Witte plekken
8^
Zegge en Schrijve
zuidelijke landbouw maatschappij
Onder het toeziend oog van twee vertegenwoordigsters van het Nederlands Zuivelburo
opende KNLC voorzitter D. Luteyn de vorige week donderdag in Almkerk de tentoonstelling
"100 jaar de boer op" door het gooien van een schoof in de oude dorsmachine. Een nostal
gisch beeld dat bij menige boer en landarbeider herinneringen oproept, maar dat tevens
duidelijk maakt hoeveel er in betrekkelijk korte tijd is veranderd.
Gelijke monniken
K.N.L.C.-voorzitter Luteijn:
"erwtenteelt wordt even
belangrijk als die van
aardappelen, bieten en tarwe"
-en
VRUDAG 25 SEPTEMBER 1981
68e JAARGANG NO. 3600
m. tuinbouwblad
Het gezegde "lang gewacht en bepaald niet stilgezwe-
gen, niet gedacht en toch gekregen" lijkt van toepassing
op het (gedeeltelijke) sukses dat de georganiseerde land
bouw vorige week mocht behalen met betrekking tot het
zgn. pachtersvoordeel. Met name ook vanuit deZ.L.M. is
de laatste jaren nogal wat druk gezet om deze uiterst
onbillijke zaak uit de wereld te helpen: wij werden dan
ook rechtstreeks - en op de valreep - door de scheidende
staatssekretaris van financiën op de hoogte gesteld van
de gewijzigde regeling m.b.t. het pachtersvoordeel. Over
deze nieuwe regeling werd vorige week - onder meer in
de rubriek "over geld en goed""- in ons blad bericht zodat
ik daarop nu niet nader zal ingaan. Mij gaat het met name
om datgene wat (nog?) niet werd geregeld. Daarbij
springen twee zaken in het oog te weten: 1die bedrijfs-
genoten die reeds de dupe zijn geworden van het pach
tersvoordeel en 2. het feit dat wanneer de grond buiten
familieverband werd of wordt verkregen de claim op het
pachtersvoordeel gewoon blijft bestaan. Over beide za
ken is wel iets meer te zeggen.
In de nieuwe regeling van het pachtersvoordeel is be
paald dat diegenen die reeds een onherroepelijke aanslag
kregen opgelegd niet kunnen rekenen op intrekking dan
wel teruggave. Het lijkt mij echter niet meer dan billijk dat
met name gezien de omstandigheden er een modus
wordt gevonden om deze gedupeerden alsnog schade
loos te stellen. Het is niet ondenkbaar dat in voorkomen
de gevallen bedrijfsopvolging vanwege de te betalen
claim op het pachtersvoordeel geen doorgang kon of kan
vinden. Met name in situatie's waarbij relatief veel grond
(akkerbouwbedrijven) in het geding is, is dat bepaald niet
uitgesloten. Mede daarom zou ik in alle gevallen (alsnog)
willen pleiten voor dezelfde behandeling van deze
"monniken" van gelijke orde.
Ook voor de andere "witte plek" in de regeling, n.l. het
feit dat de claim op het pachters* oerdeel blijft bestaan
ingeval de grond buiten familieverband is verkregen,
moet volgens mij nog een zelfde regeling worden gevon
den als nu binnen familieverband geldt. Welk verschil
maakt het nu of de grond al (eerder^ in de familie was of
dat de grond via derden is verkregen? Deze laatste positie
(verkrijging via derden) is aktueel nu nogal wat grondei
genaren hun grond om uiteenlopende redenen aan de
pachter te koop aan te bieden. Dikwijls is de pachter om
de kontinuïteit van het bedrijf te waarborgen wel ge
dwongen om te kopen op basis van zijn voorkeursrecht.
