De kostprijs van het verkeer De nieuwe premiestruktuur personenauto 's II LIJFRENTE IN HET KADER VAN DE BEDRIJFSOPVOLGING VERZEKERINGEN f. den hollanderln. 10 tel: OIIOO- 24000 Reizende tentoonstelling Hergebruik en Tweede Gebruik Tot stomme verbazing Volksverlakkerii Nu de praktijk!! In vroegere tijden, zo leren ons de geschiedenisboekjes, ging het er nogal ruig aan toe. Niet alleen de werktuigen, zo men daar al over beschikte, waren grof maar ook de gedragingen van de mensheid gaven niet bepaald blijk van verfijnde opvattingen. Men verdobbelde vrouwen en sleepte ze aan de haren mee naar huis en menige ruzie werd met de knots beslecht. Zo eenvoudig was dat. Geen enkele vorm van proces, geen scrupules; nee, gelijk boem! Dat was de oplossing. Als kind vonden wij dat maar een barbaarse gang van zaken, en zo werd het ons ook voorgeschilderd. Maar het ergste vonden wij wel de godsdiensten waarbij het gebruikelijk was om de goden mensenoffers te brengen. Vooral als je geschiedenisleraar dat een beetje sappig kon vertellen, rezen je de haren ten berge. Nee, dan onze tijd; dat is allemaal veel beschaafder en verfijnder! Wij zwaaien tenminste niet meer met knotsen en zo, nou ja, wel stenen gooien, maar dat is toch niet te vergelijken metOf ehHoe het ook zij, in geen geval offeren wij nog mensen in deze beschaafde tijd. Nee toch? Keurig geregistreerd Voor ons ligt een staatje dat gepro duceerd is door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Twee keurige rijt jes met cijfers. Het gaat over het aantal verkeersslachtoffers in 1979 en 1980. Dat zijn resp. 1977 en 1997. Allemaal dood. Bijna 2000 mensen ieder jaar op het altaar van St. Christoffel. En we zijn zo netjes dat we er zelfs een statistiek van bijhou den. Zoveel bestuurders van personenau to's, om precies te zijn 599 in 1977 en 606 in 1980. Resp. 341 en 313 passa giers van personenauto's. Bestuur ders van bromfietsen resp. 182 en 191 en ga zo maar door. Zeer verfijnd en effektief geregistreerd. En wat het ergste is, er schijnt niemand te zijn die het ook maar iets interesseert. Sterker nog: het is een feit dat met het toenemen van de snelheid de kans op het aantal doden stijgt. En toch zijn er nog steeds mensen die pleiten voor een hogere maximum snelheid. Zouden die van mening zijn dat ze zelf buiten schot kunnen blijven of zijn het grove gokkers met hun eigen leven als inzet. Onbegrij pelijk, onbegrijpelijk. Mensen, waar zijn we mee bezig. Geef zelf ook es wat minder gas... Visscher §1 Niet allemaal negatief Gelukkig is er in tegenstelling tot de schijn waarover wij het hiervoor hadden, wel degelijk sprake van geïnteresseerdheid en bezorgdheid. Een organisatie als Veilig Verkeer Nederland doet veel om het ver keersgedrag te verbeteren, en men zou de VVN onrecht aandoen dit bij een dergelijk artikel niet te vermel den. Ook is er een instantie de SWOV die zich op wetenschappe lijke wijze bezig houdt met het on derzoek van het verkeersgedrag en de wegsituatie en op grond hiervan ook adviezen uitbrengt. Deze week vindt er in Dublin zelfs een internationaal symposium plaats over de effekten van snelheidslimie ten op de verkeersveiligheid en het energieverbruik in het verkeer. Er zijn dus meer mensen bezorgd over de gang van zaken maar het heeft allemaal z'n tijd nodig. Men gaat dan niet alleen de snelhe den op autowegen onder de loupe nemen maar ook verkeerssituaties binnen de bebouwde kom. Daar hangt veel af van de vormge ving van de straten enz. Daar kan men door allerlei voorzieningen dui delijk maken dat een automobilist een indringer is die zich heel netjes heeft te gedragen omdat andere ak- tiviteiten daar belangrijker zijn. Maar welke oplossingen men ook aandraagt en welke maatregelen men ook neemt, uiteindelijk staat of valt het sukses ervan met de instelling van degene die achter het stuur zit. Een volwassen gedrag, daar komt het op aan. Visscher Bedrijfsopvolging in de landbouw gaat veelal gepaard met moeilijkhe den om de financiering rond te krijgen. Er zijn verschillende manieren om hierin te voorzien, maar in dit kader is de lijfrente tot op heden nog een weinig bekende methode. Teneinde een beter inzicht te krijgen in de voor- en nadelen van lijfrente t.b.v. de financiering van de opvol ging, heeft het LEI een onderzoek verricht naar de gevolgen van het afsluiten van een lijfrente in het kader van de bedrijfsopvolging. Dit onderzoek is - hoewel ook de et hische kant van deze verzekerings- vorm