Goed herfstweer nodig
Aanzienlijke grasgroei en kolfzetting!
Topprestatie
Meer buitenlandse rassèn
Zaaien wintertarwe weer begonnen
De droge periode heeft zich in
MIDDEN- EN OOST-BRABANT
in de eerste helft van september
voortgezet. Daarna is de zeer welko
me periode van een dag of tien regen
gekomen, waardoor het landschap in
onze regio een beter aanzicht kreeg.
Dóór de lange droogteperiode stag
neerde de grasgroei op de hoger ge
legen zandgronden. Op percelen die
kunstmatig beregend of bevloeid
konden worden, valt de schade nogal
mee.
Een meevaller in deze maand is, dat
de temperatuur gemiddeld hoog is
(vooral 's nachts). Tot nog toe is er
geen nachtvorst geweest, hetgeen
toch als uitzonderlijk moet worden
beschouwd. De kombinatie van hoge
gemiddelde temperatuur en de neer
slag van de laatste 2 weken hebben
gezorgd voor een aanzienlijke gras
groei en de kolfzetting in de snijmais.
In tegenstelling tot het gras is aan de
snijmais praktisch nergens kunstma
tig vocht toegevoegd. Het gevolg was
dat de snijmais op de droogste perce
len noodrijp werd.
Als laatste de MRY-fokveedag te
Veghel op dinsdag, 1 september.
Deze dag was georganiseerd door de
Bonden van Rundveeverbetering
"De Kempen, Midden-Brabant, De
Meierij en Peelland. Het is in de
eerste plaats een demonstratie van de
beste MRY-dieren uit Brabant. In
het voormiddagprogramma werden
alle dieren 550) op exterieur ge
keurd. De 2 beste koeien uit iedere
rubriek konden later op de dag deel
nemen aan het kampioenschap (la
en 1 b). Opvallend was dit jaar, dat de
koe met de beste uier uit iedere ru
briek, extra beloond werd met een
groen lintje. Als laatste op de voor
middag werd een demonstratie ge
geven van de aanwezige S.I.P.-koei
en en de koeien met de beste uier. Na
de middag toonde men groepen af
stammelingen van jonge K.I.stieren.
De loonwerkers hebben op deze si
tuatie ingespeeld door vroeg te hak-
selen. Een aantal percelen is hier
door te vroeg gehakseld, waardoor
grote konserveringsverliezen ont
stonden. Dit is zeer nadelig voor de
veehouder. Volgens voorlopige
schattingen wordt een goede snij-
maisoogst verwacht. Een gemiddeld
gewas snijmais brengt ongeveer 10
ton d.s. op, hetgeen overéénkomt
met 40 ton produkt per ha. Bij een
goed gewas 12 ton d.s./ha of on
geveer 45-50 ton produkt. In gebie
den met een zware veebezetting
(Kempen, Meierij) werden hoge
prijzen betaald voor de snijmais op
stam afhankelijk van het gewas tot
3.000,— per ha. In tegenstelling tot
de Peel en de grens met Limburg.
Daar liggen de prijzen 500 tot 700
gulden lager per ha vanwege het
grote aanbod.
Op de Bikkelkamphoeve te Sint-
Oedenrode vond de huldiging
plaats van de koe Corrie 4. Deze
had 100.000 liter melk gegeven.
Voor de MRY-veeslag is dit een
unieke prestatie van deze 17-
jarige koe. Vergelijkt men een
dergelijke leeftijd met een mens,
dan komt men ongeveer op 90 tot
100 jaar. Sedert het bestaan van
de vereniging voor Veeverbetering
"de Kempen" was dit de 3e koe
met een dergelijke prestatie.
Op deze wijze konden de groepen
onderling goed vergeleken worden.
Nu kon men in de praktijk bekijken,
wat op papier was vastgelegd. Ver
volgens kwamen de groepen aan de
beurt van één eigenaar. Er werd on
derscheid gemaakt in bedrijfs- en ei-
genfokgroepen. Deze groepen wer
den ingedeeld naar aantal resp. 4, 5
en 6 stuks. In totaal werden ongeveer
60 bed rij f^- en eigenfokgroepen ge
toond. Als laatste vond de kam-
piöenskeuring plaats. De hiervoor in
aanmerking komende koeien wer
den onderverdeeid in 3 groepen, n.l.
de oudere, de middengroep en de
jongere dieren. In elke groep werd
een kampioen en reservekampioen
1981 aangewezen. Gezien de over
weldigende belangstelling was het
een zeer geslaagde dag voor zowel de
bezoekers als de inzenders van het
vee.
Tegenwoordig wordt er steeds meer
reklame gemaakt voor het Ameri
kaanse HF-bloed in Brabant. Moge
lijk zijn er kommerciële redenen in
het spel. De resultaten van deze
kruisingen zijn nog onvoldoende be
kend om een goed totaalbeeld te
krijgen. Om niet te grote risiko's te
nemen, is een gericht gebruik van de
ze stieren nodig. Het bereikte resul
taat van jarenlange fokkerij dient
men niet te snel uit het oog te verlie
zen. Dit is zowel van toepassing op de
MRY-veeslag als de F.H.
