Goed gehalte
Volkshogeschool
8^ O 4 H
Zegge en Schrijve
MELKUNIE HOLLAND
SLOOT LAATSTE
BUSSENONTVANGST
D eze week vierde de Vereniging voor Volkshoge-
schoolwerk (VHS) in Amersfoort haar 50-jarig bestaan.
Dit gouden jubileum zal ongetwijfeld bij een heleboel
(agrarische) plattelanders goede herinneringen oproepen
over "toen": het pionierswerk en de roemruchte "vier-
weekse" staan borg voor geestdriftige verhalen. Herin
neringen komen dan ook boven aan de hechte samen
werking tussen de Volkshogeschool enerzijds en de al
gemene plattelandsorganisaties (K.N.L.C., Bond van
Plattelandsvrouwen, Plattelandsjongeren) anderzijds. In
de zgn. tweede na-oorlogse periode is er door allerlei
oorzaken - waar ik straks nog op terugkom - met name
tussen onze landbouworganisatie en de Volkshogeschool
een zekere verwijdering ontstaan Het jubileum van de
Volkshogeschool lijkt mij een goede aanleiding om de
verhouding tussen landbouw (-organisatie) en VHS nog
eens nader te bekijken. Alvorens me daaraan te wagen
wil ik echter duidelijk stellen dat ik dat blanko en spon
taan doe: het gaat mij er veel meer om een diskussie op
gang te brengen over de vraag in hoeverre landbouw en
VHS weer meer gezamenlijk zouden kunnen optrekken.
Wat is er gebeurd: welke ontwikkelingen hebben de
landbouworganisatie verandert en welke de Volkshoge
school?
zuidelijke landbouw maatschappij
Als de resultaten van allerlei monsters en proeven ons niet bedriegen, dan zal de oogst van
suikerbieten goed uitvallen. De laatste weken zijn de nog niet gerooide bieten zowel in
gewicht als in suikergehalte nog vooruitgegaan. Uit praktijkgeluiden valt echter op te maken
dat de bietenoogst niet overal even goed zal zijn. Vooral de percelen die in 't voorjaar
dichtgeslempt zijn, hebben de achterstand niet meer goed kunnen maken. Op menig perceel
heeft ook de vergelingsziekte een oogstreduktie tot gevolg.
De Volkshogeschool
De landbouworganisatie
Wat nu?
z..m
VRUDAG 2 OKTOBER 1981
68e JAARGANG NO. 3601
land- en
tuinbouwblad
K-
0 m te beginnen dan maar de Volkshogeschool: Is die
veranderd? Ja, natuurlijk: uit verhalen en uit mijn erva
ringen van enkele jaren meelopen (namens de Z.L.M.) in
het volkshogeschoolwerk in Zeeland heb ik sterk de in
druk gekregen dat wat eens een beweging was nu min of
meer een instituut is geworden. Met alle nadelen van
dien. Bij een beweging horen geestdrift, élan, vrijwilli
gers. Bij onze moderne vormingscentra horen dikke,
ambtelijke, onleesbare rapporten, beroepskrachten en
vooral: de strijd om de subsidie. Dit is overigens geen
verwijt, maar het signaleren van een ontwikkeling. Het
gevolg daarvan is echter geweest dat de Volkshogeschool
zich daardoor niet meer voldoende kan onderscheiden
van andere instituten en centra voor vorming en oplei
ding. Immers, het subsidiebeleid vraagt niet alleen kon
sessies maar maakt ook de band met de geestverwanten
losser: ze hoeven er niet meer echt iets voor te doen. In
feite bevestigt de herstrukturering van de VHS - van een
vereniging van natuurlijke personen (gewone mensen)
naar een vereniging van stichtingen - deze ontwikkeling.
0 ok de landbouworganisatie is na de oorlog aan grote
veranderingen onderhevig geweest. Door de grote betrok
kenheid van de plattelandsbevolking bij de land- en tuin
bouw konden de landbouworganisaties zich vroeger veel
meer manifesteren als (brede) plattelandsorganisaties.