De ironie nu wil dat daarmee volgens de nieuwe regeling
de kontinuïteit juist op de tocht wordt gezet vanwege de
latere afrekening van het pachtersvoordeel bij de bedrijfs-
overdracht. Ik zie wat dat betreft geen enkel verschil
tussen verkrijging binnen of buiten familieverband. Het
pleit van het pachtersvoordeel is met deze nieuwe rege
ling dan ook nog niet gewonnen. Het lijkt mij daarom toe
dat wij door moeten blijven gaan tot ook de laatste onbil
lijkheden zijn opgeruimd. Dat is dan een mooie klus voor
de nieuwe staatssekretaris van financiën - speciaal belast
met fiskale zaken: Hans Kombrink (P.v.d.A.). Een mooie
kans ook voor dit kabinet om te laten zien dat ze het goed
met de kleine zelfstandigen voor heeft. Vorige week
moesten we daar - helaas - al aan twijfelen toen bleek dat
de nieuwe minister van Sociale Zaken en werkgelegen
heid geen kans zag om zelfstandigen die op of onder het
minimum leven ook een ekstra uitkering ter ondersteu
ning van de koopkracht te bezorgen. Hoe dan ook: wat
het pachtersvoordeel betreft ligt er van de Z.L.M. al een
brief bij de vaste Tweede Kamer Kommissie van Land
bouw. Wat ons betreft hoeft er dus geen gras over te
groeien.
Oggel
Produktie plantaardig eiwit kan
problematiek graanvervangers oplossen
Wordt met het 100-jarig bestaan van de afdeling Almkerk
de erwtenteelt als nieuw belangrijk akkerbouwprodukt
geboren zoals dat bij de oprichting van de afdeling een
eeuw geleden het geval was met de suikerbiet? Deze vraag
wierp de voorzitter van het K.N.L.C. de heer D. Luteijn op
tijdens de opening van de grote landbouwtentoonstelling
"100 Jaar de boer op", die van 17 tot en met 19 september
j.l. gehouden werd in Almkerk. "Na Frankrijk", zo voor
spelde ir. Luteijn, "is ook in ons land de erwtenteelt op gang
gekomen en wanneer we via het veredelingswerk de
oogstzekerheid en het opbrengstvermogen verder kunnen
verbeteren, dan voorzie ik dat er op niet te lange termijn
een met de huidige topdrie aardappelen, suikerbieten en
tarwe te vergelijken akkerbouwgewas is ontstaan".
Voor de veehouderij kan zich dan naar Luteijn's oordeel
de hele moeilijke diskussie rondom de graanvervangende
produkten gaan beperken tot de plantaardige vetten en
oliën. Daarmee zijn tevens de scherpe kanten in de dis
kussie tussen de veehouderij en de akkerbouw waar het
graanvervangende produkten betreft, weggeslepen.
De heer Luteijn hield de genodigden in de expositieloods
van de Fa. Van Breugel voor dat voorlopig nog uit kan
worden gegaan van een toenemende gemiddelde pro
duktie per ha van o.m. tarwe, suikerbieten en van het
Ook dit tableau was te zien op de tentoonstelling "100 jaar
de boer op": Een zaaiende boer afgebeeld met behulp van
tienduizenden zaadjes.
aantal liters melk per koe. Om markt- en prijsontwikke
lingen niet in ongunstige zin daardoor te laten beïnvloe
den is volgens Luteijn een zekere daling van het areaal
van deze produkten en van het aantal koeien in de toe
komst gewenst. Luteijn: "Dat betekent dat we Europees
gezien toch naarstig naar een aantal alternatieve pro-
duktiemogelijkheden zullen moeten zoeken in de richting
van plantaardige oliën en eiwitten gezien de tekorten die
daarvan binnen de EG zijn".
Plantaardig eiwit
Hij dacht daarbij vooral aan oliehoudende zaadgewassen
als koolzaad of wat de eiwitvoorziening betreft aan bonen
en erwten. Daarbij zei hij vooral de produktie van plant
aardig eiwit van groot belang te vinden enerzijds als
nieuw akkerbouwgewas anderzijds ook om te voorzien in
het onmisbare plantaardig eiwit voor de veevoeder
industrie. "Daardoor wordt het beschikbaar zijn van
deze grondstoffen zekerder gesteld en worden we
bovendien minder afhankelijk van importen uit het
Amerikaans kontinent.
Daarom beklemtoonde Luteijn in dit verband de noodzaak
van een EEG-beleid dat hier behoorlijke minimumprijzen
voor de Europese producent kan garanderen. Mét een
politiek die zich niet bezighoudt met de korte termijn en
met detailzaken maar die de grote lijn vasthoudt meent de
K.N.L.C.-voorzitter dat de toekomst er voor de landbouw
niet zo somber hoeft uit te zien.
Zo maakte men zelfkaas vroeger...