Emo Capodilista:
Landbouw enige
EG-polïtïek
IMieuws uit Brussel
Landbouwbeleid EG
wordt niet veranderd.
Meer aandacht voor
Middellandse Zeegebied.
Italiaan voorzitter COP A:
Eigen bedrijf
Angst voor Spanje
Conclusie in ministervergadering:
loo^issfi
q -jb noqail n»
De zalen van het vijftiende-eeuwse stadspaleis waar de Italiaanse
landbouwfederatie haar intrek heeft genomen, stralen heel wat meer
bedrijvigheid uit dan de meeste andere kantoren in Rome. De spreek
woordelijke laksheid van de Italiaanse, vooral de Romeinse, bureau-
kratie ontbreekt helemaal in de voortdurende aktiviteit waardoor de
landbouw zelf over de hele wereld een zekere roem verworven heeft: er
wordt gewerkt, met uitstekende humeuren.
In dit beeld, nog opgefleurd door de
schitterende zalen, plafonds en ver
sieringen die kardinaal Delia Valle
indertijd in het stadsverblijf heeft la
ten aanbrengen, past uitstekend de
frisse, innemende verschijning van
Umberto Emo Capodilista, sinds
kort president van de COPA, (Fede
ratie van landbouworganisaties in de
E.G.) in Brussel. Deze funktie mag
hij voor maximaal twee jaar bekle
den, want langer wil de organisatie in
Brussel zo'n belangrijke funktie niet
aan één persoon toevertrouwen.
Emo Capodilista moet daar zelf ook
niet aan denken. Nog afgezien van
zijn werk in het Romeinse droom-
paleis heeft hij een schitterend land
bouwbedrijf in Padua. En dat, niet
de officiële funkties in Brussel en
Rome, is de zaak waar zijn hart naar
uitgaat. Hij is een boerenzoon met
een dubbele naam en het laatste
waar hij op lijkt is een Romeinse
ambtenaar. Maar Padua, waar hij
geboren en getogen is en waar zijn
bedrijf staat, is dan ook ver van Ro
me verwijderd (het ligt bij Venetië)
en trouwens, elke week als de boer
Emo voorzitter Emo wordt, dan gaat
hij naar Brussel, om de belangen van
zijn leden in de tien landen te dienen.
"Wij hebben", zo zegt Umberto, "als
COPA-bestuur de plicht zoveel mo
gelijk de handelsbelangen van onze
leden te bevorderen, en zoveel mo
gelijk oorlogen en oorlogjes bij te
leggen, en juist niet om alle verhou
dingen nog feller te maken. Daar
voor heb ik als voorzitter de volle
vier dagen in de week nodig, maar
daar blijft het dan ook gewoonlijk
bij. Na vier dagen Brussel ben ik za
terdag, zondag en maandag in mijn
bedrijf'.
Dat bedrijf: 130 hektare, voorname
lijk bouwland, en 90 koeien. Op dit
moment is hij van zijn melkproduk-
tie aan het overschakelen naar vlees,
want "melk in Italië is de laatste ja
ren een verliesgevende zaak". Daar
bij komt een produktie van 1200
hektoliter per jaar van een wijn, zoals
die in dat gebied (de "Veneto") be
roemd is bij Italiaanse wijnproevers.
Hij heet Colli Euganei Rosso en
vergt heel wat werk van Emo en zijn
staf. Die staf van zeven man, de ge
bruikelijke ambtelijke en adminis
tratieve rompslomp (in Italië nog al
tijd wat doller dan in Nedérland) en
zijn eigen inbreng in het werk kosten
Emo Capodilista heel veel energie,
vooral op de maandag, 's Maanda
gavonds gaat hij als de gesmeerde
bliksem naar Brussel, waar de doku-
menten al op zijn bureau liggen op
gestapeld.
Het totale budget van de EG over
een jaar bedraagt 66 miljard gulden,
en 70% daarvan gaat naar de land
bouw. Wij vragen tussen twee haak
jes aan voorzitter Emo, waarom zulk
een hoog percentage voor landbouw
als er ook nog energie-problemen,
sociale zaken en andere onderwer
pen op het beleid van de EG liggen te
wachten? Emo daarop: "Ze gebrui
ken het niet. Ze doen weinig. Ik wil
niet voor mijn eigen belangetjes
spreken, maar de landbouw vormt
verreweg de belangrijkste faktor in
de EG-top. En hij voegt eraan toe:
Die andere elementen zouden ook
meer aandacht verdienen, maar de
EG-top zou dan vier maal zo groot
moeten zijn..."
nog even verhinderd door het feit dat
Portugal eraan vast zit, zou een groot
blok tegen Noord-Europa kunnen
veroorzaken".
