Dag van het Brood 1981
Besturen is
zo moeilijk!
Zeeuwse
pluimveehouder plaatst
windmolen voor eigen
energievoorziening
W e zullen het er waarschijnlijk allen over eens zijn, dat
de samenleving ingewikkeld in elkaar zit. Zodanig zelfs,
dat de veelvuldige belangen, die in het geding zijn,
moeilijk duidelijk zijn te onderscheiden, laat staan op hun
merites te beoordelen. Voor echte belangenbehartigers is
dat probleem niet zo groot Zij behoeven veel minder op
andersmans belang te letten, maar die aspekten hooguit
in de kansenafweging van hun eigen voorstellen betrek
ken. Dat lijkt misschien egoïstisch, maar dat is de taak
van belangengroepen. Het zal aan de bestuurder zijn om
na afweging van belangen beslissingen te nemen. Zijn
persoonlijke inzichten en kwaliteiten moeten hem ervoor
behoeden om niet tussen de belangengroeperingen te
worden bekneld.
D aar waar het om het aanbieden van samengevatte
kennis en het overdragen van ervaringen betreft kunnen
kursussen en /of studiedagen van belang zijn, die mede
tot een versterking van persoonlijke standpunten kunnen
leiden. In het kader van het hierboven geschetste inge
wikkelde samenlevingspatroon en van de noodzaak het
bestuurlijk niveau op peil te houden wordt door de Z.L.M.
een groeiende aandacht besteed aan zaken, die er toe
kunnen bijdragen om de bestuursleden zo goed mogelijk
voorbereid te laten fungeren. Voor afdelingsbestuursle
den is sinds enkele jaren een kursus bezig en in de ko
zuidelijke landbouw maatschappij
Op zeer feestelijke wijze heeft de Stichting Voorlichting Brood op donderdag 8 oktober 1981
de "Dag van het Brood" aan boord van het raderschip "Kapitein Kok" in aanwezigheid van de
minister van landbouw en visserij, de heer de Koning gevierd. Op bijgaande foto ontvangt
minister de Koning uit handen van de 16-jarige Ingrid Leeman, leerlinge van de Banketbak-
kersschool Blaue Erf te Amsterdam Het Oogstbrood 1981. (Foto: Ab Westerbeek)
Steeds moeilijker
Kursussen
VRIJDAG 16 OKTOBER 1981
68e JAARGANG NO. 3603
land- en
tuinbouwblad
Bij veehouder D. Hoondert te Kwadendamme is in Zee
land vorige week vrijdag de eerste windmolen geplaatst en
in gebruik genomen die rechtstreeks gekoppeld is aan het
elektrisch net van de PZEM. De windmolen die van Deens
fabrikaat is, heeft een drieledig doel: de heer Hoondert wil
er zijn bedrijf mee van elektriciteit voorzien, daarnaast
fungeert het 20 meter hoge bouwwerk als demonstratie
model voor eventuele agrarische belangstellenden, terwijl
de PZEM deze eerste op haar net aangesloten windmolen
wil gebruiken voor het doen van allerlei metingen zodat dit
openbaar nutsbedrijf in de toekomst bij advisering en be
geleiding van de bouw van windmolens elders in de pro
vincie goed gedokumenteerd te werk kan gaan.
Bedrijf
De heer Hoondert die vlak bij het dorp Kwadendamme
een betrekkelijk klein bedrijf heeft met 7500 legkippen en
300 mestvarkens, vertelde tijdens de installatie van de
molen (het geheel werd in nauwelijks een dag in elkaar
gezet en leverde in de namiddag al stroom) de laatste tijd
sterk door alternatieve vormen van energievoorziening te
zijn geboeid. Na serieuze studie besloot hij samen met
enige kennissen een bedrijf op te richten dat zich moet
gaan bezighouden met de installatie en verkoop van
windmolens: "Windenergie Zeeland".
De molen in aanbouw.
