P.A.G.V. verstrekt in up-to-date-
uitgave veel gegevens over o.m.
opbrengsten, taaktijden en
saldoberekeningen
Met rotatiegegoten wiel uit
"Hytrel" efficiënte
toepassing
beschermingsmiddelen
Voedselschaarste in Roemenië
Uitslag Ploegwedstrijd
R.A.K. Oost
Zeeuws-Vlaanderen
Akkerbouw
Internationaal
Grotere invoer
tapioka in Engeland
Subsidie voor
Amerikaanse
aardappelexport
Saldoberekening
Saldoberekening per ha WINTERTARWE
Zoals gebruikelijk rond begin oktober hebben wij ook dit jaar weer de
uitgave "Kwantitatieve Informatie voor de Akkerbouw en de Groente
teelt in de Vollegrond" ontvangen (PAGV-publikatie nr. 14, 157 blz.).
Deze jaarlijkse PAGV-publikatie is weer volledig herzien en aangevuld
met de nieuwste gegevens. In de eerste plaats is dit boek als hulpmiddel
voor de regionale konsulentschappen bij het opstellen van bedrijfseko-
nomische adviezen voor de akkerbouwen de vollegrondsgroenteteelt-
bedrijven.
Uit de duizenden exemplaren die de
afgelopen jaren verkocht zijn, blijkt
dat ook akkerbouwers en groentete
lers in de praktijk druk gebruik ma
ken van deze uitgave: per gebied
staan kg-opbrengsten en prijsont
wikkelingen vermeld, zeer uiteenlo
pende kosten als prijzen van kunst
meststoffen, bestrijdingsmiddelen,
keuringstarieven; de ontwikkeling
van de kosten van loonwerk, diverse
loonwerktarieven en verrekenprijzen
bij onderling gebruik van werktuigen
worden gegeven; uitgebreid wordt
ingegaan op de vaste kosten bij de
bedrijfsvoering, zoals vervangings
waarde en jaarlijkse kosten van
werktuigen, waterschapslasten,
koopprijzen van los bouwland en de
arbeidskosten en CAO-lonen in ak
ker- en tuinbouw.
In het hoofdstuk taaktijden wordt
van een zeer groot aantal bewerkin
gen bij diverse werkbreedten van de
machines en wisselende werksnelhe-
den de taaktijden gegeven bij per
ceelsgrootten van 2, 6 en 12 ha.
Voor groenteteelt op kleinere schaal
worden deze taaktijden gegeven op
perceelsgrootten van 0,1 ha, 0,2 ha,
0,5 ha, 1 ha en 2 ha.
voor de Akkerbouw en
Groenteteelt in de Vollegrond
.-■•
Het boekje kwantitatieve informatie
Een klein wiel uit rotatiegegoten
"Hytrel" polyester elastomeer en
aangedreven door een van de banden
van de sproeitraktor reguleert auto
matisch de te sproeien hoeveelheid
oogstbeschermingsmiddelen, onaf
hankelijk van de snelheid der traktor
of de breedte van het te besproeien
trajekt. Er zou een nauwkeurigheid
mee bereikt kunnen worden van 5%
der voorgeschreven opbrengverhou-
ding.
De Franse onderneming Tecnoma
S.A. koos het Du Pont elastomeer
voor dit nieuwe type sproeisysteem
wegens de uitstekende fléxibiliteit-
seigenschappen, waardoor een hecht
kontakt met minimale kans op slip
pen wordt verzekerd tussen de aan
drijvende band van de traktor en het
aangedreven rotatiegevormde wiel
van de sproei-installatie. De weer
stand van "Hytrel" tegenover water,
minerale olie, vet en oogstbescher
mingsmiddelen was mede bepalend
voor de keuze als materiaal voor het
wiel.
De internationaal geaccepteerde to
leranties voor besproeien liggen rond
de 15% afwijking van de voorge
schreven opbrengverhouding per ha.