Voor de binnenkomst van Grieken
land" binnen de EG heeft Umberto
Emo Capodilista heel wat minder
angst dan voor de aanstaande entree
van Spanje. "Het lijkt wel alsof we
met Griekenland alleen maar kolle
ga's zijn, in plaats van ook konkur-
renten". De laatste jaren is boven
dien de Italiaanse landbouw er sterk
U. EMO Capodilista voorzitter COPA
Wat is nu het belangrijkste dat de
COPA de laatste jaren tot stand heeft
gebracht? Emo: "De aandacht die
COPA heeft gevraagd en gekregen
voor het Middellandse Zeegebied.
Daarbij is natuurlijk het binnenko
men van de Europese Gemeenschap
door Griekenland een belangrijk
punt, maar de intocht van Spanje, nu
op vooruit gegaan, zo horen we van
de nieuwe voorzitter, die plotseling
toch écht Italiaan blijkt te worden.
"De tomatenindustrie maakt het
goed en kan ook haar produkten ex
porteren," aldus Emo. "Voor de
komst van Spanje ben ik, als Italiaan,
veel banger dan voor de binnen
komst van Griekenland".
En wat Nederland betreft: "Ik heb
een sterke tendens van ongerustheid
bespeurd bij de Nederlanders in
Brussel over de stijging van produktie
en export van bloemen en fruit in
Italië. Dat is voor Italië een ding om
trots op te zijn. Maar in mijn funktie
als voorzitter van de COPA zal ik de
EG-politiek, waarvan de Italiaanse
ideeën maar een deel vormen, als ge
heel verdedigen.
Gérard Verlinden
Jan Werts/Brussel
De meeste Eg-ministers van Land
bouw denken momenteel (weer) aan
mogelijke wijzigingen in het Euro
pees Landbouwbeleid, waardoor het
voor de schatkist wat goedkoper zou
worden. De meningen lopen onder
de tien van de Europese Gemeen
schap echter nogal uiteen. Aan de
fundamentele uitgangspunten wil
ook niemand raken. Onze minister
De Koning acht het moment nu wel
rijp voor wat hij noemt "marginale
veranderingen". Maar werkelijk ge-
loven dat die er binnenkort wel ko
men doet hij toch niet. Dat komt oök
wegéns de recënie financiële mee
vallers. De financiering van het to
taal van Brusselse activiteiten ten
gunste van boer en tuinder is nu,
noch komend jaar, problematisch.
Daarmee is de druk van de ketel. Het
Europees Landbouwbeleid staat
voorlopig dus uit de wind. Die con
clusie werd maandagavond in Lux
emburg door waarnemers getrokken
na afloop van het uitvoerige debat
tussen de landbouwministers over
het probleem van de lusten en de
lasten in de Europese Gemeenschap.
Minister De Koning erkende ook dat
de zaken zoals hierboven geschetst
liggen. Toch hield hij een pleidooi
voor het nu nemen van enkele maa
tregelen. Via naar verhouding klei
nere, dus verfijnde besnoeiingen zou
je, nu alles lekker loopt, de land
bouwpolitiek kunnen voorbereiden
op de slechtere tijden die later on
vermijdelijk volgen, aldus de Neder
landse bewindsman in Luxemburg.
Als voorbeelden van bezuinigingen
die je zonder meer zou kunnen
doorvoeren noemde hij:
- stopzetting van de interventie van
rundervoorvoeten:
- een zuiniger restitutiebeleid in de
zuivel:
- het uitkammen van'het oerwoud'
van allerlei subsidies en premies
die nu gelden.
De Britse minister heeft hier voor
gesteld om voortaan ten hoogste 60%
van het Europees budget aan land
bouwpolitiek te spenderen. De Ko
ning vindt zo'n doelstelling het nas
treven waard, zo zei hij. "Maar je
kunt zoiets gegeven de onzekerheden
die het landbouwbeleid nu eenmaal
omgeven, niet zwart op wit vastleg
gen". Tot voor kort kostte de land
bouw globaal 0 procent van de be
groting. Door externe (buitenlandse)
factoren, zoals het aantrekken van de
zuivelprijzen op de wereldmarkt zijn
de kosten in Brussel de afgelopen
maanden fors gedaald. Dat scheelt
dit jaar al ongeveer 2 miljard gulden,
zodat de Europese Gemeenschap nu
op 60% kosten voor landbouwpoli
tiek van het totale budget zit.'