Twee generatoren
De pas geplaatste molen is er één van het nieuwste type
dat aldus de heer Hoondert, is uitgerust met twee gene
ratoren waarvan de kleinste van 5!^ Kwh al stroom levert
bij windkracht 1 a 2. De grootste begint te leveren bij
windkracht 3 a 4. "Voor intensieve veehouderijbedrijven
zoals het mijne, zegt hij, zijn deze molens ideaal omdat op
ons bedrijf iconstant zo'n 3 a 4Kwh nodig is". Afhankelijk
van de plaats waar de molen staat, schat Hoondert de
totale opbrengst per jaar van de molen op 45000-50000
kwh. Ze kost ca. 90.000,— - rekening houdend met de
WIR-premie, de energietoeslag en de BTW blijft er dan
ca. 45.000,— over. Voor de "teveel" opgewekte stroom
krijgt de pluimveehouder volgens kontrakt met de PZEM
0,10 per Kwh bij levering aan het PZEM-net.
De aspekten van besturen en belangenbehartiging zijn
uiteraard ook binnen de landbouw en de Z.L.M. terug te
vinden. Die hebben binnen de Nederlandse samenleving
(en daarbuiten) te maken met andere groepen, waarvan
de belangen bepaald niet evenwijdig hoeven te lopen of
samen hoeven te vallen met die van de landbouw. Dan
gaat het niet alleen om het eigen standpunt, maar in de
afweging van de bestuurlijke haalbaarheid dient kennis
van andere standpunten en opvattingen aanwezig te zijn.
Ook bij belangenbehartiging is dat noodzakelijk. Meer
geldt dat nog bij bestuurscolleges, waar beslissingen
moeten worden genomen.
B innen de Z.L.M. zijn de funkties van besturen en be
langenbehartiging nauw met elkaar vervlochten. Be
stuursleden en funktionarissen houden zich met beide
zaken bezig, zij het, dat de bestuursleden beleidsbeslis-
sende bevoegdheden hebben. Dat betekent, dat de uit
eindelijke verantwoordelijkheid op hun schouders rust. In
deze reeds genoemde ingewikkelde samenleving vraagt
dat veel van bestuurders aan kennis, inzicht en daad
kracht. Het vraagt zo veel, dat het voor velen steeds
moeilijker wordt om zich voor de organisatie in te zetten,
vooral als mede in ogenschouw wordt genomen, dat de
bedrijfssituatie het steeds minder toelaat om tijd voor
deze bestuurlijke taken vrij te maken.
Met erkenning van deze levensgrote problematiek menen
wij evenwel, dat toegeven aan de neiging om met be
stuurlijke aktiviteiten te stoppen funest is voor een goede
belangenbehartiging. Met inspanning van alle krachten
en van een persoonlijke overtuiging zal een bestuurlijk
kader moeten worden gehandhaafd, dat leiding kan ge
ven aan hun organisatie temidden van vele andere. Zeker
geldt dat voor de landbouw, die door vele andere maat
schappelijke groeperingen zo kritisch wordt gevolgd.
De bereidheid hieraan mede te werken moet er zijn en de
kennis hiervoor, nodig moet worder» verworven. Ook dat
laatste is niet eenvoudig want de papierstapels zijn hoog
en de tijd is beperkt. Er zullen wegen gevonden moeten
worden om te voorkomen dat landbouworganisaties
stuurloos dreigen te worden bij gebrek aan goede bes
tuurders.
mende winter zal een centrale kursus voor kringbestuur
sleden worden gehouden. Ook wordt sinds vorig jaar een
jaarlijkse studiedag gehouden, die het inzicht in bepaalde
problemen kan verdiepen.
De algemene ekonomische ontwikkelingen van de laatste
jaren leiden er toe, dat de bestuurder steeds moeilijker
van zijn bedrijf kan. Begrijpelijk maar ook verontrustend.
Het voortbestaan en funktioneren van de landbouworga
nisatie tezamen met andere groeperingen staat of valt
met een goed bestuurlijk kader. Een afweging van de
persoonlijke en groepsbelangen, die hier in het geding is,
dient zowel organisatorisch als individueel met de nodige
zorgvuldigheid te geschieden. Het is te hopen, dat de
binding van de boer aan zijn bedrijf niet zodanig zal zijn,
dat zijn rol alleen de eigen belangenbehartiger zal zijn,
maar dat hij het mede mogelijk maakt, dat de organisatie
voldoende mensen op zal brengen om maatschappelijk
mee te funktioneren. Dat vraagt inzicht en motivatie.
Hopelijk blijken die uit deelname aan de kursussen en
studiedagen.
R. Hoiting
i