Kleinere afwijkingen, zoals de 5%
die zou kunnen worden bereikt met
de nieuwe sproei-apparatuur van
Tecnoma S.A., hebben belangrijke
gevolgen voor zowel de producent
(oftewel de boer) als de konsument.
ONTWIKKELING MENGVOE-
DERPRODUKTIE IN DE GE
MEENSCHAP
In 1957 toen de Europese Gemeen
schap tot stand gebracht werd door de
ondertekening van het Verdrag van
Rome bedroeg de mengvoederpro-
duktie in de deelnemende zes landen
ongeveer 10 miljoen ton, waarbij het
aandeel van Nederland rond de 3,5
miljoen ton lag. In 1969, toen drie
nieuwe leden tot de Gemeenschap
toetraden, bedroeg de produktie bijna
43 miljoen ton, waarbij het aandeel
van de zes oorspronkelijke lidstaten
rond 28,5 miljoen ton bedroeg en het
Nederlandse aandeel 7,1 miljoen ton.
In 1979 was de produktie in de EEG
gestegen tot 75,8 miljoen ton waarbij
het Nederlandse aandeel 13,6 mil
joen ton bedroeg. De grootste pro
ducent in de Gemeenschap is Duits
land, gevolgd door Frankrijk en Ne
derland.
In Denemarken en Ierland is sinds
1968 de méngvoederproduktie bui
tengewoon sterk toegenomen. De
produktie in Engeland is de laatste
jaren nauwelijks toegenomen.
In 1979 had 35,3% van de produktie
betrekking op varkensvoeder, 33,9%
op rundveevoeders, 26,5% op pluim
veevoeders, waarbij op te merken is
dat vooral in Duitsland en Neder
land de groei van de produktie
voornamelijk betrekking had op
rundvee- en varkensvoeders. In een
publikatie van de Nederlandse Zoo-
technische Vereniging wordt mel
ding gemaakt van een raming waar
bij voor 1985 in Denemarken, Enge
land en Duitsland 50% tot 60% van
de totale hoeveelheid ter beschikking
gestelde voeders zal bestaan uit
Mengvoeders. In Frankrijk en Italië
zal dat 65% en 75% gaan uitmaken, in
België en Ierland 85% tot 90% en in
Nederland, zoals dat reeds jaren het
geval is bijna 100%.
In de periode 1960/69 is de meng-
voederproduktie in de Gemeenschap
met 23% gestegen en in de periode
van 1969/1980 (EEG van de Negen)
met bijna 80% of gemiddeld 8% per
jaar.
Ofnschri|ving
Financiering
Veel aandacht is ook besteed aan de
financiering en alles wat daarmee sa
menhangt: kosten bij aankoop van
onroerende goederen, mogelijkheden
en kosten van financiering, inkom
sten-, vermogens- en vennootschaps
belasting.
De saldoberekeningen nemen in
Kwantitatieve Informatie een be
langrijke plaats in: uitgaande van een
goed geslaagde teelt is voor een groot
aantal akkerbouwgewassen en volle-
grondsgroenten het saldo berekend.
Hierbij zijn de teelten meestal opge
deeld naar produktiegebied; bij een
aantal groentegewassen naar teelt-
kenmerken en oogstperioden.
Gezien de grote vraag naar handzame
informatie zal deze uitgave voor veel
akkerbouwers, vollegrondsgroentete-
lers en studenten in het agrarisch
onderwijs zeker opnieuw zijn nut be
wijzen.
(Het boekje is te bestellen door
17,50 te storten op girorekening
2249700 t.n.v. het PAGV, postbus
430, 8200 AK Lelystad. Op de kaart
graag vermelden: publikatie nr. 14).
De uitslag van de ploegwedstrijd van
12 september 1981 bij de heer Van
Waes te Westdorpe, waarbij 8 deel
nemers waren die hun ploegwerk in
wedstrijdverband tegen elkaar op
namen luidt als volgt:
1. C. van Waes met 149,5 punten; 2.
K.M. Dekker met 143 punten; 3. P.
de Nijs met 138 punten; 4. J. Rasen-
berg met 130,5 punten; 5. P. Verhelst
met 129 punten; 6. M. van Waes met
126,5 punten; 7. R. Belair met 122,5
punten en 8. P. Buyck met 109,5
punten.
