De tuinbouw heeft behoefte
aan zoet water!
Bedrijfshygiëne moet; willen
we konkurrentie voor blijven
KOMPAS 1985 IV
Zoetwatervoorziening
DE KONSULENT VOOR DE
TUINBOUW, ir. H. Sytstra.
Betreffende de tuinbouw zijn uit de struktuurnota enkele
hoofdpunten gelicht, die naar gehoopt wordt belangstel
ling zullen oproepen naar een bredere en diepgaander in
formatie en naar meer samenhang tussen de verschillende
onderdelen. Dit kan er dan toe bijdragen, dat de inhoud van
de struktuurnota onderwerp van gesprek wordt op de bij
eenkomsten in het komende vergaderseizoen.
n2b füt n-n
Fruitteelt
Hoewel ook in Zeeland het fruita-
reaal is teruggelopen, is deze afname
duidelijk minder groot geweest dan
in Nederland als geheel. Gelukkig
komt deze afname niet tot uiting in
de produktie; er is voldoende kom-
pensatie dankzij een voortdurende
modernisering van de aanplant.
Terwille van het streven naar een
goede bedrijfsstruktuur is het van
belang dat het de komende jaren nog
iets verder terug lopende areaal ge
paard gaat met een gemiddeld wat
grotere oppervlakte fruitteelt per be
drijf. Als een hoofddoelstelling kan
uiteraard worden genoemd het ver
krijgen van een beter rendement.
Om dit te kunnen realiseren volgt
een greep uit de vele aanbevelingen.
Het streven naar opbrengstvermeer
dering door het tijdig vervangen van
de plantopstanden; voorkom verou
dering en benut zo mogelijk tevens
de kans op intensivering. Geef naast
de onmisbare Golden Delicious de
kans aan nieuwe rassen en laat deze
doorbreken tot waardevolle aanwin
sten, daarbij de peren niet vergetend
als een goede aanvullende basis.
Kwaliteitsverbetering
Ook in de komende jaren zal het
duidelijk streven naar kwaliteitsver
betering veel aandacht moeten krij
gen. Met name virusvrij plantmate-
riaal. snoeiprincipes en bewaarregi-
mes kunnen in dit verband worden
genoemd.
In de afzetketen moet gestreefd wor
den naar meer bundeling in de aan
voer en naar een betere presentatie.
Voor een verdere afzetverbetering is
een fusie van de vier fruitveilingen
dan ook gewenst. De verplichte één
malige verpakking voor appels, pe
ren en pruimen kan nu reeds een
grote verbetering worden genoemd.
Het heeft geleid tot grotere export
mogelijkheden en vooral ook tot een
verbeterde positie op de binnen
landse markt. Toch blijft in de ko
mende jaren een kritische begelei
ding van de presentatie noodzakelijk
en dient te worden nagegaan of er
nog verbeteringen mogelijk zijn.
Overigens wordt door een toene
mende belangstelling voor het zelf
bewaren en sorteren van het eigen
produkt de centralisatie en regulatie
van de afzet niet gemakkelijker.
Kleinfruitteelt
De rassenkeuze bij rode bessen en
frambozen verdient ruime aandacht.
Een vernieuwing met produktieve
sterke rassen schept voor genoemde
teelten betere perspektieven. Bij de
zwarte bessen zal de traditionele teelt
verder teruglopen en plaats maken
voor grootschaliger aanplantingen
met mechanische oogst. De bijdrage
van de kleinfruitgewassen aan de as
sortimentsverbreding zal van geringe
betekenis blijven.
Glasteelten
De bedrijven met glasopstanden lig
gen verspreid over de provincie. Een
centrumfunktie ontbreekt en Zee
land moet derhalve de voordelen van
deze funktie ontberen. Een aantal
groentetelers is overgegaan naar de
bloementeelt, energiekosten zijn een
belangrijk onderdeel van de totale
bedrijfskosten gaan worden. Daar
door is de energiebesparing een ab
solute noodzakelijkheid geworden
en zal ook in de komende jaren nog
veel aandacht blijven vragen. Bij de
ontwikkelingen met betrekking tot
de energiebesparing zal het gunstige
klimaat in Zeeland meer in de be
langstelling komen.