Sinds een paar jaar zijn de kipwagens
in ons gewest praktisch vernieuwd.
Dit was beslist geen overbodige luxe,
want de meeste waren al ongeveer
25 jaar oud. In wezen zijn wagens een
goedkoop stuk gereedschap voor de
boer, want voor het transport van alle
produkten kan men ze gebruiken.
Berekeningen hebben in het begin
van de vijftiger jaren uitgewezen, dat
met de vier- en vijftonners het tran
sport de helft uitmaakte van 't aantal
gemaakte arbeidsuren per bedrijf. Nu
er een schaalvergroting naar acht- en
tientonners heeft plaatsgevonden,
zou men voor bovengenoemd cijfer
een kwart willen invullen. Zo is het
echter niet, want ook bij andere
werkzaamheden heeft de tijd niet
stilgestaan. Bij vele andere werktui
gen is de werkbreedte meer dan ver
dubbeld en soms ook wel de rijsnel-
In WEST-ZEEUWS-VLAANDE-
REN was het gedurende het eerste
oktoberweekeinde allesbehalve goed
herfstweer. Er viel veel regen en de
temperaturen waren erg laag. Tot nu
toe konden we over het weersverloop
erg tevreden zijn, zodat ook de aard-
appel- en uienoogst met weinig, of
geen problemen is verlopen. Echter,
vooral van uien zijn nog niet alle per
celen geborgen.
Vervelling trad bij de aardappel
oogst vrijwel niet op. Dit wil nog niet
zeggen, dat het rooien en transport
altijd zonder beschadiging plaats
vond. Het zou de kwaliteit beslist ten
goede kunnen komen als aan het
begin van de oogst een methode ter
bepaling van beschadiging werd ge
vonden die betrouwbaar was. Men
kan dan tijdig die maatregelen ne
men, die gewenst zijn. Momenteel
zijn onderhuidse beschadigingen pas
goed vast te stellen als het produkt
reeds enkele dagen is geborgen.
De opbrengsten lopen toch wel sterk
uiteen. Verschillende partijen zijn
reeds aan bevredigende prijzen ver
kocht. De prijs ontwikkelt zich de
laatste tijd niet in gunstige zin. De
export zal daarom nog beter op gang
moeten komen. De resultaten van de
besprekingen in Brussel over re- en
devaluatie van enkele Europese
munten kunnen voor een exporte
rend land als het onze grote gevolgen
hebben.
De oogst van bruine bonen is zo goed
als gepasseerd. De resultaten hiervan
mogen als bevredigend beschouwd
worden. Niet zo direkt wat de kilo's
betreft; maar de prijzen zijn goed.
In dit gewas wordt het zgn. rattekeu-
telprobleem de laatste jaren steeds
erger. Er zijn wel chemische bestrij
dingsmogelijkheden, maar deze
doen de teeltkosten flink toenemen.
De bietenoogst is al weer enkele we
ken in volle gang. Behalve op de
zwaarste gronden, vallen tot nu toe
de tarra-cijfers niet tegen. De hoge
opbrengstverwachtingen die er voor
de aanvang van de campagne waren
gaan in veel gevallen niet op. Uiter
aard zijn dit percelen waar aan de
struktuur of het bodemprofiel wat
mankeert; maar die zijn er nog meer
dan nodig zou zijn.
Een goede zaak is dan ook de weder
om sterke toename in het gebruik
van organische mest en schuimaarde.
Het areaal groenbemesters is volgens
waarnemingen gelijk gebleven aan
vorig jaar. Wel is de stand minder.
Reeds op 1 en 2 oktober werden en
kele percelen wintertarwe ingezaaid.
Wel vroeg, maar het ging hier vooral
om Duitse rassen als Vuka en Dispo
nent. Wij betwijfelen of deze rassen
een aanwinst betekenen voor ons ei
gen rassenassortiment, gezien de ho
gere teeltkosten van deze twee. Toch
lijkt het ons zeer gewenst dat op
Rusthoeve meer buitenlandse rassen
worden uitgeprobeerd. Zo heeft in
Engeland het ras Norman op een
perceel van 9 ha dit jaar een op
brengst gehaald van 11.370 kg per ha.
Je weet maar nooit!!
Het lijkt zeer gewenst dat op proefbedrijven meer buitenlandse rassen
worden uitgeprobeerd.
Wanneer we op THOLEN EN
ST.PHILIPSLAND in ons land
bouwblad op de voorpagina boven een
bietenrooiende machine de kop
GOED GEHALTE aantrefTen dan
komt dat in ons gebied helaas wat
vreemd over, want zo'n kop roept
toch relaties op met het suikergehalte
van onze bieten.
Hoewel we in onze vorige bijdrage in
deze rubriek al onze ongerustheid
uitspraken over het suikergehalte,
hebben de uitslagen van 3 weken bie
ten leveren ons tot de konklusie
moeten brengen dat het suikergehal
te inderdaad (zeer) slecht is n.l. ruim
14,7% gemiddeld.