Valse kritiek
Maandag besloten de ministers van
Financiën, die hier ook vergaderden,
die twee miljard meteen onderling te
verdelen. Het geld wordt dus natio
naal en niet aan Europees, sociaal,
regionaal of ander noodzakelijk be
leid besteed. Waaruit je zonneklaar
kunt afleiden dat de kritiek op de
kosten van het Europees landbouw
beleid er eigenlijk niet om gaat meer
ruimte te scheppen voor andere acti
viteiten, hoewel dat steeds toch weer
wordt beweerd. Nu men eens twee
miljard overhoudt wordt het geld
onmiddellijk teruggeboekt naar de
ministers van Financiën thuis. De
meeste kritiek op het landbouwbe
leid, zo leert deze nogal unieke erva
ring, is dus vals. Men wil geen echt
verenigd Europa scheppen, maar
liever de Brusselse uitgaven over de
hele lijn beperken. Overigens is dat
ook een loffelijk streven, maar laat
men dat dan ook gewoon erkennen.
Lusten en lasten
Het was maandag de eerste keer dat
de Landbouwministers de kwestie van
de lusten en lasten verdeling binnen
de Europese Gemeenschap voor de
komende jaren bespraken. Dit op ba
sis van het (vage en vrijblijvende)
rapport dat de Europese Commissie
hierover van de zomer publiceerde.
Daarin wordt voorgesteld om landen
die nu aan de landbouwpolitiek ver
dienen (Nederland o.a.) volgend jaar
financieel te laten opdraaien voor de
contributieverlaging, waarop Groot-
Brittannië dan weer recht meent te
hebben. Deze kwestie zal ook de ko
mende topconferentie van Europese
regeringsleiders in Londen beheer
sen. "Het zal niet makkelijk zijn het
debat in de ministerraad volledig
weer te geven. Er is namelijk drie en
een half uur achtereen door de mi
nisters over de kwestie 'lusten en las
ten' gesproken. Wat mij persoonlijk
het meest opviel na vier jaar wegge
weest te zijn uit de landbouwpolitiek
is, dat ik weinig nieuws hoorde van
daag", aldus minister De Koning in
Luxemburg tegen de journalisten.
"Er zijn natuurlijk wel enkele nieuwe
omstandigheden", zo ging hij verder.
"De afgelopen vijf jaar zijn de uitga
ven voor de landbouwpolitiek formi
dabel gestegen. Vanaf 1975 tot 1981
met gemiddeld 20% per jaar. Als je
het lijstje ziet merk je dat ook een
aantal produkten waarbij de Neder
landse Landbouw belanghebbende is,
fors heeft meegedaan aan kosten
toename. Dit betekent langzamer
hand een zorgelijke situatie, die nog
wordt versterkt doordat wij enerzijds
gaan aanlopen tegen de 1%-BTW-
grens van onze inkomsten. Anderzijds
doordat er hoe langer hoe meer kri
tiek komt op het grote aandeel van de
landbouw in het budget van de Euro
pese Gemeenschappen. De aandrang
groeit om andere beleidsterreinen fi
nanciële ruimte te geven via het te
rugdringen van het landbouwaan-
deel. Hef nu lopende jaar ziet er fi
nancieel een stuk gunstiger uit. Maar
er is geen enkele aanleiding om te
verwachten dat dit zo zal blijven.
Structureel (blijvend) is er aan de
landbouwpolitiek, zoals die de afge
lopen jaren fungeerde, niets veran
derd. Óf er een structurele verbete
ring is bij de nu gewijzigde afzet van
de produkten, dat moet nog maar af
gewacht worden", aldus nog steeds de
Nederlandse minister. Zijn Duitse
collega Ertl schetste de noodzaak van
nauwere Europese economische en
monetaire samenwerking, waarbin
nen de landbouwpolitiek dan immers
veel rustiger zou kunnen bestaan. De
Franse, Belgische, Italiaanse en Ierse
minister hielden een pleidooi voor
herstel van de EG-preferentie. Wat
o.a. wil zeggen dat zij de landbouw-
importen (soja, tapioca, maïsgluten,
NieuwZeelandse boter) willen beper
ken. Maar minister De Koning verde
digde juist het zoveel mogelijk open
houden van de grenzen via voortdu
rend overleg. Daarbij paste ook zijn
kritische houding tegenover het Eu
ropees streven naar het sluiten van
lange termijncontracten voor de afzet
van bijvoorbeeld zuivelprodukten.
"De positie van ons bedrijfsleven op
de buitenlandse markten is terk ge
noeg om het verder zonder zulke
Brusselse regelingen te stellen". De
Koning hield tenslotte een pleidooi
voor wat hij een meer marktgerichte
landbouwpolitiek noemt. "Waarbij je
de omvang en de prijs van je produkt
probeert aan te passen aan de afzet
mogelijkheden. Daarom trekt ons het
idee van produktiedoelstellingen van
de Europese Commissie wel aan.
Maar ik heb er al tegen gewaar
schuwd om daarbij de wat grotere
bedrijven niet extra te gaan belasten.
Zij hebben immers niet de grootste
draagkracht. Wellicht hebben ze wel
een-grotere efficiëncie. Maar waarom
zou je die gaan afremmen?"
7