Omdat mede door de hoge energie
kosten de rentabiliteit sterk onder
druk komt te staan, zal moeten wor
den gestreefd naar verbetering van de
arbeidsproduktiviteit. Er zijn nog di
verse mogelijkheden Voor automati
sering en arbeidsbesparende metho
den.
V ollegrondsgroenteteelt
De telers zullen zich vooral moeten
rjchten op gewassen met een relatief
hogere prijs (o.a. bloemkool, spruit-
kool, witlof, winterprei). Het gunsti
ger klimaat in Zeeland t.o.v. andere
delen van Nederland kan benut
worden. Vooral de gemiddeld wat
zachtere winters en een vroegere
ontwikkeling in het voorjaar kunnen
hierbij van belang zijn.
De ontwikkelingen in deze sektor
vinden momenteel plaats op Schou-
wen-Duiveland en Tholen. De lig
ging t.o.v. de exportveiling Z.H.Z. te
Barendrecht zal hierin een rol spelen.
Deze gunstige uitgangspositie vraagt
een verdere uitbpuw. Een goed af
zetpunt biedt de mogelijkheid tot
produktbeperking met daaruit
voortvloeiend specialisatie, waarmee
de teler zijn voordeel kan doen.
Bloembollenteelt
Er i§ dringend behoefte aan moge
lijkheden tot voorkoming of bestrij
ding van droogrot in gladiolen. An
ders zal deze teelt over afzienbare
tijd gedoemd zijn te verdwijnen.
Voor het voortbestaan van gespecia
liseerde bloembollenbedrijven zal
aanvulling van andere bolgewassen
noodzakelijk zijn. Van tulpen is er de
laatste jaren enige uitbreiding en de
teelt van narcis komt op gang.
Voor de vroege trek van tulpen zijn
de in het zuidwesten gegroeide bol
len in het voordeel; dankzij betere
klimaatomstandigheden zijn ze
vroeger bloeibaar. Het verdient aan
beveling om deze situatie verder te
benutten. En met deze konstatering
komt dan automatisch een grote be
lemmerende faktor naar voren, die
de gehele Zeeuwse tuinbouw ken
merkt: er is water in overvloed maar
ongeschikt voor beregeningsdoelein-
den.
Meer bomen per ha
De zoetwatervoorziening is in de tuinbouw van groot be
lang. In vele delen van Zeeland is goed water geheel afwe
zig of slechts in beperkte mate voorhanden. Vele tuin
bouwbedrijven ervaren dit als een duidelijke handikap. Het
streven moet erop gericht zijn toekomstige mogelijkheden
(Grevelingen, Zoommeer) te benutten en in eerste instan
tie vooral ook tijdig de wensen hiertoe kenbaar te maken.
Het kunnen beschikken over zoet water zou door de ver
minderde teeltrisiko's vele bedrijven meer toereikende
ontplooiingsmogelijkheden geven. Naast hogere opbreng
sten van het bestaande teeltpatroon zou het invoeren van
meer kapitaals- en arbeidsintensievere gewassen haalbaar
worden. Dit zou tot uiting komen in een aanzienlijke ver
groting van de totale produktiewaarde en enerzijds be
houd, anderzijds uitbreiding van het aantal arbeidsplaatsen
inhouden.
Een zaak die de volle aandacht verdient, meer nog dan dit,
een zaak die de volle aandacht moet krijgen.
Schoonmaken machines belangrijk
Op 27 oktober is op de Flevohof het startsein gegeven voor de aktie
bedrijfshygiëne in de pootaardappelteelt.
Eigenlijk geldt bedrijfshygiëne voor de gehele akkerbouw of nog breder
gezien, voor de gehele land- en tuinbouw.
"t Is belangrijk dat we ons nog beter bewust worden bij al onze hande
lingen in het bedrijf van de overbrengingsmogelijlheden van allerlei
gevaarlijke ziekten en plagen.
De kosten
De kosten zijn met name voor de
pootaardappelteelt sterk gestegen.
We liggen dan ook met de kostprijs
moeilijk konkurrerend in de inter
nationale markt. Dat we toch zo'n
prachtige afzet hebben kunnen op
bouwen in binnen- en buitenland
komt aan de ene kant door de speci
fieke rassen die we ter beschikking
hebben, maar aan de andere kant
mede door de goede kwaliteit die
bereikt is. Op deze gunstige ontwik
keling kunnen we echter niet blijven
bouwen. We moeten meer doen. We
volgen nl. de konkurrenten op de
voet en daaruit blijkt dat zij duidelijk
de kwaliteit aan het verbeteren zijn.