niet onbelangrijk is - in het bijzonder op de financiële kanten van de bedrijfsopvolging gericht. Daarbij is komen vast te staan dat de rol van de fiskus in dit opzicht be langrijk is. Door verwerving van een lijfrente kunnen de bij de bedrijfsbeëindiging aan de dag tredende z.g. stakings winst alsmede de fiskale oudedags- reserve (F.O.R.), geheel of ten dele onbelast blijven, waartegenover de lijfrente-termijnen t.z.t. volledig worden belast. Sluit de vertrekkende ondernemer deze verzekering met zijn opvolger af, dan komt hij hem De minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Dr.L. Ginjaar, heeft een subsidie van 32.150,-— toege kend voor een tentoonstelling Her gebruik en Tweede Gebruik. Deze tentoonstelling geeft een uitge breid overzicht van de mogelijkhe den die de burger heeft om zelf iets te doen aan het verminderen van de afvalstroom. Veel materialen en voorwerpen kunnen, nadat ze zijn gebruikt voor hun eigenlijke doel, opnieuw een nuttige funktie vervul len. De tentoonstelling besteedt ook aandacht aan de mogelijkheidt>m op industriële schaal gebruikte materia len aan te wenden als grondstoffen (glaskontainers, kringlooppapier e.d.) maar de nadruk ligt op moge lijkheden in en om het huis (b.v. zelf kompost maken). Gezien de grote belangstelling is be sloten er een reizende tentoonstelling van te maken. De subsidie is ver strekt omdat de minister tentoon stellingen als deze als een waardevol onderdeel beschouwt van het mi lieubeleid in het algemeen en van het afvalstoffenbeleid in het bijzonder. Informatie over de tentoonstelling kan men krijgen bij de Stichting Het Kringloopcentrum, Prinsegracht 38, 2512 GA 's-Gravenhage, telefoon: 070-635349 In het land- en tuinbouwblad van 7 augustus 1981 hebben wij U een uiteenzetting gegeven van de nieuwe premiestruktuur, welke 1 januari 1982 zou worden ingevoerd, althans door tenminste zes grote verzeke raars. Deze nieuwe premiestruktuur kwam tot stand op grond van weten schappelijk onderzoek. Eerlijk ge zegd sprak ons deze struktuur erg aan en hoewel het bestuur van de O.V.M. met enkele punten van de nieuwe struktuur wel enige moeite had werd in de bestuursvergadering van 8 juli 1981 besloten deze nieuwe opzet te gaan volgen. Wij stelden U van dit besluit op de hoogte in voor noemd artikel van 7 augustus en ga ven met het nodige enthousiasme een uiteenzetting hoe dit nieuwe systeem zou gaan werken. Rekening houdende met de mogelijkheid, dat onze verzekerden het nieuwe sys teem niet metéén door zouden heb ben waren wij van plan daar op terug te komen in het novembernummer. op deze wijze in zijn financierings moeilijkheden tegemoet, omdat hij (een deel van) de overnamesom in het bedrijf laat zitten. Behalve dit gunstige gevolg verkrijgt de opvolger jaarlijks tevens een vermindering van inkomstenbelasting en veelal ook van premieheffing voor de volksverzekeringen. De balans slaat pas om bij overlijden van de verze kerde. Dan moet de opvolger - als gevolg van het vrijvallen van de dan niet meer benodigde reserve - een keer meer inkomstenbelasting en (soms) ook meer premieheffing als mede suksessierecht betalen. Niettemin gaat zijn vermogensposi tie er per saldo op vooruit. Maar hier staat tegenover dat zijn betalingen steeds groter zijn geweest dan in het geval hij een overeenkomstige lening met hetzelfde interestniveau zou hebben gesloten. Evenzo staat tegenover de grotere ontvangsten bij leven van de verze kerde het totaal vervallen van aan spraken bij zijn overlijden. Maar dan is er ook geen behoefte meer aan. Zo blijkt dus dat het aangaan van een lijfrente-overeenkomst tussen de ver trekkende ondernemer en zijn opvol ger, voordelig kan zijn, gezien vanuit het gezichtspunt van de financiering. De daarmee gepaard gaande afhan kelijkheid van de financiële positie van de opvolger kan evenwel een na deel betekenen en zal daarom in elk afzonderlijk geval in de overwegingen dienen te worden betrokken. Landbouw-Ekonomisch Instituut (Deze publikatie is uitsluitend verkrijg baar door overschrijving van J' 15,50 op postrekening nr. 41.22.35 t.n.v. het Land bouw-Ekonomisch Instituut te Den Haag. Vermeld dient te worden: "Zend publi katie no. 3.106") Nadat de nieuwe premiestruktuur door de wetenschappelijke onder- zoëkers met veel verve wat uiteenge zet en verdedigd, was voorgesteld als de enige juiste methodiek om een grotere premiespreiding te verkrij gen met behoud van voldoende in komsten; een systeem