Door de enorm snelle ontwikkelingen van de tweede na
oorlogse periode is het aksent van het werk van de land
bouworganisaties veel meer komen te liggen op de eko-
nomische belangenbehartiging. De enorme uittocht uit
de land- en tuinbouw deed de rest: de landbouworgani
satie werd van plattelandsorganisatie een (pure) belan
genorganisatie voor boeren en tuinders. Ook dit is geen
Melkunie Holland sloot zaterdag 26 september j.l. de
laatste bussenontvangst. Een eindfase van het omscha-
kelingsprojekt van bus naar koeltank, waaraan in de af
gelopen vijfjaren intensief is gewerkt.
Bij deze West-Nederlandse zuivelkoöperatie waren
Schouwen Duiveland, Goeree Overflakkee en Texel de
eerste gebieden die geheel op tankmelken overschakel
den.
In 1975 ontwikkelde het bestuur, met behulp van een
stuurgroep een tankmelkplan. Dit gold als beleidsplan
om de totale omschakeling voor het hele werkgebied in
goede banen te leiden. Tijdens de sluiting van de Goudse
bussenontvangst benadrukte Melkunie Holland voorzit
ter A. van Leeuwen, dat bij het opstellen en uitvoeren van
de tankmelkplannen steeds de positie van de veehouders
een centrale rol vervulde. N
Veel zorg is besteed aan goede voorlichting. Evenzo aan
"extra begeleiding. De buitendienst was daarmee zeer ak-
tief. Het afsluiten van blokorders met melkkoeltankfa-
brikanten, leidde tot financieel voordeel bij de aankoop
van een tank. Ook stelde het bestuur financieringsmid
delen beschikbaar aan de veehouders, zodat ook dit voor
hen geen rem behoefde te zijn, die investering te doen.
Melkunie Holland ontvangt momenteel melk van 6200
veehouderij-bedrijven, waar een melkkoeltank is gesta
tioneerd.
Melkontvangers J. de Goeij, W. v.d. Wal en Adoela Mo-
handes storten de laatste aangevoerde bus.
verwijt hoewel m i. wel te betreuren: veel maatschappe
lijke kontakten en relaties gingen zodoende verloren.
D e vraag is nu of er wat voor te zeggen is dat volksho
geschool en landbouworgahisatie het nog eens samen
zouden proberen. Ik denk van wel. Uit een recent (meer
jarig) onderzoek aan de Rijksuniversiteit van Utrecht dat
o.m. als doel heeft een bijdrage te leveren aan de maat
schappelijke en politieke bewustwording, milieu-eduka-
tie en vorming van jonge agrariërs blijkt dat er op dit
terrein nog wel het een en ander te doen is: Agrarische
jongeren tussen nascholing en vorming (een samenvat
ting van dit rapport is ook in het Z.L.M -blad gepubliceerd
op 1 8 september j .l Uiteraard kan deze lijn zonder meer
worden doorgetrokken naar het volwassenenwerk (vgl.
de Z.L.M. met de kadertraining voor afdelingsbestuurs
leden). De Volkshogeschool zou daarop in kunnen spe
len mits de doelgroep(en) nauwer bij de opzet van het
werk worden betrokken bv. via een (sub-)vereniging van
gewone mensen. Ook het stellen van financiële bijdragen
is daarvoor een goed bindmiddel. Kortom een nieuw élan
dat verleden en toekomst kan verbinden.
Anderzijds zal ook de landbouworganisatie meer moeten
beseffen dat land- en tuinbouw ook een maatschappelijk
gebeuren is. Het hebben? onderhouden en uitbouwen
van maatschappelijke kontakten is daarom van levens
belang: isolement is funest. Al meermalen heb ik in dit
verband gepleit voor de ontwikkeling naar een platte
landsorganisatie nieuwe stijl. Als we dat echt zouden
willen dan zou de Volkshogeschool daarbij best een
handje kunnen helpen. Het proberen waard? Oggel