouw bij een zoete Oosterschelde naar de achtergrond geschoven. Meer en meer treden de funeste gevolgen hiervan in het licht. Ontwikkelingen en voor uitgang die elders in den lande gemeengoed en vanzelf sprekend zijn ontbreken in het Zeeuwse volledig. De handhaving van het zoute milieu in de Oosterschelde, hoe nadelig ook voor de landbouw, is echter een feit dat moet worden aanvaard. Met enige reserve moet wel worden aangekeken tegen de miljarden die het Ooster- scheldeprojekt vraagt en misschien nog zal vragen. In het verleden zijn al diverse becijferingen gemaakt die de voordelen hebben aangegeven van een goede zoet watervoorziening van de land- en tuinbouw in Zeeland. Deze cijfers zijn keihard overeind gebleven. Het laat zich aanzien dat de voordelen waarschijnlijk te voorzichtig begroot zijn en belangrijk hoger kunnen uitvallen. Deze indruk wordt nog eens bevestigd door een recent rapport van het Landbouw Ekonomisch Instituut over de water voorziening in de fruitteelt. De opbrengstverbeteringen als gevolg van de beschikbaarheid van voldoende zoet water zijn indrukwekkend. Voortdurend blijkt dat de voordelen van voldoende zoet water voor de land- en tuinbouw duidelijker tot uitdruk king komen. Meer dan ooit is het grote belang van een zoete Greve- lingen voor de landbouw komen vast te staan. De beslis sing ten gunste van een zoete Grevelingen is in de land bouw van essentiële betekenis voor de toekomst van een Al een aantal jaren wordt in de zeeuwse landbouw de behoefte gevoeld om tot verbetering van de watervoorziening te komen. Ook op landelijk niveau wordt hieraan de nodige aandacht besteed. De studiecommissie watervoorziening land- en tuin bouw (S.W.L.T.), ingesteld door de ministers van Landbouw en Verkeer en Waterstaat, stelt vast dat er in het zuidwesten sprake is van een duidelijke behoefte aan aanvullende watervoorzie ning voor de land- en tuinbouw. Tevens wordt geconstateerd dat hierin op het moment in feite niet kan worden voorzien. Deze constatering was in 1979 ook al gedaan door de Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap. Op basis van de toen geldende omstandigheden werd vastgesteld dat voor de gronden ten noorden van de Westerschelde alleen al het ont breken van een goede watervoorziening een bruto opbrengst derving van 26 miljoen per jaar betekent. Dit geldt voor het huidige bouwplan en voor een gemiddeld jaar. Met name in droge jaren liggen de bedragen belangrijk hoger. Dat een goede zoetwatervoorziening ook belangrijke perspectieven biedt voor verbetering van de kwaliteit van de produkten, voor verlaging van het oogstrisico en verruiming van de mogelijkheden van het bouwplan behoeft geen betoog. De nadelige situatie in de watervoorziening geldt uitdrukkelijk ook voor Zeeuwsch-Vlaanderen; dit gebied blijft nogal eens buiten beschouwing, cijfers zijn niet bekend, maar ook hier ontbreken de voordelen die elders in den lande voortvloeien uit de gunstige natuurlijke ligging. De ongunstige ligging van Zeeland wordt nog eens extra geac centueerd door de wijziging in het Deltaplan. Dat nu na het zout blijven van de Oosterschelde nog gediscussieerd moet worden over een zoete Grevelingen wordt in de landbouw met moeite aanvaard. De vanzelfsprekendheid van een zoete Grevelingen wordt door anderen bestreden. Uitspraken over de waarde van een zoute Grevelingen zijn talrijker dan die over een zoete Grevelingen. Niet altijd zijn die uitspraken objectief. Het is te hopen dat bij de beslissing over de Grevelingen de reële argumenten het zwaarst zullen wegen. Op het moment worden in verband met de keuze zoet-zout- onderzoekingen uitgevoerd die beogen een nog duidelijker De vochtvoorziening is een zwak punt bij de zeeuwse land en tuinbouw. Er is water in overvloed, maar dat is overwe gend zout of brak. De gewassen moeten voor een goede groei over voldoende zoel water kunnen beschikken. En dat is schaars. Daarom is het voor de zeeuwse agrariër moeilijk te begrijpen dat het nog twijfelachtig is of het afgesloten Grevelingen zoet zal worden. Een zoete Grevelingen zou samen met een zoet