waaraan niet getornd mocht worden enz. is er na dien toch het een en ander gebeurd. In de eerste plaats zijn de zes initia tiefnemers via de C.O.S. gaan praten met het Ministerie van Ekonomische Zaken, de Konsumentenbond, de organisatie van tussenpersonen en in de tweede plaats konden ook de overige verzekeraars bezwaren in brengen. Vervolgens zijn de zes initiatiefne mers, met de opmerkingen van alle kanten op zak, rond de tafel gaan zitten en hebben de nieuwe struktuur nog eens door de kommerciële bril bekeken. Terwijl de wetenschappers het sys teem als een keihard gegeven pre senteerden bleek het systeem kom- merciëel bezien een spons te zijn, waarmee je alle kanten uit kunt. In september '81 worden wij dan ge confronteerd met een totaal gewij zigd systeem. De regio-indeling is gewijzigd, het aantal bonus-malus- treden is van 20 teruggebracht naar 14, de inschalingsmethodiek met na me voor jeugdigen is gewijzigd etc. etc. Nogmaals wat aanvankelijk met vuur en verve is verdedigd is terwille van de kommercie simpelweg om vergegooid. Waar wij ons nu bijzonder aan erge ren is het feit, dat het nieuwe sys teem, totaal ongeloofwaardig is ge worden. Er is naar onze indruk ingespeeld op het gezegde, de mens (massa) wenst beduveld te worden. Voor ons zelf hebben wij de opmerking gemaakt. Om slechts één voorbeeld te noemen uit het nu gepresenteerde systeem. De aanvankelijke 20 treden liepen van 60% toeslag af naar 60% korting. De nu voorgestelde 14 treden lopen van 20% toeslag-af naar 70% korting. De toeslag is dus ogenschijnlijk aan merkelijk verlaagd (met 40%) en de korting is zelfs met 10% verhoogd. Zo óp het eerste gezicht moet de konsu- ment (verzekerde) dus hoi hoi roe pen tegen dit nieuwe systeem. Juist, dat is dan ook de bedoeling. Maar nogmaals de wetenschappers hebben bij de eerste presentatie be zworen. dat je de toeslag van 60% nodig had om tot 60% korting te kunnen gaan wil men een sluitende exploitatie behouden. Hoe moeten wij de zaak nu rijmen? de Lange Wel men heeft daar wat op gevon den. Want vindingrijk is men als het om de kommercie gaat. Men gaat nu de nieuwkomer, iemand, die voor de eerste maal een auto ter verzekering aanbiedt meteen 20% korting geven. Alweer voor de konsument (verze kerde) lijkt dat bijzonder interessant. Datje zo maar, zonder enige rijpres- tatie geleverd te hebben, meteen 20% korting krijgt is toch geweldig. Ter wijl tot nu toe de korting verdiend moest worden via schadevrij rijden vangt men nu direkt aan met 20%. Hoe kan dat? Wel heel eenvoudig: de bruto tarie ven worden zodanig opgetrokken, dat men met 20% korting hetzelfde gaat betalen als voorheen zonder korting. Is dat even inspelen op de domme massa? Is dat geen volksver lakkerij? Wij hebben er geen goed woord voor over. Allemaal brieven van mensen die vragen hoe het nou echt zit met die premies Wat wij hierboven neerschreven gaat in de praktijk evenwel anders vertaald worden. U zult belaagd worden met pamfletten en advertenties, waarin U verteld gaat worden, dat U meteen 20% korting kan genieten en dat uw korting vervolgens oploopt tot 70%. Daar zult u geen tarieven bij aantref fen. Wel zo hier en daar een premie, die U moet betalen bij 70% korting. Nu dachten wij, dat de mensen meer ge zond verstand hebben dan veelal ge dacht wordt. Kijk, wat wij als O.V.M. nu moeten gaan doen zal opnieuw door het bestuur bekeken worden. Het eerder genomen besluit van 8 juli '81 is volledig doorkruist en derhalve is nieuw beraad noodzakelijk. Vast staat dat het bestuursbesluit om de no-claim korting op te trekken van 40 naar 45 en 50% gehandhaafd blijft. Dat is overigens geen 70%; begrijpt U. En als U nu maar zo verstandig bent om niet alleen te luisteren naar schone verhalen maar te kijken naar het laatste regeltje nl. welke premie U uiteindelijk moet betalen dan bent U op de goede weg. Want wij kunnen U best 80% korting geven en dan nog meer laten betalen dan bij b.v. 30% korting. Dat is im mers een kwestie van het premietarief optrekken. Maar nogmaals aan deze verlakkerij gaan we, althans als het aan ons ligt, niet meedoen. Wat we wel precies gaan doen hoort u zodra het bestuur daarover beslist heeft. En intussen uw oren en ogen goed open houden, want de premiehonger bij de verzekeraars is groot aan het worden. "Bedenk dat gladde woorden en in nemende manieren zelden gepaard gaan met ware deugd". de L. 7

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1981 | | pagina 7