De kg-opbrengst is redelijk goed,
maar de uiteindelijke geleverde kg-
suiker per ha is gewoon aan de lage
kant, hetgeen dan weer een tegen
vallende financiële opbrengst per ha
oplevert. De vroeg leveringspremies
kunnen daar relatief maar weinig
aan verbeteren!
De aardappeloogst is vrijwel gebor
gen, de opbrengsten waren redelijk
goed, overigens met toch wel grote
verschillen, wellicht vooral beïn
vloed door de eveneens nogal ver
schillende neerslag hoeveelheden op
onze schiereilanden. Vrij veel par
tijen zijn wat aan de fijne kant. De
laatste jaren is de tendens ontstaan
om alle benodigde kunstmest min
stens drie weken voor het zaaien, en
Als je 10 ton tarwe per ha wil oogsten
planten te strooien. In vele jaren is
dat een goed systeem.
Ondertussen is de tarwezaaipenode
al weer aangebroken. Vooral op St.
Philipsland is er al veel geploegd
en/of gekultivaterd voor het zaai-
klaar maken van dc akkers.
De eerste percelen zijn trouwens al
gezaaid. Van de zijde van de handel
vernamen we dat de belangstelling
vooral uitgaat naar Arminda, Okapi
en Marksman en dat ligt ook wel
voor de hand als we de rassenbe-
richten van de Zuid-Westelijke
proefboerderijen zien.
In het weekend heeft het nogal gere
gend zodat het zaaien nu wat ver
traagd zal worden doch het is nog
maar begin oktober en dus zal deze
vertraging geen nadelige gevolgen
hebben. Misschien zelfs wel voorde
lige gevolgen, omdat tarwe nu een
maal graag gezaaid wil worden in
wat bezakte grond.
We kunnen thans aan de hand van het
1000 korrelgewicht van de tarwe dat
nu van iedere goedgekeurde partij op
het label vermeld staat uitrekenen
hoeveel zaaizaad we per ha moeten
gebruiken. In het landbouwblad van
afgelopen week stond te lezen dat we
geen kg per ha maar zaden per m2
moeten zaaien. Het zaaien van tarwe
wordt zo langzamerhand al evenzeer
precisiewerk als bij suikerbieten!
Zouden we dan in de toekomst ook
nog een tarweprecisie zaaimachine
krijgen?
Maar ja, als we 10 ton tarwe per ha
willen oogsten zal daaraan ook een
wetenschappelijk verantwoorde basis
aan ten grondslag moeten liggen!
heid verhoogd. Onze nare ervaring is
nu, dat bij het gebruik van tienton
ners het aantal lekke banden gewel
dig is toegenomen. Een technisch
onderzoeker van naam heeft hiervoor
drie oorzaken aangewezen, namelijk:
1. de toelaatbare tonnage wordt
veelal overschreden
2. met het tandemstel wordt dikwijls
te kort gedraaid
3. de grind op het wegdek van de
polderwegen is te scherp
We zijn het met de man eens en ho
pen lering uit zijn advies te trekken.
Lekke banden zijn een kostbare zaak,
want meestal merken we het te laat
en dan raken de banden volledig in de
vernieling. Twee nieuwe banden per
week knagen zo aan ons inkomen, dat
het zelfs de beste boekhouder te gor
tig wordt.
Bij aankoop van een nieuwe wagen
wordt er immer gepraat over de ton
nage. Het is echter een groot verschil
welk produkt er mee getransporteerd
wordt en tevens hoeveel grondtarra
de lading bevat. Verder is het inte
ressant te weten welk percentage van
de vracht op de trekker rust en welk
percentage op het tandemstel. Een
verkeerde aankoppeling van de
trekboom aan de trekker kan be
paald grote verschillen in gewicht te
weeg brengen. Als men met de kara-
van op vakantie wil gaan, dan is het
een goede gewoonte om de gehele
kombinatie vooraf eens op de weeg
brug te zetten. Een kontrole volgens
het "boekje" komt de veiligheid van
het transport op de weg ten goede.
Zelfs bij de meeste karavans is nim
mer een reservewiel geleverd en dat
was ook niet nodig. Dit als voorbeeld
dienende is de mechanisatieklub van
plan om de kipwagens eens nader
onder de loupe te nemen. Welke
banden zijn het meeste lek; de voor-
of achterbanden van het tandemstel
en wat zijn de oorzaken van de lek
kages?
Verder wordt de aanspanning en de
gewichtsverdeling opgemeten, want
een lekke band is te duur om die
zondermeer te aanvaarden. Met één
telefoontje en de bandenhandelaar
verleent service op de weg en in het
land. In deze haastige tijd kan het
bijna niet anders meer en alleen aan
een wiel sleutelen ergens onderweg is
niet meer te doen. Van en naar de
suikerfabriek zouden we de hulp van
de wegenwacht nog in kunnen roe
pen, maar op een stille polderweg
hebben we daar ook niets aan. De
kelderwinde of de domme kracht is
jaren een oerdegelijk wapen geweest
om een boerenwagen van de grond te
krijgen. Nieuwe systemen in de
landbouw hebben ook de schaalver
groting van het transport tot gevolg
gehad én zo sluipen er weer nieuwe
problemen onze agrarische sektor
binnen.
9