Wij zullen derhalve onze kwaliteit
nog verder moeten opvoeren en ik
denk dat we daarin slagen; bij "alle
hens aan dek".
We behouden vooral door onze
steen-arme bodem nogal wat na
tuurlijke voordelen, waardoor de
mechanisatie het meest suksesvol
kan worden doorgevoerd. Naast
moderne vermeerderingstechnieken
en steeds verder gaande toetsmetho-
den krijgt deze winter de bedrijfshy
giëne extra aandacht.
Eén en dezelfde machine
In onze kleinschalige pootaardap
pelteelt (7 ha per bedrijf) is het steeds
meer noodzakelijk dat voor meerde
re partijen pootaardappelen en voor
meerdere bedrijven gebruik gemaakt
wordt van één en dezelfde machine.
En dan is het oppassen geblazen. Als
men dan maar zeker weet dat er geen
ziektekiemen in de partijen aanwezig
zijn. Maar daar zit nu juist de knoop.
Een aantal ziekten kunnen zelfs in
latente, in verborgen vorm aanwezig
zijn. Een ieder zal op zijn bedrijf na
moeten gaan, onder zijn omstandig
heden of er iets mis kan gaan. Via
voorlichting van de NAK, Rijks-
landbouwvoorlichtingsdienst en
handel zal van alle kanten op geva
ren worden gewezen.. Een gemakke
lijke kreet is "schoonspuiten van
machines". En hoewel dat natuurlijk
belangrijk is zal men de totale orga
nisatie van zijn bedrijf nog eens
moeten nagaan om in ieder geval op
de meest eenvoudige machine, op
een manier die de minste kosten met
zich meebrengt een bijdrage aan de
bedrijfshygiëne te leveren ten bate
vooral van zichzelf en daarmee voor
de gehele sektor.
De organisatie
Er is vooral door kostenbesparingen
steeds gehamerd op het samenwer
ken van 2 of meerdere bedrijven op
het gebied van efficiënt machinege-
bruik. Ook een aantal loonbedrijven
heeft zich krachtig ontwikkeld ten
dienste van onze teelt. Nu dreigen we
langs deze lijn een pak voor de broek
te krijgen. Een bron van mogelijk
heden is ontstaan om ziekten te ver
spreiden.
Denk eens aan de aardappelrooier,
die van het ene perceel naar het an
dere trekt, of van het ene bedrijf naar
het andere. Of aan een bietenrooier
in een kombinatie van 6 of meer
boeren. In de herfst, ware grond-
transporteurs. Er is werk aan de
winkel. De samenwerkingsvormen
zullen om de tafel moeten; maar ook
het loonbedrijf met z'n klanten.
Het meest ideaal is één schone ma
chine per partij of per bedrijf voor
bepaalde werkzaamheden. Maar dat
is bijna ondenkbaar voor de meeste
bedrijven. Schoonmaken na elke
par ij of bedrijf is nauwelijks te ver
wezenlijken, vooral in "hartje sei
zoen".
Men zal zich toch moeten bezinnen
of er door reorganisatie van het werk
al niet veel te bereiken is, waardoor
schoonmaak van machines wel tot de
mogelijkheden gaat behoren. Er zijn
nogal wat aardappelstudieklubs in
Nederland. Een aanbeveling ook aan
hen om rond de tafel te gaan en te
zien hoe vindingrijk men is om goede
oplossingen te vinden.
Vooral de volgorde van werken in de
hoeveelheid werk per bedrijf en per
keer verdient aandacht. Het is ge
makkelijker na 10 ha iets te doen dan
na 1 ha.
We kunnen stellen dat we de meeste
ziekten knap in de hand hebben ge
houden. Hier en daar gaat er wel eens
iets mis met vaak zware financiële
afstraffingen.
Hygiënisch werken in de hele lijn van
uitgangspoter tot en met de gebruiker
zal teleurstellingen voorkomen en
onze naam en faam ten goede komen.
A. Vermeer
5