In de afgelopen vier jaar is de invoer
van tapioka in Groot-Brittannië tot
het 20-voudige gestegen van 5000 ton
in 1977 tot 12.000 ton in 1978, 21.000
ton in 1979 en 100.000 ton in 1980,
terwijl voor 1981 een import te ne
men is van 200.000 ton. Parallel aan
deze ontwikkeling is ook de import
van de z.g. graanvervangende
grondstoffen in Groot-Brittannië
sterk gestegen, wat met name het
geval is met maisgluten en molenaf-
vallen.
Het Amerikaanse parlement
heeft een wetswijziging aanvaard
waardoor het ministerie van
landbouw is gerechtigd subsidie te
verlenen op de export van in de
V.S. geteelde aardappelen. Deze
aanvulling op de "Farm Bill" stelt
de subsidie niet verplicht, maar er
wordt bij het ministerie van land
bouw op aangedrongen door mid
del van subsidie de aardappelex
port te bevorderen.
Het is de bedoeling om hiermee
het nadelig effekt van de subsidie
op aardappelen uit Canada en de
EEG op te heffen.
(Financial Times)
Opbrengsten
Hootdprodukt
Bijprodukt
Bruto-opbrengit (a)
Toegerekende kosten
Zaaizaad (ontsmet)
Bemesting N
P»0»
K»0
Bestrijding
Methabenzthiazuron
Maneb en carbendazim
Bayleton
MCPA 25%
DM58
Dimethoaat
Chloormequat
Verzekering
Rente
Keuring /plomb helt
Touw')
Drogenschonen
Tot. toeg. kosten (b)
Saldo par ha. E.M. (a-b)
Indien In loonwerk
uitgevoerd:
Ploegen
Zaaiklaar maken
Zaaien
Kunstmeststrooien
Spuiten
Maaidorsen
Stro persen (incl touw)
Stoppelploegen
Cultivateren
Werkzaamheden
Ploegen
6
1 1 sept 2
Zaaien
6
1 1 okt 1
Kunstmeststrooien
N
6
1 1 lebr 2
N
6
1 1 mei 1
P)0>
6
1 i leb 2
K.O
6
1 1 teb 2
Spuiten
MCPA
6
1 1 apr 2
Dimethoaat
6
1 1 juli 1
DM 68
Bayleton
6
1 1 mei 2
Methabenzthiazuron
6
1 1 okt
Maneb en carbendazim
6
1 1 juni 2
Chloormequat
6
1 1 apr 2
Oogsten
5
1 1 aug 1
Stoppelploegen
6
1 1 sept 1
Cultivateren
6
1 2 sept 1
Noordelijk kleigebied
6 400
5 000
150
150
3 700
540
5
64
0.51
90'ton
1.15
1.63
1.31
0.66
32.80
23.70
106.10
6.00
14.80
25.20
0.2%
11%
4.75
2.20
3 264
450
173
245
Aantal
bewerk
335
5.0*35
100
150
175
335
175
100
130
Aantal Begin
periode
Werk
snel
heid per- bew van
km/u so- kin- uitv
nen gen
Centraal kleigebied
6 500
4 400
110
130
60
0.5
1.5
3 700
405
4.4
0 50
95'ton
3250
418
3 668
1.15 127
1 60 208
1 28 77
0.66 46
23.70
106.10
14.30
14.80
25,20
0,2%
11%
4.75
1.75
Aantal
bewerk
Prijs Bedrag
410
4 4*35
150
140
410
154
Werk
snel
heid
km/u
Begin
-periode
per- bew van
so- kin- uitv
nen gen
Zuidwestelijk kleigebied
6 600
4 500
130
130
60
0.5
1.5
3 700
570
4.5
0.50
90 ton
1.25
1.60
1.27
0.65
32 80
23.70
106 10.