Zoommeer veel vochtproblemen op kunnen lossen. Het zou ook goed passen in het overheids- streven naar meer arbeidsplaatsen en het bevorderen van "kleinschaligheid". Want met zoet water zijn er betere mogelijkheden voor kleine bedrijven door het telen van veel arbeid vragende produkten. Maar milieudeskundigen plei ten voor een zoute Grevelingen. Daarbij komen geld en arbeidsplaatsen niet ter sprake. Dat zou anders liggen als het financiële nadeel dat land- en tuinbouw lijdt door het zout, door de overheid vergoedzou moeten worden, want bij aankoop van natuurgebieden e.d. blijkt de armslag beperkt te zijn. Maar bij een zoute Grevelingen is de rijksschatkist slechts indirekt betrokken. En dat zou wel eens doorslag gevend kunnen zijn. Op deze bladzijde en de drie volgende pagina's zijn de argumenten voor vóór- en tegenstanders van een zoete Grevelingen weergegeven en hoe overigens de laatste jaren de diskussie is gevoerd. Daarbij is veel gebruik gemaakt van artikelen uit de regionale pers, die we hartelijk danken voor de verleende medewerking. Red. groot aantal agrarische bedrijven en de hieraan verbon den werkgelegenheid. Door de Provinciale Raad voor de Bedrijfsontwikkeling in Zeeland is becijferd dat met de verbetering van de zoetwatervoorziening in Zeeland 1.000 arbeidsplaatsen gemoeid zijn. Juist in deze tijd .mag dit cijfer niet worden onderschat. Inmiddels is door de provincie Zeeland besloten om in samenwerking met diverse rijksinstanties een onderzoek te starten naar de landbouwwatervoorziening vanuit het toekomstige Zoommeer. Een verheugende ontwikkeling waarover vanuit de landbouw waardering bestaat. Het is te hopen dat hiermee het besef groeit dat zoet water een van de kostbaarste grondstoffen is die de na tuur levert. Ir. J. Huisman ~J>eeld geven van de waarde van een zoete Grevelingen voor de land- en tuinbouw met name op Schouwen-Duiveland. Met spanning wordt naar de resultaten van dit onderzoek uitgezien. Goed onderzoek om de betekenis van voldoende water voor de land- en tuinbouw duidelijk te laten uitkomen is van het groot ste belang. Dit gegeven wordt bevestigd door een L.E.I.-onder- zoek in de fruitteelt, waaruit blijkt dat de meeropbrengsten ruimschoots de gemaakte jaarkosten van de watervoorziening overtreffen. Bij grootfruit blijkt de gemiddelde meerproduktie over 1973-1979 per jaar te liggen tussen 12% en 47%. Ook voor kleinfruit gelden belangrijke verbeteringen van kwaliteit en produktie. Ook in andere sectoren komen de voordelen steeds duidelijker naar voren. De verwachtingen die enige jaren geleden golden worden overtroffen. Dit onderstreept te meer dat het uitblijven van een verbetering van de zoetwatervoorziening in Zeeland een toenemende achterstand oplvert. Dat hierin verandering moet worden gebracht is duidelijk. Een zoete Grevelingen kan hieraan een belangrijke bijdrage leveren, dat gegeven kan niet worden uitgewist. Het is in dit verband een positief feit dat de provincie Zeeland aan de verbetering van de zoetwatervoorziening van de land bouw serieuze aandacht besteedt. Binnenkort zal worden gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden om de landbouw vanuit het Zoommeer van water te voorzien. Daarbij wordt gestreefd naar een samenwerking met Brabant. Dit onderzoek is met name van belang voor Tholen, St. Philipsland en Zuid-Be veland. Het Zoommeer wordt zoet en het water is nodig voor diverse belangen, dat staat allemaal al vast. Het is te hopen dat het onderzoek zal uitmonden in concrete wateraanvoerplannen voor deze gebieden. De landbouw wordt betrokken bij de be geleiding van de onderzoekingen. Het aangeven van de be hoefte vanuit de praktijk is daarbij een belangrijke taak. Met een zoete Grevelingen en een zoet Zoommeer kan veel worden bereikt. De kans is echter aanwezig dat sommige gebieden in Zeeland hiervan niet kunnen profiteren. Het zou goed zijn als nu al. aan de verbetering van de zoetwatervoorziening van deze gebieden wordt gedacht. Het onderzoek moet verder. A.J.G. Doeleman

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1981 | | pagina 11