6.00
14.80
25.20
02%
11%
4 75
1.80
3 300
405
163
208
Aantal
bewerk
Prijs Bedrag
110
50
360
4 5x35
110
150
175
360
158
Werk-
snel-
heid
km/u
Begin
jjeriode
per- bew van
so- kin- uitv
nen gen
1 sept 2
6
1 1 okt 1
1 okt 1
6
1 1 okt 1
1 mrt 1
6
1 1 mrt 1
1 mei 1
6
1 1 mei 1
1 mrt 1
6
1 1 mrt 1
1 mrt 1
6
1 1 mrt 1
6
1 1 apr 2
1 juli 1
6
1 1 juli
1 apr
1 mei 2
6
1 1 mei 2
6
1 1 okt.»
1 )uni 2
6
1 1 |uni 2
1 apr 2
6
1 1 apr 2
1 aug 1
5
1 1 aug 1
1 aug 2
6
1 1 aug 2
2 aug 2
6
1 2 aug 2
1) Bij persen van lichte pakken is meer touw nodig
Een voorbeeld van een saldoberekening zoals er in het boekwerk vele
tientallen staan
De Sovjetminister van machinebouw voor veeteelt en voedselproduktie, K.
Belyak (tweede van links), op bezoek bij minister drs. J. de Koning (landbouw
en visserij). Links van minister Belyak zit de ambassadeur van de Sovjet-Unie
V. Tolstikov en op de voorgrond rechts, ir. A. Bovée, tot voor kort landbouw-
attachébij de Ambassade in Moskou.
Meer ruimte voor partikuliere landbouw
Bekend is dat in Oostbloklanden met een socialistisch ekonomisch
stelsel weinig ruimte is voor partikuliere boeren om landbouw te be
drijven. De aan hen toegemeten ruimte is beperkt, wat overigens niet
betekent dat zij niet een belangrijke tot zeer belangrijke bijdrage aan de
voedselvoorziening leveren.
Het zijn in de Sovjet-Unie de sovchosen en de kolochosen die voor de
landbouwproduktie zorgen.
Hoe dat gebeurt is duidelijk als men
de enorme invoerbehoeften van de
Sovjet-Unie ziet wat de eerste le
vensbehoeften betreft. Ook in Roe
menië doet zich in toenemende mate
voedselschaarste voor en voor het
eerst sedert de kollektivisering van
de landbouw n& de oorlog, heeft het
staatshoofd Ceauescu meer ruimte
gegeven aan de partikuliere boeren.
De voedselschaarste in Roemenië is
evident en voor de winkels staan
rijen konsumenten te wachten op
vele zaken vanaf vlees tot bakolie.
Daarbij komt dat het hamsteren de
situatie nog verergert, aldus berich
ten uit Boekarest.
De minister van Landbouw is korte
lings ontslagen.
Volgens officiële mededelingen is
45% van de vleesproduktie in Roe
menië afkomstig van de kleine stuk
jes land die de werkers op de gekol-
lektiviseerde bedrijven krijgen toe
gewezen.
Ongeveer 3% van de landbouwgrond
in Roemenië is in partikuliere han
den.
Niettemin komt ongeveer 40% van
de groenteproduktie in Roemenië
van de kleine boeren van de gekol-
lektiviseerde bedrijven, met hun
kleine stukjes grond.
Vrijwel alle lamsvlees komt ook van
deze bedrijven. Roemenië is een niet
onbelangrijk leverancier van lams
vlees aan landen in het Midden
Oosten.
Thans wil men ook aan industriewer
kers stukjes land beschikbaar stellen.
Men wil hen zelfs kredieten geven
voor de aankoop van gereedschap en
kunstmest, alsmede de garantie dat
zij over voldoende veevoeder kunnen
beschikken, indien men zich maar
bereid verklaart hun produktie aan de
staat af te leveren.
vdw